Frans van de Staak (1943 - 2001) maakte korte film 'Uit het werk van Baruch d'Espinoza'

Vandaag ontdekte ik de stof voor dit blog toen ik surfte op Spinoza & film.  

In 1973 kwam de experimentele filmer Frans van de Staak met de korte film (16 mm, duur 32’) Uit het werk van Baruch d'Espinoza. Het was zijn derde korte film. Z’n eerste film van volle lengte (77’) was De onvoltooide tulp (1980)

Frans van de Staak [uitsnede uit foto van Neeltje Hin]Frans van de Staak studeerde vanaf 1963 aan de Nederlandse Film Academie. Zijn eerste films financierde hij zelf. Zijn films waren een volgehouden zoektocht naar de cinematografische mogelijkheden van taal, beelden en beweging. Naast z’n eigen films fungeerde hij ook als producer en cutter voor andere filmmakers. Behalve filmer was Frans van der Staak ook grafisch kunstenaar.

Zijn films: Het bezoek (1970, kort), Uit het werk van Baruch d'Espinoza (1973, kort), Tien gedichten van Hubert Kzn. Poot (1975, kort), Meine Heimat, mijn vaderland (1976, kort), De onvoltooide tulp (1980), Er gaat een eindeloze stoet mensen door mij heen (1981), Op uw akkertje (1982), Het vertraagde vertrek (1984), Windschaduw (1986), Ongedaan gedaan (1989), Rooksporen (1991), Klad-boekscènes (1993), Schijnsel (1995), Sepio (1996, kort), Dichtweefsel (1998, kort), Lastpak (2001)

Het Nederlands Filmmuseum zou van plan zijn in het kader van het “Dutch Experimental Film project” ook een aantal films van Van de Staak beter te conserveren. Daaronder ook

 

Uit het werk van Baruch d'Espinoza 1632-1677
(1973, vertoond op het Internationaal Film Festival Rotterdam in 1978)
Omschrijving: Uit de vertalingen van Baruch D'Espinoza’s Ethica van Herman Gorter (1864-1927), Willem Meijer (1842-1926) en Nico van Suchtelen (1878-1949) werden fragmenten gekozen: twee en tachtig zinnen - zonder samenhang gekozen – werden verdeeld in zeven fragmenten. Ieder fragment werd minstens vier keer opgenomen, met telkens andere akteurs (24 in totaal). Spinoza's teksten werden zonder meer als dialogen opgevat, niet als een verzameling van meningen, maar als facetten van een denkwerkzaamheid, die bij iedere acteur afzonderlijk op eigen wijze tot uitdrukking komt.

Johan van der Keuken had in 1976 een gesprek met Frans van de Staak over deze film en wat Spinoza voor hem betekende. Dat interview werd in Skoop [jrg. 12, nr. 10, december 1976, pp. 47-50] gepubliceerd onder de titel: ‘Ik word niet door kwaadheid gedreven, maar door verlangen’. Het is op de website te lezen in het Nederlands en Engels en elders in het Duits.

Daarin zegt hij o.a.: “toen ik vrij jong was interesseerde ik me al voor die man [Spinoza]. Om de manier waarop hij doorzette in zijn leven. Er zit een soort stugheid in de manier waarop hij met zijn gedachten aan bet werk is, er is een gedachtenritme bij Spinoza, dat uniek is. En dat ritme komt volgens mij in de film ook over. Het draait bij hem voorai om de vraag hoe word ik gelukkig, eigenlijk. Op zijn domst geformuleerd is dat Spinoza’s opzet. Maar het is daarbij duidelijk dat Spinoza alleen maar gelukkig kon zijn door zich voortdurend die vraag te stellen en ook zelf wel wist dat hij er geen afgerond antwoord op kon geven.” En: “Dat gelukkig zijn van hem, dat ziet hij altijd in verhouding met anderen. Het is wel egoïstisch, maar tegelijkertijd ook sociaal, omdat mensen nu eenmaal met elkaar verbonden zijn. Dat formuleert hij letterlijk, letterlijker dan ik nu zeg: “De blijdschap van de één gaat samen met de blijdschap van de ander.” En ook omgekeerd: als er haat heerst, dan is de blijdschap van de één de droefheid van de ander.”
Frans van de Staak pastte het toe op de strijd tegen de apartheid in Zuid-Afrika.

________

www.atelierfransvandestaak.nl/

Ook informatie over Van de Staak op de website van het IFFR

Filmhuis Cavia had in 2005 een filmretrospectief “Heb je Frans van de Staak gezien?”

Image