Zeitschrift für Ideengeschichte: Spinoza-nummer

Van Kees van Hage ontving ik de tip dat het voorjaarsnummer van Zeitschrift für Ideengeschichte een themanummer over Spinoza is.

Zeitschrift für Ideengeschichte - UmschlagabbildungBehalve de redactionele inleiding op het thema is nog één artikel vrij toegankelijk:

Jedes Jahrhundert hat seinen eigenen Spinoza. Ein Gespräch mit Pierre Macherey. [PDF]

Ik ben zeer verheugd dat we iets in het Duits kunnen lezen van deze Pierre Macherey die bekend werd om zijn Hegel ou Spinoza [Paris 1979] en Introduction à l’Éthique de Spinoza [5 Banden, Paris 1994–1998]

Verder zijn er bijdragen van Ursula Goldenbaum, Birgit Sandkaulen en Klaus-Dieter Eichler

Albert Verwey (1865-1937) in het spoor van de 'romantische' Spinoza-receptie

Als bijdrage aan de voorbereiding van de komende Spinoza zomerweek die zal gaan over Spinoza en literatuur/kunst, hier nog eens een blog over de dichter Albert Verwey aan wie ik in de loop der tijd al enige blogs wijdde.

Op 13 sept. 2009 had ik zijn gedicht Spinoza uit 1919

Op 24 jan. 2009 zijn gedichtje Bij Spinoza te Rijnsburg uit 1901

Op 21 juli 2009 zijn gedicht Cor Cordium uit 1886 (eerste en laatste strofe)

Op 14 febr. 2011 zijn gedicht Bij de Dood van een Vriend uit zijn bundel uit 1935

Telkens bracht ik in die blogs enige informatie over de dichter Verwey.

VoorkantIk zag aanleiding voor een vijfde blog daar ik een korte samenvatting ontdekte van het hoofdstuk “Albert Verwey als erfgenaam van het nonconformisme. Een verkenning van de religieus-historische achtergronden van zijn spinozisme” dat Albert Verwey's kleinzoon Dr. Gerlof Verwey bijdroeg aan Philippus Breuker, Jan Gulmans (Red.), De dichters en filosofen. [Nummer 1 van Obe Postma-Rige. Kok ten Have, 2008, p. 15 – 46]

Die samenvatting is te vinden In: Wjerklank, Tydskrift fan it Obe Postma Selskip, Jiergong 1 Nûmer 2 [2007]

Ik neem deze beknopte en relevante tekst hier graag over. Volgens Gerlof Verwey vormde Albert Verwey 'een eigen variant' van Spinoza's filosofie.

Lees verder...

Infinita absolute attributa

De bezoeker van dit weblog heeft er geen idee van, hoeveel gevolgen dit weblog nog geeft, door e-mails die mij bereiken, o.a. via het e-mailadres dat het weblog geeft. Zo ontvang ik tips of commentaar op blogs of reacties. Maar ik ontvang ook verzoeken, bijvoorbeeld recent nog waar ik een bepaalde afbeelding vandaan had. Of ik krijg verzoeken om een toelichting. Ik geef altijd antwoord naar vermogen. Nu overweeg ik om, wanneer dat te pas komt, mijn antwoord via een blog te geven. Niet alleen omdat wellicht ook iemand anders iets aan mijn antwoord heeft, maar vooral ook om mij te laten controleren. Wie weet geeft mijn antwoord aanleiding voor iemand om mij aan te vullen of te corrigeren. De naam van de vraagsteller breng ik terug tot initialen.

Vandaag ontving ik deze vraag

Geachte heer Verdult,

In de gespreksgroep waar ik deel van uit maak kwam onlangs de volgende vraag naar voren:

Stelling 11 van de ethica luidt dat God een substantie is die uit oneindige attributen (infinitis attributis) bestaat. In stelling 9 wordt beweerd dat hoe meer werkelijkheid een ding heeft, hoe meer attributen er aan toe komen.

De vraag waar wij niet uit kwamen was:

Bedoelt Spinoza dat de attributen van zichzelf oneindig zijn, dat een substantie een oneindig aantal attributen heeft of beide? Kunt u ons hiermee verder helpen?

Vriendelijke groet,

E. H.

                                       

Lees verder...

Introduction van Jonathan Israel's Democratic Enlightenment staat gereed

Philosophy, Revolution, and Human Rights 1750-1790

Begin april had ik al het bericht dat de cover van het derde deel van de Verlichtings-trilogie van Jonathan Israel te zien was.

Jonathan Israel, Democratic Enlightenment. Philosophy, Revolution, and Human Rights 1750-1790  - in augustus te verschijnen.

Inmiddels - kreeg ik als tip van een student uit Maastricht door - is daar ook de Inleiding al te downloaden - PDF.   

Hij stelt zich tot taak om een heldere en preciese samenvatting te bieden van waar het hem in zijn drie dikke boekdelen om gaat. Dat doet hij door nog eens uitvoerig in te gaan op de definitie van wat onder de Verlichting te verstaan; en dat doet hij uiteraard in discussie met anderen die met nieuwe studies kwamen of commentaar op zijn aanpak hebben.

Verder benadrukt hij dat hij niet beweert dat het de filosofische ideeën zijn die hij alleen verantwoordelijk zou stellen voor veranderen, maar dat het de interactie tussen ideeën met sociale praktijken is, waardoor (revolutionaire) veranderingen ontstaan.

Hij noemt "seven great thinkers" die de hoofdrol spelen in de Verlichtingstijd, maar nog eens beargumenteert hij dat "Spinoza’s contribution was arguably the most crucial in crystallizing what is here termed Radical Enlightenment."

Ik ga hier niet de lange 35-pagina's Introduction samenvatten - had slechts de opzet de bezoekers van dit weblog erop te wijzen dat die bij OUP alvast klaarstaat.

Wandeling: Spinoza in Amsterdam

Ingenieur, filosoof en HOVO-docent Wim Lintsen organiseert en leidt voor de Volksuniversiteit Castricum op zondag zondag 2 oktober vanaf 09:30 uur een

WANDELING: SPINOZA IN AMSTERDAM

"Amsterdam leren kennen door de ogen van Spinoza, dat is wat we met deze wandeling gaan doen. Nederlands beroemdste filosoof leefde van 1632 tot 1677, dus midden in de Gouden Eeuw. Amsterdam was toen het financiële centrum van Europa en tegelijk een toevluchtsoord voor protestanten en joden. Spinoza groeide op in de Portugees-joodse wijk, waar nu de Stopera staat. Hij werkte in de handelsfirma van zijn vader en bezocht de koopmansbeurs op de Dam. Na zijn verbanning uit de joodse gemeenschap (in 1656) bezocht hij de Latijnse school aan de Singel. Spinoza werd in 1660 uit de stad Amsterdam verbannen omdat zijn filosofische ideeën voor te grote onrust zorgden.

De wandeling bestaat uit twee delen en duurt (incl. pauze) circa drie uur. We starten in het Victoria hotel (tegenover het Centraal Station), waar een korte inleiding wordt gegeven op het leven en denken van Spinoza. De tocht voert langs plekken die voelbaar maken wat de machtsverhoudingen waren in Amsterdam. We bespreken het economische, politieke en religieuze krachtenveld en de rol die Spinoza daarbinnen speelde. We houden pauze in het café-restaurant van het Amsterdams Historisch Museum. In het tweede deel van de tocht is er aandacht voor de meer persoonlijke achtergrond van Spinoza. We eindigen de wandeling bij het Spinozabeeld tegenover restaurant Dantzig aan de Amstel.

Deze 'les van 3 uur' kost € 10."

Voor inschrijving ga naar Volksuniversiteit Castricum

Website ir. Wim Lintsen

Het Gilde Amsterdam organiseert alleen nog Spinoza-wandelingen op aanvraag. Voor de pagina daarover gebruikte men een foto die ik plaatste op mijn blog van 2 juni 2008 over zo'n Spinoza-wandeling waaraan ik deelnam (drie jaar geleden alweer, wat vliegt de tijd).

 

Joy & Spinoza

Dit valt onder de travialia m.b.t. Spinoza, maar deze vind ik te leuk om niet door te geven. 

Zie via Google Maps hoe in het Rouge Park van Detroit de Spinoza Drive de Joy Road kruist…

Ooit moet iemand bij de naamgeving van de wegen in dat park een speelse geest hebben gehad én kennis van zaken (en ook wat ironie). Schitterende combinatie toch, Joy & Spinoza!

Ik kom hierop daar vrijwilligers worden gezocht voor een schoonmaakparty op “Rouge Park Appreciation Day.”

"Volunteers are being sought for next weekend's annual cleanup of Rouge Park in Detroit.
The event is June 4. Volunteers will help weed and plant flowers. They'll also improve trails, work in the park's tree nursery and the D-Town Farm, and help clean up the park.
Volunteers meet at 8 a.m. on the southeast corner of Joy Road and Spinoza Drive. All volunteers get lunch after the cleanup.
The cleanup is coordinated by the Friends of Rouge Park, which has been working to improve the park since 2002." [Hier]

Curley’s The Collected Works of Spinoza, Vol. 2 in de planning

Bijna drie jaar geleden, 10 juli 2008, had ik een blog over de Spinoza-scholar Edwin M. Curley.

bookjacketDaarin noemde ik uiteraard Curley’s The Collected Works of Spinoza, Volume I, Edited and translated by Edwin M. Curley die in 1985 bij Princeton University Press was uitgekomen.

Sinds 1985 wordt gewacht op het tweede deel! Ik noteerde: “Aandoenlijk is het bijna om op Amazon.com de verzuchtingen in de loop der jaren te lezen van lezers die uitzien naar deel II van die volledige werken van Spinoza, dat er nog altijd niet is.” Dat was bijna drie jaar geleden.

Inmiddels gaf iemand die dat van een medewerker van de uitgever te horen kreeg, mij door dat The Collected Works of Spinoza, Vol. 2 is currently scheduled to be published in Spring 2012.

Het is maar dat ook u het weet. We houden het voor u in de gaten.

De Engelstalige wereld heeft intussen allang de volledige vertaling van Shirley omarmd.

Irvin D. Yalom’s 'The Spinoza Problem' op komst

Op 22 februari 2010 bracht ik het blog dat de succesvolle auteur Irvin D. Yalom bezig was met een boek dat 'The Spinoza Problem' zou gaan heten. De in Californië wonende emeritus-hoogleraar psychiatrie, Irvin D. Yalom, is geboren in Washington in 1931 als zoon van geëmigreerde Russische joden. Ondanks dat hij in armoede in een getto opgroeide, voedde hij zichzelf met het lezen van literatuur en verslond hij Dostojevski, Tolstoj, Sartre en Camus. Zelf werd hij schrijver van internationale succesboeken als 'Nietzsches tranen', 'De therapeut', 'Mama en de lessen van de ziel', 'Therapie als geschenk', 'De Schopenhauer-kuur' en andere titels.

Toen later een verwijzing naar die komende titel op zijn website uit beeld verdween, vreesde ik dat van het voornemen misschien niets terecht ging komen. Maar zie… uit het volgende vandaag gepubliceerde bericht blijkt dat het boek er inderdaad aan staat te komen:

“Agent Sandra Dijkstra sold North American rights, in a two-book deal, to Irvin D. Yalom's The Spinoza Problem to T.J. Kelleher at Basic Books. The novel, which Basic described as a "psycho-philosophical" work, examines the influence of the titular Dutch Jewish philosopher on the high-ranking Nazi, Alfred Rosenberg. Kelleher explained that Rosenberg is actually the source of the phrase "the Spinoza problem." The Spinoza Problem is scheduled for early 2012.

The second book in the deal will be a follow-up to the author's 1989 novel, Love's Executioner (which Basic Books originally published and will be reissuing). That novel contained 10 tales about a psychotherapist's patients and their compulsions. The second book in the deal will also contain the e-book original, I'm Calling the Police, which Basic released in March.”[van hier]

            

 

Spinoza erkend als van de grootste betekenis voor het vrije denken

Vandaag is het OVT-programma dat gisteren, zondag, van op het Vrij denken festival in de Beurs van Berlage werd uitgezonden op internet gezet. Ik heb er vandaag naar geluisterd en kon constateren dat het nog best een redelijk te volgen gesprek werd, waarbij niet steeds al te gehaast moest worden gesproken om maar het woord te houden en niet al te veel door elkaar werd gepraat. Tot mijn vreugde mocht ik constateren (en had uiteraard niet anders verwacht) dat Wiep van Bunge in een aantal statements heel duidelijk de geweldige betekenis van Spinoza neerzette.

