Theatrum & musaeum Spinozanum
De volgende video hoort eigenlijk niet thuis op dit weblog, maar toch… Het is een knappe animatievideo van de Spanjaard Cristobal Vila, gebaseerd op het werk van Escher. De film doet mij enigszins denken aan een combinatie van bibliotheca, studiolo, musaeum, theatrum, laboratorium en rariteitenverzameling uit de tijd van Spinoza. Vandaar toch binnengehaald. Sommige bezoekers zullen het weten te waarderen.
Inspirations - Cristóbal Vila (2012)“A short movie inspired on Escher's works and a free vision on how it could be his workplace.
When this animation project started to take their first steps I intended to bring life to a large and extensive still life, flying over it in a manner similar to that fantastic intro created for the opening credits of a French film called Delicatessen.
But then I still had not found the motif, the main characters of the action. So I looked into that enormous and inexhaustible source of inspiration that is Escher and tried to imagine how it could be his workplace, what things would surround an artist like him, so deeply interested in science in general and mathematics in particular. This, though, from a completely imaginary, free and invented point of view.
And here is the result of that process, accompanied by the beautiful song "Lost Song" composed by Ólafur Arnalds, an Icelandic musician. Hope you like.
Cristobal Vila, February 2012, Saragossa, Spain.
http://www.etereaestudios.com/
Liliana Lukin - La Ética demostrada según el orden poético
Liliana Lukin La Ética demostrada según el orden poético - trabajadas por Gustavo Schwartz. 1ª Edición noviembre, La Cebra, 2011.
Jammer genoeg lees ik geen Spaans, toch wil ik in dit blog deze bundel van de Argentijnse dichteres Liliana Lukin (1951) signaleren. Zij is “Profesora en Letras de la UBA, es docente en Crítica de Artes en el IUNA, coordina la Clínica de escritura de la Biblioteca Nacional y las Jornadas “Cuerpos Argentinos”.” Maar vooral is zij dichteres met al vele dichtbundels op haar naam, die zich ook al jaren met Spinoza’s Ethica heeft bezig gehouden. Zo trad ze bijvoorbeeld op tijdens het Quinto Coloquio Internacional Spinoza 2008 [cf, trouwens ook al op dat van 2007]. Deze bundel is haar nieuwste, waarin ze haar verwerking en verbeelding van haar omgaan met de Ethica en de betekenis ervan voor haar leven heeft ondergebracht – zo begreep ik. Jammer dat ik deze verwerking niet kan lezen, daarvoor is de Google-vertaalmodule toch niet geschikt.Maar misschien hebben sommige bezoekers van dit weblog iets aan dit signalement.
Lees verder...100e Mededelingen van de VHS – een mijlpaal
Gisteren was de laatste bijeenkomst in het Spinoza Lyceum in Amsterdam over de Korte Verhandeling. Na afloop werd de recentste uitgave in de reeks “Mededelingen vanwege het Spinozahuis” uitgereikt. Er was daarin een achterstand ontstaan: nr 101 ontvingen we al een jaar geleden; er moeten nog zo’n 2 à 3 Mededelingen verschijnen. De intentie is dat die achterstand dit jaar zal worden weggewerkt.
Het ging nu om het 100e boekje in de reeks, getiteld: Over het Vaticaanse handschrift van Spinoza’s Ethica, waarover zodadelijk. Een mijlpaal. En door een toevalligheid werd dat gevierd door het in een nieuw jasje te steken. De voorafgaande Mededelingen droegen een grijze kaft. De drukker had de Vereniging laten weten dat datzelfde grijze zware papier niet meer geleverd kon worden. Daarom is besloten het boekwerkje een chamois-achtige kaft te geven. Maar een goede greep was om dan ook het binnenwerk niet meer op wit papier, maar op een licht-charmoiskleurig papier te drukken. En dat geeft een zeer gedistingeerde, chique uitstraling. Heel plezierig om ter hand te nemen en te lezen. Een heel goede greep.
Lees verder...Dialoog tussen Leibniz en Spinoza in de Groningse Nacht van de Filosofie
Gisteren is een amateurvideo naar Youtube geüpload van een dialoog tussen Leibniz en Spinoza, gespeeld door de studenten Harm ten Napel & Ivo Smit tijdens Nacht van de Filosofie in Groningen. Het spel werd ingeleid door Albert Vogd.Het programma: “Waarom klopte Leibniz in 1676 aan bij het huis van Spinoza? Waarom was de verdediger van Gods vrije wil geïnteresseerd in Spinoza's atheïsme? Studenten Harm ten Napel en Ivo Smit spelen Spinoza en Leibniz in een eenakter van Thijs Lijster en Jan Sietsma.”
Thijs Lijster & Jan Sietsma schreven Onder Filosofen. 15 Ontmoetingen Uit De Geschiedenis Van De Filosofie (2005)
Eindelijk scans van de Korte Verhandeling op internet
De Koninklijke Bibliotheek lanceert vandaag Denker op het scherm en maakte dat wereldkundig met een persbericht, getiteld: Denker op het Scherm, wat zou Spinoza hier van denken? [cf hier]
"Aan het slot van de Maand van de Filosofie 2012 lanceert de Koninklijke Bibliotheek (KB) de website Denker op het Scherm. Ook publiceert de nationale bibliotheek een online bladerboek van Spinoza's Korte verhandeling. Beide initiatieven zijn het resultaat van een intensieve samenwerking tussen filosofiestudenten en -docenten en de KB. De site kb.nl/denkers biedt een laagdrempelig naslagwerk over denken en denkers van Nederland. Er is aandacht voor filosofen als Spinoza, maar ook voor de filosofen van nu, zoals Denker des Vaderlands Hans Achterhuis."
Eindelijk kunnen nu passages in het handschrift van de Korte Verhandeling worden bekeken.
Lees verder...
Spinoza, Locke en het idee van burgerschap
Christophe Miqueu, Spinoza, Locke et l'idée de citoyenneté. Une génération républicaine à l'aube des Lumières, Les Anciens et les Modernes. Etudes de philosophie, Classiques Garnier, 2012
Over het idee van burgerschap bij Spinoza en Locke: een republikeinse generatie aan het begin van de Verlichting; meer dan een eeuw voor de Amerikaanse en Franse revoluties.
Op zijn blog is nog niets over het boek te vinden.
Er is sprake van "La restauration de l'idée de citoyenneté." Het boek is de omwerking van zijn proefschrift uit 2009 dat de titel droeg: "Restaurer l'idée de citoyenneté à l'aube des Lumières." [Zie hier]. Die 'restauratie' sloeg dan op het verzet tegen Hobbes' Léviathan. Ik vraag me af in hoeverre Spinoza als pleitbezorger van burgerrechten wordt opgevoerd als te lezen is: "Locke et Spinoza: deux républicains modernes pour qui la logique nouvelle des droits n'est pas incompatible avec la logique ancienne des devoirs des citoyens."
Lees verder...David Gorlaeus (1591-1612) Nederlands eerste atomist
Ook als iedereen er een tegengestelde mening op na zou houden moet de waarheid verdedigd worden, en jij moet hierbij je eigen leraar als vijand beschouwen. Dit is je eeuwige opdracht.
David Gorlaeus in het Liber amicorum van Engelbert van Engelen
Wie was die jongeman? In zijn korte leven schreef David Gorlaeus twee boeken die beide postuum werden uitgebracht.
• Exercitationes Philosophicae, quibus universa fere discutitur Philosophia Theoretica, et plurima ac praecipua Peripateticorum dogmata evertuntur, gepubliceerd in 1620 te Leiden.
• Ideae Physicae, gepubliceerd in 1651 te Utrecht.
In die boeken, die veel gelezen werden in heel Europa, ontvouwde hij een atomaire theorie: alles in de wereld bestaat uit atomen, ook geestelijke zaken als de ziel. Hij bestreed dus de elemententheorie en bewegingsleer van Aristoteles en werd gezien als een van de grondleggers van de deeltjes-atoomtheorie.Door deze titels en de inhoud ervan heeft men lang gedacht dat hij een natuurkundige was, maar hij studeerde theologie. En dat in de periode van de grote strijd tussen arminianen en gomaristen. Toen hij op de universiteit van Leiden arriveerde was net Arminius overleden. Diens opvolger Vorstius hield er nog radicaler ideeën (o.a. over de vrije wil) op na dan Arminius. Gorlaeus deed pogingen om vanuit de filosofie de theologie van Vorstius te onderbouwen.
Lees verder...Causa sui [7] slot
Een laatste blog over causa sui. Ik heb mij de voorbije periode flink bezig gehouden met dit merkwaardige begrip dat bij Spinoza zo’n grote rol speelt, maar waaraan hij geen aparte beschouwing wijdt. Nergens hoor je hem erover dat er toch iets vreemds kleeft aan een term als ‘zelfveroorzaking’. Integendeel, hij beschouwt hem in de TIE als een gewone (vulgo) ingeburgerde term, terwijl Descartes die het nodig vond hem te gebruiken, nog toegaf dat het een gekke term was, die wat hem betreft dan ook overdrachtelijk, als ‘bij wijze van spreken’, moest worden opgevat: om als het ware iets van een ’transitie’ van essentie naar existentie aan te duiden.Bij Descartes verwees causa sui naar Gods immens grote kracht (immensitas) die tevens uitdrukking was van zijn wilskracht. Bij Spinoza verwijst causa sui uiteindelijk ook naar de kracht van Gods essentie, maar hij neemt die niet op in zijn definitie ervan. In zijn definitie legt hij de nadruk op het noodzakelijke samengaan van essentie en bestaan, zoals die alleen maar van toepassing is op het absoluut oneindige wezen dat God is. Niet ‘wil’ maar ’noodzakelijkheid’.
