Samuel Beckett (1906 - 1989) "Beckett’s fascination with Spinoza" (Anthony Uhlmann)

Beckett is vooral bekend om zijn toneelwerk (en met name "Wachten op Godot", zie hieronder), maar zijn korte verhalen zou hij zelf als zijn belangrijkste werk beschouwd hebben, waarin hij zijn ideeën het best kwijt kon. In "Eerste liefde" beschrijft Beckett de onmogelijkheid van liefde aan de hand van een huwelijk dat uiteindelijk mislukt. Andere verhalen beschrijven het zoeken naar geborgenheid en een eigen plek in de wereld teneinde te overleven - een centraal thema in Beckett's werk. Zijn sublieme stijl onderstreept de interne strijd die hiervoor geleverd moet worden.

Je proef hier en daar een geïnjecteerd zijn met enig Spinozisme. Zo bijvoorbeeld in het verhaal "Het einde" [gebundeld in Eerste liefde. Atlas, 2006, oorspr. Premier amour, 1970]:

"Kleine jongetjes jouwden ons uit en wierpen stenen, maar ze mikten slecht want ik werd slechts één keer geraakt, tegen mijn hoed. Een agent hield ons aan, hij verweet ons de openbare rust te verstoren. Mijn vriend merkte op dat we waren zoals de natuur ons uiteindelijk had gemaakt en dat voor de jongetjes hetzelfde gold. Gezien die omstandigheden was het onvermijdelijk dat de openbare rust van tijd tot tijd werd verstoord." [p. 17]

Of in het verhaal "Verstoten" in dezelfde bundel: "Maar in die periode kon ik nog handelen wanneer het absoluut moest. Maar eerst richtte ik mijn blik ten hemel, vanwaar die befaamde bijstand tot ons komt, waar geen wegen zijn aangegeven, waar men vrijelijk rondzwerft, als in een woestijn, waar niets het zicht belemmert, aan geen enkele kant, behalve de grenzen van het gezichtsvermogen zelf." [p.35]

Soms geeft hij uitdrukkelijk een verwijzing naar Spinoza
"Samuel Beckett made use of Spinoza on a number of occasions and copied the following lines into his notes of his reading of Wilhelm Windelband’s
A History of Western Philosophy: “The order of ideas [for Spinoza] is conceived as identical with order of things.” It is apparent why such an idea would appeal to a writer: if literature is understood to involve a kind of thinking, to be, that is, a kind of thought, then an immediate connection between events that are described and some process of thinking is attractive."
Zo begint
Anthony Uhlmann zijn hoofdstuk "Spinoza, Ratiocination, and Art" [In: Dimitris Vardoulakis (Ed) Spinoza now. University of Minnesota Press, London, 2011]

Anthony Uhlmann, professor in the Writing and Society VoorkantResearch Group, University of Western Sydney, schreef veel over Beckett, zoal Beckett and Poststructuralism [Cambridge University Press, 2008, waarin veel over Spinoza cf. books.google], en Anthony Uhlmann (Ed), Samuel Beckett in Context. [Cambridge University Press, 2013 books.google] en heeft het, zoals ik in de kop van dit blog al citeerde, over Beckett’s fascination with Spinoza”, maar Beckett's fascinatie voor Arnold Geulincx is méér bekend en wordt beduidend méér geanalyseerd. In 2006 verscheen bij Brill een door Uhlmann, Han van Ruler en Martin Wilson geredigeerde uitgave The Ethics of Arnold Geulincx With Samuel Beckett's Notes.

Ook verscheen van hem:

VoorkantAnthony Uhlmann, Samuel Beckett and the Philosophical Image. Cambridge University Press, 2006 - 191 pages - books.google

In dit boek wordt vaak naar Spinoza verwezen. Uhlmann geeft een beeld van Beckett's filosofische interesse in Geulincx en Spinoza.