Vanaf het begin was al wel duidelijk dat Spinoza ging 'winnen', maar ook Wiep van Bunge benadrukte (zoals ik in dit blog] dat een filosoof uiteraard niet in zo’n wedstrijd te stoppen is. Hijzelf had trouwens het liefst op Adriaan Koerbagh gestemd – als de martelaar van het vrije denken. Dat had hij overigens niet gedaan, want de enige stem op Koerbagh was tijdens de uitzending op de website ingebracht, waarschijnlijk doordat Van Bunge hem noemde. Ook Nelleke Noordervliet had Adriaen Koerbagh hoog zitten en roemde daarnaast de betekenis van Franciscus van den Enden, de leermeester van Spinoza. 

Door de stemmen die tijdens de uitzending werden uitgebracht, werden Erasmus en Multatuli van plaats verwisseld; met overigens slechts één stem verschil tussen beiden.

In totaal hebben 474 mensen gestemd, waarvan de helft tijdens de uitzending. Einduitslag:

Spinoza     45.47%

Multatuli  22.54%

Erasmus   22.13%

Anders        9.86%

 

The Jerusalem Report noemt Spinoza joods theoloog

Met het oog op de Spinoza-beeldvorming geef ik in de categorie 'merkwaardigheden over Spinoza' een link naar een artikel op de website van The Jerusalem Report. Het stukje is geschreven n.a.v. van een lezing in Jerusalem over de toekomst van het jodendom door Arthur Green, auteur van Radical Judaism: Rethinking God and Tradition. Ik meld het maar even en citeer de eerste regels.

                  Foto: Avi Katz

IT IS A PARADOX THAT FOR A people who claim to have introduced monotheism to the world, the Jews have produced very few theologians.

Many of those who may be defined as such often found themselves at odds with the mainstream community: Philo, Maimonides and Spinoza to name but three. In more recent times, weighty figures such as Franz Rosenzweig, Martin Buber, Avraham Heschel and Rabbi Yosef Soloveitchik might be added to this brief list. These are thinkers who have tried to articulate a coherent philosophy behind Judaism’s complex amalgam of beliefs, historical experiences and existential concerns. [lees hier]

Lees verder...

Blogs over Rudolf Steiner (1861-1925) over Spinoza

Soms voel ik me wel eens de archivaris van Spinoza: alles wat ik op internet en elders vindt, dat ook maar enige betrekking tot Spinoza heeft, haal ik als een hamster naar dit weblog.
Nu ben ik iemand tegengekomen die ongeveer ditzelfde doet met betrekking tot Rudolf Steiner, maar dan als een nóg grotere hamster dan ik ben.

Het gaat om Michel Gastkemper die deze maand bezig is met na te gaan wat Rudolf Steiner zoal over Spinoza te zeggen heeft. En dat liet hij voorafgaan door enig verzamelwerk inzake Spinoza.

foto van Michel GastkemperMichel Gastkemper is antroposoof en zeer geïnteresseerd in Rudolf Steiner. Zo is hij onder meer lid van de hoofdredactie van ‘Antroposana’, het kwartaaltijdschrift van de landelijke patiëntenvereniging antroposofische gezondheidszorg, redacteur van ‘De Digitale Verbreding’, het door de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders (NVAZ) uitgegeven online tijdschrift en redacteur van de Rudolf Steiner Vertalingen, die de Werken en voordrachten van Rudolf Steiner in het Nederlands uitgeeft. En hij houdt een weblog bij over “Antroposofie in de pers” zeg maar in de meest ruime zin van het woord.

Lees verder...

Nog eens over het onlangs ontdekte Ethica-manuscript

Ook vandaag had Trouw niets over de ontdekking van het manuscript van de Ethica. Ook op de website van de Volkskrant is er niets over te vinden. En tot het wereldnieuws doorgedrongen is het eveneens nog steeds niet. Ziet men het belang er niet van in? De AAS heeft vandaag ook informatie over de vondst.

[Zie hier, hier en hier blogs over en n.a.v. deze ontdekking, waaruit wel enige opwinding blijkt... Net als uit de 625 unieke bezoekers die gisteren een kijkje op dit weblog kwamen nemen; 60% van de page views werd gedaan vanuit Noord Amerika! Daar had men er blijkbaar toch iets van vernomen. 
Zie de statistiek maar, helemaal onderaan de blogs.]

Uit het feit dat al over enkele maanden, in augustus, bij Brill een editie zou uitkomen, bezorgd door en met een historische inleiding van Leen Spruit en Pina Totaro, mag je aannemen dat de ontdekking die nu naar buiten is gekomen al veel langer geleden is gedaan - als je in aanmerking neemt hoelang de productie van wetenschappelijke uitgaven bij Brill in beslag neemt.
De redacteuren zouden in die publicatie de resultaten van vergelijking van de in de Opera Posthuma gepubliceerde tekst met dit manuscript brengen. Zoiets vergt toc h flink wat tijd van de bezorgers - en daarbij komt dan nog de flinke som tijd die Brill meestal nodig heeft.
Er is geen datum van de ontdekking bekend gemaakt, maar dat zal een flinke tijd achter ons liggen. Het lijkt me nogal wat om zo'n ontdekking zo lang voor je te kunnen houden. Zoiets wil je toch meteen uitschreeuwen, zou je denken.

Update 16:08 uur: Ik ontving van Michel Gastkemper (waarvoor dank) de tip dat de berichten in de NRC over de vondst van het Ethica-manuscript te vinden zijn op nrc.boeken: 1-NIEUWS en 2-INTERVIEW

Lees verder...

N.a.v. het onlangs ontdekte Ethica-manuscript

[Dit blog van 26-05-2011, 23:03 uur werd door mij per ongeluk  gewist, maar ik vond het nog in Googles cache-geheugen, zodat ik het alsnog kan herplaatsen]

Wim Klever zond mij een e-mail n.a.v. het opwindende bericht in de NRC van vandaag over de vondst van Leen Spruit van het Ethica-manuscript in de Vaticaanse bibliotheek. (Zie dit blog). Hij en ik zijn uiteraard benieuwd naar de scans van het handschrift. Inhoudelijk zouden ze geen nieuws opleveren, maar toch… Wie weet kunnen er belangrijke tekstuele verhelderingen uit voortvloeien inzake eindredactionele wijzigingen en foutjes bij het zetwerk…
Uit die mails deze informatie:

Over de kopieerder Petrus van Gent
Zoals je weet heb ik verschillende keren over Tschirnhaus, Stensen en vooral ook Pieter van Gent gepubliceerd. Voorjaar 1991 publiceerde ik in CAHIERS SPINOZA 6 uit een brief van Dr. Petrus van Gent aan Tschirnhaus (in Saksen), die hem op 23-3-1679 klagend schreef over de ellendige Schuller: "Ik heb hem zo veel diensten bewezen, hem uitnodigend op een etentje, voor hem grotendeels Spinoza's werken overschrijvend (Spinozae opera maximam partem describendo), die aanbevelend aan onze vrienden...". 

 

Over de Roomse speuractiviteiten
Rome speurde actief naar nieuws over Spinoza. "From a letter, written by cardinal Barberini on 18-9-1677 to Neercassel it becomes clear, that Rome is alarmed by  a rumour about an atheistic manuscript of Spinoza and wants to know more about it. Probably the convert Albert Burgh, former friend of Spinoza, was one of the informants. Neercassel is charged with an inquisitive task (Uit Klever, LETTERS TO AND FROM NEERCASSEL, in STUDIA SPINOZANA, vol.4, 1988). Ik publiceer vervolgens een heel interessante briefwisseling. Neecassel, apostolisch vicaris van Rooms Nederland, gaat informaties inwinnen bij Rieuwertsz en vertelt ons behoorlijk wat nieuws, ook over Van den Enden.

Je kunt dichter bij Spinoza komen

De kop van het artikel in de NRC gisteren waarin de vinder van het Ethica-manuscript werd geciteerd luidde: "Dichter bij Spinoza kun je niet komen." [Cf blog] Ik begrijp het enthousiasme van Leen Spruit, de ontdekker. En waar het om de Ethica gaat zal dat wel kunnen kloppen. Maar als het om Spinoza zelf gaat dan kun je dichter bij hem komen door de enkele door hem zelf geschreven brieven die bewaard bleven.

Ik had die ervaring van 'dicht bij Spinoza komen' op de tentoonstelling Libertas Philosophandi. Spinoza als gids voor de vrije wereld die de Bibliotheca Philosophica Hermetica (BPH) in 2008 organiseerde. Daar was de brief die Spinoza vanuit Voorburg op 26 juli 1663 aan Lodewijk Meijer schreef, tentoongesteld. Die brief (genummerd als Brief 12A) is in de kop van dit weblog en hieronder aan te klikken.

Voor Trouw was de vondst van het manuscript in Rome kennelijk geen nieuws. De krant meldt er vandaag niets over en op de website wordt er eveneens geen woord aan gewijd. Jammer, ik had gehoopt dat iemand op de redactie daar er misschien nog iets meer over te weten was gekomen. Niets dus.

Lees verder...

'Wie van de drie'-spelletje: Erasmus, Spinoza of Multatuli – wie was de grootste voor het vrije denken?

We hadden al eens zo’n debacle: de verkiezing van de grootste Nederlander in november 2004 – met als uitkomst Pim Fortuyn. Erasmus kwam toen nog in de top tien. Spinoza en Multatuli hoorden in ieder geval tot de groslijst van 200 genomineerden. Die schande is nog na te lezen op wikipedia.

Ter gelegenheid van de viering van het 85-jarig bestaan van de VPRO, organiseert het geschiedenisprogramma OVT in de Beurs van Berlage een Vrij denken festival.

Live vanuit het café van de Beurs van Berlage in Amsterdam presenteren Paul van der Gaag en Jos Palm deze zgn. ode aan het vrije denken.

Het zal gaan over Erasmus, Spinoza en Multatuli: de vaders van de gewetensvrijheid hier te lande. En dan met name om de vraag: wie van de drie is het belangrijkst geweest voor de geestelijke bevrijding van ons land? 

Lees verder...

In de Vaticaanse bibliotheek tot heden onbekend manuscript van Spinoza’s Ethica gevonden

In de Vaticaanse bibliotheek is een tot nu toe onbekend handschrift van de Ethica van Baruch Spinoza gevonden. De Nederlandse filosoof Leen Spruit, verbonden aan de universiteit La Sapienza in Rome, deed de ontdekking.

Het gaat om een afschrift van Spinoza’s eigen tekst uit 1675. Het is ouder dan de tekst van de Ethica die we tegenwoordig lezen. Die stamt uit 1678 en is, naar nu blijkt, grammaticaal en stilistisch bewerkt door Spinoza’s postume tekstbezorgers voordat het gepubliceerd werd.

[…]

Jonathan Israël stelde onlangs nog voor om het werk te beschouwen als dé grondtekst voor de radicale Verlichting. Die ligt op haar beurt weer ten grondslag aan het westerse seculiere liberalisme, met basiswaarden van vrijheid, tolerantie en scheiding van kerk en staat.

De totstandkoming van het nu gevonden handschrift werpt nieuw licht op de commotie die destijds werd veroorzaakt door de ideeën van Spinoza. Het blijkt in september 1677, enkele maanden na zijn dood, te zijn ingeleverd bij de Romeinse Inquisitie door een ex-vriend, Niels Stensen. Die moet erin geslaagd zijn het los te peuteren van een andere vriend van Spinoza, waarschijnlijk Ehrenfried Walther Tschirnhaus.

