Was de naturalist en rationalist Spinoza tegelijk ook een mysticus? [3] De casus Van der Tak

Uit een heel ander vaatje dan Carp (cf. vorige blog) tapte W.G. van der Tak, vele jaren secretaris van de Ver. Het Spinozahuis, in zijn boek Bento de Spinoza [Martinus Nijhoff, Den Haag, 1928; hier als pocket in de reeks ‘Helden van de geest’ nr. 6, bij Kruseman, Den Haag, z.j. [1960 volgens de Duitse Spinozabibliografie]].

 

In hoofdstuk 6, “Algemeen karakter en geschiedenis van het Spinozisme”, schrijft hij:

“Des wijsgeers hoofdwerk, de Ethica, welke zijn filosofie volledig bevat, eindigt hooggestemd. De toon, die door het vijfde deel klinkt, verschilt sterk van die, waarin het eerste boek is geschreven, aan het slot waarvan wij lezen: Hiermede heb ik Gods wezen en eigenschappen verklaard, te weten.... Het is dan ook inzonderheid het vijfde deel der Ethica, dat naar inhoud en woordenkeus - denken wij aan de amorem Dei intellectualem - aanleiding heeft gegeven tot de veel gehuldigde opvatting, dat Spinoza in de diepste grond van zijn gemoed een mysticus zou zijn geweest. Zo schreef o.a. Prof. Dr. P. H. Ritter in zijn Geschiedenis van het Substantiebegrip:

Spinoza en Descartes - beiden vingen aan met niet te vinden wat zij zochten, maar wat zij zochten was niet hetzelfde. Beiden zochten een onvervreemdbaar goed; beiden zochten zekerheid - maar Descartes zocht zekerheid voor zijn weten, Spinoza zocht zekerheid voor zijn gemoed. Descartes is de koel-intellectueele aristocraat - Spinoza de gemoedsmensch, vol van ingehouden gloeiende hartsocht. Descartes vangt aan als scepticus - als mysticus Spinoza. En terwijl beiden in de wijsbegeerte het rationalisme vertegenwoordigen, heeft Descartes voor zijn rationalisme zijn scepticisme laten varen, terwijl Spinoza behalve rationalist mysticus blijft tot den einde. Daarom, Descartes heeft moeten afbreken vóór hij begon te bouwen, aan zijn synthese een analyse moeten vooraf laten gaan - maar Spinoza vangt onmiddellijk met zijn philosophie aan. Deze mysticus bezat zijn God voor en aleer hij eene leer ontwierp omtrent God. Deze mysticus ontvangt God van zijne intuïtie; God d.i. de substantie, die van zichzelf de oorzaak is, met andere woorden: wier wezen het bestaan in zich sluit. De mysticus Spinoza ziet God, de substantie - de Semiet Spinoza wraakt dat er zou zijn meer dan eene.

Wij kunnen ons met deze beschouwingen maar ten dele verenigen en zijn bij vergelijking van Spinoza's jeugdwerk, de Korte Verhandeling, met de Ethica eer geneigd op te merken, dat de wijsgeer zich beijverd heeft zelfs elke schijn van mysticisme te vermijden. Moge het eerste werk van mystische invloeden niet geheel en al zijn vrij te pleiten, in de Ethica vermogen wij hiervan niet te bespeuren, tenzij men alle metaphysica mystiek wil noemen. Maar dan is Spinoza's mystiek toch van zodanige aard en vorm, dat zij een inderdaad mystiek gemoed eer zou afstoten dan aantrekken. De ware mysticus heeft immer de ratio gering geschat en de Middeleeuwse mystiek is dan ook voor een groot deel te beschouwen als een reactie op het leerstellige der scholastieke wijsbegeerte. Niet door uitbreiding van adaequate kennis en verdieping van zijn verstandelijke inzicht tracht de mysticus zich de eenswezendheid van zijn ziel met God bewust te maken. De unio mystica der Middeleeuwse vromen, de extase van Plotinus kan men langs verstandelijke weg niet deelachtig worden en zijn derhalve niet gelijk te stellen met de intuïtieve wetenschap van Spinoza. Geheimnis ist alles; wer darber den Verstand als Führer verliert und verlässt, um sich anderswie in dessen Besitz zu setzen, wird zum Mystiker; wer sich aber auch in diesem Bewustsein dem Verstand anvertraut, ist Philosoph, nicht Mystiker. Aldus Professor Bernhard Alexander. Alle mystiek is min of meer pantheïstisch, doch alle pantheïsme is geen mystiek. Ook de aanduiding van het Spinozisme als redelijke mystiek dient beter achterwege te blijven, daar de rede niet mystiek en mysticisme niet rationeel kan zijn.”[p. 133-Het

Met deze benadering van Van der Tak had dr. W.R. van Brakell Buys in zijn proefschrift Het godsbegrip bij Spinoza. Een inleiding tot het monisme [Bijleveld, Utrecht, 1934} nogal moeite. In een voetnoot (43) op blz. 22 schreef hij:

“De opvatting, die Van der Tak van de mystiek heeft, acht ik niet aanvaardbaar. Volgens hem kan een redelijk denker geen mysticus zijn, omdat rede en mystiek elkaar wederkeerig uitsluiten. Dit is een wonderlijke theorie. Wat dan te denken van Plotinus die Drews voor de grootste metaphysicus der oudheid, wellicht zelfs de grootste van alle tijden hield (p. 60)? Wat van Shankara, waarvan R. Otto heeft pogen aan te toonen, dat hij meer mysticus, dan philosoof was, maar die nochtans terecht als belangwekkend metaphysicus gehuldigd wordt, (zie West-Östliche Mystik, p. 22)? Wat uiteindelijk van Meister Eckhardt, in wie men de vader der Deutsche philosophie gezien heeft (zie Piccavet Essai sur l'his. des Theol. et Philos. du Moyen age, p. 14)? Van mystiek spreken wij wanneer niet het denken, maar het beleven in het centrum staat. Dit wil geenszins zeggen dat het denken is uitgeschakeld. Bij de genoemde mystieken had het beleven zich voor de rechtbank der Rede te rechtvaardigen. Het is opmerkelijk dat Van der Tak mystiek en mysticisme dooreen gebruikt, terwijl de beide begrippen toch aanzienlijk uiteenloopen. (Bento De Spinoza, p. 185--186).”

Zo zet ieder z’n eigen idee en z’n eigen voorbeelden neer in dit ‘discours’ over de vraag of Spinoza als mysticus te zien is. Belangrijk is kennelijk hoe als autoriteit geziene deskundigen erover schreven. Van Brakell Buys geeft overigens niet aan wat hij als verschil ziet tussen mystiek en mysticisme. Als ik kijk naar het lemma 'mysticism' op de Stanford Encyclopedia of Philosophy, lijkt er mij weinig aanleiding voor zo'n onderscheid.

Ik probeer in deze reeks blogs te achterhalen wát aan argumenten en feiten wordt ingezet in dit debat.

 

Reacties

'k Was in eerste instantie geneigd meteen te reageren op je eerste blog van deze serie met een ontwikkelingspsychologisch en historisch commentaar, maar ben inmiddels zo 'flabbergasted' door de opeenvolging van blogs met een schat aan views op het veronderstelde en/of vermoede mystieke 'gehalte' van (het werk van) Spinoza dat ik even wacht op wat er mogelijk nog meer komt. Ik wil je ondertussen in ieder geval laten weten dat ik deze serie met grote belangstelling volg.

Nog een paar blogs, Aris, ik ben nu ruim over de helft en hoop dan aan een conclusie toe te komen (wat nog niet zo eenvoudig zal zijn)