Het raadsel Spinoza. Te bedacht - een teleurstelling
Dat er zulke grote stapels van dit boek zijn aangemaakt en door de boekhandels worden aangeboden, komt uiteraard door het succes dat Irvin D. Yalom met eerdere boeken had. Vooral - zoals ook op de cover is geplaatst – met Nietzsches tranen. Dat was een werkelijk schitterend boek. Met die tenslotte waanzinnig geworden filosoof kon deze succesvolle psychiater en auteur alle staaltjes van zijn kunnen tonen: hoe de zieke Nietzsche zo te misleiden dat hij in behandeling kon worden genomen, om een van de thema’s van dat grandioze boek te noemen. En dan al die discussies met degene die zichzelf als de grote therapeut van de mensheid zag!Dat waren andere tijden; terug naar de onze. Wat is er aan de hand met Het raadsel Spinoza? Het raadsel dat Spinoza was voor de rabbijnen en de parnassim, n.l. hoe hij zich al vanjongsafaan met zijn intelligente kritische vragen onafhankelijk tegenover hen opstelde en zich uiteindelijk van hen losmaakte. Of ook het raadsel, zoals zijn vriend in dit boek het uit, waarom Spinoza niet eerder en uit eigen beweging uit de joodse gemeenschap was gestapt en alle schande en rampzaligheid over zich moest afroepen. Maar centraal staat dat andere vraagstuk, waar ik zo op kom.
Het boek bestaat uit 33 hoofdstukken: 17 over tien jaar uit het leven van de filosoof Bento (Baruch, Benedictus) de Spinoza, van 1656 – 1666, afgewisseld met 16 hoofdstukken uit het leven van Alfred Rosenberg, vanaf het eind van zijn middelbare schooltijd in Reval in Estland, zijn ontwikkeling tot antisemitisch ideoloog van de nazipartij, tot het eind van de oorlog. Daarbinnen is het hoofdthema diens preoccupatie met Spinoza. Zijn probleem is, zijn raadsel Spinoza is: hoe kon de zo hoog door de Duitsers bewonderde Goethe op zijn beurt zo’n grote bewonderaar van de jood Spinoza zijn? Anders geformuleerd: hoe kon een jood zo’n genie zijn. Of, als ‘paradox’: een jood die zowel moedig als wijs was (p. 216). Een volstrekt fout raadsel dus. In de vele verhalen over de lotgevallen van Rosenberg komen vele strategieën langs van het pogen de cognitieve dissonantie te reduceren, bijvoorbeeld het idee dat Spinoza helemaal geen jood was.*) Een in dit geval nogal ongeloofwaardige strategie is dat Rosenberg interesse krijgt in en zelfs gefascineerd raakt door het werk van Spinoza, althans diens TTP; door de Ethica komt hij niet heen. Hoe dit heeft kunnen gebeuren, waarom deze hoofdpersoon zo in de ban van Spinoza komt, dat hij zelfs een bezoek aan het Spinozahuis in Rijnsburg brengt, wordt uiteindelijk niet duidelijk. Een nadeel van deze aanpak, de persoonlijke obsessie met Spinoza, maakt ook dat – zeg – de verlegenheid met Spinoza van andere antisemieten en nazi’s geheel buiten beeld blijft. Maar dat soort eisen mag men aan een roman niet stellen; ook niet als het deels een historische roman wil zijn.
Tussendoor hierover het volgende. In het blog van gisteren haalde ik al deze veelzeggende zin van Wim Klever aan: “Spinoza was a black sheep for the Nazis, albeit one they could not slaughter.” Volgens Heidegger was Spinoza "ein Fremdkörper in der Philosophie" (en 'Fremdkörper' was volgens filosoof Emmanuel Faye, die Heidegger op z'n nazi-verleden aanviel, typisch een woord uit het woordenboek van de nazi's; zie hier). Terug naar de roman zelf.
