Spinoza's God en Auschwitz
Deze week bereikte mij tweemaal een ernstig bezwaar tegen Spinoza's God, gezien als perfectie. Met de vraag n.l. hoe dit dan te rijmen is met Auschwitz. Eenmaal stond dat zo te lezen in een stuk dat bedoeld is als voorbereiding voor de bijeenkomst van a.s. maandag van de Spinoza Kring Limburg:
"God is de totale werkelijkheid die ‘is’, in die betekenis is hij oneindig en volmaakt. [..] Volmaaktheid en noodzakelijke verwerkelijking van de dingen zijn hetzelfde. God streeft immers geen doel na. Alles wat is, is volmaakt (!?)1 en ‘in’ God én noodzakelijk.
1 Dus is ook Auschwitz
volmaakt, maar dan wel bekeken ‘sub specie aeternitatis’. Dit
vind ik een gedachte die moeilijk te volgen is..."
En enige dagen geleden ontving ik van een bezoeker van dit blog deze e-mail, waarvan ik aanhef en slotgroet met ondertekening weglaat:
"Bij Spinoza is ALLES gedetermineerd; m.a.w. door God / Natuur voorbeschikt = predestinatie. Nu worstel ik toch met dat hekel punt in het 'duistere licht(?) van het morele kwaad'. Ik krijg het niet op zijn plaats in mijn begripsvermogen dat onder dat woord ALLES het morele kwaad zou zijn inbegrepen. Ik verklaar me nader: tijdens de periode van het stalinisme en de holocaust zijn er op zijn minst 30 Miljoen mensen omgekomen hetzij door uithongering, hetzij geëxecuteerd, hetzij in uitroeiingskampen en noem maar op; de oorlogen in het Midden-Oosten w.o. Syrië momenteel zwaar te lijden heeft. Allemaal en nog heel veel ander zinloos geweld dat geen mens kan begrijpen die tracht naar de rede te leven. Het 'natuurlijk kwaad' valt nog enigszins te begrijpen: de God / Natuur is niet teleologisch en er kan dan ook geen sprake zijn van opzettelijk kwaad om de mens al dan niet verdiend te bestraffen met rampen van allerlei aard; daar ben ik wel uit; maar hoe ik het 'morele, bewuste kwaad' moet inpassen in het determinisme, daar weet ik echt geen zinnig antwoord op te geven. Ik wil je hierbij melden dat ik, en met mij nog vele anderen (ben ik toch van mening), het enorm zou(den) appreciëren moest je daar in je blogs eens wat dieper op willen ingaan. Je hoeft het niet te doen; je mag me eveneens persoonlijk je mening daarover geven, maar ik denk toch dat dit een zeer belangrijke discussie is."
Ik voel me zowel (door de laatste e-mailer) gevleid als (door beiden) uitgedaagd en doe een poging.
Zij zijn de eersten niet die dit als ongerijmdheid ervaren. Zo schreef Conor Cunningham in 2002: “In the world of Spinoza there can be no difference between a Holocaust and an ice cream.” 1)
Zelfs iemand als Etienne
Vermeersch heeft hier moeite mee, zoals ik onlangs in een blog
citeerde. Hij zei: "Er is één zaak waar ik het moeilijk heb
bij Spinoza, zijn visie dat de totaliteit van de werkelijkheid, God,
volgens hem uiteindelijk goed is, voorwerp van liefde. Fundamenteel
slechte zaken (zoals Auschwitz) hoeven onze liefde tot God volgens
Spinoza niet in het gedrang te brengen. Hij vergist zich. De
totaliteit van de werkelijkheid is niet goed of kwaad maar ethisch
volstrekt neutraal. Mocht ik een inzicht hebben in de totale
werkelijkheid, dan zou dat fantastisch zijn, maar ik zou er geen
ethische appreciatie aan toekennen. Ik ben het wel eens met Spinoza
dat wat wij goed of kwaad vinden een gevolg is van onze menselijke
appreciatie. Wij vinden Auschwitz een kwaad. Spinoza zou dat ook
gevonden hebben, maar hij zou eraan toevoegen dat dit alleen vanuit
ons standpunt zo is, maar, vanuit de eeuwigheid gezien — sub
specie aeternitatis — gaat onze appreciatie niet meer op. Tot
zover kan ik meegaan, maar dat weerhoudt er mij ook van, de termen
'goed' en 'object van liefde' op die totaliteit toe te passen."
