Christoph Sigwart (1830 – 1904) gaf de Korte Verhandeling z’n paragrafen

Christoph Eberhard Philipp Sigwart (1830 - 1904) in 1897 geschilderd door kunstenares Marie Lautenschlager (1859-1941)Aanleiding voor dit blog over de filosoof, logicus en kennistheoreticus Christoph Sigwart is de mededeling van Rikus Koops in de Verantwoording in zijn hertaling van de Korte Verhandeling: “De paragrafen zijn genummerd conform de nummering van Sigwart.” Ik maakte daar in het vorige blog melding van. Meer dus over deze Sigwart. Ik heb weer eens overal vandaan wat snippers voor dit blog moeten verzamelen.

Christoph Eberhard Philipp Sigwart, geboren en overleden in Tübingen, studeerde theologie en filosofie en promoveerde daarin. Van 1852 tot 1855 werkte hij als leraar in Halle. In 1859 werd hij docent aan het Theologisch Seminarium in Tübingen en vanaf 1859 hoogleraar aan het Theologisch Seminarium in Blaubeuren. In 1863 keerde hij weer terug naar Tübingen als leerkracht aan de Eberhard-Karls-Universität en als inspecteur van het Evangelisch-theologisch Seminarium. Van 1865 tot z’n emeritaat in 1903 was hij Ordinarius der Philosophie. Van 1885 af werd hij corresponderend lid van de Preußischen Akademie der Wissenschaften. Het zwaartepunt in zijn filosofisch werk lag bij logica en ethiek. Hij gold als kantiaan. De eerste band van zijn hoofdwerk Logik verscheen in 1873 en gold als een van de belangrijkste bijdragen aan de filosofie van de 19e eeuw. Hij maakte erin b.v. een diepgaande studie van de inductieleer van  Francis Bacon, van John Stuart Mill en David Hume. Het is in het Engels vertaald en nog steeds verkrijgbaar. Ook hield hij zich intensief bezig met Giordano Bruno en Spinoza.

In 1875 werd hem het 'Ritterkreuz 1. Klasse des Ordens der Württembergischen Krone' verleend waaraan de persoonlijke adelstitel verbonden was.

Spinoza

Zoals gezegd hield hij zich ook bezig met Giordano Bruno en hij zag Spinoza als in sterke mate afhankelijk van deze Bruno.

Eerst verscheen een uitvoerige beschouwing van Christoph Sigwart over de Korte Verhandeling: Spinoza’s neuentdeckter Tractat von Gott, dem Menschen und dessen Glückseligkeit, (Gotha, 1866) 

Daarna verscheen in 1870 aan de hand van handschriftvergelijkingen van de manusripten A en B door Antonius van der Linde, een vertaling door Sigwart van Benedictus de Spinoza's kurzer Tractat von Gott, dem Menschen und dessen Glückseligkeit (zie onder werken). Daarin bracht hij een hoofdstuk en paragrafenindeling aan, die als norm is gaan gelden.

Sigwart ging uit van de hypothese dat Monnikhoff die allerlei correcties en verbeteringen (?) bij zijn werk aan manuscript A en B een derde vertaling (onbekend manuscript C genoemd) tot zijn beschikking zou hebben gehad – zeker geen Latijns manuscript.

Nog wel aardig te vermelden is dat Sigwart de eerste samenspraak in de KV als het eerste geschrift van Spinoza beschouwde. Johannes van Vloten, bij wie ik dat las, was het daarmee eens en zag dat als een vrucht van zijn omgang met Van den Ende.  (J.v. Vloten, Spinoza p. 29)

Volgens Ferd. Sassen was Van Vlodrop dan weer door Sigwart op het spoor gebracht van Spinoza's bronnen in de Kabbala, het Platonisme der Renaissance en het Neo-Platonisme. 

Kortom, hier en daar was een snippertje te vinden over deze Christoph Sigwart die een behoorlijke en nóg werkzame invloed op het Spinozisme heeft gehad.

Werken over Spinoza van Christoph Sigwart

Spinoza’s neuentdeckter Tractat von Gott, dem Menschen und dessen Glückseligkeit. Erlautert und in seiner Bedeutung für das Verstandniss des Spinozismus untersucht von Dr. Christoph Sigwart, o. ö. Professor der Philosophie in Tübingen. Gotha, Verlag von Rud. BeiTer. 1866. [ 8vo. (VIII) + 158 pp. In de “Benedictus Spinoza: bibliografie door Dr. A. van der Linde” (1871): nr 144] [books.google en archive.org]

Benedictus de Spinoza's kurzer Tractat von Gott, dem Menschen und dessen Glückseligkeit. | Auf Grund einer neuen, von Dr. Antonius van der Linde vorgenommenen Vergleichung der Handschriften ins Deutsche übersetzt mit einer Einleitung, kritischen und sachlichen Erlauterungen begleitet von Dr. Christoph Sigwart, o. ö. Professor der Philosophie an der Universitat Tübingen. Tübingen, 1870. Verlag der H. Laupp'schen Buchhandlung. [8vo. LXIV pp. + 1 bl. + 232 pp. . In de “Benedictus Spinoza: bibliografie door Dr. A. van der Linde” (1871): nr 54] [book.google cover en inleiding - pagina waar de Übersetzung begint]

Overige werken

Ulrich Zwingli, der Charakter seiner Theologie, mit besonderer Rücksicht auf Picus von Mirandula dargestellt. Stuttgart 1855.

VoorkantBeiträge zur Lehre vom hypothetischen Urteile, Laupp, 1871

Logik. Freiburg 1873 - 1878, 2 Bde. 1895 - door Helen Dendy in ’t Engels vertaald

Die Lebensgeschichte Giordano Brunos, 1880

Kleine Schriften. Freiburg 1881, 2 Bde. Vorfragen der Ethik. Freiburg 1886

Die Impersonalien, eine logische Untersuchung. Freiburg 1888  

Bronnen

http://de.wikipedia.org/wiki/Christoph_von_Sigwart

http://en.wikipedia.org/wiki/Christoph_von_Sigwart

Erratum 18 november 2012
Toen ik dit blog in april van dit jaar schreef, had ik nog niet in de gaten dat er twee filosofen in Tübingen met de naam Sigwart met Spinoza bezig waren geweest. Zojuist ontdekte ik dat ik in dit blog werken aan de zoon toeschreef die van de vader stamden. Niemand eerder heeft opgemerkt dat ik Christoph von Sigwart ver voor zijn geboorte een boek liet uitgeven en een ander boek (Der Spinozismus) in zijn 9e jaar. Toen ik zojuist voor deze data een verklaring zocht, ontdekte ik mijn fout. Heden heb ik dit blog opgeschoond en de werken over Spinoza die hier niet thuis hoorden naar het nieuwe blog over zijn vader verplaatst.

Reacties

Blog gewijzigd (zie erratum aan slot)