Lees verder...Causa sui [6] nogmaals bij Spinoza
Via een waarneming van Aaron Garrett, die door hem uitvoerig wordt geanalyseerd, is wellicht nog iets duidelijker de grote betekenis van Spinoza’s causa sui in te zien. Hij doet dat in zijn Meaning in Spinoza’s Method [Cambridge University Press, Cambridge, 2003] in het zeer informatieve hoofdstuk 6 over definities in Spinoza’s Ethica (‘whare they come from and what they are fore’]. Op zoek naar literatuur over causa sui (waar veel inleidingen e.d. over zwijgen) trof ik hier een uitvoerige en interessante beschouwing, waaruit ik voor dit blog enige grepen doe. Ik sla uiteraard veel over van zijn behandeling van hoe we volgens Spinoza aan adequate definities komen. Dat definities, daar ze uit woorden bestaan, zowel nominaal als reëel kunnen zijn – dat we van definities die we uit de conventiële en ook filosofische taal oppikken in een proces van verbetering of beter uitzuivering het adequate ervan (dat we al als idee in ons hebben) meer en meer in het oog krijgen. Interessant gebracht allemaal, maar dat sla ik over en kijk naar wat hij over causa sui zegt, dat hij net als Henri Krop, “a somewhat peculiar definition” vindt. Uit de laatste correspondentie van Spinoza, die met Tschirnhaus, kunnen we – zij het op een heel indirecte wijze - te weten komen dat Spinoza zijn godsdefinitie als een definitie vanuit zijn oorzaak ziet. Lees verder...Causa sui [5] bij Spinoza
In tegenstelling tot Descartes heeft Spinoza niet veel woorden besteed aan het begip causa sui, zoals hij het in het eerste deel ‘De Deo’ van de Ethica gebruikt. Hij past het maar weinig toe, maar zoals nog zal blijken betreft deze vreemde term het belangrijkste oorzaak-begrip in de Ethica, zodat de plaatsing aan het begin ook wel iets moet zeggen over het belang ervan. [Ik ben het dus niet eens met Wim Klever die in zijn Ethicom stelt dat het maar toevallig is dat het het eerst gedefinieerde begrip is]. Die eerste definitie over causa sui geeft met een luide klaroenstoot het eerste signaal af niet alleen dat het wezen van het Eerste zijnde het bestaan insluit en dat de natuur ervan zich niet als niet-bestaand laat denken, maar dat daarmee alles veroorzaakt is en als zodanig kan worden gezien – daar dat namelijk juist ook voor het eerste beginsel van alles geldt: voor God.De onverbrekelijke koppeling door Spinoza van oorzaak en reden (‘causa sive ratio’, zoals hij die vaak tesamen brengt), van veroorzaakt bestaan van alles en van het tegelijk verklaarbaar, intelligibel zijn ervan, begint hier al bij zijn definitie van de causa sui.
Lees verder...Causa sui [4] bij Descartes
Het is niet nodig dat ik bij het begin begin: bij Descartes’ twijfel, bij z’n ontkenning van de ‘genius malignus’ en z’n bewijs voor het bestaan van God. Het is voor nu voldoende te weten dat hij bij dat laatste uitgaat van de ‘idea Dei’. Hij ziet dat als aangeboren idee: een idee dus dat ik niet van mezelf heb en dat niet toevallig in mij opkwam vanuit de dingen om mij heen. Dat is volgens hem de uitputtende verdeling van ideeën: aangeboren, toevallig of zelfgemaakt. [Voor verwijsplaatsen naar Descartes werk verwijs ik naar ondergenoemd artikel van Robert C. Miner, waarop ik mij hier vooral baseer.]
Descartes schreef pas over Causa sui in zijn Responsiones op de Primae Objectiones, en vervolgens nader aangevuld in zijn Responsiones op de Quartae Objectiones bij wat later aangeduid zou worden als zijn ‘ontologisch godsbewijs’. In zijn Meditatio V kwam Causa sui dus nog niet voor.Caterus [zie dit eerdere blog over Caterus] vond dat ideeën geen oorzaken hadden, alleen dingen hadden oorzaken, zodat uitgaan van de idea Dei zoals Descartes deed, niet Gods bestaan zou bewijzen; hij verwees naar Thomas van Aquino die van oorzaken uitging, niet van ideeën. Descartes stelde daar tegenover dat zijn godsbewijs in feite stoelde op het causa sui en daarzonder niet begrepen kon worden. Daar, in dat antwoord op de eerste objecties, begon dus zijn beschouwing over causa sui.
Lees verder...Causa sui [3] vóór Spinoza - de Scholastiek, Duns Scotus & Suárez
We zagen dat de Scholastiek het begrip causa sui verwierp. De filosofen spraken er wél over, maar dan om het te ontkennen. Thomas van Aquino vond het causa sui begrip inconsistent en zelfs contradictoir; maar dat laatste met name daar hij het vanuit veroorzaking van potentialiteit naar actualiteit bezag. Hij erkende uiteraard de oneindige virtus essendi (zijnskracht) van God om te bestaan en zijn aantasting (corruptie) tegen te gaan en langs die weg zette Duns Scotus de argumentatie voort, niet meer met efficiënte causaliteit en het begrippenpaar actualiteit/potentialiteit, maar met oneindigheid, perfectie/eminentie en kracht, hetgeen Suárez nog eens verder ontwikkelde, waarna Descartes de causa sui kon inkoppen.
1265/6 - 1308)Scotus’ bewijs voor het bestaan van God werd veel gewaardeerd om zijn bijdrage aan de natuurlijke theologie, maar is enorm complex, daar het voor elke belangrijke conclusie een reeks subbewijzen hanteert. Het is met name zo ingenieus daar hij in feite cosmologische met ontologische argumenten combineert. Hij is een van de weinige middeleeuwers die het godsbewijs van Anselmus niet verwierp en ook een van de weinigen die de bewering ‘God bestaat” niet als uit zichzelf evident zag. Hij maakte het zich dus niet makkelijk. Z’n bewijsstrategie komt er in hoofdlijnen op neer dat hij de mogelijkheid laat zien dat er in de drie soorten ‘orde’ (de efficiënte oorzaken, de doeloorzaken en eminentie) er onveroorzaakte eersten mogelijk zijn (hetgeen hij doet via conceptuele analyse die hem tot mogelijkheden brengt), vervolgens laat hij zien dat die drie identiek met elkaar zijn (er dus maar één eerste bestaat), en vervolgens bewijst hij dat deze onveroorzaakte eerste eminente oorzaak actueel bestaat. Daarvoor voert hij een andere notie in: er zijn oorzaken van een accidentele orde (daarvan is er telkens één verantwoordelijk voor een – laatste – effect; dat is orde van de tijdelijke dingen) en van een essentiële orde (die samen tegelijk moeten optreden en alle nodig zijn om een effect tot stand te brengen en alle een verschillende bijdrage bieden). Hij bewijst dat in die essentiele orde van oorzaken een oneindige reeks van oorzaken niet mogelijk is, maar dat er steeds een eerste oorzaak is én dat die eerste buiten de oorspronkjelijke reeks valt; tevens dat aan een accidentele orde van oorzaken tenminste een essentiele orde ten grondslag moet liggen. Tenslotte bewijst hij dat dit eerste ding uit zich, ex se, bestaat. Het hier gezegde blijft allemaal erg aan de oppervlakte, maar de bewijsvoering is te ingewikkeld en voert té ver voor een blog als dit. Ik moet volstaan met de volgende conclusies.
Lees verder...Causa sui [2] vóór Spinoza – de Scholastiek, Thomas van Aquino
[Vervolg op het blog Causa sui [1] – inleiding]Vanaf hier ga ik het denken over causa sui in de geschiedenis na. Blijken zal dat er een duidelijke cesuur is bij Descartes. De opponenten die we tegen zullen komen bij Descartes, Caterus en Arnaud, behoren in hun denken en argumenteren nog geheel thuis in het Scholastieke erfgoed dat teruggaat op Aristoteles. Belangrijk daarbij is dat de Aristotelische traditie in dit verband ontkent dat iets zichzelf kan bewegen: daar is altijd iets anders bij nodig dat in beweging brengt – iets dat die beweging veroorzaakt. Iets kan zichzelf niet veroorzaken, want daarvoor zou het tegelijkertijd zowel potentieel als actueel moeten zijn en dat is contradictoir. Er is altijd iets dat actueel bestaat nodig om iets van potentieel naar actueel te brengen. Denk aan de contradictorische situatie dat de baron Von Munchhausen zichzelf en z’n paard aan z’n haren uit het moeras optrekt – een duidelijk “onmogelijke figuur”, als deze driehoek. Kortom, de Scholastiek verwerpt het begrip causa sui. Ze spraken er dus wél over, n.l. om de geldigheid ervan te ontkennen en het te verwerpen. De argumenten die daarbij gebruikt werden schoven geleidelijkaan in een richting, waarbij minder de efficiënte causaliteit en het begrippenpaar potentie/actualiteit en meer de noties oneindigheid, perfectie/eminentie en kracht een rol gingen spelen, waaruit Descartes kon oogsten. Daarover dus later. Lees verder...
