Discussie met Detlev Pätzold (en Henri Krop)
Gisteren meldde ik het uitkomen van het boekje van Alex C. Klugkist en Jacob van Sluis (red.), Spinoza: zijn boeken en zijn denken, Uitgeverij Spinozahuis, 2010, 69 p. Ik ben van plan hier later op terug te komen. [De ‘recensie’ die Wim Klever alvast in reactie op dat blog gaf laat ik even voor wat hij is; ik wist dat ik door deze aanpak van eerst signaleren en later 'recenseren' het risico liep dat Wim veel sneller zou zijn dan ik – ik nam dat bewust, maar behoud mijn eigen tempo.]
Vandaag wil ik ingaan op de allerlaatste pagina van het boekje. Van het laatste artikel (de lezing) van Detlev Pätzold, “Spinoza’s lof van het lichaam”, zullen maar weinig Spinozisten iets nieuws hebben opgestoken. Ik voel me getriggerd om te reageren op zijn slotalinea, waarbij ik mijn citaat bij de voorlaatste begin:“Dit alles houdt in dat volgens Spinoza geen fysieke interactie tussen lichaam en geest, op welk kentheorethisch niveau dan ook, plaatsvindt, maar vanwege het parallellisme de activiteiten van de geest gelijktijdig met die van het lichaam optreden:
“Dit alles toont overtuigend aan dat een besluit van de geest van nature gelijktijdig is met (simul esse natura) een aandrift en met een tot handelen overgaan van het lichaam.” (Voetnoot: Ethica III, prop. 2, schol., p. 233; mijn [Pätzold, SV] vertaling.]
“Dit wordt in de huidige neurologie anders gezien: de lichaamsprocessen gaan blijkbaar altijd de bewuste mentale representaties vooraf, ook als het slechts gaat om de erg korte tijdsspanne van enkele milliseconden. Dus dit is even bad news voor huidige neurologen die zich soms graag op Spinoza beroepen. Als historicus van de filosofie moet ik helaas wat dichter bij de bron blijven en vermijden te veel ‘hinein zu interpretieren’. Natuurlijk staat ook mijn interpretatie ter discussie, en dat zal, naar ik hoop, ook gebeuren.” (p. 65-6)
Of dit laatste [discussie met Pätzold hierover] al ergens aangegaan is, weet ik niet. Maar hier volgt mijn discussie.
[1] Hier staat grote onzin. Dit is typisch een opmerking van iemand die wel – vanuit een duidelijke vraagstelling? - een aantal teksten her en der uit het werk van Spinoza bijeen kan zetten, maar die de kern van diens filosofie niet tot in zijn botten en vingers heeft geabsorbeerd. Zodadelijk ga ik ook iets zeggen over zijn vertaling. Eerst zijn opmerking over neurologen en wat die ontdekt zouden hebben.
[2] Kan Pätzold één neurologisch onderzoek noemen waarbij bij datgene wat men aan ‘vuren’ en ‘oplichten’ en ‘kleuren’ en wellicht andere verschijnselen in de hersenen meet, tevens de bij dat proces behoren ideeën heeft kunnen meten? Spinozistische ideeën worden niet gemeten. Elk meten gebeurt in de uitgebreidheid, heeft aspecten van uitbreiding, die zowel eerst in het onderzoeksdesign en vervolgens bij het beoordelen van de resultaten met ideeën begrepen moeten worden. Alle meten gebeurt ‘in uitbreiding’ en is een kwestie van interpretatie ‘in denken’. En dat laatste gebeurt te vaak nog altijd in een behoorlijk dualistische denktrant. Pätzold geeft geen naam van ‘huidige neurologen.’ Als Damasio bedoeld werd: die dacht bepaald niet Spinozistisch. Ik heb in een uitvoerig blog [Looking for Damasio] over zijn boek, Het gelijk van Spinoza [Looking for Spinoza], aangetoond hoe het vol zit met interactionistisch taalgebruik (waarbij het lichaam geest zou produceren). Het verbaast mij dan ook niet dat in Damasio’s recentste boek Spinoza helemaal geen rol meer speelt.
Te weinig bemerk je het besef dat het enige dat neurologen kunnen meten lichamelijke processen zijn, enerzijds hersenfenomenen, anderzijds andere lichaamsuitingen (via taal, oog- of vingerbewegingen, b.v. het indrukken van een knop), waarmee 'signalen van de geest' geacht worden meegedeeld te zijn. Dat die laatste meetresultaten altijd komen ná de meting van de hersenimpulsen: dank je de koekoek – andersom zou erg vreemd zijn. Dat kunnen de onderzoekers dan menen intelligent te corrigeren door de tijd die een impuls van hersenen nodig heeft om de vinger of de lippen te bereiken… Prima. Maar nooit meten ze geest. Bij de ‘ideeën die hersenimpulsen begeleiden’ komen ze nooit.
Een historicus van de tegenwoordige tijd dient ook dicht bij de bronnen te blijven en niet teveel mee te gaan met het foutieve ‘hinein interpretieren’ van neurologen die menen neurosoof te moeten worden.
[3] Dan toch ook nog iets over de vertaling. Hij wil graag de ‘gelijktijdigheid’ van lichamelijke en ideële processen benadrukken en vertaalt dan simul esse natura met van nature gelijktijdig, maar er staat, zoals Krop terecht vertaalt van nature gelijk is of van gelijke natuur is. Het gaat Spinoza om het benadrukken van de gelijke aard of natuur van beide processen en via EIIp7 (“De orde en verbinding der ideeën is dezelfde als de orde en verbinding der dingen”) impliceert dat uiteraard tevens gelijktijdigheid.