Becketts Spinozastudie
Zeer vaak kom je tegen dat de filosoof en dichter Brian Coffey in de jaren '30 aan Beckett diverse werken van Spinoza leende. Het duidelijkste overzicht over hoe Beckett met Spinoza bezig was vind je in een boek dat dit jaar verscheen en dat alle notities en marginalia e.d. in de 750 boeken van Beckett's bewaard gebleven Parijse bibliotheek inventariseerde: 

Dirk Van Hulle, Mark Nixon, Samuel Beckett's Library. Cambridge University Press, 2013 - 342 pages - books.google

Daarin treffen we deze paragraaf over Spinoza aan:

 

 

Spinoza in Beckett’s Murphy

Van James Acheson is op internet een uitgebreide beschouwing te lezen over "Murphy’s metaphysics in Beckett’s". Daaruit citeer ik de volgende passage over Spinoza:

"Murphy’s sessions in his rocking-chair represent an attempt to achieve not only the temporary freedom afforded by imagination, but ultimately, the permanent freedom he believes to follow from the complete transcendence of worldly desire. Though various critics have shown that his faith in the rewards of self-transcendence derives partly from Geulincx, the way in which Beckett draws Spinoza and Schopenhauer, too, into his satire has not been discussed. Geulincx and Spinoza agree that complete self-transcendence is a supreme good; for once an individual has renounced the world, they argue, he is able to discover the will and thought of God and make his volitions conform to divine reason. What the individual achieves, in Geulincx’s terms, is ‘the unique love of right reason,’ the equivalent, as S.V. Keeling tells us, of Spinoza’s ‘intellectual love of God’.15 In both Spinoza and Geulincx love of God is clearly distinguished from self-love, which is held to be the root of all moral evil. Murphy, however, is either unaware of this, or has dismissed it from mind on the basis that God does not exist. For, as Beckett’s parody of Spinoza in the epigraph to chapter six indicates, Murphy’s behaviour is based not on the intellectual love of God, but on the love of himself.16

16 The epigraph is a parody of Spinoza’s well-known proposition, ‘Deus se ipsum amore intellectuali infinito amat,’ Bk. V. prop. 35 of ‘Ethica ordine geometrico demonstrata’. [Cf. hier]

 

Wachten op Godot - anti-spinozistisch?

Vladimir en Estragon blijven maar wachten op Godot die geacht wordt antwoorden te hebben op vragen waar zij mee zitten, terwijl het er tegelijk alle schijn van heeft dat zij weten dat ook hij hun vragen niet zal kunnen beantwoorden. Uit alles blijkt dat zij hun irreële (teleologische, morele zin-) verwachtingen op hem projecteren. De centrale kwestie is uiteindelijk niet het besef dat de wereld en het leven geen normatieve waarden bieden, maar hoe die conclusie te accepteren. Gedurende twee toneelakten blijven Vladimir en Estragon op Godot wachten en de meeste van hun dialogen gaan over hoe en waarom zij daar zijn. Zij kunnen er niet achter komen waar ze eigenlijk bang voor zijn. Het gaat duidelijk om hun existentiële angst en zij ervaren bepaald niet het Spinozistische inzicht dat het besef dat de wereld amoreel is geluk kan brengen. Zo werkt dat bij hen niet.

Als Estragon voorstelt: "we zullen ons resoluut tot de natuur moeten wenden," zegt Vladimir: "Dat hebben we al geprobeerd." De geschiktheid om gelukkig te worden via rationeel inzicht, en de natuur zoals hij is te accepteren, moet je maar aangeboren zijn. Hoe kunnen zij zonder bepaaldheid daartoe, zonder voldoende reden, hun gedrag wijzigen? Er is sowieso al voldoende rechtvaardiging om op Godot te wachten ook al komt hij nooit en 'doet ie niets'. Vladimir en Estragon mogen dan al nooit helemaal gelukkig zijn met hun omstandigheden toch bevestigen zij hun leven juist door maar te wachten op Godot. Dát namelijk, wachten, is zo al doel in zichzelf. En hun menselijkheid steekt in hun gevoel dat ze hoe dan ook voor elkaar blijken te hebben. Zoals zij met elkaar omgaan staat in scherp contrast met de meester-slaaf-verhouding van Pozzo en Lucky. Zo zijn onvermijdelijk vele relaties, als een natuurlijk (machts-)proces, maar moet dat 'onvermijdelijke' geaccepteerd worden? Het feit dat (machts)verhoudingen aldus in de natuur gedetermineerd zijn, ontslaat iemand nog niet van het hebben van een moreel bewustzijn.

