Dr. Marcel F. Fresco (1925 - 2011) over Spinoza, Hemsterhuis en Dèr Mouw

Afgelopen vrijdag overleed emeritus hoogleraar wijsgerige antropologie en grondslagen van het humanisme en van 1980 tot 1990 houder van de Socrates Leerstoel aan de Universiteit van Leiden. Hij heeft zich wellicht niet heel veel met Spinoza bezig gehouden – meer met Hemsterhuis – maar schreef enige malen over Spinoza, zodat hij een vermelding op dit weblog dient te krijgen.

Over Hemsterhuis bijvoorbeeld:

Marcel F. Fresco, Loek Geeraedts & Klaus Hammacher (Hrsg.), Frans Hemsterhuis (1721-1790): Quellen, Philosophie und Rezeption / Sources, philosophy and reception / Sources, philosophie et réception. Münster / Hamburg: Lit, 1995 

Marcel Franz Fresco (red.): Lettres de Socrate à Diotime. Cent cinquante lettres du philosophe néerlandais Frans Hemsterhuis à la princesse de Gallitzin. Dr. Hänsel-Hohenhausen, Verlag der Deutschen Hochschulschriften, 2007 [zie recensie in NRC]

Over Spinoza schreef hij:

  Marcel F. Fresco: “Spinoza in der Sicht von Hemsterhuis.” In: Hemsterhuis und seine Stellungname zu Spinoza. Mededelingen vanwege het Spinozahuis nr 85. Eburon, Delft, 2003 (waarin ook Klaus Hammacher: Hemsterhuis und Spinoza) [zie dit blog over Hemsterhuis]

• Marcel F. FRESCO, "Dèr Mouw en Spinoza: Enige overeenkomsten en verschillen"; In: themanummer "Spinoza en de Literatuur" van Bzzlletin, 's-Gravenhage), 121 (1984), 27-32

Eerder al was van zijn hand: De Dichter dèr mouw en de klassieke oudheid. Hakkert, 1971

Ik heb gisterenavond het Bzzlletin-stuk nog eens gelezen, maar mij bezorgt Fresco geen interesse in Johan Andreas dèr Mouw (1863–1919) in tegenstelling tot Wim Klever, die mij onderstaande advertentie uit NRC Handelsblad stuurde en erbij schreef: “Ik heb van hem geleerd om Der Mouw te waarderen. Ook dit stukje [citaat in het overlijdensbericht] is subliem, zeker als je er in regel 4 aan toevoegt: 'allebei'.”

            

 

J.A. dèr Mouw


Kent iemand dat gevoel

Kent iemand dat gevoel: 't is geen verdriet,
'T is geen geluk, geen menging van die beiden;
'T hangt over je, om je, als wolken over heiden,
Stil, hoog, licht, ernstig; ze bewegen niet.

Je voelt je kind en oud; je denken ziet
Door alles, wat scheen je van God te scheiden.
'T is, of een punt tot cirkel gaat verwijden;
'T is, of een cirkel punt wordt en verschiet.

Je denkt: Nooit was het anders; tot mijn Wezen
Ben 'k al zo lang van sterflijkheid genezen.
Je weet : Niets kan mij deren: ik ben Hij.

Tot zekerheid je twijfel opgeheven,
Zo hang je als eeuwig boven je eigen leven:
Je bent de wolken en je bent de hei.


Bundel: Brahman I

Zie ook: Gerrit Komrij over 'poëzie is kinderspel' [bij KB]

Reacties

Het verbaast me zeer, Stan, dat je dit magistrale poeem van Der Mouw niet weet te apprecieren. Het is toch hetzelfde als onze door Spinoza beschreven zalige beleving van onze eeuwigheid!?

Uiteraard kan ik dit schitterende Brahman-gedicht van Dèr Mouw waarderen, Wim, daarom heb ik het erbij geplaatst. Ik ging ernaar op zoek om te zien of jouw 'allebei' in het citaat ontbrak (niet dus). Ik begrijp nog niet waarom het gedicht er subliemer van wordt als je er 'allebei' aan toevoegt - alsof er iets aan ontbreekt.
Het is het Bzzlletin-stuk over Dèr Mouw en Spinoza dat voor mij nogal onverteerbaar is en mij dus volstrekt niet inspireert om Dèr Mouw te gaan lezen. Maar misschien moet iemand daarvoor meer dan ik doe zich tot het boeddhisme aangetrokken voelen. Die neiging heb ik nu eenmaal niet (en is om meer van Spinoza te begrijpen denk ik ook niet nodig net zoals je ook daartoe de kabbala niet hoeft te bestuderen).

Vergeet dat 'allebei': dat was slechts bedoeld als assistentie voor jou, niet als aanvulling of verbetering van het gedicht. En wat SpinoZEN betreft, daar zit je als Spinozist dichterbij dan je denkt. Als je Spinoza's E/5 conclusie onderschrijft ('Wij voelen en ervaren dat we eeuwig zijn') - en dat doe je - dan zeg je daarmee ook dat Stan eigenlijk een nulliteit is (sunjata), NIETS bijzonders , maar iets al-gemeens. ' Ik ben Hij'. Onsterfelijk!