Joshua Parens, "Maimonides and Spinoza" in aantocht
Al enige maanden ging ik af en toe eens kijken op de website van de University of Chicago Press waar het boek voor mei 2012 werd aangekondigd, of de cover er al was. Pas als die gereed stond, wilde ik het verschijnen ervan in een blog signaleren. Dat is nu het geval. Overigens staat er nu dat het boek in juni zal verschijnen.
Joshua Parens, Maimonides and Spinoza. Their Conflicting Views of Human Nature. University of Chicago Press, 2012
[Aanvulling 18 juni 2012. Het boek zal 22 juni uitkomen, maar heden is op books.google de hele inleiding en een deel van het eerste hoofstuk in te zien]
Uit de aankondigingstekst valt op te maken dat een heel andere dan gebruikelijke kijk op Spinoza en Maimonides wordt geboden.
"Until the last century, it was generally agreed that Maimonides was a great defender of Judaism, and Spinoza—as an Enlightenment advocate for secularization—among its key opponents. However, a new scholarly consensus has recently emerged that the teachings of the two philosophers were in fact much closer than was previously thought. In his perceptive new book, Joshua Parens sets out to challenge the now predominant view of Maimonides as a protomodern forerunner to Spinoza—and to show that a chief reason to read Maimonides is in fact to gain distance from our progressively secularized worldview.Turning the focus from Spinoza’s oft-analyzed Theologico-Political Treatise, this book has at its heart a nuanced analysis of his theory of human nature in the Ethics. Viewing this work in contrast to Maimonides’s Guide of the Perplexed, it makes clear that Spinoza can no longer be thought of as the founder of modern Jewish identity, nor should Maimonides be thought of as having paved the way for a modern secular worldview. Maimonides and Spinoza dramatically revises our understanding of both philosophers."
Lees verder...
Causa sui [1] – inleiding
Spinoza opent de Ethica met zijn definitie van causa sui.
» Per causam sui intelligo id, cuius essentia involvit existentiam, sive id, cuius natura non potest concipi nisi existens. «
(Onder een oorzaak van zichzelf versta ik een zaak, waarvan het wezen het bestaan insluit, met andere woorden iets waarvan de natuur zich alleen als bestaand laat denken).
Vervolgens blijkt dat de Substantie, God ofwel de Natuur causa sui is.
Causa sui, oorzaak van zichzelf, klinkt nogal imponerend geleerd, maar is causa sui meer dan een asylum ignorantiae in woorden? Al dagen houden de woorden ‘causa sui’ mij bezig. Als ik even wat te mijmeren heb, komt – als causa sui – ‘causa sui’ mij voor de geest, waarvan ik mij afvraag of het wel om een echt begrip gaat, of slechts om woorden voor iets dat niet te begrijpen is. Houdt ‘causa sui’ méér in dan een manier om altijd gelijk te hebben voor wie gelooft dat alles een oorzaak heeft? Is het – letterlijk – een stopwoord om de oneindige reeks oorzaken ergens te laten stoppen? Is ‘causa sui’ hetzelfde als of iets anders dan ‘onveroorzaakt’? Is het méér?
Lees verder...Blogger in Trouw
Een reactie die ik kreeg, maakt dat ik het simpele ingezonden briefje van me dat vanmorgen in Trouw stond, hier plaats.
Daarop kreeg ik een mailtje van een deelnemer aan de Spinoza Kring Limburg:
"Stan Verdult in Trouw: opletten geblazen, denk ik dan, vanochtend.
En jawel, zonder hem te noemen, galmde de naam van Spinoza door de ingezonden brief heen. Grappig dat je Coen Simon leest.
Ben benieuwd of je bij hem de naam van Spinoza tegenkomt."
Waar Spinoza moest zeggen: nescio - ik weet het niet
De Belgische gepensioneerde universiteitsambtenaar Karel D'huyvetters houdt zeer regelmatig een blog bij waarin hij uitvoerige beschouwingen wijdt aan boeken die hij leest of schrijft over allerhande dingen die hem bezig houden. Ik kom er te weinig. “Mijn blog is mijn hobby,” schrijft hij en kan ik hem nazeggen. Hij gaf vandaag nog een reactie op dit blog. Eerder vandaag schreef hij ook een uitgebreide en interessante beschouwing over en n.a.v. wat te lezen is in het Scholium bij 3/22
Quo autem nomine appellanda sit Laetitia quae ex alterius bono oritur, nescio.Hij vertaalt: “Hoe we echter de Vreugde moeten noemen die ontstaat uit het goede van een ander persoon, dat weet ik niet.” Bij Van Suchtelen is te lezen: “Welken naam ik nu evenwel moet geven aan die Blijheid, welke uit eens anders welzijn voortkomt, weet ik niet.”
Ik raad aan eens een kijkje bij hem te nemen - zeker dit blog. Hij geeft toe er ook geen passend woord voor gevonden te hebben en eindigt ermee dat het gaat om “de vreugde omwille van het ontdekken en herkennen in de ander van wat ons ook ter harte gaat.
Ik denk dan bijvoorbeeld aan de vreugde die je ondervindt te ontdekken dat ook anderen geïnteresseerd in Spinoza zijn.
[Hoewel, dat bij sommigen kennelijk ook vaak met onlustgevoelens gepaard gaat]
Una giornata particolare per Spinoza
Heb ik nog maar net, gisteren, weer eens de loftrompet gestoken over de "Spinozakunde en 'Spinoziana' in Italië" [zie blog] is er over een week alweer een symposium in Milaan.
Dat schitterende affiche van Mara Sanfelici - die uitdagende titel (die ik uiteraard even aanvul)
Zie de website van de universiteit en deze website en het PDF van het affiche
2bserius worstelt met de God van Spinoza
Al eerder heb ik er in een blog op gewezen hoe een aantal personen met behulp van Youtube-filmpjes serieus in het openbaar aan het filosoferen zijn - vaak in reactie op elkaar. Blog van 12 okt. 2009: De YouTube Spinoza. Het is alles niet te volgen - zou een eeuwig leven vergen.
Zo stootte ik onlangs weer eens op een jonge Engelse die als Youtube-naam 2bserius koos. Ze gaf deze beschouwing de titel: Free Thought and "god". Daarin reageert ze op prof. Corey Anton, een van de actieve Youtubosofen. En ze leest (en kan zich -begrijpelijk- niet vinden in) een passage uit een artikel van Christof Koch, waarvan de tekst, licht aangepast, ook te vinden is in zijn: Consciousness. Confessions of a Romantic Reductionist. Ik citeerde diezelfde passage in mijn blog van 16-4-2012:
"I do believe that some deep and elemental organizing principle created the universe and set it in motion for a purpose I cannot comprehend. I grew up calling this entity God. It is much closer to Spinoza's God than to the God of Michelangelo's painting. [...]
The pioneering generation of stars had to die in spectacular supernova fashion to seed space with the heavier elements necessary for the second act of creation— the rise of self-replicating bags of chemicals on a rocky planet orbiting a young star at just the right distance. The competitive pressures of natural selection triggered the third act of creation— the accession of creatures endowed with sentience, with subjective states. As the complexity of their nervous systems grew to staggering proportions, some of these creatures evolved the ability to think about themselves and to contemplate the splendidly beautiful and terrifyingly cruel world around them.”
Lees verder...
Spinozakunde en 'Spinoziana' in Italië
Op 5 mei 2010 had ik al eens een blog “Bloeiende 'Spinozakunde' in Italië.” En op 17 juli 2011 een blog “Verdere verspreiding van Spinozisme vanuit Italië.” Kortom, al vaker is hier de loftrompet gestoken over de vele Spinoza-activiteiten in Italië, waar op universiteiten, via symposia en boekuitgaven e.d. veel aan l'educazione spinoziana wordt gedaan. De mensen die Italiaans kunnen lezen en verstaan boffen maar.
Nu zie ik (via de AAS) dat er al geruime tijd een interessante reeks bestaat, Spinoziana, onder redactie van Mino Chamla, Roberto Diodato e Vittorio Morfino. Aardig vormgegeven ook. Kom hier eens om zo'n reeks.Onlangs verscheen het 18e deel: Andrea Sangiacomo, Homo liber. Verso una morale spinoziana. Vele eerdere delen uit die reeks kregen een prijsverlaging. Zie uitgeverij Mimesis.
Nogmaals, kom hier eens om zo’n reeks. De ooit opgezette reeks Philosophia Spinozae Perennis is geheel doodgebloed en was trouwens ook niet direct op het Nederlandse taalgebied georiënteerd.
Hier nog enige voorbeelden van 'Spinoziana':
Lees verder...Recensie op NDPR van Beth Lord's 'Kant and Spinozism'
In twee blogs van eind 2010 had ik aandacht voor het boek van Beth Lord, Kant and Spinozism: Transcendental Idealism and Immanence from Jacobi to Deleuze [Palgrave Macmillan, 2011, 214pp.]
Op 29-12-2010: Nieuw licht op Kant en SpinozaOp 31-12-2010: Kwam Kant met z’n Opus Posthumum dichter bij Spinoza’s Opera Posthuma?