De opeenvolging van hoofdstukken, ook al worden wel eens parallelle gebeurtenissen beschreven, blijft iets kunstmatigs houden. Het is en blijft bedacht. Je ziet als lezer de constructie, het geraamte dat maar geen levend vlees op de botten krijgt. Het boek ontbeert de noodzaak, waarom het geschreven moest worden (ook al geeft Yalom in voor- en nawoord daar z’n redenen voor). Die dwingende noodzaak komt althans bij deze lezer niet over.
Eén van de belangrijkste ‘uitvindingen’ van de auteur is dat hij voor beide hoofdpersonen een personage bedacht dat hij de rol van psycho-(filo-)therapeut kan geven. Hij wil immers wel altijd zijn hoofd-ambacht blijven uitoefenen. Rosenberg ontmoet en raakt bevriend met psychiater Friedrich Pfister die hem nog als kind heeft gekend en die hem nu therapeutisch probeert te helpen. Daarbij worden – vanwege Rosenbergs Spinozafascinatie – ook delen van de Ethica ingezet. Voor mij gebeurt dat op een nogal ongeloofwaardige manier, alsof je na het vlug inkijken van oude aantekeningen, zomaar ineens passende teksten ter overweging kunt voorleggen. Zo simpel kan een therapie aan de hand van Spinoza’s Ethica niet zijn. Hooguit kan ik mij voorstellen dat iemand die diepgaand de weg van Spinoza is gegaan, zo’n rol van binnenuit zou kunnen vervullen.Tegenover Spinoza wordt een intelligente vriend van Portugese afkomst, Franco Benitez, geplaatst, die zich als een kritische bevrager met therapeutische bedoelingen ontpopt. Aan de hand van diens kritische vragen en gezichtspunten kan Spinoza zicht krijgen op aspecten in zichzelf, waarover hij anders blind zou zijn (zijn negatieve houding tegenover vrouwen bijvoorbeeld).
Het zijn in beide gevallen juist die ‘therapeutische’ gesprekken waarin de auteur zijn psychiatrische kunnen zou tonen, die mij het minst aanspreken – zelfs storen. Het is als bij sommige dialogen van Plato waarin Socrates zijn maieutische vragen stelt, waarop de andere partij weinig andere inbreng krijgt dan te zeggen: “dat is waar” of “dat kan ik niet ontkennen.” Waartegenover bij Yalom staat dat de dialogen soms uit wederzijdse korte monologen bestaan. Een interessant zinnetje in dit verband bevindt zich in een overpeinzing van Alfred Rosenberg: “altijd draait het erop uit dat de inferieure geest de superieure denker aanvalt.” (p. 341) Hij bedoelt daar zichzelf met ‘superieure denker’, maar de lezer denkt aan zijn aanvallen op Spinoza. Ook bij de filo-therapeuten in dit boek, proef je de arrogantie van het zogenaamde beter-weten en beter-doorzien van de ander.O ja, zeker, het is heel mooi dat er eens een moderne roman wordt gebracht waarin Spinoza zo’n centrale en zelfs dubbelrol vervult: het raadsel dat hij voor zijn directe omgeving is én het raadsel dat hij voor een nazi vormt. Dat eerste “raadsel” (zijn anomalie) werd in de loop der tijd opgelost door degenen die voor zijn uitgangspunten en denkresultaten open kunnen staan – iets dat vooral in deze tijd voor meer mensen mogelijk is; dat valt buiten dit boek. Dat tweede raadsel, dat een volkomen foutief schijnraadsel is, kan uiteraard niet inhoudelijk worden opgelost en kan alleen maar worden opgelost in de betekenis van “als sneeuw voor de zon verdwijnen.” En dat gebeurt door het einde van de Tweede Wereldoorlog en de vernietiging van het nazidom.