Mijn eerste opmerking is de veronderstelling dat degenen die dit probleem opwerpen wellicht nog geen voldoende zicht hebben op Spinoza's manier van denken over God=de werkelijkheid (ook Vermeersch gaat hier de mist in: Spinoza beweert nergens dat God goed is; dat is een scholastieke zienswijze waar hij niet mee werkt).
Uiteraard zou ook voor Spinoza Auschwitz, de Holocaust een gigantisch probleem zijn, maar hij zou erop wijzen dat de manier waarop daar door veel theologen na WO II mee omgegaan is (en er ís een gigantische hoeveelheid theologie over 'na Auschwitz' verschenen) nog in veel gevallen een te antropomorf type godsbeeld aanhingen. Auschwitz werd gezien als een gigantisch metafysisch kwaad, waarvoor God zich verstopt had. Daar schieten we in Spinoza's ogen, denk ik, niet veel mee op.
Een dergelijk groot en grotendeels ondoorgrondelijk kwaad is dat niet omdat er objectieve waarden aan de natuur te ontlenen zouden zijn die dat als radicaal kwaad laten typeren, maar omdat wij mensen dat als een vreselijk kwaad verafschuwen. Zien als iets dat nooit had mogen en zeker nooit meer mag gebeuren.
Maar boos zijn om dat kwade gebeuren op God of de natuur heeft net zoveel (dus weinig) zin als boos zijn dat de natuur ons heeft voortgebracht, zoals hij ons heeft voorgebracht. Beter is het - en zo gebeurt het ook door historici en sociale en psychologische wetenschappers - om het gebeurde zo goed mogelijk te proberen te doorgronden - om zo de natuur van de mensen beter te begrijpen. Want Auschwitz behoort tot de realiteit, tot de historie en komt voort uit, was mogelijk door de natuur van mensen. En behoort dus - langs ons als het ware - tot God of de werkelijkheid. Hoe meer we ook Auschwitz leren kennen, hoe meer we God leren kennen.
Perfectie
Het probleem
wordt, dunkt me, vooral opgeroepen door het gebruik van de term
'perfectie'. Net zoals de betekenis van de term 'God' bij Spinoza een
andere is dan de traditionele godsdienstige betekenis, is ook zijn
gebruik van de term 'perfectie' heel anders dan de gebruikelijke. Bij
Spinoza staat perfectie niet in het rijtje van voor hem louter
subjectieve belevingsuitingen als: goed-kwaad, mooi-lelijk en
perfect-imperfect. In die termen zitten waardeoordelen gepakt. Maar
dat zijn ónze waardeoordelen; we vinden die niet in de natuur buiten
ons. Voor Spinoza geldt dat we niet naar iets streven omdat het goed
etc. is, maar omgekeerd zien we iets als goed, omdat we er naar
streven.
Spinoza nu brengt die term 'perfect' naar het objectieve rijtje, waarbij hij het van z'n waardengeladenheid ontdoet; althans dat is zijn opzet. Vandaar ook dat hij stelt dat hij 'werkelijkheid' en 'perfectie' als hetzelfde ziet (2/Def7). Willen we Spinoza erin kunnen volgen, dat hij de werkelijkheid als perfect (als vol-maakt) ziet, dan moeten we proberen eveneens elke associatie met goed-mooi-lekker etc. los te laten.
Dat is blijkbaar voor velen teveel gevraagd. Ook Georg Büchner, wiens 200e geboortejaar eergisteren werd herdacht, die zich in veel denklijnen van Spinoza kon vinden, had moeite ermee dat Spinoza de werkelijkheid God noemde, daar de werkelijkheid niet perfect is. Ik heb in een blog laten zien dat ook Arnon Grünberg diezelfde moeite had (cf. blog). Het gods-begrip en vooral de perfectie-notie die in de beoordeling van Spinoza gehanteerd worden, stroken niet met die van Spinoza zelf. Spinoza's benadering wordt dan beoordeeld vanuit een heel ander (n.l. waarderend) perfectie-begrip, dan hijzelf hanteert. Daarin zit m.i. de crux.
