Moet je bij Spinoza zijn voor de multiversum-theorie?
Op verzoek van Wim Klever verspreid ik hier zijn ingezonden brief die deze week in NRC Handelsblad verscheen. Ik ben uiteraard zo vrij daaraan enige opmerkingen toe te voegen.
Multiversum (6)
Dat de (ene) wereld of het (unieke) universum een nog al beperkt perspectief is, is een serieuze natuurwetenschappelijke optie van ondermeer Julian Barbour en Hugh Everett III. Het artikel ‘De vele wegen naar het multiversum’ (wetenschapsbijlage 20 & 21 augustus) ontlokte een lezer de reactie dat reeds in de negen tien de eeuw een zekere Jacob Lorber verdedigde dat er meerdere werelden bestaan. Het is misschien aardig om hier bij op te merken, dat naar het getuigenis van een betrouwbare bron ook onze natuurkundige filosoof Spinoza de opvatting was toegedaan: multos dari mundos. Zijn argument is dat de eeuwige Natuur, ‘die geen delen heeft noch een geheel is’, wegens haar oneindigheid wel uit oneindig veel versies moet bestaan. Elk kruispunt van wegen en factoren is een wereld apart, dat in een andere constellatie en voor andere wezens een andere geaardheid heeft. Op zijn, voor ons wat vreemde, manier formuleerde Spinoza dit aldus: ‘de substantie (= god) bestaat uit oneindig veel oneindige attributen’, waar bij ‘attribuut’ betekent: ‘de manier waar op wij zijn wezen kennen’.
Wim Klever, Capelle aan den IJssel
Jacob Lorber was een mysticus. Dat is iemand die wellicht een touw kon vastknopen aan mededelingen als “eeuwige Natuur, die geen delen heeft noch een geheel is.” Ik heb het niet zo op die uiterst speculatieve multiversum-theorie. Dat als een “serieuze natuurwetenschappelijke optie” typeren, zoals Wim Klever doet, acht ik nogal tendentieus – het is vooralsnog louter gefantaseer, fictie. Het idee heeft in ieder geval bepaald nog niet de status van een verifieerbare of falsifieerbare wetenschappelijke theorie. Tot nu toe is het niet meer dan een voorstel om lacunes in wiskundige vergelijkingen in te vullen. Maar of die invullingen dan naar enige werkelijkheid buiten de wiskunde verwijzen is uiteraard nog maar de vraag. Dat voor wat het “idee” betreft.
Dan over de getuige. De “oude man” die door Stolle en Hallmann tijdens hun studiereis ontmoet werd in “de Bremer Hauptmann” een betrouwbare bron noemen, vind ik enigszins dubieus, als je in hun verslag leest hoe hij uit allerlei filosofische en theologische boeken een eigen theologie gebrouwen heeft “mit welcher er aber sehr hinter dem Berge halt.”
Hij zegt Spinoza te hebben gekend en die zou het tegenover hem over ‘multos dari mundos’ hebben gehad. Méér wordt daarover niet meegedeeld!
Het is dus de volstrekt eigen invulling van Wim Klever om te menen dat Spinoza met stelling 2/8 of met zijn substantie-definitie deze ‘vele gegeven werelden’ gelijkgesteld zou hebben. Van attributen bestaan er een oneindig vele. Zullen we dan aannemen: per twee parallelle attributen een nieuw universum? Dus oneindig vele parallelle universa? De helft van het nóg oneindiger aantal attributen?
Sorry, ik kan hier alleen maar om spotten. Voor de rest verwijs ik naar een discussie over hetzelfde die we eerder al hadden; zie hier.
* * *
Dat het méér om kunst dan om wetenschap gaat is te zien aan wat hier zoal in beeld gebeurt…
Die Theorie des inflationären Universums.
Reacties
Je spot mag er zijn / zal ik niet afkeuren. Maar misschien zit er toch wel een logica in de ontkenning van de aequatie 'oneindigheid = een'? In elk geval had Spinoza in dit opzicht een voorganger in die andere grote ketter: Giordano Bruno, bij wie de 'plurality of worlds' hoofdzaak is.
Wim Klever 10-09-2011 @ 19:59
Voor zover ik het begrijp had Giordano Bruno (van wie ik niet wist dat hij in het Engels schreef) het over de mogelijkheid van nog vele bewoonde werelden, misschien binnen ons melkwegstelsel of anders toch zeker binnen het ons bekende universum vol ontelbare melkwegstelsels. Dat was toen een vergaande en haast 'onmogelijke' bewering, die nu als een zeer waarschijnlijke geldt. Maar dat is heel iets anders dan spreken over multiversum. Er bestond nog geen enkele aanleiding om te denken aan een mogelijkheid van meerdere universa.
Stan Verdult 10-09-2011 @ 22:28
O ja, nog over de inadequatie van 'oneindigheid = een'? Daarover schreef Spinoza een mooie brief aan Jarig Jelles (brief 50). Het oneindige is uiteraard ontelbaar: je kunt je niet twee oneindigheden naast elkaar denken om ze als bijvoorbeeld twee munten te tellen. Maar het feit dat je het oneindige universum niet één kunt noemen, geeft zeker geen reden om dan maar over veel te beginnen.
Stan Verdult 10-09-2011 @ 22:37