Zoals ik begon te zeggen: mooi dat een boek met zoveel Spinoza zo’n ruime verspreiding krijgt. Zo kunnen veel mensen die nog niet eerder iets van of over Spinoza gelezen hebben, nu iets van hem meekrijgen. Ik kan niet weten of die lezers van eerdere boeken van Yalom net zo teleurgesteld zullen zijn. Op mij blijft het boek de indruk maken van een kunstmatige, ongeloofwaardige constructie met veel tenenkrommende therapeutenpraat.Yaloms Spinoza-informatie en – beeld klopt volgens mij in het algemeen vrij aardig. Dat hij zijn jongere zus Rebecca zijn oudere zus maakt die heeft bemoederd tussen het overlijden van zijn moeder en de komst van zijn stiefmoeder, is dichterlijke vrijheid. Dat hij beweert dat na het afzien van de erfenis in 1677 niets meer van haar is geweten, is geen ramp (dat hij niet weet dat ze naar het Caribische gebied emigreerde). Een kleinigheid is ook dat hij op het moment van de boekenroof in Rijnsburg de onderduik van een joodse moeder en dochter in het Spinozahuisje situeerde, maar die kwamen daar later. In een roman maakt zo’n kleine ingreep in de geschiedenis een gebeurtenis nu eenmaal iets spannender.
Onzin is dat hij Spinoza tegen Franco laat zeggen dat “als we gebruikmaken van ons vermogen om logisch te denken kunnen we deze keten van oorzaken achterhalen.” Zulke onzin stamt niet van Spinoza, die wel ervan overtuigd was dat alles een oorzaak heeft, maar die uiteraard wist en dat meermalen heeft gezegd dat wij, eindige mensen, nooit de hele causale ketens kunnen achterhalen – en zeker niet door logisch denken (p. 267).”
Wel aardig is dan weer dat de therapeut van Alfred Rosenberg zegt: “Soms denk ik dat onze tak van wetenschap [sic] in feite is begonnen bij Spinoza die geloofde dat alles, zelfs gevoelens en gedachten, een oorzaak heeft die kan worden ontdekt, als je die maar op de juiste wijze onderzoekt.” (p. 123)
Eén ding moet ik nog wel toegeven: van het laatste hoofdstuk met het laatste gesprek tussen Spinoza en Franco, die inmiddels rabbijn is geworden en een gemoderniseerde vorm van jodendom zou willen stichten, heb ik wel enigszins genoten. Franco wierp Spinoza a.h.w. de bezwaren van iemand als Santayana voor de voeten: een mens bestaat niet alleen uit rede, maar ook uit gevoel, hart. Hij is het er niet mee eens dat alle gevoel ondergeschikt gemaakt moet zijn aan de rede. Je één voelen met de gemeenschap waar je uit voortkomt en met de traditie is óók een manier van beseffen dat je deel hebt aan een ononderbroken keten van een levende gemeenschap. Vanuit dat besef kiest Franco ervoor om bij zijn gemeenschap aangesloten te blijven. Het is uit bewuste keuze voor behoud van die band (en niet uit gehoorzaamheid aan de goddelijke wetten) dat hij zich aan de spijswetten wil houden. Maar ongeloofwaardig is dan weer dat iemand, vanuit een dergelijke tamelijk moderne (alsof-) houding, niet kan deelnemen aan een voorgezette Hollandse maaltijd. Dan wringt er weer iets met wat gezegd werd. En zo geldt weer: het is zo bedacht, er zit geen levend vlees aan.
*) Dat komen we in dit boek tegen. Ook van Heidegger wordt gerapporteerd dat hij, nadat hij in colleges over Spinoza had gesproken, hij zich genoopt voelde (met het oog op nazi's in de collegebanken) om aan te geven dat Spinoza vanwege de ban geen jood meer was. [cf hier]
Zie hier het blog met alle covers.
Aanvulling 22 febr. 2012
zie review in de Washington Post van Ron Charles: "Yalom tends to imagine all encounters as therapeutic dialogues; everyone in this novel is either an analyst or an analysand."