Voor een Spinozist - hoe gruwelijk het ook lijkt te klinken - (net als het blinden-voorbeeld van Spinoza zelf) is Auschwitz perfect: alles wat nodig was om een gruwel als Auschwitz tot stand te brengen wás er en deed zich in de werkelijkheid voor. Als dat niet zo was, had Auschwitz niet kunnen bestaan. Maar, nogmaals, dat is een ander, n.l. naturalistisch-deterministisch 'volmaaktheids'-begrip.
In zijn De Standaard-interview zei Vermeersch het treffend: "Voor hem [Spinoza] is God niet enkel volmaakt, maar ook de noodzakelijke oorzaak van alles wat er bestaat. Van liefde en haat, van wreedheid en dood. Dus ook van Auschwitz. Spinoza moffelt dat probleem niet weg, maar confronteert er zich mee. Aangezien God - of de Natuur' - de oorzaak is van alles, kan hij niet anders handelen dan de wijze waarop hij handelt. Zoals wij uit de axioma's van de meetkunde geen andere dan de huidige stellingen kunnen afleiden, tenzij we dom zijn, kon uit God geen andere wereld dan de huidige voortvloeien. Behalve een minder volmaakte wereld, wat absurd is. Ook ons bestaan en handelen vloeit dus met volstrekte noodzakelijkheid uit God voort."
Je kunt vinden dat Spinoza niet op zó'n manier gebruik van de term 'perfect' had mogen maken, of dat hij de werkelijkheid die - in een waardengeladen betekenis - imperfect is, niet God had mogen noemen (Büchners opvatting). Je kunt echter ook proberen om zíjn zienswijze te begrijpen en te zien of en hoeveel dat je verder brengt in het doorgronden van de geschiedenis en de menselijke natuur. Ik denk - hoewel dat even wennen is - dat we méér hebben aan Spinoza's benadering en dat we méér opschieten met bestuderen van Auschwitz als ging het om "lijnen, vlakken of lichamen," dan via het uitspreken van idealistische, theologische of utopische normatieve oordelen (met het risico van 'het kwaad' buiten ons te zoeken).
Naturae humanae exemplar
Maar
uiteraard neemt Spinoza ook een volgende stap. Een
vernietigingsmachine als Auschwitz is voor beide partijen (om ze zo
te noemen) - de slachtoffers, maar ook de daders - niet de juiste
manier om in hun bestaan te volharden. Voor Spinoza is een streven
naar kennis (4/26, 4/27 etc.) het enig zekere nuttige en goede. Zo
kunnen we komen tot een ideaal-model van menselijk leven (naturae
humanae exemplar) wat hij in de KV noemt "Idea van een
volmaakt mensch" en alleen langs deze weg kunnen we 'goed en
kwaad', die relatieve betekenis hebben en blijven hebben (n.l. voor
ons), zinvol benaderen. In het voorwoord van het vierde deel van de
Ethica geeft hij aan op welke manier we iets kunnen aanvangen
met het 'idee van perfectie' voor ons en komt hij tot een zekere
aansluiting bij het common sense of 'normale' perfectie-begrip. Maar
daar de natuur (anders dan wij) geen doelen kent, heeft het voor
Spinoza absoluut geen zin om over God of de natuur over
'volmaaktheid' te spreken op onze menselijke waardengeladen manier.
Wat heeft het voor zin dat we God of de natuur kwalijk nemen dat
Auschwitz er was! Zo zou Spinoza, denk ik, het spreken over Auschwitz
geheel weghalen uit de traditionele gods-discussie en die naar de
moderne (menselijke) natuur-discussie overbrengen en pleiten voor
serieus en goed wetenschappelijk onderzoek ernaar. Om onszelf, de
natuur en God beter te leren kennen.
Kun je Spinoza wel in een
Auschwitz-discussie betrekken?
In het bovenstaande heb ik even
- net als Vermeersch - gedaan alsof Spinoza onze tijdgenoot was, waarin ook hij over
Auschwitz had kunnen schrijven. Alsof Spinoza's 17e eeuwse filosofie
in een filosofie voor na Auschwitz zou zijn te transponeren (wat denk
ik mogelijk is).
Ik ga dus voorbij aan iemand als Emil Fackenheim, die in To Mend the World: Foundations of Future Jewish Thought [1982] o.a. ook studie maakte van Spinoza en Rosenzweig, om na te gaan hoeveel zij zouden kunnen bijdragen aan “het herstellen van de wereld” na de Holocaust. Volgens Fackenheim had de Holocaust de menselijke natuur fundamenteel veranderd, zodat Spinoza's project in principe voor de tegenwoordige tijd inadequaat zou zijn, gezien de historische omstandigheden waarop Fackenheim wijst (de Holocaust en de stichting van de joodse staat). Hij meende dat de menselijke natuur door die geschiedenis diepgaand veranderd was.