Deze week, zo ontving ik als tip, verscheen een review van Paul Davies van de University of Sussex op Notre Dame Philosophical Reviews. Davies geeft een informatieve beschouwing. Daaruit:“[…] German idealism after Kant often finds itself re-engaging with Spinozism. Beth Lord's short but ambitious comparative study offers a reading of these re-engagements. It takes us from Jacobi's "provocative suggestion" that Kant and Spinoza be reconciled through Herder's and Maimon's diagnoses, respectively, of Spinoza's naturalism and idealism, and brings us finally to Kant's ether, and to the posthumous outline of a partnership: Kant with Spinoza contra the world of (German) idealism. This movement does not seek finally to align Kant with Spinozism, as though the two thinkers say the same thing, but rather to understand the changes in the means by which Kant continues to distinguish himself from Spinoza. In contrast to the tradition (ultimately of course a Hegelian tradition) in which Kant, Spinoza and their idealisms are contextualised and absolutized, and in which thought and being are reconciled in an absolute identification, Lord invites us to see Spinoza and Kant, the latter no doubt despite himself, as insisting on the non-negotiable realism of thought's impact on being and being's impact on thought, and the realism here is threefold: real thought, real being, real interruptive impact. It is an intriguing and suggestive narrative, and Lord tells it well. Kant's critical project, generally understood as a protective and legitimizing one, is interrupted at crucial moments and on crucial topics where transcendental reason must yield a positive result or description.”
Lees verder...Annika Garratt ontdekte het pantheïsme
In vijf dagen, sinds 12 april, heeft de Engelse kunstenares & illustrator Annika Garratt, een negental video’s op Youtube geplaatst over pantheïsme, waar ze al vanaf haar jeugd mee bezig is en waarvan ze nu intens getuigt.
Gisteren plaatste ze een video waarin ze een Ouroboros, een slang die in zijn staart bijt, schildert, met daarin de woorden: Deus sive Natura. [Youtube]
Vandaag bracht ze een video met een deel uit het 1987-BBC-interview dat Bryan Magee had met Anthony Quinton over Spinoza, waarin uiteraard haar tekening van Spinoza opviel.
[Ik had het gesprek in z'n geheel in een blog van 30 juni 2008].
Lees verder...
Martin Lin - een productieve jonge Spinozascholar
Wat moeten schrijvers soms veel geduld beoefenen voordat de door hen geschreven teksten eindelijk in druk verschijnen.Op 19 januari 2011 had ik een blog over een boek dat – zo had ik ontdekt – zou verschijnen als The Oxford Handbook to Spinoza. Ik was zelfs al in staat om, vanuit de persoonlijke websites van de auteurs, de inhoud van het boek te laten zien. [Cf blog] Inmiddels is het boek er nog steeds niet en is er ook nog geen aankondiging bij de uitgever te vinden.
Goed dus dat sommigen hun bijdrage al wel op hun website toegankelijk maken. Zo o.a. ook Martin Lin.
Martin Lin is Associate Professor, Department of Philosophy, Rutgers University, New Brunswick. His research focuses on early modern philosophy, especially seventeenth-century philosophy. He is the author of "Spinoza's Theory of Desire," [Archiv für Geschichte der Philosophie, 2004], "Spinoza's Account of Akrasia," [Journal of the History of Philosophy, forthcoming], and "Spinoza's Arguments for the Existence of God."Zijn bijdrage aan The Oxford Handbook to Spinoza, “The Principle of Sufficient Reason in Spinoza,” al mei 2010 gedateerd, is op zijn website te vinden. [PDF en PDF]
Lees verder...Diego Tatián: Spinoza, el don de la filosofía
De Argentijn Diego Tatián komt veel voor in het boek van Miriam van Reijen, Het Argentijnse gezicht van Spinoza. Passies en politiek (2010). Zij beschouwt hem als een centrale figuur in het recente Spinozaonderzoek met z’n vele publicaties en activiteiten. Hij is ook de initiator van de meerdaagse internationale Spinoza colloquia die sinds 2004 jaarlijks worden gehouden. Hij schreef o.a. Pasiones y política en Spinoza. Van Reijen wijdde bijna een heel hoofdstuk aan hem.
Het is vanwege deze rol dat ik hier voor hen die Spaans lezen, zijn nieuwe boek signaleer (en ook vanwege die titel – een eretitel voor Spinoza):Diego Tatián, Spinoza, el don de la filosofía (Spinoza, het geschenk van de filosofie)
Rachel Baes (1912 – 1983) 'Les tics de Spinoza (l'Éthique) ou cogitata metaphysica' (1967)
Rachel Baes was een Belgische surrealistische schilderes. Haar vader was de landschap- en portretschilder (gevierd societyschilder) Émile Baes, die Rachel al vanaf jonge leeftijd gestimuleerd zou hebben in haar kunstzinnige uitingen, maar een echte kunstopleiding ontving ze nooit.
Ze schijnt vooral interesse te hebben gewekt om haar relaties. Ze had een verhouding met de rechtse Verdinaso-leider Joris van Severen en onderhield contacten met onder meer Paul Eluard, Jean Cocteau, René Magritte en Paul Léautaud. De kwaliteit van haar werk valt echter tegen, vond Leen Huet in een bespreking van een boek over haar: “Baes was eerder een minnares die schilderde dan een schilderes met minnaars.”
In 1968 toonde Baes in Brussel een heus filosofenkabinet met een Goethe die onderzoekend kijkt naar een portret van Freud, en een Spinoza met uitpuilende tong: Les tics de Spinoza, wat uiteraard ook te lezen is als L'Ethique – “een van die woordspelingen met de diepgang van de oppervlakte waarin surrealisten grossierden,” aldus Luc Devoldere, in “Ongekooid verlangen,” [DBNL] wat ook al een bespreking is van hetzelfde boek:Patrick Spriet, Een tragische minnares. Rachel Baes, Joris van Severen, Paul Léautaud en de surrealisten [Uitgeverij Van Halewyck, Leuven, 2002, 328 p.]. En van Gekooid verlangen. Jane Graverol, Rachel Baes en het surrealisme [Ludion, Gent /Amsterdam, 2002, 202 p]
Rachel Baes, ‘Les tics de Spinoza (l'Éthique) ou cogitata metaphysica’, toile, 1967, collection privée
Christof Koch: Consciousness. Confessions of a Romantic Reductionist (flirt met Spinoza)
Om te signaleren. Niet dat het boek over Spinoza gaat, maar omdat het onderwerp Spinozisten in hoge mate aangaat. Toch, tweemaal komt Spinoza erin voor, maar hoe...
Christof Koch: Consciousness. Confessions of a Romantic Reductionist. The MIT Press, 13 April 2012 - ISBN 978-0262017497Christof Koch is Professor of Biology and of Engineering at the California Institute of Technology and Chief Scientific Officer of the Allen Institute for Brain Science in Seattle. He is the author of The Quest for Consciousness and other books. De uitgever verder:
"What links conscious experience of pain, joy, color, and smell to bioelectrical activity in the brain? How can anything physical give rise to nonphysical, subjective, conscious states? Christof Koch has devoted much of his career to bridging the seemingly unbridgeable gap between the physics of the brain and phenomenal experience. This engaging book--part scientific overview, part memoir, part futurist speculation--describes Koch's search for an empirical explanation for consciousness. Koch recounts not only the birth of the modern science of consciousness but also the subterranean motivation for his quest--his instinctual (if "romantic") belief that life is meaningful. Koch describes his own groundbreaking work with Francis Crick in the 1990s and 2000s and the gradual emergence of consciousness (once considered a "fringy" subject) as a legitimate topic for scientific investigation. Present at this paradigm shift were Koch and a handful of colleagues, including Ned Block, David Chalmers, Stanislas Dehaene, Giulio Tononi, Wolf Singer, and others. Aiding and abetting it were new techniques to listen in on the activity of individual nerve cells, clinical studies, and brain-imaging technologies that allowed safe and noninvasive study of the human brain in action. Koch gives us stories from the front lines of modern research into the neurobiology of consciousness as well as his own reflections on a variety of topics, including the distinction between attention and awareness, the unconscious, how neurons respond to Homer Simpson, the physics and biology of free will, dogs, Der Ring des Nibelungen, sentient machines, the loss of his belief in a personal God, and sadness. All of them are signposts in the pursuit of his life's work--to uncover the roots of consciousness. Lees verder...Recensie van 'A Book Forged in Hell' van Steven Nadler
Menno Lievers promoveerde in 1997 aan de Universiteit van Oxford op het proefschrift Knowledge of Meaning. Nu is hij docent theoretische filosofie aan de sub-faculteit wijsbegeerte van de Universiteit Utrecht. Hij verzorgt onderwijs in de taalfilosofie en de filosofie van de cognitiewetenschappen. Vandaag verscheen van hem een recensie van het boek van Steven Nadler, A Book Forged in Hell. Spinoza's Scandalous Treatise and the Birth of the Secular Age [Princeton University Press, 2011].Ik ga niet in discussie met de recensent, wijs alleen op een foutje: het is Tractatus Theologico-Politicus (en niet Tractatus Theologico-Philosophicus). Daaraan zie je dat Spinoza z'n dagelijkse stiel niet is. Maar ook anderen dan Spinoza-scholars mogen uiteraard zo'n boek recenseren.
Lees verder...Urs Fischer's 'Spinoza Rhapsody' wordt weer uitgepakt en opgesteld
Van zondag 15 april tot 15 juli 2012 zal in het Palazzo Grassi in Venetië een solotentoonstelling gaan van de Zwitserse beeldhouwer Urs Fischer onder de titel MADAME FISSCHER. Let op, hoe lekker apart: madame en Fisscher met 2x ‘s’ [hier]
Er zullen 30 werken van hem vanaf eind ’90-iger jaren te zien zijn.