De (Latijnse) editie van de Ethica die we nu lezen is dus een editie die vrienden en geestverwanten van de filosoof na diens dood hebben verzorgd op basis van het handschrift in zijn nalatenschap. Omdat geen autograaf werd genoemd, bleef altijd onduidelijk in hoeverre er na zijn dood nog wijzigingen zijn aangebracht in het manuscript.

Een editie van de nu ontdekte versie komt over enkele maanden uit.

Lees verder...

Spinoza’s betekenis voor de gemeenschap

Een week geleden had ik een blog n.a.v. een fraai overzichtsartikel in The Jewish Week over de groei van het seculiere jodendom en het ontstaan van seculiere joodse organisaties. Ik dacht daarmee voor langere tijd wel weer genoeg aandacht gegeven te hebben aan wat Spinoza voor hedendaagse, zowel seculiere als gelovige, joden blijkt te betekenen. Maar gisteren kwam ik weer een citaat tegen dat ik niet zomaar voorbij kon laten gaan en waar ik de bezoekers van dit weblog graag op wijs.

NemesisHet was naar aanleiding van de ‘viering’ van Philip Roth en zijn laatste boek, Nemesis, dat weer overal positieve recensies ontving.
Dit 31e boek van de inmiddels zevenenzeventigjarige Philip Roth kwam een half jaar geleden uit. Nemesis speelt in de zomer van 1944 tijdens een polio-epidemie die de kinderen van Newark overvalt. Roth schrijft in deze roman over een 23-jarige hoofdpersoon en zijn privé-oorlog tegen die epidemie, en over wat zo’n bedreiging met een gemeenschap doet. Roth stelt kernvragen aan de orde als: welke keuzes van mensen hebben een noodlottige invloed op de loop van hun leven? Hoe weerloos staat de mens tegenover de macht van het toeval?

Lees verder...

Arnold Geulincx (1624 – 1669) een pre-Spinozist?

Voor ik verder ga met een blog over Cornelis Bontekoe, student van en bezorger van het werk van Arnold Geulincx, las ik eerst een blogje in over deze Geulincx.

Er is hier en daar verwantschap tussen de leer van Spinoza en Geulincx, maar de verschillen zijn groter, doordat Geulincx een gelovige was en de vrije wil, althans wat God betreft, aanhing. Later is er over gespeculeerd dat Geulincx van Spinoza of deze van Geulincx dingen zouden hebben ontleend. De Voetiaan Carolus Tuinman (1659-1728) publiceerde in 1715 een werkje A. Geulinx Medemaat van B. de Spinoza en der Vrygeesten. Maar dat was louter speculatief. Of Geulincx en Spinoza elkaar gekend hebben en of er van beïnvloeding van elkaar sprake is geweest, daarvoor is geen evidentie gevonden. De invloed op beide moet bij Descartes gezocht worden – en bij wat er in de 17e eeuw ‘in de lucht hing’, vooral wat betreft de oplossing voor de door Descartes gescheiden lichaam en geest. Zeker is dat Spinoza niets moest hebben van het occasionalisme, waarvan Geulincx als de eerste bedenker gezien wordt – vóór Malebranche - van het van alle tijden gelijk opgaan (als klokken) van de dingen in hun uitgebreidheid en in het denken.

De meest concrete relatie tussen Spinoza en Geulincx is wellicht te vinden in de 19e eeuw, toen prof. J.P.N. Land uit gelden die overgebleven waren uit de inzameling voor het in Den Haag opgerichte en in 1880 onthulde Spinozabeeld, een uitgave van de verzamelde werken van zowel Spinoza als Geulincx bezorgde. De laatste werd toch als een soort van voorloper van Spinoza gezien.

Lees verder...

VHS zomerweek over Spinoza en literatuur/kunst

Sinds gisteren staat op de website van Het Spinozahuis het programma van de Spinoza zomerweek die van 25 t/m 29 juli 2011 Woodbrookershuis in Barchem onder leiding van Miriam van Reijen zal worden gehouden.

Het ziet er gevarieerd uit, met veel nieuwe inleiders.

“In deze zomerweek komen een aantal schrijvers en beeldend kunstenaars aan de orde die geïnspireerd zijn door Spinoza’s gedachtegoed. In de 17e eeuw betreft het contacten van Spinoza zelf, die een rol speelden in het theaterleven in Amsterdam. In de 18e eeuw werden zowel in Nederland als in Frankrijk vrijdenkers al dan niet terecht op grond van hun literaire geschriften beschuldigd van spinozisme.
In gedichten van de Tachtigers is Spinoza expliciet aanwezig; J. H. Leopold vertaalde bovendien de Verhandeling over de verbetering van het verstand en Herman Gorter de Ethica.
Wellicht kan de ingang van de literatuur en de beeldende kunst een bijdrage leveren aan zowel het beter begrijpen van Spinoza’s filosofie als van de fascinatie die ervan uit kan gaan op literatoren.”

Zie op de website van Het Spinozahuis het programma en de mogelijkheid van inschrijven. Achter de foto van Barchem zit een link naar het verslag op dit weblog over de zomerweek van 2009. 

Lees verder...

Cornelis Bontekoe (1647 – 1685) nam afstand van 'den Heyloosen' Spinoza [1]

Cornelis Bontekoe (1647 – 1685)Hij was een spraakmakende arts in de 17e eeuw. Opmerkelijk is het dat hij geen Nederlandse Wikipediapagina heeft, maar nog opmerkelijker dat er helemaal geen serieuze monografie over hem bestaat, alleen een enigszins journalistiek boekje over hem als theedokter: E. D. Baumann, Cornelis Bontekoe, 1640-1685: de theedoctor [Misset, 1949].

Eigenlijk heette hij Dekker, maar hij noemde zich Bontekoe, naar het uithangbord van de kruiden- en apothekerszaak in Alkmaar van zijn vader Gerrit Jansz Dekker. Je komt verschillende geboortedata tegen (1640, 1644, 1645, 1647), maar C. Louise Thijssen-Schoute verrichtte het meest serieuze onderzoek en komt op 1647 als meest waarschijnlijke datum. Die houd ik dus aan.

Bontekoe begon als chirurgijnsleerling maar hij prefereerde een echt medische studie schreef zich in 1665 in de Leidde Universiteit in om medicijnen te studeren bij Jan van Horne (1621-1670)
en François de la Boë Sylvius (1614-1672), onder wie de dominantie wat betreft de medicijnen zich van Noord-Italië naar Leiden verplaatste. In navolging van Sylvius werd hij een vurig aanhanger van de iatrochemica, de genzing door chemische middelen. Hij promoveerde in 1667 op het proefschrift Dissertatio de Gangraena et Sphacelo. Hij trouwde in dezelfde maand met zijn nichtje Anna de Moraez en vestigde zich in Alkmaar waar hij door zijn bekwaamheid en nieuwe geneeswijzen al snel een grote praktijk kreeg. Wat hem kinnesinne van collega’s en daar hij eigen geneesmiddelen bereidde verzet van apothekers, wier privilege hij schond. Zijn vrouw Anna overleed al op 29 juli 1668. Hun twee dochtertjes stierven een maand later. Zijn tweede huwelijk dat hij een jaar later sloot met Jannetje Reiniersd Post eindigde in een scheiding via een rechtszaak.

Lees verder...

Siegfried Hessing, Einstein & Spinoza

Naar aanleiding van het blog dat ik gisteren schreef en dat ik wegens de afbeelding op de cover van Speculum Spinozanum 1677-1977, de titel meegaf “Een zaligverklaring van Benedictus de Spinoza...” ontving ik een link naar een site met aanbiedingen van dat boek en tot mijn verrassing stond daar een uitvoerige tekst, waarin meer gegevens over Siegfried Hessing vermeld worden. Graag maak ik daarmee een apart blog over hem – om te bewaren.

Siegfried Hessing en zijn vrouw de naïeve schilder Perle Hessing, geboren Hirsch - in mei 1971 in AustraliëSiegfried Hessing (over de foto onderaan meer) moet een nog grotere en fanatiekere Spinoza-fan geweest zijn dan ik mezelf ervaar. Ik maak het me makkelijk door veel op internet te zoeken en veel te lezen waar ik de hand op kan leggen en daar dan blogs over te maken. Maar Hessing deed veel en veel meer. Ook hij was van mening dat de orthodoxe joden het niet moesten wagen de in 1656 over Spinoza uitgesproken ban weer in te trekken. Die ban bestond trouwens niet meer, volgens hem was er de "trans-existential invalidity of such a ban." (In Speculum Spinozanum 1677-1977, p. 578) 

In 1932, the tercentenary of Spinoza’s birth, Einstein was asked by several people to write about Spinoza but refused. For example, Siegfried Hessing, a publicist from Czernowits, Rumania, invited him to join Henri Bergson, Sigmund Freud, Stefan Zweig, Romain Rolland, and others in writing a series of essays in honor of Spinoza. Einstein replied, “Unfortunately, to love Spinoza does not suffice to be allowed to write about him; this one must leave to those who have gone further into the historical background.” [Brief van Einstein aan Hessing van 8 September 1932. In: Max Jammer: Einstein and Religion PDF]

In 1933 verscheen dan Siegfried Hessing (Hrsg.), Spinoza-Festschrift: Zum 300. Geburtstage Benedict Spinozas (1632–1932).  Heidelberg, Karl Winter, 1933. [in 1962 heruitgegeven als  Dreihundert Jahre Ewigkeit. Spinoza-Festschrift 1632-1932, 2. verm. Auflage‚ Den Haag, Martinus Nijhoff, 1962, XLII, 205 pp.]

Zie het begin van de bespreking van dit Spinoza-Festschrift in: The Journal of Philosophy Vol. 30, No. 24, Nov. 23, 1933

O
ver die uitgave schreef Dr. Hans Alfred Grunsky van de Universität München in het schandelijke “Der Einbruch des Judentums in die Philosophie” onder meer (ik had dit al eens in een blog over Carp geciteerd):

„Anfang 1933 kam in einem deutschen Verlag eine Spinoza-Festschrift heraus, die jeder in die Hand nehmen sollte, der noch irgendwelchen Zweifel an dem jüdischen Charakter des Spinozismus hat. Unter 22 Verfassern, die Beiträge lieferten, befinden sich hoch gegriffen vier bis fünf Nichtjuden, darunter der Ehren-Bolschewist Romain Rolland.
„Gleich wie von den Brüdern in Christo eine Nachfolge Christi anerkannt wird, ebenso wollen wir Brüder in Spinoza deiner (Spinozas) Erkenntnis und Liebe Gefolgschaft leisten!“ ruft der herausgebende Jude Siegfried Hessing in seiner grotesk-geschmacklosen Lobrede auf Spinoza aus.“

Aangenomen dat Grunsky juist citeert dan had Hessing inderdaad een neiging tot zaligverklaring van Benedictus de Spinoza...

Lees verder...

Een zaligverklaring van Benedictus de Spinoza...

In 1977 werd op vele plaatsen in de wereld de 300e sterfdag van Spinoza herdacht. Door de Universiteit van Amsterdam werd bijvoorbeeld een grote Spinoza-tentoonstelling ingericht. Er werden conferenties gehouden. En er kwamen publicaties.

Eén daarvan was Speculum Spinozanum 1677-1977, waarvoor Siegfried Hessing de redactie voerde en bijdragen vanuit de hele wereld inzamelde. Ik heb nog wel eens geprobeerd een exemplaar ervan op de kop te tikken, maar vond toen geen aanbod bij antiquairs.

Siegfried Hessing: Speculum Spinozanum 1677-1977. Routlegde & Kegan, London, 1977

Bijdragen in Engels, Frans en Duits, van Walter Bernard, Lothar Bickel, Klaus Hammacher, Siegfried Hessing, Kudo Kisaku, Alexandre Matheron e.a over: Psychotherapeutic principles in Spinoza's "Ethics"; Spinoza and the Kabbalah; Spinoza as an expositor of Descartes; Freud's relation with Spinoza; Über die Staatslehre Spinozas; Femmes et serviteurs dans la Démocratie spinoziste; Spinozism and Japan.  

Nu zag ik voor het eerst, bij het maken van de vorige blog, dat het bij books.google gedigitaliseerd staat. Er is een aardige indruk van op te doen. Een indruk die ik al had opgedaan, was dat er aardig wat aandacht voor een zekere spirituele kant was en zelfs het meer mystieke niet uit de weg werd gegaan.