Aanvulling 8 maart 2012
zie review van Jonathan Kirsch in Jewish Journal van 7 maart 2012: Psychotherapy and philosophy intersect in ‘Spinoza problem’; begeleid met deze aardige kunst-impressie:
Aanvulling 22 april 2012
Dagblad Trouw had 16 maart een recensie door Henk Steenhuis - zie dit blog
De Belg, mediaevist uit Brugge, Bart Haers had 19 april 2012 op zijn blog een bespreking van Yalom's boek: Eenzaamheid als gevangenis. Waarom men Spinoza lezen wil. [Erg lang, tamelijk positief, niet erg boeiend]
Aanvulling 8 mei 2012
Zie ook blog van 3 mei 2012: Het raadsel Yalom, n.a.v. recensie van Michiel Wielema in De Vrijdenker (jg. 43, nr 4, mei 2012)
In de Volkskrant verscheen op 8 mei 2012 een recensie van de hand van Olaf Tempelman. Hij noemt Spinoza een ‘cerebrale en ascetische figuur’, ,meent te weten: `Spinoza sleep lenzen bij ochtendlicht, gebruikte zijn middagmaal in eenzaamheid en las Aristoteles bij kaarslicht.” En: “Vóór zijn excommunicatie besteedde Spinoza zijn tijd hoofdzakelijk aan lenzen slijpen, lezen en schrijven, erna evenzeer - in ballingschap in achtereenvolgens Rijnsburg, Voorburg en Den Haag.” Hij verzint dat Yalom in het Spinozamuseum in Rijnsburg hoorde “dat nazi-ideoloog Alfred Rosenberg (1893-1946) mogelijk door Spinoza gefascineerd is geweest.” Dat kan hij daar niet gehoord hebben, want hij verzon dat zelf. Hij vindt, “Het raadsel Spinoza is een geslaagd en fascinerend boek geworden, op voorwaarde dat je het niet leest als roman maar als ruim 400 pagina's fictieve psychotherapie.”Interessant is zijn verwijzing ernaar dat Yalom Rosenberg laat denken: 'Was dat misschien de sleutel tot het raadsel Spinoza? Misschien waren die 'oorspronkelijke' ideeën van Spinoza helemaal niet zo oorspronkelijk'.” Hetgeen een sleutel ervoor is dat Yalom toch op de hoogte was van het enige citaat van Rosenberg over Spinoza [cf hier]
Aanvulling 18 mei 2012
Yalom is momenteel z'n boek aan het promoten in Canada.
In The Montreal Gazette van 17 mei een interviewtje met hem door Monique Polak over zijn "teaching novel about existential psychotherapy": "Irvin Yalom mixes fiction and psychotherapy."
Aanvulling 27 december 2012
Kristien Bonneure had op 08-03-2012 een recensie op cobra.be
Reacties
Volgens mij is de enige serieuze relatie tussen Alfred Rosenberg en Spinoza dat hun werken voorkomen op de Index Librorum Prohibitorum van de RK kerk.
Patrick 20-02-2012 @ 18:29
Stan, ik onderschrijf je analyse en de argumenten die je geeft voor je depreciatie. Ik had dezeldde teleurstelling en had het boek eigenlijk niet moeten kopen. De auteur /psychiater, tweede rangs kenner van Spinoza's werk, onderwijst in zijn stijve en kunstmatige dialogen te pas en te onpas Spinoza op een amateuristische manier. Spinoza is, zoals Etty in de NRC van Zaterdag schreef, voor hem een maatje te groot. En zichzelf schat hij ook een maatje te groot in. Jij schijnt zijn Nietzsche-boek te kennen en te waarderen. Een vriendin van mij die zich als kunstenares behoorljjk heeft ingeleefd in Nietzsche, vond het een 'rotboek'!
Wim Klever 20-02-2012 @ 19:30
Beste Stan, na Nietzsches tranen heeft Yaolom nog zo'n soort boek geschreven met Schopenhauer als hoofdpersoon, samen met iemand anders, wiens naam ik niet meer weet. Op dat boek ben ik toen ook afgeknapt; teveel een herhaling van de 'Tranen'. Ik heb dit nieuwe dus niet gekocht en laat het hierbij. Dank voor je uitgebreide recensie.
