Tentoonstelling 'Kapitaal Amsterdam' en de Spinoza's

NRC Handelsblad heeft vandaag een groot artikel over de tentoonstelling Kapitaal Amsterdam die gaat over 400 jaar financiële geschiedenis van de hoofdstad - Amsterdam als geldstad. Na het eerste aandaal (Verenigde Oost-Indische Compagnie) in 1606 en de oprichting van de Wisselbank in 1609 groeide Amsterdam snel uit tot een van de belangrijkste financiële centra ter wereld.

Vermeld wordt verder in het artikel: “Een van de belangrijkste documenten is de recent ontdekte rekening van Michael Spinoza in een grootboek van de Wisselbank uit 1654. De rekening, die een bedrag vermeldt van 15.000 gulden, werpt volgens historici nieuw licht op de financiële nalatenschap van de vader van de vermaarde filosoof Baruch Spinoza. Dat is belangrijk, omdat een conflict over de failliete boedel van zijn vader bijdroeg aan de verstoting van Spinoza uit de Joodse gemeenschap."

NB artikel op 27 juni 2011 op aanmaning van de NRC verwijderd. 

Met die ‘historici’ zal in ieder geval Odette Vlessing, archivaris bij het Amsterdamse Stadsarchief, bedoeld zijn, die er nogal werk van maakt om op grond van haar ontdekking in de registers van de Wisselbank, waaruit blijkt dat Spinoza een aantal betalingen aan schuldeisers deed, de hypothese te propageren dat de ban van Spinoza vooral het gevolg zou zijn van een geschil dat de leiders van de joodse gemeenschap hierover met Spinoza hadden.


   Beurs van Zocher, 1845-1903, Tekening door Herman Misset, 1903
        Collectie Stadsarchief Amsterdam [Nummer 010094001215]

De persdienst van het stadsarchief biedt een fraaie prent van de beurs, waaraan dus ook vader en zoon Spinoza en Jarig Jelles en andere vrienden handelden.

Beurs van Hendrick de Keyser, 1611-1837
tekening door Claes Jansz. Visscher, 1612
Vanaf de 17e eeuw ontmoette Amsterdamse en buitenlandse handelaren elkaar op de beurs in het centrum van Amsterdam. Het eerste Amsterdamse beursgebouw werd tussen 1609 en 1611 over het Rokin gebouwd onder leiding van stadsbouwmeester Hendrick de Keyser. De beurs bestond uit een rechthoekige binnenplaats met daaromheen een zuilengalerij. De fundamenten van de beurs bleken slecht te zijn, waardoor het gebouw verzakte en scheurde. Na verschillende reparaties werd het gebouw uiteindelijk in 1837 afgebroken wegens instortingsgevaar. In 1845 verplaatste de handel zich naar een nieuw classicistisch beursgebouw aan het Damrak, De Beurs van Zocher. Tot die tijd vond de handel plaats in een houten noodgebouw op het Damrak. Al vanaf het begin vonden de effectenhandelaren het nieuwe gebouw niet functioneel en lelijk, daarnaast bood het gebouw al direct te weinig ruimte voor de snel groeiende effectenhandel. Rond de eeuwwisseling werd het vervangen door de Beurs van Berlage.

Bron: Stadsarchief Amsterdam.
Collectie Stichting Vereniging voor de Effectenhandel

 

[Met dank aan Adrie Hoogendoorn die mij van het NRC-artikel op de hoogste stelde]