En nu kon ik een beter zicht krijgen op de illustratie op de cover. Is het gek dat ik een associatie krijg met een soort zaligverklaring van Benedictus de Spinoza (om maar niet van heiligverklaring te spreken)? Ik kan jammer genoeg bij Google niet zien wie de maker van de collageachtige illustratie is. Als een bezoeker van de weblog over het boek beschikt en dat gegeven erin te vinden is, verneem ik dat graag.

Lees verder...

Errol E. Harris (1908 – 2009) probeerde tot een herwaardering van Spinoza’s filosofie te komen

Errol Eustace Harris was een hedendaagse Zuid-Afrikaanse filosoof. Hij trachtte een systematische en coherente visie te ontwikkelen op de logische, metafysische en epistemologische aannames van waaruit we in deze tijd de wereld begrijpen. Hij maakte daarbij gebruik, zowel van de moderne wetenschappen als van de westerse filosofische traditie, in het bijzonder Spinoza en Hegel.

Voorkant 

In Salvation from Despair: A Reappraisal of Spinoza's Philosophy (Nijhoff, Den Haag, 1973) gaf hij een reconstructie, interpretatie en aanpassing van Spinoza's filosofie aan de tegenwoordige tijd.

Ik neem hierna uit wikipedia een passage over betreffende zijn Spinoza-boek, dat deels bij books.google is in te zien.

Lees verder...

Een bijdrage tot begrijpen van Spinoza’s fysische ontologie

photo of thomasBroeder Thomas Bushnell bsg, ingetreden in de ‘brotherhood of saint Gregory’, een religieuze orde van de Episcopale (= Anglicaanse) Kerk, werd in 2007 doctor in de filosofie op een proefschrift getiteld Peter Abelard's conception of the good. In het kader van zijn master of arts in filosofie dat hij in 2003 behaalde aan de universiteit van California, schreef hij onder meer

on Spinoza's physical ontology (seminar paper)

Graag wijs ik op dit zeer intrigerende stuk dat op zijn website te vinden is. Hij probeert een stukje van Spinoza’s metafysica uit te werken, waaraan Spinoza zelf niet is toegekomen, n.l. een oplossing te vinden voor het onderscheid tussen modi, waar dat niet meer kon op de manier waarop dat in de Aristotelische filosofie geschiedde (waar de dingen substanties waren die door hun eigenschappen onderscheiden werden). Hij gaat daarbij in discussie met Jonathan Bennett die voor die kwestie een field metaphysic ontwierp, die volgens deze broeder Thomas te modern is. Hij komt met een andere benadering, waar ik eventuele geïnteresseerden graag op wijs. Ik ben (nog) niet in staat alles te volgen, maar kan al wel duidelijk merken dat deze broeder Thomas goed weet waarover hij spreekt en niet zomaar wat bazelt.

Lees verder...

Spinoza en de medici

Op zoek naar informatie over een medicus en zijn eventuele relatie met Spinoza ontdekte ik dat het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde voorbije jaargangen gedigitaliseerd heeft. 

In de loop der tijden zijn diverse artikelen aan Spinoza gewijd, onder andere over zijn vele contacten met medici.

                

Ik heb uit het archief van het Ntvg de volgende artikelen en berichten m.b.t. medici en hun belangstelling voor Spinoza opgediept:

Lees verder...

Beth Lord gidst boeiende wandeling door de Ethica

Wat zijn er in het Engelse taalgebied toch al flink wat goede inleidingen op de Ethica van Spinoza geschreven. Ik besprak zeer enthousiast die van Thomas Cook en van Steven Nadler en anderen. En weer kan ik een prima inleiding signaleren. Dit boekje van Beth Lord, Spinoza’s Ethics [Edinburgh University Press, 2010], is precies wat je van een handleiding verwacht. Beth Lord leidt de lezer door het majestueuze landschap dat de Ethica is. Ze wijst op de paadjes, toont de prachtige vergezichten en kapt de overwoekeringen door de secundaire literatuur weg. Dat laatste doet ze onopvallend. Ze laat zich niet afleiden door de thema’s en moeilijkheden die door de geleerde literatuur zijn opgeworpen en toch is – voor de goede verstaander – duidelijk dat ze zich er in haar werk als gids mede door heeft laten beïnvloeden.

In haar inspirerende wandeling door de Ethica volgt ze op hoofdlijnen de tekst die ze helder en samenvattend toelicht, hier en daar wijzend op een fraai plantje of een struikje waar de lezer anders misschien onopgemerkt aan voorbij zou gaan. Ik heb inmiddels al heel wat inleidingen gelezen, maar deze gooit hoge ogen als het om een wedstrijd zou gaan – wat uiteraard niet het geval is.

Lees verder...

Melech Ravitch schreef Spinozagedichten in katholieke kerk

Naar aanleiding van mijn blog over Samuel Winer die een Jiddische vertaling van de Ethica maakte, stelde ik daarover een vraag aan de Jiddisch vertaalster Willy Brill, n.l. of zij kon vertellen waar en wanneer de Jiddische uitgave van de Ethica verschenen was en of het wellicht om de vertaling van Samuel Winer ging.

Melech RavitchDaarop kreeg ik geen antwoord, maar wel vertelde ze me in een e-mail het aardige verhaal over waar en hoe de Jiddische dichter Melech Ravitch zijn twintig Spinozagedichten geschreven heeft. [Zie hier de blogs over hem - 1, 2, 3]. Hier dan haar anekdote.

Tijdens de eerste wereldoorlog verbleef Ravitch in een Hongaarse stad met ontelbare katholieke kerken. Omdat er nergens een rustige plek was om te schrijven liep hij maar een kerk binnen, die totaal leeg was. Hij knielde neer en begon op de rand van een kerkbank aan zijn cyclus Spinozagedichten. Het werden er twintig. In zijn memoires schrijft hij: De joodse dichter kwam dagelijks terug in de katholieke kerk en liet de serene stemming en het klokgelui in zijn Spinozagedichten doorklinken.

Update 15 juni 2011

Inmiddels heeft The YVIO Ecyclopedia of Jews in Eastern Europe een lemma over Ravitch, Melech

Nogmaals Gustave Flaubert's enthousiasme over Spinoza

Vandaag kreeg ik van Joris Van Leuven, bezoeker van dit weblog, enige citaten van de grote Franse schrijver Flaubert die een hevige bewonderaar was van Spinoza.

Dat is voor mij aanleiding om even in herinnering te brengen dat ik een jaar geleden een uitgebreid blog had over Gustave Flaubert en diens Spinoza-liefde: "Gustave Flaubert (1821 - 1880) Spinoza. Wat een genie! Wat een werk is de Ethica!" 

Als u al aan uw vakantielectuur aan het denken bent, is dit misschien een tip...

 

Hier de citaten uit de brievenbundel ‘Wij moeten lachen en huilen’:

‘Ik kende de ethica van Spinoza, maar helemaal niet de TTP die me verbluft, verblindt en doet overlopen van bewondering. Godallemachtig! wat een man! wat een brein! wat een Kennis en wat een geest!’ p. 281

‘Afgezien van Spinoza en Plutarchus heb ik sinds mijn terugkeer niets gelezen, omdat ik helemaal door mijn huidig werk in beslag genomen wordt.’ p. 289

‘Als de Heilige Antonius maar niet ook een fiasco wordt! Ik ga mij er over ongeveer een week weer aan zetten, wanneer ik een punt achter Kant en Hegel heb gezet! Die twee grote mannen dragen bij tot mijn versuffing. En wanneer ik hun gezelschap verlaat stort ik mij begerig op mijn oude en driewerf grote Spinoza! Wat een genie! Wat een boek, de Ethica!’ p. 380

Ook in zijn brieven aan zijn minnares Louise Colet schrijft hij over Spinoza. Zie verder dat eerdere blog.

Philosophieren ist spinozieren (G.W.F. Hegel)

Even iets grappigs tussendoor. Als je deze woorden, “Philosophieren ist spinozieren,“ in Google ingeeft krijg je alleen maar Italiaanse sites. Daar wordt straks dit blog dan aan toegevoegd - en wel als eerste bovenaan; kijk maar. 

Soms wordt ook de vertaling meegegeven: « Filosofare è spinozare ».

De woorden zijn niet precies van Hegel, de gedachte wel – die is aardig overgekomen. Die kwamen we twee dagen geleden nog tegen in het persberichtje over de lezing die Michiel Leezenberg a.s. zondag in Iran gaat geven: "You are either a Spinozist or not a philosopher at all."

Ooit moeten deze woorden in een Italiaanse uitgave zo zijn gebracht en vervolgens worden ze ruim verspreid, maar – opvallend nogmaals – alleen in een Italiaanse omgeving. Het goedaardige virus is nog niet naar andere taalgebieden overgesprongen. Ja, nu dan.

Lees verder...

J. H. Berkowitz (1884 - ) schreef Spinoza (A Poem)

The Open Court, tijdschrift opgericht door Edward C. Hegeler en geredigeerd door Paul Carus tot zijn dood in 1919, “devoted to the science of religion, the religion of science, and the extension of the religious parliament idea," verscheen van 1887 tot 1936. Onderwerpen waren onder andere the history of philosophy, Asian religions and culture, education, and contemporary ideas of religion and philosophy, reviews of contemporary works of theology, philosophy, science, and mathematics.  

Men is dit jaar begonnen het tijdschrift te digitaliseren. In het juli-nummer van 1906 werd het Opera-portret van Spinoza gepubliceerd, met daarbij een toelichting en vertaling in het Engels vanuit het Latijn van het onderschrift bij dat portret. [Zie hier]

En het augustus nummer van 1907 bevatte in de rubriek MISCELLANEOUS onderstaand gedicht van J. H. Berkowitz.

Berkowitz hield zich bezig met schoolgezondheidszorg, gezien de volgende publicaties:

Ÿ The Eyesight of school children by J. H. Berkowitz (1920)
Ÿ Sanitary school surveys as a health protective measure (1916)
Ÿ Free municipal clinics for school children; a review of the work of the school children's nose and throat clinics in New York city and conditions which necessitate such...(1916) [van Hier] Lees verder...

Spinoza en engelen

Zoals ik eerder in een blog vermeldde vormen we in Maastricht met vier leden van de Ver. Het Spinozahuis een leesgroepje. Vorige week bespraken we het schitterende zevende hoofdstuk van de TTP, waarin Spinoza zijn methode van Bijbelanalyse weergeeft. Een gesprekslid beweerde bij het commentaar dat Spinoza op Maimonides’ methode geeft, dat Spinoza ergens in zo’n discussie met Maimonides zou beweren dat hij geloofde dat engelen bestaan. Dat konden de anderen moeilijk geloven, maar de betreffende passage waaruit dat zou moeten blijken was niet zo snel gevonden. Later ontvingen we deze mail:

De engel van Spinoza heeft mij niet losgelaten. Hij (Mannelijk?) bleek in eerste instantie onvindbaar. Maar na enig speurwerk bleek hij zich verstopt te hebben op blz. 101.

Alinea [14]:  ….. Maimonides en anderen willen dat deze geschiedenis en ook alle andere die van de verschijning van een engel vertellen, …..in een droom gebeurd zijn; zij accepteren niet dat iemand met open ogen een engel heeft kunnen zien. Maar dat is gebazel:……

Welnu als Spinoza schrijft “zij accepteren niet” impliceert dit mijn inziens dat hij wel accepteert, dat met open ogen een engel is waargenomen. Dat vind ik nu gebazel van Spinoza. Want het betekent dat ook Spinoza vindt dat ten eerste engelen bestaan en ten tweede dat zij in werkelijkheid gezien zijn. Want dat is het gevolg van zijn methode die hij op de Schrift toepast. Waarom Spinoza hier zijn rede niet gebruikt is mij een raadsel.

Als Spinoza denkt dat engelen niet bestaan, waarom brengt hij dat niet voor het voetlicht. In tegendeel, hij aanvaardt het bestaan van engelen.