In een voorbeschouwing in The Wallstreet Journal (ja, ja, kunst is geld) is te lezen:
“Upstairs, on the piano nobile, where preparations are further along, there is a faint air of tension among the curators and assistants as they assemble the exhibits. Caroline Bourgeois, Palazzo Grassi's curator for this exhibition, is looking on anxiously as a group of handlers piece together "Spinoza Rhapsody," a huge, swooping length of what looks rather like a section of intestines (darmen). Each piece, which will be suspended from the ceiling on invisible threads, is being laboriously slotted together and propped up on wooden supports, according to a detailed plan, over which the handlers are constantly arguing. They will do this for the next two days.” [Hier]Het gaat over dit ‘kunstwerk’ waarover ik op 23 augustus 2008 het blog had: "Spinoza Rhapsody" van Urs Fischer.
Lees verder...Signalement: Andre Santos Campos - Spinoza's Revolutions in Natural Law
Gezien bij de AAS dat vorige week dit boek verscheen:
Andre Santos Campos*): Spinoza's Revolutions in Natural Law. Palgrave Macmillan. 2012 – 216 pages - ISBN 9780230348691, £50.00[ books.google ]
"This very first analysis of Spinoza's philosophy of law from the viewpoint of his deterministic ontology shows that he revolutionized modern philosophy from within by developing an entirely new natural law theory connecting his ontology to radically democratic political views. The book forms a balanced structure in which the three conceptual pillars of Spinoza's natural law theory (individuality, natural laws, and power) are first analyzed from the viewpoint of his ontology and then from the viewpoint of his political theory. Spinoza's revolutionary equivalence of law to power is regarded as the core simultaneously of an ethical individualistic project, of a democratic alternative to modern State politics, and of an amoral naturalistic philosophy of law. The author concludes that Spinoza develops a new type of progressive individualism still left to explore that revolutionizes both modern natural law and contemporary radical democratic studies."
*) Lecturer in Philosophy and Legal Theory at the Lusiad University of Lisbon, Portugal, and Research Fellow in the New University of Lisbon, specializing in legal philosophy, political theory and early modern philosophy. Lees verder...Nog eens over de "meesterlijke toelichtingen van Rikus Koops op de door hem hertaalde Korte Verhandeling"
Op 3 april had ik een behoorlijk enthousiaste eerste bespreking van de door Rikus Koops hertaalde en toegelichte Korte Verhandeling. Ik sprak van “grandioze toelichtingen en bovenal een schitterende tekst De waarde van de Korte Verhandeling.” Van iemand kreeg ik via de e-mail de vraag of ik daar voorbeelden van kon geven.Ik zal één voorbeeld geven dat naar ik hoop sprekend genoeg is. Mignini geeft talrijke technische toelichtingen, maar niet of nauwelijks toelichtingen die bijdragen tot beter begrip van de tekst. Bijvoorbeeld in hoofdstuk 3 van eerste deel [Dat God een oorzaak van alles is], loopt Spinoza een achttal verdelingen van typen oorzaak na. Wie begrijpt daarvan de “minvoorneem-beginnende oorzaak en is God niet”. Ik las ergens (bij Martin J. Bac, Perfect Will Theology, Brill; books.google) dat Spinoza kennelijk de Institutionum logicarum van Franco Burgersdijck (Leiden, 1626) op zijn schrijftafel had liggen. Je ziet hem de typeringen langslopen en daarvan gebruiken wat hem van pas komt en bekritiseren waarmee hij het niet eens is.
Lees verder...Correcties op Herman Berger's De Ethica van Spinoza
Herman Berger's De Ethica van Spinoza. Een handreiking [Garant, 2011] heb ik met grote interesse gelezen. Ik drukte mijn waardering uit in een bespreking op dit weblog van 5 oktober 2011. En ook in latere blogs is het boek vaak genoemd.
Maar het bevat wel vele zetfouten en andere slordigheden. Die heb ik bij het lezen gemarkeerd. Ik heb ze de uitgever (tot tweemaal toe zelfs) aangeboden, opdat ze ze bij een eventuele herdruk konden corrigeren. Tot tweemaal toe is daarop niet gereageerd! De uitgever werkt niet alleen slordig en levert een product met veel fouten, maar is kennelijk ook niet in kwaliteitsverbetering geïnteresseerd. Of misschien verwachten ze geen herdruk...
Ik bied hieronder de lezers van dit weblog een overzichtje dat ik ervan maakte. De meeste foutjes zullen elke lezer zelf wel opvallen, maar er is ook een aantal meer inhoudelijke dingen aan te wijzen, waarvoor enige kennis van de Ethica nodig is om die te kunnen constateren.
Hier als service van dit weblog een lijstje van 40 puntjes. De meer inhoudelijke heb ik geel gemarkeerd.
De eerste dialoog in de KV – Spinoza in debat met Descartes
Je komt het nergens tegen, maar volgens mij is de eerste dialoog (Zamenspreeking) in de Korte Verhandeling een discussie die Spinoza aanging met Descartes. Je leest dat niet in de toelichtingen van Mignini, Knol en Koops, en ook tijdens de VHS Zomercursus werd daar niet op gewezen, blijkt uit mijn aantekeningen en het uitvoerige verslag van Jan de Koning.
Als deze tekst, zoals Sigwart in de 19e eeuw meende, de oudste tekst van Spinoza zou zijn, dan is zijn experiment om het eens met Platoonse dialogen te proberen, wellicht geschreven in de periode waarin hij, bij Franciscus van den Enden waarschijnlijk, voor het eerst kennis maakte met de filosofie van Descartes. Dan zijn zijn belangrijkste verwerpingen al in een zeer vroeg stadium bij hem opgekomen.Het aardige is namelijk dat er al heel veel van Spinoza’s blijvende ideeën aan te treffen zijn in deze discussie tussen Verstand, Liefde, Rede en Begeerlijkheid (Hartstocht, hertaalt Rikus Koops). Ik geef hier niet die dialoog en verwijs, voor degenen die geen tekst bij de hand hebben naar deze pagina, waarop G.H. Jongeneelen de tekst naar internet heeft gebracht.
Lees verder...Filosofiereeks over hersenen, bewustzijn en vrije wil
Vandaag is, zo werd ik getipt, de tweede bijeenkomst in het Utrechtse Studium Generale, waarin prof. dr. mr. Herman Philipse zijn visie zal geven op de enorme boost van de neurologie en de luidruchtige verspreiding van de ontdekkingen der neurowetenschappers. Komen we via hersenscans tot meer kennis van ons bewustzijn en kwesties als ‘vrije wil’?
Vanavond, woensdag 11 april (20.00 tot 21.30 uur) is het onderwerp: Van substantiedualisme naar emergentie - Hoe verhoudt bewustzijn zich tot processen in de hersenen?Wie wil voor dit blog even gaan luisteren of ook het attributendualisme (en substantiemonisme) van Spinoza voorbij komt?
Trouwens, ik ontdek zojuist dat ik zelf live kan meekijken en luisteren. Als me dat lukt en ik wat te melden heb, zal ik hieronder een reactie geven.
Vorige week, 4 april, ging het over: Neurowetenschap en de vrije wil - Toont neurowetenschappelijk onderzoek aan dat wilsvrijheid illusoir is?
Woensdag 18 april is het onderwerp: Wat verklaart ons gedrag? - Folk psychology, eliminatief materialisme, oorzaken en redenen Woensdag 25 april: De filosoof als conceptuele therapeut - Drogreden en andere begripsverwarringenVan de colleges zal weer een CD-box worden gemaakt door Home Academy. [Hier méér informatie]
Ik vind het (i.v.m. het genoemde 'attributendualisme') wel aardig om hier dit schema in te lassen dat ik op een site aantrof die het overnam uit KUNZMANN, Peter, BURKARD, Franz-Peter i WIEDMANN, Franz: Atlas de filosofía, Alianza Editorial, Madrid, 1991, 2000, 2008.
Ik had eerder al schema's waarmee de relaties "substantie, attributen, modi" werden getoond. Het aardige van deze vind ik, dat sterk de nadruk wordt gelegd op het feit dat beperkingen/begrenzingen van dingen resp. ideeën alleen binnen het attribuut waartoe ze behoren, kunnen plaats hebben.
Eerdere schema's
21 jan 2010: Een helder diagram van Spinoza's metafysica (met vele reacties)
16 maart 2010: Een nieuw diagram van Spinoza's metafysica (met vele reacties)
21 maart 2010: Weer een ander diagram van Spinoza's metafysica
Nieuwe duit in vrije-wil-discussiezakje
Herman Kolk, over wiens eerder boek Bewustzijn. Van filosofie naar hersenwetenschap, [Boom, 2008] ik een uitvoerig blog had, doet een nieuwe duit in het zakje waarmee hij tegenwicht wil bieden tegen de zware lobby der neurosofen Dick Swaab en Victor Lamme tegen het bestaan van de vrije wil.
