John Rädecker (1885-1956) en zijn Spinoza-buste
De Spinozabuste van de Nederlandse beeldhouwer, tekenaar en
schilder John Rädecker had ik al vanaf het blog van 26 januari 2010 over “P.N. van Eyck (1887 - 1954)
dichtte bij het Spinozabeeld van Raedecker.” Dat kon ik maken zodra ik ergens
een afbeelding aangetroffen had. Maar een eigen blog had Rädecker nog niet. Dat
maak ik nu ik hem weer tegenkwam als vriend van Tobie Goedewaagen, die
de vrouw trouwde van wie Rädecker gescheiden was, Roos.
John Rädecker volgde een opleiding aan de Academie van Beeldende Kunsten en Technische Wetenschappen in Rotterdam en de avondopleiding aan de Rijksacademie in Amsterdam. Hij bleek een begaafd beeldhouwer en zijn doorbraak kwam in 1910. Van 1911-1914 werkte hij in Parijs. Na de Eerste Wereldoorlog werden zijn beeldhouwwerken - mens- en dierfiguren in een toen nog onbekende stijl - als zeer vernieuwend ervaren. In de jaren twintig en dertig werd John Rädecker als de belangrijkste Nederlandse beeldhouwer gezien, zodat hij belangrijke opdrachten verwierf.
Nationaal Monument op de Dam
Zijn belangrijkste opdracht was wel die voor het Nationaal Monument op de Dam;
hij maakte de beeldhouwwerken in samenwerking met zijn broer Anton, en
geassisteerd door George van der Wagt. Hij vroeg Adriaan Roland Holst voor het
verzorgen van de tekst op het Nationaal Monument. Toen hij in 1956 overleed
hebben zijn zoons, Han en Jan Willem, die ook beeldhouwer waren, het project
afgerond.
“John Rädecker viel als een laat slachtoffer van het verzet:
de werkzaamheden aan het Nationale Monument verergerden een ziekte die er toe
zou leiden dat hij de voltooiing van dit gedenkteken voor het lijden en de
strijd van ons volk tegen de fascistische bezetter, niet meer zou beleven.”
Schreef M. Bs. In Politiek en cultuur,
het maandblad van de CPN van juni 1956.
Na enige kritische opmerkingen over “de architektonische opzet, die voornamelijk door architekt Oud is ontworpen,” volgt lyrisch: “Wat echter direct iedereen raakt zijn de beelden van John Rädecker, waaruit de hele persoonlijkheid spreekt van de grote beeldhouwer, die samen met twee of drie anderen de Nederlandse beeldhouwkunst groot heeft gemaakt. Hoe hij dat deed, hoe deze zoon van een kleine ambachtsman zich ontwikkeld heeft tot "koning der beeldhouwers", zoals de heer Sandberg hem noemde, blijkt uit de overzichtstentoonstelling van Rädeckers werken, die naar aanleiding van de onthulling van het Nationale Monument in het Stedelijk Museum wordt gehouden.” [p. 344-45; ook zijn zelfportret is van hier - PDF].
Spinoza-buste
Aan het eind van WO II - je komt als data 1944 en ook 1945 tegen maakte
Rädecker een portret-beeld van Spinoza. Ik hoopte
daarover iets meer te kunnen
vinden in het boek van Ype Koopmans, John
Rädecker: de droom van het levende beeld. [Waanders, 2006], maar daarin
staan eigenlijk alleen de gegevens opgesomd en verder nog het volgende.
N.a.v. zijn contact met kunstkenner en –schrijver Bram Hammacher die jarenlang bewonderaar
van Rädecker was en zonder diens medewerking een boek over hem schreef dat in
de zomer van 1940 verscheen, en dat jarenlang hét gezaghebbende werk over hem
zou zijn, zou Rädecker een poging doen de Ethica
van Spinoza te lezen (volgens een mededeling die hij deed aan Koopmans). Hammacher
had Rädecker vergeleken met Mendes da Costa over wie zijn volgende boek zou
gaan. Hij verwees naar diens Spinoza-beeldje waarover hij opmerkte: “Niet een
concreet portret van Spinoza, maar het aangezicht der wijsgeerigheid, gevormd
door Spinoza.” Waarna hij vervolgde met: “Rädecker zet die spirituele
heldenverering van Mendes niet voort. Daarvoor moet men beschikken over den
geestelijken en literairen aanleg van een Mendes.”
Rädecker was, ondanks deze wat denigrerende opmerking, vooral vanwege de goede persreacties voor het boek en vanwege een positieve opmerking daarover van Charley Toorop, best verguld met het boek.
Enfin, de Spinoza-studie die hij trachtte op te pakken, leidde tot zijn eigen Spinoza-beeld, waarvan P.N. van Eyck voor zijn bibliotheek een afgietsel aanschafte en waarop die een gedicht schreef (zie blog). Dat is overigens iets dat Koopmans dan weer niet vermeldt in zijn boek over Rädecker.
Koopmans geeft op blz. 327 de volgende gegevens over het Spinoza-beeld dat hij registreert als:
1a-165
Spinoza
(1944-1947) brons
48x25x17 cm
Signatuur | datum: achter: JR 1945 (ook wel 1944)
Uitvoerder, bronsgieter: J.E. Stösen, Leiden
Oplage: 5 of meer (waarschijnlijk twee oplagen)
Collectie | verblijfplaats: Spinoza Lyceum, Amsterdam; Nagelhout-collectie,
Gemeente Rijsen|Holten
Deze en de volgende twee foto's van het Spinozabeeld van J.A. Rädecker werden op 20 febr. 2010 in het Spinozalyceum te Amsterdam gemaakt door deze Spinoza-blogger, Stan Verdult.
Nog meer Spinoza-beelden
Is het toevallig dat vanuit zijn invloedssfeer nóg twee Spinoza-beelden
ontstonden?
Hildo Krop (1884 - 1970), in eerste instantie een tekentalent, leerde het beeldhouwen van John Rädecker; hij maakte het Spinozabeeld bij het Spinoza Lyceum in Amsterdam. Ook Oswald Wenckebach (1895 - 1962) die de buste van Spinoza maakte die zich in de tuin van museum Het Spinozahuis bevindt, is door Rädecker tot beeldhouwen gekomen [Cf.].
_______
De Spinoza-buste aan het begin van het blog komt van Christies, waar het in 2011 voor €7,500 is verkocht.
wikipedia over John Rädecker
Cultuurarchief over John Rädecker
Foto van John Rädecker in 1928 van fotograaf Bernard Eilers op geheugenvannederland
A.B. van Berkel, Dr. Tobie Goedewaagen (1895-1980): een leven lang nationaal-socialist - proefschrift, hoofdstuk 2 (met ook veel Rädecker) [cf.]
P. de Ruiter, A.M Hammacher. Kunst als levensessentie. Baarn, 2000 [cf.]



