Friedrich Adolf Trendelenburg (1802 - 1872) Ueber Spinoza's Grundgedanken und dessen Erfolg

Friedrich Adolf TrendelenburgIk begin meteen met mijn aanbeveling: lees zijn Über Spinoza's Grundgedanken und dessen Erfolg, waarover in een volgend blog méér.

Hoe doe je soms een ontdekking…

Nog niet eerder had ik van Friedrich Adolf Trendelenburg gehoord (ik ben immers geen vakfilosoof en zelfs die zullen niet alle met hem  kennis hebben gemaakt). Toen ik vorige zondag een blog maakte over de conferentie die over ruim een week aan de Johns Hopkins University zal worden gehouden onder de titel ‘Spinoza & German Idealism’ (georganiseerd door Yitzhak Melamed), zag ik in het programma aangekondigd: Fred Beiser (Syracuse University) "Trendelenburg and Spinoza" [Abstract: This paper will examine (perhaps for the first time ever) Friedrich Adolf Trendelenburg's Critique of Spinoza in his Logische Untersuchungen and Akademie Vortrag 'Spinoza Grundgedanken und sein Erfolg' (sic!). Trendelenburg was a late idealist, but his reception of Spinoza shows how important he was for the idealist tradition as a whole. Trendelen-burg's critique of Spinoza was very important for the development of his own philosophy and for the later reception of Spinoza in the 19th century.  Trendelenburg set new standards for the scholarly study of Spinoza, which went well beyond that of Jacobi, the German romantics. His work was later a stimulus for Fischer's treatment of Spinoza in his Geschichte der Philosophie. The paper will set Trendelenburg and Spinoza in their historical context, analyze Trendelenburg's interpretation and discuss his later dispute with Fischer.']

Dit maakte mij nieuwsgierig, wat het begin werd van een surftocht op internet. Daarbij bleek er heel wat te ontdekken. En, O, onvolprezen Google: Über Spinoza's Grundgedanken und dessen Erfolg (1850), een tekst van 58 pagina’s, staat gedigitaliseerd klaar om binnengehaald te worden. Wát een gedegen en doorwrocht stuk waaruit duidelijk blijkt dat Trendelenburg zich intensief en kritisch met Spinoza heeft bezig gehouden. Hij gaat tot het uiterste om te zien hoe Spinoza zijn systeem heeft opgebouwd en hoe en tot hoever hij zijn stellingen waarmaakt. [Hier de PDF] Ik kom er in een volgend blog op terug.

Ook in zijn Historische Beiträge zur Philosophie [Dritter Band. G. Bethge, Berlin, 1867] komt Spinoza uitgebreid voor. In het derde deel van dit werk dat bij books.google is gedigitaliseerd komt de naam van Spinoza honderden keren op 92 bladzijden voor. Het is volledig in te zien of te downloaden. Daarin het hoofdstuk VIII (p. 277 – 398) “Ueber die aufgefundenen Ergänzungen zu Spinoza’s Werken und deren Ertrag für Spinoza’s Leben und Lehre.” Zie hier bij books.google.

Zijn vertrekpunt is de in 1862 door Johannes van Vloten uitgegeven Ad Benedicti de Spinoza opera quae supersunt omnia supplementum. Je proeft de grote gretigheid waarmee Trendelenburg dit alles opgezogen heeft. Ook allerlei verwerkingen van het nieuw beschikbare materiaal heeft hij in zijn uitvoerige stuk verwerkt. En doordat Trendelenburg al zoveel jaren terug een gedegen studie van Spinoza had gemaakt (zie zijn tekst uit 1850) krijg je uit dat boek een schitterend inzicht in de stand van de Spinoza-research van omstreeks 1867.
Op zijn beurt heeft ook Johannes van Vloten over Trendelenburg geschreven: Trendelenburg en Janet over Spinoza. In: De levensbode Jaarg. 03 (1869), zo blijk uit Poortman.

Wie was dan Adolf Trendelenburg (zo verscheen zijn naam op de titelpagina’s van zijn boeken)

Hij was, zoveel is inmiddels wel duidelijk, een Duits filosoof en filoloog. Hij was geboren in Eutin, bij Lübeck, kreeg zijn opleiding aan de universiteiten van Kiel, Leipzig en Berlijn, had vooral affiniteit met Plato en Aristoteles en in zijn doctorsthese (Platonis de ideis et numeris doctrina ex Aristotele illustrate, 1826) probeerde hij vooral om via Aristoteles’ kritiek een betere kennis van Plato’s filosofie te verwerven.