Herman Kolk: Vrije wil is geen illusie. Hoe de hersenen ons vrijheid verschaffen. Bert Bakker, 2012 - ISBN: 9789035137929 [hier]
Jammer vind ik wel dat in de uitgeverspresentatie te lezen is: "In Vrije wil is geen illusie laat emeritus hoogleraar neuropsychologie Herman Kolk ons zien dat de menselijke hersenen wel degelijk tot vrije keuzen in staat zijn. Onze hersenen leren in de loop van het leven wat voor ons belangrijk is en zorgen ervoor dat ons gedrag hierop wordt afgestemd. Hierbij speelt het bewustzijn een veel grotere rol dan door Swaab en Lamme wordt aangenomen."
Oké, maar zeggen "dat de menselijke hersenen wel degelijk tot vrije keuzen in staat zijn," haalt de taal van het lichamelijke en dat van het denken door elkaar. Kennis van (een modus van) het ene attribuut moet niet verwead worden met de kennis van (een modus van) het andere attribuut. Dat is heel scherp van Spinoza te leren. Van hem leren we ook, behalve dat hersenen niet 'beslissen', wijzelf 'beslissen' en daarbij denken dat wij zelf vrij beslissen, maar dat heeft ermee te maken dat we niet alle oorzaken van ons gedrag kennen. Maar goed, wij moeten beslissingen nemen, en dat doen we als mens (die denkt).
Aanvulling
SANDER BECKER, "De vrije wil bestaat weer. Of toch niet? 'De bewijsvoering voor de stelling dat de vrije wil wél bestaat, klinkt ingenieus, maar overtuigt niet' "
Bespreking in Trouw van 21 april 2010 van boek van Herman Kolk: Vrije wil is geen illusie. Hoe de hersenen ons vrijheid verschaffen. Bert Bakker, Amsterdam; 192 blz. € 18,95
Rudolf Boehm (1927) over Spinoza
Daar ik weer eens flink met de Korte Verhandeling bezig was, kwam ik tegen dat volgens Rudolf Boehm er nooit een Latijns origineel van de Korte Verhandeling was (hieronder méér). Het betrof een verdomd goed artikel dat mij op zoek deed gaan naar méér van hem. En dat liet zich vinden.Rudolf Boehm (geboren in Berlijn op 24 december 1927) is van oorsprong een Duits filosoof. Hij studeerde wiskunde, natuurkunde en filosofie aan de universiteiten van Leipzig en Rostock, waar hij ook assistent wijsbegeerte was (1948-1949) en in Keulen (1949-1952). Van 1952 tot 1967 was Boehm medewerker van het Husserl-archief te Leuven, waar de nalatenschap van Edmund Husserl bewaard wordt. Hij gaf werken van Husserl uit, vertaalde werk van Heidegger en Merleau-Ponty en behoort tot de fenomenologische school. In 1967 werd hij hoogleraar algemene en moderne wijsbegeerte aan de universiteit van Gent. Sinds 1992 is hij met emeritaat. Hij is ook stichter van het filosofisch tijdschrift KRITIEK en medewerker aan het Vlaams Marxistisch Tijdschrift.
In het recente boek van Joël De Ceulaer: Denken Als Ambacht. De Levenswijsheid Van Tien Vlaamse Filosofen, komt een interview voor met Boehm (zie dit blog; ik ontdekte dat boek op zoek naar Boehm; aanvulling 2 juli 2012: zie hier een deel van het boek ter inkijk, en wel - na dat met Diderik Batens - ook het hele interview metRudolf Boehm).
Lees verder...Nietzsche: sub specie Spinozae
(Een opwekkende paasgedachte)
Over Nietzsche heb ik enige blogs gehad – hoe hij aanvankelijk enthousiast Spinoza als een verwante geest ontdekte (zijn 'Vorgänger') die, zo schreef hij in een briefkaart aan Franz Overbeck, “kennis tot het machtigste affect wilde maken” en de vrije wil ontkende. Een poosje was Spinoza voor hem ‘de reinste wijze’ [zie blog van 2 nov. 2009]. Iets later, toen het rationalisme voor hem had afgedaan, kwam zijn kritiek en vond hij in De vrolijke wetenschap (1882) in tekst 333 dat Spinoza zich onvoldoende had afgevraagd wat er stak achter ‘non ridere non lugere’ en hij vond dat door de ontgoddelijking van de natuur Spinoza’s "Deus sive Natura" wel omgezet móest worden in “Chaos sive Natura” [zie blog van 12 jan. 2011, waarin ook de complete tekst van de briefkaart aan Franz Overbeck van 30.7.1881]. Tenslotte betrok hij Spinoza in De Antichrist (1888) in zijn bijtende hoon op ‘de heren metafysici’ die hun verzinsels om God heensponnen tot hij “zelf spin, zelf metafysicus werd en de wereld tevoorschijn spon – sub specie Spinozae.” (§ 17)
Aanleiding voor tóch nog een keer Nietzsche in dit spinnenweblog is dit schitterende boek van Paul van Tongeren: Het Europese nihilisme. Friedrich Nietzsche over een dreiging die niemand schijnt te deren [Vantilt, 2012].
Ik meende dat Van Tongeren vooral Augustinus-kenner was, maar hieruit blijkt*) dat hij zich ook intensief met Nietzsche bezighoudt. Onlangs werden van hem ook colleges over Nietzsche en het nihilisme op CD gepubliceerd. Hij geeft een mooi overzicht van de verschillende betekenissen van nihilisme in Nietzsche’s werk, de verschillende soorten nihilisme die hij onderkent en de ontwikkeling van het nihilisme zoals hij het in Nietzsches denken ontwaart.
Aan het begin van zijn boek biedt hij een verzameling relevante teksten van Nietzsche, de meeste uit de Nagelaten Aantekeningen en uit Die fröhliche Wissenschaft. Vervolgens biedt hij een korte geschiedenis van het nihilisme. Jammer vind ik dat hij niet heeft opgepakt dat het nihilisme-begrip door Friedrich Jacobi is gemunt in zijn Spinozabüchlein van 1785. Hij was het die vreesde dat ‘geloof in Spinoza’ tot nihilisme zou leiden – een term die hij daarvoor als eerste muntte. Van Tongeren vermeldt wel de brief van Jacobi aan Fichte uit 1799 waarin hij diens denken nihilisme noemt. Maar Jacobi verzon dat woord dus al bijna vijftien jaar eerder en precies m.b.t. het Spinozisme, dat hem dus wel zeer fascineerde, maar dat hij niet voldoende begreep, althans niet kon accepteren.
Lees verder..."Vrij man" op komst - roman waarin Spinoza en Adriaan Koerbagh voorkomen
Voor komende maand is een nieuwe roman van Nelleke Noordervliet aangekondigd: Vrij man [uitgeverij Augustus]De uitgever deelt mee: De roman zal in de Republiek der Zeven Verenigde Provinciën en in de Nieuwe Wereld spelen. De hoofdpersoon is arts en jurist Menno Molenaar, die na de vroege dood van zijn vader het genadebrood van zijn Rotterdamse koopmansfamilie eet, en eenzaam en koppig zijn weg zoekt. De jonge Menno Molenaar komt aan de Leidse Alma Mater in contact met twee werelden: die van de perverse Engelse lakenreder Dixon en die van de jonge radicale denkers rond Spinoza. Met een van hen, Adriaan Koerbagh, sluit hij vriendschap. Molenaar rondt zowel een studie rechten als medicijnen af. Ondanks zijn voorkeur voor de geneeskunst wordt hij door Dixon naar Den Haag gemanoeuvreerd om daar in dienst van raadspensionaris Johan de Witt informatie te verzamelen die de Engelsen in hun eeuwige conflict met de Nederlanden goed kunnen gebruiken. De werelden van de radicale, integere denkers en die van de rijke Engelsman en diens naar liefde hunkerende vrouw raken op voor Menno Molenaar onverdraaglijke wijze met elkaar verknoopt. Als de druk die Dixon geestelijk en lichamelijk op hem uitoefent te groot wordt, kiest hij voor een rigoureuze daad van extreem geweld, waarna hij scheep gaat naar de Nieuwe Wereld. Ook de schrijfster speelt zelf een rol in het boek.
Op een blog bij Athenaeum Boekhandel heeft ze er al een beetje informatie over. Ben benieuwd hoeveel we over "de jonge radicale denkers rond Spinoza," waaronder Adriaan Koerbagh, in dit boek te lezen zullen krijgen
De brieven over de 'opstanding'
De brieven die Willem van Blijenbergh en Spinoza wisselden staan vooral bekend als de Brieven over het kwaad. Komende zomer zal daarvan een uitgave bij de Wereldbibliotheek verschijnen, ingeleid en hertaald door Miriam van Reijen. De briefwisseling met Hugo Boxel staat uiteraard bekend als de Brieven over spoken. De laatste brieven die Oldenburg en Spinoza elkaar schreven, laten de botsing zien tussen een in het bovennatuurlijke en wonderen gelovende theoloog en de nuchtere, louter zijn verstand gebruikende rationalist voor wie het ‘bovennatuurlijke en wonderen’ niet kunnen bestaan. In zoverre staat deze briefwisseling model voor de grote botsing die de religieuze wereld met het werk van Spinoza zou krijgen. Het onderwerp van die laatste brieven spitst zich almaar meer toe op hét centrale punt voor de gelovige christen tevens dé waarheidstoets voor de ongelovige: de verrijzenis, de opstanding op Pasen van Christus uit de dood. Hét belangrijkste feest dat de christenen morgen vieren.Ik stel daarom voor die brieven te benoemen als: De brieven over de ‘opstanding’. Daar die ‘opstanding’ van Jezus voor Spinoza en een Spinozist niet in de reële werkelijkheid heeft kunnen plaats hebben en dus alleen maar als verhaal bestaat, als een vertelling die allegorisch moet worden opgevat, zet ik ‘opstanding’ tussen aanhalingstekens. Door traditionele gelovigen werd en wordt het als een verhaal over een echte historische werkelijkheid gezien, een verhaal dat dus letterlijk diende (dient) te worden opgevat. Ik zeg ‘traditionele’ gelovigen (waaronder Oldenburg viel), want vele huidige theologen zien het nu ook als een verhaal over een andere werkelijkheid, waarin het vooral erom gaat over hoe je je religieus tot wereld en medemensen verhoudt.