Het vraagstuk waar het om draait is in hoeverre je de filologisch-historische achtergronden als waar accepteert zonder daarbij de rede te raadplegen in de gevolgtrekkingen van je filologisch-historische benadering. Mijns inziens kun je hooguit zeggen dat men in die tijd er van uit ging dat men engelen ook werkelijk kon zien en dus bestonden. Dat is alles. Maar of ze ook werkelijk bestonden is een geheel andere vraag. Spinoza mag mijns inziens niet die conclusie trekken.

Met spinozistische groet,

C[…]

Lees verder...

Seculiere jood geen oxymoron meer

Een oxymoron is een stijlfiguur van twee tegengestelde begrippen, zoals bijvoorbeeld een ‘levende dode’. Zo vloekte ooit ook de combinatie ‘seculiere jood’, maar dat is al geruime tijd niet meer het geval. De groei van het aantal seculiere joden is enorm en mede daarom raakt onder hen Spinoza zo in. En niet alleen onder seculiere joden, maar het lijkt alsof ook gelovige joden “dan maar liever Spinoza” binnenhalen, omdat er dan tenminste weer van God sprake is, want “secularism, the disappearance of the word ‘God’ from the minds and tongues of millions of Jews...” dat lijkt voor hen wel het ergste dat er is.

Bij mijn surftochten kom ik dit onderwerp vaak tegen, daar bijna altijd wel de naam van Spinoza in de discussie valt. Ik kan dat niet allemaal vermelden, maar vanmiddag verscheen er in The Jewish Week een fraai overzichtsartikel dat het onderwerp (de groei van het seculiere jodendom en het ontstaan van seculiere joodse organisaties) breed neerzet en waarnaar ik daarom deze keer graag verwijs. [Zie hier]

Spinoza als Islamitisch filosoof!

Michiel LeezenbergGeloof ‘t of niet, maar Michiel Leezenberg geeft komende zondag in Teheran, Iran een lezing over Spinoza en Islamitische filosofie! Zie daarover hieronder het bericht dat Iran Book News Agency enige uren geleden bracht. Volgens dat bericht zou hij gaan spreken over 'Spinoza and Islamic Philosophy', maar op de website van het Iranian Institute of Philosophy in Teheran staat het onderwerp aangekondigd als: 'Spinoza as an Islamic philosopher'.

Vandaag (over een half uur) geeft Ali Moazami (van het IRIP instituut zelf) een lezing over: 'Leo Strauss on the Art of Writing'.

Lees verder...

Samuel Winer (1888 - ) verzorgde een Jiddische vertaling van de Ethica

In het gedigitaliseerde deel van het Rzeszow Yizkor (Herinnerings) Boek, waaruit ik gisteren een tekstje haalde, bleef ik nog even ‘bladeren’ en stuitte op enigszins aandoenlijke informatie die ik hier graag wil doorgeven. Ik doe enige grepen uit een artikel in het Jiddisch van Chana Wilder-Winer, dat in het Engels vertaald werd door Gloria Berkenstat Freund. [Zie hier dat stuk]

Samuel Winer, geboren in 1888 in het Poolse Chelm, kreeg er een gedegen joodse lagere schoolopleiding, leerde goed Hebreeuws en was voorbestemd voor een opleiding tot medicus, maar door financiële neergang van z’n vader kon dat niet doorgaan en moest hij in een winkel werken, terwijl hij ’s avond bijleerde en moderne Jiddische literatuur las en veel Russisch. Hij werd socialist en zionist en werd bibliothecaris van een eerste, geheime joodse bibliotheek in Chelm. Hij werd lid van de Socialistische Territorialisten, o.a. actief in Warschau, waar de Tsaristische politie hem meermalen oppakte. In 1912 emigreerde hij naar de VS, waar hij lid werd van de Jewish Typesetter's Union in New York. Ook werd hij werkzaam bij Der Tog [De Dag], de New Yorkse Jiddische krant. Daar stak hij veel op van Dr. H. Szitlowski. Midden jaren ’20 werd hij een van de oprichters van de New Yorkse tak van de nog bestaande en bloeiende YIVO, het Joodse Wetenschappelijke Instituut. [Over Samuel Winer is op de website van YIVO niets te vinden.]

Lees verder...

"Christelijke hetze nekt Spinoza"… nou, nou, nou…

Vandaag staat dan het “pro-Spinoza”-stukje van Katja Keuchenius in Trouw. En wat voor stukje! Klik hier voor het stukje over de complottheorie van Ton de Kok.  

Afgelopen donderdag ontving ik via het mailadres van dit blog een e-mailtje van Katja: “Voor dagblad Trouw ben ik bezig aan een artikel over Spinoza in het filosofie centraal examen havo, en zijn ontbreken in het filosofie centraal examen vwo. Ik zag dat u op dit onderwerp commentaar heeft geleverd. Zou ik u daarover vrijdagmorgen een paar vragen mogen stellen?”
Uiteraard mocht dat en vrijdag hebben we elkaar telefonisch gesproken. Ik vond het wel leuk dat zij bij haar ‘research’ ook dit weblog had gebruikt. Het was nodig dat ik haar meer inlichtte, want toen ik het had over het “blauwe en rode boek” over de komende examenstof betreffende de vrije wil, wist ze niet waar ik het over had.

Lees verder...

Dr. Benjamin Schlager, Pools filosoof en dichter, was Spinoza-geleerde

Rzeszow was een stad in het zuidoosten van Polen die onder Oostenrijks bestuur gekomen, vooral na de aanleg van de spoorlijn van Wenen naar Lvov die langs Rzeszow liep, in de tweede helft van de 19e eeuw een economisch centrum werd. Sinds de 16e eeuw verbleven er joden; tussen 1880 en 1921 verdubbelde de joodse populatie van 5.820 tot 11.361, maar deze viel daarna met ca 50% terug.
In 1967 besloot het toenmalige stadsbestuur tot een yizkor boek: Rzeszow, Poland: Kehilat Raysha; sefer zikaron (Rzeszow gemeente; herinneringsboek). Van de 762 zijn inmiddels 142 in het Engels, 372 in het Hebreeuws en 248 in het Jiddisch – een deel ervan staat hier online.

Daaruit neem ik, eveneens om de herinnering door te geven, de volgende tekst over dr. Benjamin Schlager over, omdat hij zoveel aan Spinoza deed.

Lees verder...

Bill Grace schreef een "Knieval voor Spinoza"

Bill Grace is een inmiddels gepensioneerd dominee, die veel en graag dicht.  Zijn ‘autobiografie’ is te vinden op poemhunter.com. Daaruit:

"The ordination ceremony at the First Unitarian Church of Ithaca, New York probably represents the most celebrative collective experience of my life. The military chaplaincy was a great constant from 1978 to 2006 when I was retired. The first chapbook of poetry titled 'The Halcyon Poems' was published in 1976 and the second, 'Snippets of His Glory While I Wait,' in 1996, both were privately distributed. A third chapbook is planned.
Today, the impetus to write poetry is an almost daily imperative." Lees verder...

Voor Spinozisten bestaat er geen enkele transcendentie

Waarom dit blog?  

Aanleiding is het boek waarop Koert van der Velde op 10 mei promoveerde: ‘Flirten met God. Religiositeit zonder geloof’ [Ten Have, 2011 - cf.].

Ik noemde dat in een blog van 6 mei: "Promoveren op een vorm van zweven…"

Van der Velde vindt dat er inmiddels een flink aantal mensen is dat niets met een kerk heeft, en geen geloof heeft, maar nog wel iets van religiositeit (wil) beleven. In Trouw is door hem daarover een artikel geschreven dat meerdere reacties uitlokte.

Ik vind dat Van der Velde verwarring heeft gesticht.

Religieus zijn buiten een kerk kan. Maar religiositeit ervaren zonder enig geloof, is volgens mij onmogelijk. De 'agelovige'- het begrip dat Van der Velde munt - gelooft niet. De verwarring zit in de gelijkschakeling van religie met kerkelijke godsdienst. Net als bij Ietsisten e.d. gaat het bij agelovigen, om andersgelovigen – mensen die nog geen idee hebben waarin ze eigenlijk geloven, maar die openstaan voor of verlangen naar het ervaren van een transcendentie. Die ervan uitgaan dat er ‘Iets’ moet of minstens kán zijn. Niet iedereen kan ‘flirten met God’ of open staan voor de ‘stem van het Zijn’ (à la Heidegger). Dat lukt alleen diegenen die bereid zijn het “ongeloof op te schorten” zoals de dichter Coleridge het noemde. Die aannemen dat datgene waarin ze niet geloven mogelijk toch iets waars bevat en daar open voor staan. Wie met oude rituelen of door mediteren experimenteert met religiositeit – zoals Van der Velde deed - om een gevoel van 'superieure aanwezigheid' uit te lokken, hééft een geloof – hoe vaag ook. Anders doe je zoiets niet.

Lees verder...

Recente Duitse publicaties over emoties (o.a. bij Spinoza)

Van Dominik Perler, hoogleraar theoretische filosofie aan de Humboldt-Universität in Berlijn die onder meer doceerde in Oxford, Los Angeles, St. Louis, Tel Aviv en Madison, verscheen onlangs dit

Transformationen der Gefühle: Philosophische Emotionstheorien 1270-1670 [S. Fischer, Frankfurt, 2011).

Aan de hand van teksten van Thomas van Aquino, Duns Scotus, Montaigne, Descartes en Spinoza schrijft hij de geschiedenis van begrippen als gevoel en emotie en van de aannamen en theorieën die daarover ontwikkeld werden.
Het is duidelijk dat het jaartal 1670 eigenlijk 1677 moet zijn, het jaar waarin de Ethica gepubliceerd werd.

Emoties lijken vertrouwde dagelijkse fenomenen. Een filosofische benadering van emoties levert volgens Perler drie problemen op:
Ÿ Horen gevoelens überhaupt bij een classificatie of is het noodzakelijk ze in (niet-)intentionele en biologisch verankerde of cultureel geleerde emoties te verdelen? Ÿ Moeten emoties ja dan nee ook op lichamelijke niveau onderzocht worden? Ÿ Zijn gevoelens controleerbare fenomenen of zijn en blijven ze ‘passies’ die wij ondergaan zonder ze te kunnen beïnvloeden?

Wat het tweede en het laatste wat Spinzoa betreft ‘Ja, hebben ook lichamelijk aspecten' en 'Ja, zijn te beïnvloeden'. “Selbst der «Hyperdeterminist» Spinoza empfiehlt eine «rationalistische Therapie» der Leidenschaften.“ (aldus in een recensie) Lees verder...

Vrije-wil-gevoel is onontkoombaar - we kunnen niet zonder de beleving een vrije wil te hebben

Vaak ging het hier – vanwege het determinisme bij Spinoza - over het niet bestaan van de vrije wil, over de ontkenning van de mogelijkheid dat wij mensen vanuit een onveroorzaakte wil de aanleiding zouden zijn voor iets nieuws – de start zouden kunnen geven aan een nieuwe reeks gevolgen.

Daarnaast heb ik ook veel geblogd over de onontkoombaarheid van de gevoelsmatige beleving van het wel bestaan van de vrije wil. Ik schreef over "de noodzaak van de illusie van de vrije wil"; en ik schreef een blog "Doen ook spinozisten niet dagelijks alsof we een vrije wil hebben?" En: "Breinen besluiten niet. En al bestaat de vrije wil niet - wij nemen wel besluiten" en zo meer. Voor het praktische, dagelijkse leven heeft het geen zin om over de onvrijheid van de wil of het feitelijk gedetermineerd zijn der dingen te piekeren. Al beseffen we dat we geen vrije wil hebben, toch we moeten handelen en doen daarbij eenvoudig alsof we die vrije wil wel hebben. [Voor wie daar nog eens wat van na wil lezen hier enige van die blogs: hier en hier en hier en hier]

Lees verder...