Heidi Ravven was het daar niet mee eens en stelde dat waar Fackenheim’s lezing van Spinoza wel historisch is — hij erkent dat Spinoza’s denken opener staat tegenover een historische dimensie van de joodse identiteit dan Rosenzweig’s eeuwige jodendom —, zijn lezing niet historisch genoeg is. Ze is het ermee eens dat in Spinoza’s TTP en Ethica voor het sadisme en het verlangen mensen te vernederen, tot zondebok te maken en te vernietigen zoals op georganiseerde schaal onder de Nazi’s geschiedde, geen plaats is – die genocide is daar niet voorzien. Maar met de suggestie dat de menselijke natuur diepgaand veranderd was, zou Spinoza het niet eens zijn, zo overtuigd was hij ervan dat de natuur altijd en overal dezelfde is. Ravven vraagt zich af: waarom zouden we in Fackenheim’s historische moment moeten blijven? Als de menselijke natuur niet permanent zou zijn, waarom zou de huidige generatie joden zijn antwoorden dan laten bepalen door de joodse vervolgingen, de joodse zwakte en joodse vernietiging? Terwijl ze nu in een tijd van joodse sterkte en expansie leven? [Cf. dit blog]
____________
1) Conor Cunningham, Genealogy of Nihilism: Philosophies of Nothing and the Difference of Theology [London: Routledge, 2002, p. 68 - cf blog]
en verder over Fackenheim:
Zachary Braiterman, God) After Auschwitz: Tradition and Change in Post-Holocaust Jewish Thought. Princeton University Press, 1998 - books.google
Michael L. Bloomington, Beyond Auschwitz: Post-Holocaust Jewish Thought in America. Oxford University Press, 2001 - books.google
Plaquette met citaat van Santayana in Auschwitz
Reacties
Stan, prachtig stuk. Niet boos worden op God, Auschwitz als werkelijkheid proberen te begrijpen, ik kan het - vanuit Spinoza - volgen. Zou je ook nog eens in het Auschwitzkader willen ingaan op de vraag van Kolakowski aan Spinoza: "Kunnen we God werkelijk liefhebben wanneer we weten dat Hij een onpersoonlijke kracht is die vanuit de noodzakelijkheid van Zijn eigen natuur handelt? En wat betekent het als we van een onpersoonlijke God zeggen dat Hij goed is?" M.i. spannende vraag: waarom niet boos worden op God maar Hem wel liefhebben?
bob hoekstra 19-10-2013 @ 19:32
Welkom op dit blog, Bop,
Met een moeilijke vraag eindig je. Ik kan alleen wijzen op 5/18: "niemand kan God haten."
Kun je ook zeggen waar je het Kolakowski-citaat vandaan hebt? Zegt hij werkelijk dat we "van een onpersoonlijke God zeggen dat Hij goed is?" Geeft hij er ook een verwijsplaats bij waar hij dat in Spinoza gevonden heeft? Het past m.i. helemaal niet bij Spinoza om zo te spreken.
Sinds de KV waarin hij in 1/10 'goed en kwaad' entia rationes noemt die niet in de natuur bestaan en in 1/7 had bestreden dat God de eigenschap 'het opperste goed' toekennen geen betekenis heeft, is hij daar later nooit meer van afgeweken. Dus waar noemt Spinoza God goed?
Stan Verdult 20-10-2013 @ 11:31
Als je na Auschwitz niet boos mag worden op de onpersoonlijke God van Spinoza, hoe kun je die onpersoonlijke God dan wel liefhebben na Auschwitz? Dat was de reden dat ik reageerde. Niemand kan God haten, schrijft Spinoza (Eth. 5/18). Tsja, logisch, wat valt er te haten aan een onpersoonlijke God? Maar dan: wat valt er lief te hebben aan een onpersoonlijke God? Tenzij je 5/15 leest: wie zichzelf begrijpt, heeft God lief. O, dat betekent "liefhebben" bij Spinoza, denk je dan: "begrijpen". Maar waarom gebruikt Spinoza dan de - gevoelsbeladen - term "liefhebben" i.p.v. "begrijpen"? Overigens kwam de vraag uit het boek van Kolakowski, "Waarom is er iets en niet niets, kernvragen van de westerse filosofie in 30 filosofenportretten", 2010 (tweede druk), p.113. Voor de volledigheid nog een andere vraag van K. aan Spinoza die verband houdt met het blogonderwerp: "Wanneer we volhouden dat er geen vrije wil bestaat en dat alles door een onvermurwbare, strakke natuurlijke causaliteitskracht wordt bestuurd, kunnen we dan tegelijk, zonder onszelf tegen te spreken, volhouden dat in onze wereld van menselijke aangelegenheden het morele goed en kwaad bestaat?" Het antwoord op die vraag lijkt mij toch wel spannend voor ouders die kleine kinderen moeten opvoeden.....