Lees verder...Het lijden, de dood en de begrafenis van Christus vatte Spinoza letterlijk op
We lezen de brief van Spinoza aan Oldenburg van 7 febr. 1676, een jaar voor zijn dood:Verder vat ik evenals gij het lijden, de dood en de begrafenis van Christus letterlijk op, zijn opstanding daarentegen symbolisch. Toegegeven, de bijzonderheden waarmee ook deze laatste door de evangelisten wordt verhaald, zijn zodanig, dat wij niet kunnen ontkennen dat zij zelf geloofd hebben dat Christus lichamelijk is opgestaan, dat hij ten hemel is gevaren om te zitten aan Gods rechterhand, en dat ook ongelovigen dit hadden kunnen zien als ze erbij geweest waren op die plaatsen, waar Christus zelf aan zijn discipelen verscheen. Hierin kunnen zij echter, zonder dat dit de leer van het evangelie aantast, gedwaald hebben, zoals ook andere profeten is overkomen, waarvan ik in mijn vorige brief voorbeelden heb gegeven. Maar Paulus, aan wie Christus naderhand eveneens verschenen is, beroemt er zich op dat hij Christus gekend heeft, niet naar het vlees, maar naar de geest.
Lees verder...De 'grondtekst' bij de hertaling van de KV door Rikus Koops
Zonder dat ik ook maar iets wil afdoen aan de grote bewondering die ik uitte in het eerste blog over de KV-hertaling van Rikus Koops, heb ik uiteraard ook enige kritische kanttekeningen, waarmee ik meen te moeten komen. Ik vermeldde in dat blog dat ik aarzelingen had om het boek aan te schaffen. Een van die aarzelingen betrof de vraag welke ‘grondtekst’ Rikus Koops ons zou bieden.Vanaf de ontdekking van de handschriften van de Korte Verhandeling, hebben tal van geleerden hun handen niet van de tekst kunnen afhouden. Men zag fouten, veelal geweten aan de kopiist(en), die men wenste te corrigeren. Sigwart, over wie ik onlangs een blog had, meende dat hij diverse fouten kon traceren vanuit de onderliggende Latijnse tekst zoals hij die meende te kunnen reconstrueren. Buitengewoon knap en geleerd allemaal, maar in die bemoeienissen met de tekst zit ook veel speculatie en soms ook geleerden-arrogantie. Gebhardt die de Nederlandse en Latijnse tekst in zijn ‘kritische editie’ opnam, baseerde zich veel op Sigwart, maar week daar uiteraard ook weer van af. Carl Max Wilhelm Schaarschmidt (over wie ik een blog had) maakte ook een Duitse vertaling en bemoeide zich met de tekst. Dat gold ook andere vertalers, zoals Appuhn (Frans) en Wolf (Engels). Ook Dunin Borkowski (over wie ik ook twee blogs had, hier en hier) becommentarieerde mogelijke fouten in de KV in Chronicon Spinozanum (1923). Uiteindelijk heeft dan Mignini studie gemaakt van al die analyses en wijzigingsvoorstellen en heeft zijn eigen beslissingen als kritische uitgave gebracht. Daar het om een kopie ging vond Mignini dat hij de ‘diplomatische regels’ niet strikt hoefde toepassen en paste verbeteringen toe; maar beloofde dat de tekst “zo min mogelijk afwijkt van het oudste manuscript” (inleiding tot de KV in de Korte Geschriften, Wereldbibliotheek).
Lees verder...Spinoza is de grootste
Joël De Ceulaer: Denken Als Ambacht. De Levenswijsheid Van Tien Vlaamse Filosofen. Bezige Bij, maart 2012 -
€24,95 - ISBN 978 90 8542 340 9
De tien zijn: Diderik Batens, Rudolf Boehm, Herman De Dijn, Hubert Dethier, Samuel IJsseling, Ulrich Libbrecht, Erik Oger, Herman Roelants, , Etienne Vermeersch, Jaap Kruithof.
Van tien punten waarin hij in De Standaard van 30 maart 2012 het geleerde samenvatte is het zesde:
6. Spinoza is de grootste
"Vermeersch, De Dijn en Libbrecht zijn heel uiteenlopende filosofen. Toch hebben ze alledrie veel bewondering voor Spinoza. Vermeersch vindt troost bij de zeventiende-eeuwse denker: ‘Mensen die belang hechten aan rationaliteit, kunnen bij Spinoza lezen hoe je de emoties binnen de perken kunt houden.' Voor Libbrecht leunt het godsbegrip van Spinoza dicht aan bij dat van de Chinezen: God is gelijk aan de natuur. En De Dijn legt uit hoe Spinoza ons leert onszelf te zien als onderdeel van de natuur. ‘Als je dat doet', vertelt De Dijn, ‘dan is het mogelijk dat je jezelf plotseling ziet als het product van iets groots, iets alomvattends. En dat geeft een enorm gevoel, alsof er een explosie in jezelf plaatsgrijpt. Het is een compleet nieuwe kijk op jezelf, die tot een vorm van verrukking leidt. Tot het inzicht: ik ben een proces, ik maak deel uit van de natuur, van God, maar dat is prachtig.' "
Spinozium – een Cherem-spel op April Fool's Day
Vanavond wordt in Rotterdam weer het Passie-spel als groots spektakel opgevoerd. Afgelopen zondag 1 april werd door Theater J in Washington (“one of the most respected Jewish theaters in the world”) een groot Cherem-spel opgevoerd. Het betrof een omvangrijk theaterevenement in het verlengde van de ‘record-breaking production’ van David Ives' "New Jerusalem: The Interrogation of Baruch de Spinoza”.
Theater J (“the nation's largest professional Jewish theater company”) kwam nu met een nieuw spel, Spinoza's Solitude van Colin Greer. Daarin zou het gaan om de impact van de ban op de ‘fragile yet formidable man himself’. Van dat stuk zou op 1 april in het Jewish Community Center een workshop-productie gegeven worden. Op 1 april zouden een dag lang in een Spinozium (Spinoza Symposium) de verdiensten en de mogelijke onrechtvaardigheid van het door de joodse gemeenschap Spinoza aangedane lot worden uitgespeeld.Begonnen werd met de inspanningen van David Ben Goerion in 1953 om de ban ongedaan te maken. Er werden toespraken gehouden door o.a. Steven Nadler, een interview met Rebecca Goldstein en dergelijke meer. De rechtbank werd nagespeeld, Spinoza kwam aan het woord, en vervolgens kon het publiek voor handhaving of intrekken van de aanklacht stemmen. Het openbaar tellen van de stemmen werd genoteerd als "History's Response to Ben Gurion’s Appeal." En vervolgens werd afhankelijk van de uitkomst, de dagvaarding (writ) ritueel ingetrokken resp. opnieuw bevestigd.
Lees verder...Spinoza dwars op thema ziel van de 'maand van de filosofie'
De kritische Spinoza is uiteraard moeilijk voor het thema ‘ziel’ van de maand voor de filosofie te spannen. Toch is er nog wat Spinoza in de maand van de filosofie te bespeuren, maar – lekker dwars - niet over het thema ‘de ziel’.
Op woensdag 11 april, 20:00 uur, bij Boomker boeken+ in Haren (Groningen), houdt Jan Knol in samenwerking met VU connect een lezing over Spinoza. Toegang: € 4,50 pp [hier méér]
Op zaterdag 14 april, 10:00 - 16:30 uur, houdt aan de Universiteit voor Humanistiek te Utrecht Michiel Leezenberg een lezing over Maimonides en Spinoza in de islamitische traditie. Kosten 50 € [hier méér]
dinsdag 17 april 2012, 19:30 uur, bij het Instituut voor Wijsbegeerte en het Studium Generale, houdt Eric Schliesser een lezing over Spinoza’s verlichte kritiek op de natuurwetenschappen. Schliesser gaat Spinoza als natuurwetenschappelijke verlichtingsdenker nuanceren en zal “en passant een nieuwe interpretatie van de geometrische methode van de Ethica” geven. Toergang gratis [hier méér]
Christoph Sigwart (1830 – 1904) gaf de Korte Verhandeling z’n paragrafen
Aanleiding voor dit blog over de filosoof, logicus en kennistheoreticus Christoph Sigwart is de mededeling van Rikus Koops in de Verantwoording in zijn hertaling van de Korte Verhandeling: “De paragrafen zijn genummerd conform de nummering van Sigwart.” Ik maakte daar in het vorige blog melding van. Meer dus over deze Sigwart. Ik heb weer eens overal vandaan wat snippers voor dit blog moeten verzamelen.