Frank van Kreuningen 23-02-2012 @ 11:48
@Frank,
Dat vind ik knap van je. Mij zou het niet lukken een boek met zo nadrukkelijk Spinoza in de titel NIET te lezen, ook na een negatieve recensie. Nogmaals, knap dat dat jou wel lukt. Je doet mij beseffen dat ik een verslaafde alleseter ben van wat maar iets over Spinoza belooft. Ik heb nog veel van Spinoza te leren. 'De Schopenhauer-kuur' had ik altijd nog eens willen lezen, maar dat laat ik nu wel achterwege. Uitgekeken ben ik op de therapeutauteur Yalom.
Stan Verdult 23-02-2012 @ 12:06
Blog aangevuld. Vandaag verscheen in de Volkskrant een recensie van "Het raadsel Spinoza" van de hand van Olaf Tempelman (zie link aan het eind van het blog)
Stan Verdult 08-05-2012 @ 16:12
sorry hoor , maar ik vind het boek fantastisch.
Ik wist wienig van Spinoza enin een roman komen zijn ideen toch naar buiten.
Men gaat zelfs nuanders denken over leven en dood
gerhard 01-08-2012 @ 21:42
Prima, fantastisch! Gefeliciteerd! Maar dan is 'sorry' niet op z'n plaats.
Stan Verdult 02-08-2012 @ 12:41
het eerste boek van Yalom - (ik las Nietzsches tranen en de therapeut met veel plezier) - waar ik in worstel. Ben blij met je uitgebreide analyse. Ik worstel nog even door, maar gesteund door jouw verhaal, niet al te lang meer...
jet 13-08-2012 @ 13:22
Ik heb uw recensie gelezen en begrijp uw bezwaren tegen de aanpak van Yalom. Het punt is denk ik dat de heer Yalom en met hem bijvoorbeeld Klaas Landsman, fysicus, een bepaalde samenhang en bijzonderheid die hen treft, willen uitwerken en daarvoor een vorm kiest die inderdaad beperkingen heeft. Uw kritiek op het punt van de causale reeksen die we wellicht nooit helemaal kunnen doordenken of zelfs maar vaststellen zou, denk ik, wel eens een grap van Yalom kunnen zijn. Therapeutische gesprekken? Of gesprekken van enige diepgang, die ertoe leiden dat mensen met hun eigen demonen in het geding komen. Nu goed, het belangrijkste lijkt me dat Yalom het boek schreef en verschillende recensenten er hun kijk op geven. Dat de mijne lang uitvalt, ligt eraan dat ik probeer aan te geven waarom men het boek zou kunnen lezen en er iets aan hebben. Dat u meent dat het boek te zwak uitpakt en te weinig bijdraagt tot het denken van Spinoza, kan alleen legitiem zijn, maar het blijft de vraag, denk ik of Yalom met zijn boek in een tijd waarin mensen minder dan ooit met het denken zelf van onze traditie te maken krijgen, ondanks de grotere graad van scholing dan ooit. Je kan ervoor ijveren dat iedereen de ethica leest of het tractatus Theologico=politicus. Vooral dat laatste werk lijkt me vandaag ondergewaardeerd terwijl het in wezen de basis legde voor een aantal belangrijke concepten in de democratie, maar tegelijk wezenlijke kenmerken van het Hollandse bestel in de zeventiende eeuw gewoon nog wilde verbeteren.
Bart Haers 22-08-2012 @ 19:51
Laatste zin bespreking "Das Spinoza-Problem" in Thüringische Landeszeitung:
"Diese Überdosis Freud steht der Freude am Lesen im Weg."
http://www.tlz.de/web/zgt/kultur/detail/-/specific/Yaloms-neuer-Roman-Das-Spinoza-Problem-1602343023
Stan Verdult 02-09-2012 @ 15:52
Ik heb ervan genoten.Het zoeken naar mogelijke historische fouten en of de correctheid van terapeutische vragen is niet moeilijk.
Het is en blijft een roman. Ik vraag me af of irvin soms niet met zichzelf spot. Ik keek uit naar devolgende bladzijde ... fijn toch.
Dirk Spitaels 03-11-2012 @ 17:28