bob hoekstra 20-10-2013 @ 13:24
Mijn exemplaar van dat Kolakowski-boek kan ik even niet vinden, maar blijf ik zoeken.
Over waarom Spinoza "liefhebben" bij "begrijpen" gebruikt, kan ik alleen maar speculeren. In het Hebreeuws is kennen gelijk aan liefhebben. Dat vertelt Spinoza ons zelf en mogelijk denkt hij die zo met die taal vertrouwd is, vaak in het Hebreeuws. In hoofdstuk 4 van de TTP haalt Spinoza een spreuk van Salomo aan die eindigt met: "dan zult gij de vreze Gods verstaan en de kennis Gods (of liever de liefde, want het woord jada betekent beide) vinden.”
Die relatie tussen kennen en liefhebben zien we ook in ons spreekwoord over de boer die niet lust wat hij niet kent...
Uit kennen volgt liefhebben, resp. kennen = liefhebben.
"in onze wereld van menselijke aangelegenheden bestaat het morele goed en kwaad" niet als iets volstrekt objectiefs (dat we a.h.w. in de natuur zouden aantreffen), maar als iets contingents, omdat we het via de staat die we vormen, zelf (uit)maken/afspreken. Het "morele goed en kwaad" blijft iets van onszelf, dus iets relatiefs.
Waarmee ik niet zeg dat we tot die keuzes die we maken niet gedetermineerd zouden zijn: wij blijven in onze keuzes (indiviuele of gezamenlijke) bepaald worden door de oorzaken die eraan ten grondslag liggen en die we niet kennen. We moeten echter handelen (zonder alles te kennen) en doen dat door de dingen als mogelijk (contingent) te beschouwen. Spinoza is wel determinist, maar is ook praktisch.
Stan Verdult 20-10-2013 @ 14:56
Lieve jongens,
Mijn petje af voor Stan die de durf aan de dag legt een vraag als deze op te pakken en daarbij de kalmte koestert die zo heilzaam is. Ook voor Bob die in mijn ogen een mooie vraag stelt. Als ik het wat heb kunnen laten landen kom ik hopelijk nog met kanttekeningen (ijdele hoop,vrees ik) Verder een bibliocvraag: Is het Kolakowski of Skolimowski ?
aris zeilstra 22-10-2013 @ 17:19
Ooit gehoord dat na de schepping de zondeval kwam...mensen kregen de vrije keuze...adam en eva mochten kiezen. God wil dat we zuinig zijn op Zijn schepping en elkaar. Soms grijpt Hij anders in of later dan wij willen..maar uiteindelijk is Hij een barmhartig en rechtvaardig God. Lijden komt niet van God. Leiding hierin wel en begeleiding. Vraag en onderzoek met /aan Hem waarom Hij onvoldoende ingreep namens mensen bij oorlogen en
holocaust. Echt...God grijpt in...bij lijden is Hij erbij..maakt zich woest om haat en verderf en er komt een oordeel ooit. Wat doe jij om oorlog in jezelf of discriminatie uit te sluiten nu? Roddel je vaak? Over een persoon?...dan discrimineer je al. Je plaatst de ander appart omdat hij afwijkt van de groepsnorm. Waarom...omdat je zelf bang bent niet gezien te worden. De holocaust gaat nog steeds door hoor. Op andere plekken in de wereld. Maar maak zelf verschil door lief te blijven en verdraagzaam en onderzoek jezelf hierin. Stel deze vragen aan God...en onderzoek bijv de bijbel...je krijgt antwoord echt...het mooiste is...heb Mij God lief en je naaste...
astrid 29-01-2014 @ 06:38