Christoph Eberhard Philipp Sigwart, geboren en overleden in Tübingen, studeerde theologie en filosofie en promoveerde daarin. Van 1852 tot 1855 werkte hij als leraar in Halle. In 1859 werd hij docent aan het Theologisch Seminarium in Tübingen en vanaf 1859 hoogleraar aan het Theologisch Seminarium in Blaubeuren. In 1863 keerde hij weer terug naar Tübingen als leerkracht aan de Eberhard-Karls-Universität en als inspecteur van het Evangelisch-theologisch Seminarium. Van 1865 tot z’n emeritaat in 1903 was hij Ordinarius der Philosophie. Van 1885 af werd hij corresponderend lid van de Preußischen Akademie der Wissenschaften. Het zwaartepunt in zijn filosofisch werk lag bij logica en ethiek. Hij gold als kantiaan. De eerste band van zijn hoofdwerk Logik verscheen in 1873 en gold als een van de belangrijkste bijdragen aan de filosofie van de 19e eeuw. Hij maakte erin b.v. een diepgaande studie van de inductieleer van Francis Bacon, van John Stuart Mill en David Hume. Het is in het Engels vertaald en nog steeds verkrijgbaar. Ook hield hij zich intensief bezig met Giordano Bruno en Spinoza.In 1875 werd hem het 'Ritterkreuz 1. Klasse des Ordens der Württembergischen Krone' verleend waaraan de persoonlijke adelstitel verbonden was.
Lees verder...Meesterlijke toelichtingen van Rikus Koops op de door hem hertaalde Korte Verhandeling
Al weer enige dagen ben ik in de ban van Spinoza’s Korte Verhandeling. Door deze parallelle uitgave, de overgeleverde originele tekst van de KV samen met een prima hertaling. Maar vooral door de daarbij geleverde grandioze toelichtingen en bovenal een schitterende tekst, De waarde van de Korte Verhandeling, waarin de hertaler, Rikus Koops, via een concieze analyse en vergelijking van de Korte Verhandeling en de Ethica, zowel laat zien hoe vergaand Spinoza in de KV al met de ontwikkeling van zijn filosofie was, als hoe het om een work in progress ging. Het is werkelijk prachtig hoe je op dat laatste door Koops’ analyses zicht krijgt. Je krijg er een zoveel helderder beeld door van Spinoza’s denken en van zijn ontwikkeling daarin.Ik ben nog met het boek bezig, heb nog niet alle hoofdstukken van deze KV zelf gelezen, wel de toelichting en De waarde, maar ik kan niet wachten om mijn enthousiasme over dit meesterstuk naar buiten te brengen. Ik kom er zeker nog op terug. Ook zal ik nog met enige kanttekeningen en aanmerkingen komen, maar die acht ik van zo’n gering belang, dat ik hiermee het beeld niet wil afzwakken dat we hier met een werkelijk groots meesterwerk van doen hebben: een zeer serieuze en diepgaande Spinoza-studie, zoals die alleen maar door een échte Spinoza-liefhebber opgezet kan worden.
Lees verder..."Waar blijft de ziel?" Aardig, maar toch jammer!
Het thema van de maand van de filosofie is: de ziel. Het bijbehorende essay dat voor €4,95 te koop ligt, is geschreven door Bert Keizer en kreeg de titel mee: Waar blijft de ziel?
Plato komt langs en vooral Descartes die ‘ons’, althans de meesten waaronder Bert Keizer, met een volkomen gespleten toestand opzadelde: het dualisme van lichaam en geest. En het daaruit voortvloeiende probleem hoe ’t die twee lukt invloed op elkaar uit te oefenen. We horen van Geulincx met zijn metafoor van twee gelijklopende klokken die aanvankelijk beide telkens impulsen van God kregen zodat als de ene drie uur aanwees de ander driemaal sloeg. Anderen vonden dat je zoveel werk van God niet kon verwachten, zodat aangenomen werd dat de verschillende klokken eenmaal van alle eeuwigheid zo waren gelijkgezet dat een lichaam en de bijbehorende geest altijd harmonieus zouden gelijklopen. Zodat op hetzelfde moment dat het lichaam zich stoot, de geest pijn voelt en het lichaam vervolgens ‘au’ roept.Op zijn ludieke en soms wat oubollige schrijfstijl windt Bert Keizer zich op over de tegenwoordige reductie van zielsverschijnselen tot neuronengesputter. Dat neurowetenschappers met zeggen ‘wij zijn ons brein’ i.p.v. ‘wij hebben een brein’ hun boekje te buiten gaan en zonder bijbehorende reflectie neurosofie beoefenen - om die boodschap kun je hem sturen.
Spinoza komt niet aan de orde; in diens filosofie heeft Bert Keizer zich jammer genoeg nooit verdiept. Toch is het boekje ook voor wie dat wel deden interessant om te lezen. Dan denken zij bij vele passages er zelf Spinoza maar bij.
Lees verder...Fotoverslagje heropening Spinozahuis op 24 maart 2012
Jammer vond ik het dat ik geen fotootjes kon laten zien van de happening die de heropening van het Spinozahuis toch geweest moet zijn. Iemand had me nog wel laten weten z'n fototoestel speciaal te hebben meegenomen, juist omdat hij mijn oproep had gelezen om voor dit weblog wat foto's toe te sturen. Maar toen het zover was bleek hij z'n geheugenkaart uit het toestel te hebben gehaald. Pogingen om in Rijnsburg en zelfs in Katwijk aan Zee zo'n kaart te vinden, liepen op niets uit. Jammer, maar helaas.
Maar gisteren, in de pauze van de cursus over de Korte Verhandeling, hoorde ik van Wim G. Ket dat hij een reeks kiekjes had gemaakt en hij wilde ze best voor dit weblog afstaan. En zo is deze weblogger als onbezoldigd chroniqueur van alles wat er m.b.t. Spinoza plaats heeft - met dank aan Wim G. Ket - dan toch in staat een fotoverslagje te plaatsen. De fotootjes spreken voor zich.
Lees verder...
Spinoza-kunst in het Amsterdamse Spinoza Lyceum
Gisteren, in de pauze van de Cursus over de Korte Verhandeling in het Spinoza Lyceum in Amsterdam, bracht ik een bezoekje aan een gang, waarin een complete "Spinozamuur" was ingericht. Daar hingen achter glas tientallen tekeningen, geïnspireerd op Spinoza . Ik kon het uiteraard niet laten er foto's van te nemen, wat nog niet eenvoudig was door de sterke weerspiegeling in het glas. Ik heb daardoor een kleine selectie moeten maken. Die geeft echter wel een aardige impressie.
De volgende toelichting hing erbij:
DE SPINOZAMUUR
Alle leerlingen van de 3 Mavo klassen van onze school hebben in 3 lessen tijd gewerkt aan deze Spinozamuur. Zij kregen dit portret van Spinoza om als uitgangspunt te gebruiken voor een eigen portret, waar zij zoveel aanpassingen aan mochten doen als zij zelf wilden, mits het nog wel duidelijk was dat het om de beroemde filosoof ging. De resultaten zijn divers en verrassend. Van traditioneel portret naar Spinoza-dart-vader, van sneeuwwitje tot de kerstman. KLASSEN: 3M1 3M2 3M3 -
Docent: KIRSTEN SCHMIDT
Een heel leuk resultaat. Goed te zien dat het Spinoza Lyceum aandacht geeft aan z'n naamgever.
Lees verder...Spinozazomerweek over invloeden op Spinoza
De komende Spinozazomerweek die jaarlijks door de Vereniging Het Spinozahuis (VHS) wordt georganiseerd, zal worden gehouden van 23 t/m 27 juli, wederom in Het Woodbrookershuis te Barchem. Het thema is: de invloed van eerdere filosofen en stromingen op Spinoza. Ofwel: de achtergronden van Spinoza. Elke dag zal een bepaalde achtergrond worden behandeld: de klassieke oudheid, de scholastiek, joodse denkers, Machiavelli, Descartes.Nadere informatie volgt via berichtgeving aan de leden van de Vereniging Het Spinozahuis en op de website van de VHS
Maandag 23 juli 2012. Tijd: 10:00 - uur
Plaats: Het Woodbrookershuis, Woodbrookersweg 1, Barchem.
Met Bach en Spinoza zich zonder wrok door het leven slaan
Wim Klever gaf me door dat Elsbeth Etty in NRC Handelsblad van gisteren dit signalement schreef:“Het inspirerendste boek dat ik in tijden heb gelezen is De pianiste van Theresienstadt (De Boekerij, vert. Sabine Mutsaers, 240 blz. C 18,95) waarin Caroline Stroessinger het levensverhaal optekent van de in 1903 in Praag geboren Alice Herz-Sommer. Er is al vaker gepubliceerd over deze uitzonderlijke vrouw, maar nooit zo hartveroverend. Samen met haar zoontje overleefde ze het ‘modelconcentratiekamp' Theresienstad, emigreerde ze naar Israël en begon ze op haar 83ste opnieuw in Londen. Stroessinger, zelf ook concertpianiste, vertelt aan de hand van Alices herinneringen aan Kafka, Mahler, Rilke, Thomas Mann en Stefan Zweig hoe ze zich met Bach en Spinoza zonder wrok door het leven slaat. In 1962 woonde ze het Eichmann-proces bij. „Elk individu kan kiezen tussen goed en kwaad", concludeerde ze. Als kind werd ze voor 'vuile jood' uitgemaakt, nu waarschuwt de 108-jarige dat 'de metamorfose van individuele vooroordelen tot groepshaat' nog steeds uitmondt in moordpartijen."