Uit de jaarvergadering van de Ver. Het Spinozahuis

Gisteren kwam ik iets te laat aan in de oude raadszaal van Rijnsdorp, waar de jaarvergadering van de Ver. Het Spinozahuis werd gehouden en Genevieve Lloyd inmiddels al met haar lezing begonnen was. De trein had een flinke vertraging opgelopen en al nam ik daarna een taxi om de schade in te halen, het lukte me niet om op tijd te komen. Daarom heb ik hier geen foto van haar, want ik heb de – misschien wat ouderwetse fatsoens- - gewoonte om vooraf toestemming te vragen om zo’n foto te mogen nemen. Voor de inhoud van haar toespraak verwijs ik naar de uitgave die daarvan gemaakt zal worden.

Ze maakte een uitvoerige vergelijking tussen Locke en Spinoza, waarbij ze vanuit Lockes brief over de tolerantie hét grote verschil liet zien in hoe Locke vanuit een geloof in een hiernamaals en het voortbestaan van de ziel tot heel andere conclusies inzake tolerantie kwam dan Spinoza. In zijn religieuze gelovigheid was Locke bepaald geen Spinozist. Het interessantste deel vond ik eigenlijk het slot, waarin ze wegens tijdgebrek heel kort was in het behandelen van de vraag in hoeverre je eigenlijk begrippen die in de 17e eeuw niet bestonden of een andere betekenis hadden, zoals secularisatie, tolerantie maar ook atheïsme, met terugwerkende kracht kunt toepassen op een 17e eeuwse denker. Ze ging daarover in discussie met Jonathan Israel en Charles Taylor, maar zoals gezegd, erg kort. Misschien dat het in de uiteindelijke publicatie iets verder uitgewerkt zal blijken te zijn.

Lees verder...

Morgen horen hoe we Spinoza hier tussen kunnen krijgen

Soms denk ik wel eens dat we het wat overdrijven - als ik zo'n  boekentafel als deze zie. Spinoza kom je in die boeken over de brains niet tegen, ook niet als het om interpretatie gaat.

Morgen, tijdens de jaarvergadering van de Vereniging Het Spinozahuis gaan we van Miriam van Reijen horen over "Spinoza’s bijdrage aan een actueel debat: Bestaat de vrije wil? En zo niet, hoe erg is dat?"

Je kunt je ook afvragen: als over Spinoza niets of weinig te horen is in het actuele debat over de vrije wil, hoe erg is dat?

Lees verder...

Call for artwork - "Spinoza beyond Philosophy"

Wim Klever, die het bericht weer had van Steve Barbone van de NASS, liet mij weten dat Beth Lord op zoek is naar een kunstzinnig ontwerp voor de cover van een boek waaraan ze bezig is: Spinoza beyond Philosophy. Hierna neem ik dat bericht over. Wie weet is iemand erin geïnteresseerd om zich aan een ontwerp te wagen. Merkwaardig vind ik dan weer wel dat deze vraag niet te vinden is op de website van haar eigen Spinoza Research Network, waarop weer wel vermeld staat deze Call for Papers: Beyond Spinoza.

           

Lees verder...

De gehangenen - een Spinozistisch passiespel voor vrijdenken

Josse De Pauw (tekst en regie) & Jan Kuijken (muziek) maakten met de artiesten van LOD, het Gentse kunstenaarshuis voor opera, musical en ander muziektheater, en met de muzikanten van het Orchestre Royal de Chambre de Wallonie een opvallende hedendaagse productie “De gehangenen” die behoorlijk positieve recensie kreeg. De gehangenen laat twee acteurs en drie zangers aan het woord in een wel zeer benarde positie: bengelend boven de hoofden van de muzikanten.

Het is nog niet eenvoudig te achterhalen waar het stuk over gaat. Een vorm van totaaltheaterbeleving die ieder op eigen manier zal ervaren.

De website van LOD laat lezen: “De gehangenen zijn zij die luidop vragen stelden, die luidop hun bevindingen verkondigden, die zich niet wilden neerleggen bij wat al geweten was of bij wat geschreven stond, ze eisten de vrijheid op om te twijfelen en te onderzoeken. Vaak moesten ze die nieuwsgierigheid met hun leven bekopen. De muzikanten van het Orchestre Royal de Chambre de Wallonie voeren de muziek van Jan Kuijken uit. Een muzikaal verhaal waar acteurs, zangers en Jan zélf met cello en opgenomen materiaal, hun plek in vinden. Boven het strijkersensemble worden drie zangers en twee spelers opgehangen."

Misschien geven de foto’s van Kurt Van der Elst , de trailer (hierna) en wat recensies een beeld.

Lees verder...

Samuel Taylor Coleridge (1772 – 1834) zijn houding tegenover Spinoza

Al lange tijd wil ik een blog maken over Coleridge, heb daartoe materiaal verzameld, maar ben er nog niet voldoende uit; dat gaat nog wel even duren. Om toch alvast een blog over Coleridge en zijn belangstelling voor Spinoza te hebben, neem ik hier de tekst uit Robert Willis in Benedict de Spinoza: his life, correspondence, and ethics [Trübner & co., 1870], waarover ik vanmorgen een blog bracht.

Samuel Taylor ColeridgeDaaraan vooraf is het nuttig te weten dat Coleridge en zijn vriend Wordsworth in het najaar van 1798 een reis naar Duitsland ondernamen, waar ze kennis maakten met de Duitse Filosofie, o.a. die van Immanuel Kant en met schrijvers als Goethe en Gotthold Lessing. Ook pikten ze er een en ander over Spinoza op.

 

 

Voorts is nuttig te weten dat Henry Crabb Robinson (1775 -1867), een Engelse journalist, dagboekschrijver en advocaat, veel heeft gedaan aan de bekendmaking van de Duitse literatuur in Engeland, vooral Goethe, nadat hij van 1800 tot 1805 in Duitsland had gestudeerd. Diens Diary, Reminiscences, and Correspondence [Thomas Sadler (Ed.), London, 1860] is een belangrijke bron van informatie over de Engelse en Duitse literatuur van zijn tijd. [Van hier]

Hier dan Willis' tekst over Coleridge die hier in de Diary, die geheel op internet staat, te vinden is:

Lees verder...

Robert Willis zag het Spinozisme van Locke

Wat, vermoed ik, vooral Wim Klever deugd zal doen, is te zien dat Robert Willis, over wie ik zojuist een blog bracht en wiens vertalingen niet zo erg werden geapprecieerd, wel gezien had dat Locke een Spinozist was. Zie hier zijn korte tekst over

LOCKE.

The only writer of note among ourselves who lived in the last century, and who must have been well acquainted with the works of Spinoza, though he carefully avoids all mention of his name, was Locke. The account he gives in his preface to the 'Essay on the human understanding' of the way in which his work took its rise, is the first paragraph of Spinoza's 'De Emendatione Intellectus,' done into English; and the resemblance between the ideas expressed in his 'Epistle to the Reader,' where he says, 'He who sets his own thoughts to work to find and follow truth, will find every moment of his pursuit reward his pains with some delight, and will have reason to think his time not ill spent, even when he cannot boast of any great acquisition,' will not fail to strike the reader as bearing a strong resemblance to the fine passage in Spinoza's Twenty-first Letter to which we have already referred particularly. Locke's suppression of Spinoza's name, however, did not secure him against challenge from opponents of working on a Spinozistic basis and advocating atheism,* whilst the psychological views advocated by the liberally educated physician and physiologist laid him open to bigoted charges of materialism and denial of the most essential doctrines of the Christian Religion, †

Lees verder...

Robert Willis (1799–1878) als vertaler van Spinoza minder geapprecieerd

VoorkantOver ene Robert Willis die op zijn beurt toch iets moet hebben bijgedragen aan de verspreiding in Engeland van kennis over Spinoza is weinig bekend – althans weinig te vinden op het internet. Van hem verscheen in 1862 een vertaling van de Theologico-Political Treatise en in 1870 Benedict de Spinoza: his life, correspondence, and ethics [Trübner & co., 1870]. Daar dit rechtenvrij is, wordt het op vele plaatsen aangeboden - ook bij books.google.

Er is nog een Robert Willis die veel over architectuur schrijft en een chirurg Robert Willis. Aanvankelijk meende ik dat geen van beiden dezelfde was als de hier bedoelde Willis, maar aan het eind van het blog kan ik laten zien dat de vertalingen van de hand van deze medicus zijn: Member of the Royal Colleges of Physicians and surgeons of England, corresponding member of the Royal Academy of Sciences of Göttingen, of the Imperial Society of Physicians and Surgeons of Vienna, and of the National Institute of America, etc. etc. [hier te vinden]  

Het enige dat ik verder over deze Willis kan vinden zijn diskwalificaties van zijn vertalingen. Zo schrijft de Catholic Encyclopedia in het Lemma Benedict Spinoza: “English translations of Spinoza, omitting the defective one of WILLIS, are: …” Onder de vertalingen die wél vermeld worden: “ELWES has edited the chief works (London, 1883-84), but with the letters freely abridged; […]”

Lees verder...

Attentie: zeldzame uitvoering "Harmony of the Spheres" op komst

Hierbij wijs ik nog even op de aankondiging die al geruime tijd hierboven in dit blog staat.

Aanstaande vrijdag 13 en zaterdag 14 mei is het zover: dan geeft het VU-Kamerkoor een uitvoering van de compositie van Joep Franssens Harmony of the Spheres voor koor en strijkorkest op Latijnse teksten uit de Ethica van Spinoza.

Zie hier méér in de eerdere aankondiging in het blog van 22 maart 2011: Joep Franssens' Harmony of the Spheres op teksten uit de Ethica weer uitgevoerd

Blog van 23 maart 2011: Spinoza en de harmonie der sferen ["Harmony of the Spheres"]

Blog van 9 aug 2008 Joep Franssens' Harmony of the Spheres

Geluksonderzoeker Ad Bergsma: "Geluk is als het leven toeneemt, zei Spinoza ooit"

Morgen promoveert Ad Bergsma aan de Erasmus Universiteit op zijn proefschrift Onvolmaakt gelukkig.
“De telefoon van psycholoog Ad Bergsma staat naar eigen zeggen rood gloeiend. “Ik ben vandaag al zeker tien keer gebeld, het is idioot”, zei Bergsma volgens het persbericht van de Erasmus Universiteit.
Geen wonder want een persberichtje had alvast krantenartikeltjes uitgelokt. Internet heeft al vele honderden hits op 'Bergsma +Onvolmaakt gelukkig'.
   
Zie hieronder het stukje dat Adrie Hoogendoorn mij toezond. Bergsma antwoordt op de vraag van de journalist:

Wat voor definitie van 'geluk' hanteert u als onderzoeker?
"Geluk is als het leven toeneemt, zei Spinoza ooit. Ik denk dat dat wel in de richting komt."

Dit klinkt naar het spreekwoord over de klok en de klepel. Onvoorstelbaar. Is iemand jaren bezig geweest met promotieonderzoek en dan komt hij hiermee?

Als je dan z’n proefschrift [PDF] inkijkt blijkt hij zich helemaal niet met Spinoza bezig te hebben gehouden. Niets van Spinoza in de literatuurlijst. Hij heeft iets bij Frijda gelezen en heeft dat niet gesnapt, maar heeft ook geen enkele aanleiding gezien om daarover eens iets meer te lezen.

Lees verder...

Leopold Flam (1912-1995) 'Ik beschouw me als een geestelijke erfgenaam van Spinoza'

Tot vanmorgen had ik nog nooit van Flam gehoord. Maar al enige tijd op zoek naar informatie over Adriaan Beverland kwam ik hem tegen. Ik wil al een poosje een keer een blog over (H)Adriaan Beverland schrijven, maar wil daarvoor eerst weten waarop diens zogenoemde ‘Spinozisme’ gebaseerd is. Jonathan Israel schrijft uitgebreid over hem in Radicale Verlichting, maar daaruit blijkt mij zijn Spinozisme nog niet. En Wiep van Bunge schrijft in From Stevin to Spinoza: “The only Dutchman I know who was a 'Spinozist' and a 'libertine erudite' was Adriaan Beverland (1650-1716), the author of the lurid (lugubere) De peccato Originali." Dat hij een libertijn was, blijkt duidelijk alleen al uit de titels van zijn boeken. Maar zijn Spinozisme? Maar goed, ik hoop daar dus nog eens wat meer over te weten te komen.