Aanvulling (enige uren later).
Van een bevriende bezoeker van het weblog die flink veel beter in Latijn is dan ik, kreeg ik de volgende mail:
Beste Stan,
Wil je er toch even op wijzen dat simul niet ‘gelijk’ betekent, volgens onderstaand lemma uit het al eerder genoemde, vrij gezaghebbende woordenboek (5e herziene druk, 2009) van prof. dr. Harm Pinkster:simul (< simile, v. similis)
I. adv. 1. tegelijk, gelijktijdig [venire]; Q Camillus trium simul bellorum victor (Liv.); - simul cum of alleen m. abl. tegelijk met: animi simul cum corporibus; voluntas simul cum spe; simul his dictis; - simul . . . et (of -que, atque) zowel . . . als ook: simul honoribus atque virtutibus; - (poët.; postklass.) simul . . . simul evenzo . . . als, zowel . . . als ook, deels . . . deels; - bij ptc. pr. (poët.): simul hoc dicens tegelijk met deze woorden;2. samen, bijeen;
II. cj. simul, simul ac (en simulac), simul atque (en simulatque) en simul ut of simul primum (m. indic. pf.) zodra als; Q simul atque increpuit; simul ac profugit; simul inflavit tibicen.Het Latijn heeft echt voldoende woorden voor gelijk. Spinoza gebruikt o.a. idem, eadem, aequalis, similis (gelijkend)
Dus Krops vertaling, hoewel jouw voorkeur genietend, is taalkundig niet juist.Beseffend dat ik op dit punt voorzichtiger moet zijn, heb ik nog even kennis genomen van enige Nederlandse vertalingen van het "simul esse natura" op die plaats in de Ethica (het is trouwens de enige plaats). Dat 'simul' tegelijk of samen kan betekenen was me bekend; van belang is wat 'natura' het in dit geval 'laat betekenen'. Ik verzamelde de volgende resultaten:
gelijk van natuur zijn (Nagelate Schriften, ca 1677 of '78)
van natuur zamengaan (Dionijs Burger ± 1860)
van nature samengaan (W. Meijer 3e druk 1923)
van nature tegelijk aanwezig zijn (J.C. Logeman, 1902)
van nature gelijktijdig zijn (Nico van Suchtelen, 2e dr. 1928)
Ik neem mijn te stellige opmerking over wat de juiste vertaling hier dient te zijn terug, ziende dat het kennelijk beide kan zijn. (Ik zie verlangend uit naar de vertaling van Piet Steenbakkers).
* * *
[3] Verder moet ik een opmerking maken over de passage ‘tot handelen overgaan van het lichaam’. Lichamen handelen niet. Spinoza gebruikt de term determinatio, waarin het accent ligt op het bepaald zijn van de actie.
[4] Nu ik toch commentaar geef op m.i. foutheid-in-vertaling. De passage die op de bovenvermelde volgt en die Pätzold niet citeert, vertaalt Krop aldus: “of liever, dat zij één en hetzelfde zijn.” Door daar ‘res’ niet mee te vertalen, dus "of liever, dat zij [besluit van de geest en aandrift tot actie bepaald te worden] één en hetzelfde ding zijn,” klinkt bij Krop een verkeerde suggestie mee. De identiteit zit erin dat een ding (een modus van de substantie die als een geheel dient te worden gezien) bezien kan worden naar de uitgebreide of de ideële/denk kant. Maar denken is niet hetzelfde als uitgebreid zijn. De eenheid of identiteit zit in het ding.
Krop heeft op dit punt wel vaker een te kort-door-de-bochtse-vertaling. Zo b.v. aan het begin van hetzelfde scholium: “namelijk dat de geest en het lichaam één en hetzelfde zijn.” Er staat: “quod scilicet Mens, et Corpora una, eademqe res sit.” Dat ‘res’ meevertalen is uiterst belangrijk, anders krijg je de foute suggestie dat lichaam hetzelfde is als geest, en dan heeft Spinoza tevergeefs zijn best gedaan om te benadrukken dat de attributen (waarvan Mens et Corpora verschillende modi zijn) helemaal in zichzelf begrepen moeten worden en niet met elkaar verward. Denken is niet hetzelfde als zijn (wat we natuurlijk ook zelf zo al weten), maar zijn kanten of aspecten van één zelfde ding (en dat is het nieuwe).
Daar het juist om de kern van het Spinozisme gaat, dienen hier de meest zorgvuldige vertalingen op het scherpst van de snede te worden gegeven.
Ook in het scholium bij EIIp7 vetaalt Krop “Sic etiam modus extensionis, et idea illius modi una eademque est res, sed duobus modis expressa;” met: “Zo zijn ook een modus van uitgebreidheid en de idee van die modus één en hetzelfde [ding], maar op twee manieren tot uitdrukking gebracht.” Dat ene ‘ding’ geeft hij de lezer niet mee.


Reacties
Prima kritiek, Stan, zowel op Patzold als op Krop. Ik had er gisterenavond niet meer de puf en moed toe om zulke essentiele punten te bespreken en beperkte me daarom tot de opmerking dat Patzold's betoog 'krom' is.
wim klever 22-01-2011 @ 13:10
Ik meld even dat de paragraaf over de vertaling van "simul esse natura" n.a.v. een bevriende reactie via de e-mail, het midden van het blog een uitvoerige aanvulling heeeft gekregen.
Stan Verdult 22-01-2011 @ 16:30