Hij wees een leeropdracht in de klassieken te Kiel af en werd de leraar van de zoon van zijn vriend Altenstein, de minister van onderwijs in Pruissen. Hij deed dit zeven jaar (1826–1833), waarin hij intussen ook een kritische uitgave van Aristoteles’ De anima verzorgde (1833). In 1833 benoemde Altenstein hem tot buitengewoon hoogleraar in Berlijn, waar hij vier jaar later gewoon hoogleraar werd.

Hij schreef behoorlijk veel en door zijn kritieken op de volgelingen van Kant en Hegel, die hij opzette vanuit Aristoteles, werd hij een nogal controversieel filosoof. Zo ging hij in 1865 een strijd aan met de historicus Kuno Fischer over de resultaten van Kants ruimteleer en zijn ‘transcendentale Aesthetiek'. Daaruit volgde in 1869 Kuno Fischer und sein Kant, dat een jaar later gepareerd werd met diens Anti-Trendelenburg.’ Dit leidde weer tot Hermann Cohen's invloedrijke werk in 1871, Kants Theorie der Erfahrung, een boek dat wel wordt gezien als hét boek waaruit het neo-kantianisme volgde en wat voor Hans Vaihinger het startsein werd voor zíjn commentaar op de Kritik der Reinen Vernuft.

Trendelburg stond aan de wortels van het “wereldbeschouwingen”-debat, zoals uit ondertitel van het hoofdstuk over Trendelenburg (At the roots of the worldview debate) en uiteraard in de tekst van het proefschrift van Berend Geert Kreiter blijkt: Philosophy as Weltaunschauung in Trendelenburg, Dilthey, and Windelband (2007, PDF). Bedenk hoe ook Spinozisten, met name de Haagse stroming uit het eerste helft van de 20e eeuw, flink met Spinozisme als wereldbeschouwing bezig waren.

Enige werken van Friedrich Adolf Trendelenburg

·         Elementa Logices Aristotelicae, 1836
·       Logische Untersuchungen, Berlin, 1840, zweite ergänzte Auflage, Leipzig, 1862 [enige malen Spinoza; books.google]
Met dit werk komt Trendelenburg voor op de lijst van
100 most important works of philosophical thought
·         Die logische Frage in Hegels System, 1843
·         Über Spinoza's Grundgedanken und dessen Erfolg. Vorgetragen in der Königlichen Akademie der Wissenschaften, Berlin 1850
·         Naturrecht auf dem Grunde der Ethik, Leipzig, 1860.
Daarin Paragraaf 11. ‘Das Recht als Mittel grösserer Macht. Spinoza’
[books.google]
·         Kuno Fischer und sein Kant, Leipzig, 1869.
·         Historische Beiträge zur Philosophie: Erster Band, Geschichte der kategorienlehre. Bethage, 1846
“Bei Spinoza ist ebenso [als bij Cartesius] wenig die Kategorienlehre ausgebildet”. (S. 264) [books.google]
 
·         ‘Ueber den letzten Unterschied der Philosophischen Systeme’, in: Denkschriften der K. Akademie der Wissenschaften. Philologische und historische Abhandlungen, 1847. & in: Historische Beiträge zur Philosophie, Zweiter Band, Berlin, 1855, 1-30. [books.google]

·         ‘Ueber eine Lücke in Kants Beweis von der ausschliessenden Subjectivität des Raumes und der Zeit’, in: Historische Beiträge zur Philosophie, 3. Band, Berlin, 1867.
·         ‘Ueber die aufgefundenen Ergänzungen zu Spinoza’s Werken und deren Ertrag für Spinoza’s Leben und Lehre’ in: Historische Beiträge zur Philosophie, 3. Band, Berlin, 1867. [books.google]
·         Zur Erinnerung an Johann Gottlieb Fichte: Vortrag, gehalten in der Königl. Friedrich-Wilhelms-Universität zu Berlin am 19. Mai 1862, Berlin 1862

Alle boeken van Trendelenburg bij archive.org