Leopold Flam (1912-1995)Nu kwam ik dan het gezamenlijke hoofdstuk van de beiden (vrienden) die als enigen over Beverland schreven. In: Willem Elias (red.): Leopold Flam (1912-1995). Een filosoof van gisteren voor een wereld van morgen. Vubpress, 2011, [290 pp] schreven zij, Rudolf Der Smet & Willem Elias, het hoofdstuk “Flam als spinozist, bekeken vanuit de Filosofie van de Eros.”

Het boek is een soort tweede, nu dan postuum, liber amicorum voor deze Vlaamse filosoof. De schrijvers willen hiermee voorkomen dat Flam geheel in de vergetelheid wegzakt, terwijl hij toch veel verdiensten zou hebben gehad. Hij was de oprichter van het Centrum voor de Studie van de Verlichting en de Vrije Gedachte (dat is op dit weblog al eens aan de orde geweest n.a.v. Hubert Vandenbossche's studies over Hendrik Wyermars en Adriaen Koerbagh).

En laat nu precies het hoofdstuk “Flam als spinozist” uit dit boek in z’n geheel bij books.google te lezen zijn. Het geeft een beeld van hoe beide auteurs Flam ervaren hebben, hoe hij een inspirerende invloed op hen had en hoe hij eerst Elias en die vervolgens De Smet aanzette tot bestudering van de erotische publicaties van Beverland. De eerste schreef een (ongepubliceerde) licentiaatsthesis en de tweede een doctoraadsthesis. En beiden schreven nog diverse artikelen in tijdschriften en dictionaires.

Lees verder...

Ursula Goldenbaum over de Pantheismusstreit

Tijdens de zomerweek die door de Ver. Het Spinozahuis vorig jaar werd gegeven, stond donderdag 29 juli in het teken van Spinoza und die Pantheismusstreit – de ochtend en middagsessie werden verzorgd door prof. dr Ursula Goldenbaum. Haar voordracht was in het Duits, ging tamelijk snel en bracht veel – veel feitjes aan! Ze had haar voordracht in vier blokken verdeeld, die evenzovele interessante thema’s behandelden. Het ging allemaal zo vlot dat de min of meer ‘officiële' verslaglegger van de cursusweek volstond met gebruik te maken van het verslagje dat ik er – enthousiast - van gemaakt had in mijn blog over deze week.

prof. dr Ursula Goldenbaum

Het was duidelijk dat zij over de stof waar ze zo midden in zat, zeker ook een artikel, misschien een boek of hoofdstuk in een boek zou verzorgen.

Nu zag ik tijdens mijn speurtochten – min of meer tot mijn teleurstelling gezien de hoge kosten van Brill’s boeken – dat zij een hoofdstuk, “The Pantheismusstreit – Milestone or Stumbling Block in the German Spinoza Reception?”, aandroeg voor een boek dat inmiddels bij Brill als forthcoming aangekondigd staat (zou al binnenkort zijn): Michael Hampe, Ursula Renz, Robert Schnepf (Eds.). Spinoza's Ethics. A Collective Commentary (€129)

Lees verder...

Spinoza en de retorica

Wie na het lezen van Th. Zweerman, Spinoza’s Inleiding tot de filosofie. Ethiek als verhuiskunde. Met medewerking van redacteur Paul Juffermans [Boom, Amsterdam, 2006] waarin veel aandacht voor Spinoza's gebruik van retorische middelen in de TIE - een aspect waar geen aandacht werd gegeven in de voorjaarscursus van de VHS - méér wil weten van Spinoza's kennis van de retorica en de TIE als zijn propedeuse op de filosofie, kan misschien zinvol terecht in dit werk (waarvoor dan wel €105 moet worden meegenomen).

Jan Rothkamm – Institutio Oratoria: Bacon, Descartes, Hobbes, Spinoza. Brill, Leiden, 2009 (556 pages).

Rhetoric as Propaedeutics to Philosophy - this is the upshot of the present study on philological aspects in the life and works of Francis Bacon, Thomas Hobbes, Rene Descartes and Baruch de Spinoza. Against the backdrop of a general historical setting, the book provides a detailed account of the different educational paths of the four philosophers as well as their attempts to continue rhetorical training during adulthood. Additional chapters on preferred language(s), reading habits, didactic aims and writing strategies produce further evidence for the hypothesis of a lifelong occupation with the classical art of argument and persuasion. It thus emerges that Rhetoric retains its relevance for the making of a philosopher in the Seventeenth century even among reformist and rationalist movements that are commonly portrayed as hostile to the classical tradition. 

TTP - one of the jewels in our collection…

Zie hier een aardig initiatief van een bibliothecaris om een aantal oude boeken uit een goed gevulde bibliotheek te presenteren. Wie is hij en van welk instituut? Het wordt niet vermeld. Maar bij verder zoeken blijkt hij dr. César Merchan-Hamann te zijn, deputy librarian van de Leopold Muller Memorial Library in het Oxford Centre for Hebrew and Jewish Studies.

Via deze link kan men die vier presentaties bekijken.

Trots laat hij in onderstaande video zien “one of the jewels in our collection… Baruch Spinoza’s Tractatus theologico-politicus”, in een Franse vertaling, verheimelijkt door een fake titelpagina.

 

Abel J. Herzberg (1893 - 1989) wat te denken van zijn sterke verhaal over de Ethica?

Voor Abel Herzberg heb ik altijd veel bewondering gehad. Veel van zijn werk heb ik gelezen en gewaardeerd, hoewel er wel eens thema’s in voorkwamen die ik – eufemistisch gezegd – opmerkelijk vond. Zoals bijvoorbeeld de manier waarop hij als ongelovige jood de ethische houding van chassidiem en hun idee van de ‘rechtvaardige’ omarmde. Waar Hitler het geweten als een joodse uitvinding bestreed, verdedigde hij die ‘uitvinding’ als voor heel de mensheid bedoeld. Overigens was hij er de man niet naar om een algemeen ‘joods gelijk’ te verdedigen. In zijn ogen fout gedrag van joden kon hij net zo kritisch bejegenen, als fouten van anderen. Daarom was hij bepaald niet algemeen geliefd bij de joodse gemeenschap (wat dat ook moge zijn). Daders zag hij net zo goed als slachtoffers. Toen tijdens een lezing een joodse vrouw hem vroeg hoe de joden konden voorkomen weer slachtoffers te worden, antwoordde hij dat dat het probleem niet was, maar de vraag hoe te voorkomen moordenaars te worden. Genoeg ter inleiding. Het gaat me in dit blog om een passage uit zijn dankwoord bij de uitreiking van de P.C. Hooftprijs op 14 oktober 1974. Hij hield een indrukwekkend pleidooi om haat niet met haat te vergelden. Hier citeer ik het beoogde deel:

Lees verder...

Jack Bilbo (1907-1967) noemde zich achter-achter-achter-kleinzoon van Spinoza

Jack Bilbo werd als Hugo Baruch in 1907 te Berlijn geboren. Hij nam in 1933 de naam Jack Bilbo aan, nadat de Nazi’s het familiebedrijf in theaterbenodigdheden hadden geconfisqueerd. Hij vluchtte naar Frankrijk, daarna naar Spanje en vestigde zich in 1936 in Londen. Als selfmade kunstenaar begon hij te schilderen en te beeldhouwen en kreeg hij zijn werk tentoongesteld. In 1940 werd hij op het eiland Jack Bilbo - Children Of The NightMan geïnterneerd. Daar maakte hij kennis met andere kunstenaars, hetgeen na zijn vrijlating leidde tot de stichting van zijn Modern Art Gallery in Londen dat in 1941 tijdens de Blitz een contactadres werd voor vriend Kurt Schwitters en vele jonge Britse kunstenaars. Naast zijn eigen werk exposeerde hij Picasso en onbekende kunstenaars en organiseerde hij leesavonden van Dadaïstische poëzie. Na de oorlog vertrok hij naar Weybridge waar hij in z’n tuin primitieve cementen beelden maakte die door de nieuwe eigenaren die er niets van moesten hebben, werden vernietigd nadat hij het huis had verkocht om Engeland te verlaten en naar Zuid-Frankrijk en later terug naar Berlijn te gaan, waar hij in 1967 overleed. Lees verder...

Steven Nadler's "De ketterij van Spinoza" in de ramsj

Gezien bij de Slegte

Steven Nadler, De ketterij van Spinoza. Onsterfelijkheid en het joodse denken, Uitg. Atlas, Amsterdam/Antwerpen, 2008 [Oorspr. Spinoza's Heresy. Immortality and the Jewish Mind, 2001]...

... is voor €7 in de ramsj

[Hier mijn bespreking van dit boek]

Promoveren op een vorm van zweven…

Op 10 mei hoopt godsdienstwetenschapper en journalist Koert van der Velde aan de Vrije Universiteit te promoveren op het proefschrift ‘Flirten met God. Religiositeit zonder geloof’. Het verschijnt teglijk als handelsuitgave bij uitgeverij Ten Have. (463 pagina’s, 24,95 euro, ISBN 9789025961381).

Vandaag heeft Trouw een interview met hem en morgen zal er een artikel van hem verschijnen.

Koert van der Velde gelooft niets – niet in God en niet in niet-God. Maar hij onderkent wel ‘een zeker religieus verlangen’ bij zichzelf. En uit zijn onderzoek zou blijken dat zo’n ‘gevoel’ en vooral zo’n behoefte bij ca 10% van de mensen zou bestaan. “Ook al bestaat er naar hun idee geen god en is er in het leven geen diepere zin, het verlangen naar de beleving van iets goddelijks of die diepere zin is er bij velen niet minder om.”

Zij hebben er moeite mee zich te houden aan het adagium van Dittrich Bonhoeffer die in de Gestapo-cel noteerde: "Wij moeten in de wereld leven etsi Deus non daretur, alsof er geen God bestaat."

Lees verder...

Gisteren in Duitsland weer Spinoza-medailles uitgereikt

De Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge die een leger van zo’n 1500 vrijwilligers heeft die geld inzamelen voor het onderhoud van oorlogsgraven, heeft diverse prijzen en onderscheidingen die jaarlijks worden uitgereikt. Een daarvan is de Spinoza-Medaille (zie het blog Duitsland kent de Spinoza-medaille).

Gisteren ontvingen de ‚Kreisvorsitzende des Volksbundes‘, Siegfried Wack, en de voormalige ‚Kreisgeschäftsführer’ Erwin Schmidt de "Spinoza-Medaille" uitgereikt vanwege hun verdiensten.

Zij beschouwen hun werk als: "Unser Beitrag gegen das Vergessen." [cf hier]

 

Spinosismus aut Secta Spinosistica

In de tijd ver voor internet met Wikipedia en Google had men uiteraard ook behoefte aan eenvoudig te raadplegen informatie. Zo verscheen er in 1762 dit werkje van 103 pagina's, waarin heel schematisch en heel beknopt allerlei informatie te vinden was.

VoorkantJohann. G. C. A. de Honvlez-Ardenne: Historia litteraria in schemata et tabulas synopticas redacta, sive Conspectus poli-historicus reipublicae litterariae seu orbis erudit. Apud Knoch et Eslinger, 1762

Daaruit neem ik hier het overzicht met wie er bekend stonden als aanhangers van het Spinosismus aut Secta Spinosistica. De tegenstanders en bestrijders staan in de zelfde  tabel.

We zien er bekende namen, soms wat anders gespeld.

En daarna een lijstje met toen bekende atheïsten. Aardig is de tweede kolom rechts met een hele rits andere typeringen: fatalisten, deïsten, rationalisten, naturalisten, theoristen, libertijnen, pseudo-filosofen. De term "ledeïsten" kan ik niet thuisbrengen.

Lees verder...