Als Vladimir zegt: "De tijger is afhankelijk van de hulp van zijn soortgenoten zonder de minste reflectie, of anders sluipt hij weg in de diepten van het struikgewas. Maar dat is niet de kwestie. Wat doen we hier, dat is de vraag. En we zijn gezegend hierin, dat we toevallig het antwoord weten. Ja, in deze immense verwarring is slechts één ding duidelijk. We wachten op het komen van Godot." Godot, gezien als iemand die antwoorden kan bieden, staat zo model voor het streven naar een moreel begrip.

Estragon zegt regelmatig: "er valt niets te doen". Beckett ziet ook wel de mogelijke 'oplossing' (à la Camus) dat mensen hun (normatieve) wil aan de wereld trachten op te leggen, hetgeen dan door die wereld voortdurend wordt overruled (mythe van Sisyphus), maar hij ziet dat als een aantasting van wat we in wezen zijn: zo belangrijk is tevredenheid voor hem niet. Want ons bestaan kan toch nooit echt veranderd worden - te zijn is nu eenmaal meestal: ongelukkig en onvervuld zijn. De absurde hoop op Godot's komst is niet zozeer een indicatie van een geloof in zijn komst - het is een herinnering aan de existentiële vragen die hij geacht wordt te beantwoorden.

                                                   * * *

 

Er is ontzettend veel literatuur over Samuel Beckett, hetgeen ik hier symboliseer met deze vele afbeeldingen van hem op internet.

Terwijl hierboven uit Samuel Beckett's Library al duidelijk bleek hoe Beckett met Spinoza bezig was haal ik hier uit Martha Dow Fehsenfeld & Lois More Overbeck (Eds.), The Letters of Samuel Beckett 1929-1940 [Cambridge University Press, 2009] het boven al gegeven citaat mét hun toelichting uit de 

Brief van 19-9-1936 aan Tom McGreevy

[...]

I do not know if Brian is back. I want to see him before I leave. He lent me Brunchwiff's Spinoza et ses Contemporains, the Ethica in the Classiques Garnier with Latin en regard, of which I have had time only for enough to give me a glimpse of Spinoza as a solution & a salvation (imposible in English translation), and Maritain's nauseating Docteur Angélique, which I soon lay down. Feeling what a pity the tetragonal Peripattetic did not fall for the whore proposed by his brother.

Dat manuscripten van Beckett hun geld opbrengen blijkt uit het bericht in The Telegraph van 10 juli 2013: " British university has spent nearly £1 million acquiring the manuscript of the first published novel by Samuel Beckett."

 

________

Verder ingezien 

S. E. Gontarski, A Companion to Samuel Beckett. John Wiley & Sons, 2010 - books.google

Samuel Beckett's German Diaries 1936-1937. Edited by Mark Nixon. Continuum, 2011 - books.google

Samuel Beckett op nl.wikipedia

Fahim Khan, "Spinozism and Existentialism" [Scribd] heb ik gebruikt in de paragraaf over "Wachten op Godot"

_________

Beluister Ben Keatinge's talk ‘Murphy Revisited: Descartes, Spinoza, Geulincx and the Schizophrenia Spectrum’ – recorded on 15th August 2013 at the Samuel Beckett Summer School 2013.

Ben Keatinge- ‘Murphy Revisited: Descartes, Spinoza, Geulincx and the Schizophrenia Spectrum’ by Beckettsummerschool on Mixcloud