Spinoza en Orlando Furioso van Ludovico Ariosto (1474 - 1533)

In het 7e hoofdstuk van de TTP geeft Spinoza zijn visie over hoe je te werk moet gaan om de Schrift te verklaren. De methode is geen andere dan die waarmee de natuur wordt verklaard. We moeten vooral voorkomen dat we er allerlei inhouden, interpretaties, van buitenaf in leggen: de feiten moeten enkel en alleen uit de Schrift worden gehaald. Verder moeten we zoveel mogelijk de taal van de auteurs, van de tijd waarin en de manier waarop de boeken zijn ontstaan, te weten zien te komen. Over dit laatste, we zijn dan aanbeland in paragraaf 7 waarin Spinoza laat zien hoe wij boeken lezen met in ons hoofd meningen over de schrijvers ervan, schrijft hij:

“Ik weet dat ik eens in een boek gelezen heb hoe een man, Orlando furioso genaamd, op een gevleugeld monster in de lucht placht te rijden, over alle streken die hij maar wilde heen vloog, een geweldig aantal mensen en reuzen in zijn eentje doodde en meer van dat soort verzinsels, die met het rationele verstand volstrekt niet te begrijpen zijn. Maar een soortgelijk verhaal had ik in Ovidius over Perseus gelezen en nog weer een ander in de boeken van de Richteren en van Koningen over Simson (die alleen en ongewapend duizenden mensen doodde), en over Elia die door de lucht vloog en tenslotte met vurige paarden en een wagen naar de hemel ging. Deze verhalen, zo zeg ik , lijken als twee druppels water op elkaar, maar toch vormen wij ons een geheel verschillend oordeel over elk ervan. Namelijk dat de eerste auteur alleen maar beuzelingen heeft willen opschrijven, de tweede staatkundige zaken en de derde heilige geschiedenissen, en tot deze overtuigingen komen wij om geen andere reden dan om de meningen die wij over de schrijvers hebben.” [Vert. F. Akkermans]

Lees verder...

Jan Frederik Helmers (1767 – 1813) bezong Spinoza

Wie kent nog deze Nederlandse in Amsterdam geboren dichter, anders dan als naamgever in Amsterdam van de Eerste, Tweede en Derde Helmersstraat? Anders dan hij zelf had vermoed, werd hij tamelijk snel vergeten. P.J. Blok en P.C. Molhuysen schrijven in het Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek (1930): “wanneer hij, Vondels, Hoofts en Bilderdijks taal lovende, van zich zelf gewaagt: ‘En als dan 't nageslacht die Godenzonen roemt, Wordt, schoon op lager toon, ook daar mijn naam genoemd.’ Een overdrijving en overschatting uit gebrek aan smaak en zelfcritiek, die het meeste werk van H. kenmerkt.” [bij DBNL]

Maar goed, daar, midden in de vijfde zang van zijn De Hollandsche natie (1812) deze strofe die hem op deze Bevrijdingsdag via dit weblog weer even aan de vergetelheid ontrukt:

En Gij, nog door geen zang der Hollandsche Poëten
Geroemd! Spinoza! neen, U wil ik niet vergeten!
Gij rein van zeden, vroom van wandel, zacht van hart,
Verdient de hulde van de Vaderlandschen Bard.

Lees verder...

Vrije wil in centrum van de belangstelling

Het is opmerkelijk hoe vaak Spinozisten over de vrije wil spreken – het niet bestaan ervan en hoe daarmee moet worden omgegaan. Maar hoe komt het toch dat wij zo geïnteresseerd zijn in kwesties rondom de vrije wil? Is dat om te bevorderen dat de zienswijze van Spinoza op dit punt méér in het debat over de vrije wil wordt betrokken, hetgeen nog niet zo erg schijnt te lukken?

Ÿ Tijdens de presentatie op dinsdag 19 april 2011 in de aula van de UvA Jan Knol’s hertaling van de "Korte verhandeling over God, de mens en zijn geluk" hield hij een inleiding over de vrije wil.

Ook de komende tijd krijgt het onderwerp weer ruim de aandacht.

Lees verder...

De drie stenen van Spinoza [4] De geworpen steen "die, indien bewust, zou denken zichzelf vrij voort te bewegen"

Zoals in een vorige blog aangegeven kent Spinoza drie stenen die hij als metaforen een bijzondere plaats in zijn geschriften geeft en die daarin een sprekende en levendige rol vervullen.

Na de eerste en de tweede vandaag de derde steen.

Daarmee komen we bij de meest bekende steen-metafoor van Spinoza – die hij in oktober 1674 aan dokter G.H. Schuller schreef (bedoeld voor Tschirnhaus, brief 58). Hij wil hem duidelijk maken “dat ieder ding noodzakelijkerwijs door een of andere uitwendige oorzaak gedetermineerd wordt om op een vaste en gedetermineerde wijze te bestaan en te werken. Hij schrijft [in § 4]

“Laten we, om dit duidelijk te begrijpen, ons iets heel eenvoudigs voostellen. Een steen bijvoorbeeld krijgt door een uitwendige oorzaak die hem een stoot geeft, een zekere hoeveelheid beweging die maakt dat hij later, wanneer de stoot van de uitwendige oorzaak ophoudt, noodzakelijkerwijs zal voortgaan zich te bewegen. Dit volharden nu van de steen in de beweging is gedwongen, niet omdat het noodzakelijk is, maar omdat het bepaald moet zijn door de stoot van de uitwendige oorzaak. […]” [Vert. F. Akkerman]

Lees verder...

Sonja Lavaert's "Het perspectief van de multitude"

Het proefschrift waarop Sonja Lavaert op 24 februari 2011 aan de Vrije Universiteit Brussel promiveerde is inmiddels verschenen.

Sonja Lavaert: Het perspectief van de multitude. Agamben, Machiavelli, Negri, Spinoza, Virno. Vubpress, 2011 - ISBN  9789054878223

Ik moest enige weerstand overwinnen, daar het boek vooral Negri centraal stelt, met wie ik absoluut niets heb (ik heb momenteel geen zin te zeggen waarom niet, maar hier en daar heb ik in een blog wel eens iets laten doorschemeren). Maar ik heb die weerstand overwonnen, daar ik toch wel nieuwsgierig was naar de Spinoza zoals Sonja Lavaert hem (zij het dan via Negri) leest. Ik heb het boek vanmiddag besteld en zal mij laten verrassen. Ik heb uiteraard via books.google dat véél laat zien mij al enigszins op de hoogte gesteld.

De drie stenen van Spinoza [3] De "niet van zintuigen beroofde" steen

Zoals in een vorige blog aangegeven kent Spinoza drie stenen die hij als metaforen een bijzondere plaats in zijn geschriften geeft en die daarin een sprekende en levendige rol vervullen.

Na de eerste steen, vandaag de tweede steen.

Willem van Blijenbergh begon met Spinoza een briefwisseling, waarin hij zijn vriendschap aanbood en Spinoza een aantal vragen stelde n.a.v. de door hem gepubliceerde Renati Des Cartes principiorum philosophiae & Cogitata metaphysica (PPC). Spinoza nam de vriendschap aan, daar hij meende in Van Blijenbergh een filosoof, een zoeker naar waarheid, gevonden te hebben. Zo had hij zich voorgesteld. De briefwisseling tussen hen staat bekend als de “brieven over het kwaad”. Van Blijenbergh zat erg met Spinoza’s benadrukking dat alles voor ontstaan, onderhoud en alle handelen noodzakelijk afhankelijk is van God en in dat kader zijn bevestiging van het perfecte van alles wat is, zoals het is - en zijn ontkenning bijgevolg van de zonde. In zijn lange brief van 16 januari 1665 had Van Blijenbergh geklaagd:  "en dat is den mensch op súlck een wys dependent aen god macken gelijck de Elemente steenen Cruyden eqs (= etc). Spinoza protesteert tegen die toedichting en vraagt hem waar hij dat dan geschreven zou hebben.

Maar het gaat vooral om het volgende. Iets als goed of kwaad zien is voor Spinoza een kwestie van vergelijken, hetgeen weer afhankelijk is van het perspectief van degene die vergelijkend oordeelt; maar het ‘goed of slecht’-zijn is niet iets wat tot de natuur der dingen behoort.

Lees verder...

De drie stenen van Spinoza [2] De "doelgericht" vallende “dodende” steen

Zoals in het vorige blog aangegeven kent Spinoza drie stenen die hij als metaforen een bijzondere plaats in zijn geschriften geeft en die daarin een sprekende en levendige rol vervullen.

Vandaag de eerste steen.

Maar eerst nog even een wat onduidelijke passage, namelijk in Ethica IP8s2, waarin stenen vermeld worden: “Wie immers de ware oorzaken van de dingen niet kent, haalt alles door elkaar, en zonder enige tegenspraak van het verstand denken zij zich in dat bomen net als mensen spreken, stellen zij zich voor dat mensen zowel uit stenen als uit zaad gemaakt worden en dat elke wezensvorm zich in elke andere vorm kan veranderen.” [vertaling Henri Krops]. Helemaal helder is het niet, maar het is wel duidelijk dat Spinoza het te makkelijk vanuit de imaginatio menen de aard der dingen te kennen onder kritiek stelt.

Die kritiek doet Spinoza nog eens dunnetjes over in de Appendix van het eerste deel, waarin hij het teleologisch denken (het denken in doeloorzaken) aan de kaak stelt aan de hand van onder meer een schitterende steen-metafoor die uitloopt op die fraaie andere metafoor van het toevluchtsoord van onwetendheid [ignorantiae asylum].

Lees verder...

Acquiescentia in se ipso

Tevredenheid met zichzelf of zelfvoldaanheid (zo vertaalt Henri Krop) definieert Spinoza als “de blijdschap die ontstaat, doordat de mens zichzelf en zijn vermogen tot handelen beziet”: Acquiescentia in se ipso est laetitia orta ex eo, quod homo se ipsum suamque agendi potentiam contemplatur [IIIdef aff. 25). Ook in het scholium van IIIP30s is sprake van acquiescentia in se ipso, tussen gloria, pudor & poenitentia.

Zoals in het deel erop, IVECaput 4, blijkt is het “hoogste goed” dat we “in dit leven” (uiteraard ons enige leven) kunnen bereiken: de gelukzaligheid (beatitudo), wat hetzelfde is als gemoedsrust (acquiescentia animi) die ontstaat uit de intuïtieve kennis van God. Kennis van God is het hoogste goed, niet omdat dit een goed middel is om ons bestaan te onderhouden, maar om zichzelfs wille (IVP28).

Lees verder...

De drie stenen van Spinoza [1]

Het vorige blog werd voor mij aanleiding om de keren dat Spinoza in zijn argumentaties en voorbeelden een steen invoert eens op een rijtje te zetten. Ik heb in Gebhardts Baruch de Spinoza, Opera (1925) gekeken waar Spinoza over een steen (lapis) spreekt. Ik laat de PPC (stelling 1) achterwege, daar hier niet Spinoza zelf aan het woord is. Verder laat ik buiten beschouwing de steen der alchemisten (in brief 67 aan Albert Burgh). Ook de steen die hij vermeldt in brief 6 [§ 6] aan Oldenburg (bestemd voor Boyle) laat ik buiten beschouwing. Ook aan de mededeling in Brief 9 aan Simon de Vries, waarin hij schrijft over hoe iemand die in gedachten een tempel ontwerpt, kan berekenen hoeveel duizend stenen en andere materialen hij moet kopen om die tempel te bouwen (totque aliorumque materialium millia lapidum emere debere) hoeven we verder geen aandacht te besteden. De keren dat sprake is van hetgeen op de stenen tafelen (in tabulis lapideis) zou hebben gestaan, laat ik eveneens buiten beschouwing.

In de Tractatus de intellectus emendatione [§ 58] lezen we:
“Daarentegen, zoals we zojuist zeiden, hoe minder men weet, hoe gemakkelijk men iets verzint, zoals dat bomen spreken, dat mensen van het ene ogenblik op het andere in stenen kunnen veranderen of in bronnen; dat spoken in spiegels kunnen verschijnen, dat niets iets kan worden, dat ook goden in mensen of in dieren kunnen veranderen,en oneindig veel dingen meer.” [Vertaling Theo Verbeek van: “
Sed, uti diximus, quo minus homines norunt Naturam, eo facilius multa possunt fingere; veluti, arbores loqui, homines in momento mutari in lapides, in fontes, apparere in speculis spectra, nihil fieri aliquid, etiam deos in bestias et homines mutari, ac infinita ejus generis alia.
”]
Ook hieraan kunnen we gevoegelijk voorbij gaan.

 

Lees verder...