Lichamelijkheid is onze primaire toestand

Eergisteren had Trouw een interview met de Brusselse filosoof Marc Van den Bossche n.a.v. zijn boek Sport als levenskunst [Lemniscaat, Rotterdam. ISBN 9789047703297; 168 blz] die zegt: „Onze lichamelijkheid is onze primaire toestand en daar kun je aan werken. Door te sporten.” Het is weer een duidelijk voorbeeld van hoe Spinoza buiten het blikveld is blijven liggen – Descartes zat wel, Spinoza kennelijk niet in het curriculum. We lezen: “Vanaf René Descartes speelt het lichamelijke in de filosofie een ondergeschikte rol. Descartes streefde naar zekerheid. Om die te bereiken trok hij alles in twijfel. Er was maar een ding waar hij niet aan twijfelde: ’Ik denk dus ik besta’. Dit is de meest aangehaalde zin uit de moderne westerse wijsbegeerte. In deze definitie van het bestaan bestaat het lichaam niet. In zijn drang naar zekerheid, naar controle, naar beheersing, naar wiskundige formules komen zaken die je niet onder controle kunt krijgen, zoals emoties en lijfelijke ervaringen, op afstand te staan.”

Body and EmbodimentHet is niet dóór Descartes dat het christelijke westen zo cerebraal, rationeel georiënteerd is. Het heeft te maken met de diepgewortelde weerzin tegen het lichaam die al met Plato begon (lichaam als kerker van de ziel), door de stoïci werd bekrachtigd en door de kerkvaders met hun negatieve houding tegenover lichamelijkheid en seksualiteit nog eens extra scherp werd verwoord - waar de kansel graag op insprong. 

Het maakt nog eens duidelijk wat een paradigmawisseling in kijk op het lichaam bij Spinoza begon. Het was één van zijn strijden tegen vooroordelen en valse kijk op de werkelijkheid. Voor Spinoza in de Ethica over de menselijke geest begint, geeft hij een uiteenzetting over lichamelijkheid en hoe de geest daar één geheel mee vormt.

Je zou willen meemaken dat dit vaker werd erkend.

Reacties

"Zo het lichaam is, zo is de ziel" (KV). Dat moet toch genoeg zijn, niet waar? 'Mens sana in corpore sano'. Is het lichaam OK, dan is er ook niks mis met de ziel, die daarvan de reflectie is.. En omgekeerd: deugt het denken niet, dan is ook het lichaam in het ongerede of althans onontwikkeld. "Want zoals de gedachten en de ideeen der dingen worden geordend en geschakeld in de ziel, precies zo worden ook de licvhaamsaandoeningen of beelden der dingen geordend en geschakeld in het lichaam"(E 5/1). Is dat niet het beste argument voor beofening van sporten? Een gezonde geest is een ziek en gebrekkig lichaam is een onmogelijkheid. Spinoza is wel heel erg radicaal, nietwaar?

Dat lijkt me echt (te berusten op) een levensgroot misverstand wat Wim Klever hier beweert. Alleen 1) de menselijke geest voor zover hij de idee is van het menselijk lichaam en 2) de aandoeningen van het lichaam via de zintuigen, weerspiegelen de gang van zaken in het lichaam.
ad 1): De kennis die besloten ligt in 'de idee van het menselijk lichaam' zijn de ideeën van de stofwissselingsprocessen (E2p19d). Deze kennis is wat Adrie Hogendoorn onlangs uitlegde 'de vorm' van het lichaam.
ad 2): De aandoeningen via de zintuigen leveren 'images' op. Deze weerspiegelen en zijn geordend overeenkomstig lichamelijke processen. E5p1 gaat dan ook over de ordening van de BEELDEN van de dingen ('rerum imagines'), dus niet over de ideeën van het intellect.
De ordening van de menselijke geest voor zover hij intellect is, is voor alle mensen gelijk en is niet gerelateerd aan de toestand van het lichaam (E2p18s). Het is dus zeer goed mogelijk om een gezonde geest te hebben in een ziek en gebrekkig lichaam. Men zou hoogstens kunnen zeggen dat er geen gezonde nutritieve en animale ziel kan bestaan in een ziek en gebrekkig lichaam.

Men zou misschien ook nog kunnen zeggen dat een gezond lichaam het bestaan van een gezonde geest, in Spinoza's zin, faciliteert.

Tot HK: Ad 1) Zeg maar gewoon: alle kennis stamt uit ervaring (= Locke) d.w.z IS kennis van de veranderingen van het lichaam (als gevolg van aandoeningen). Ad 2) De beelden (imagines, coderingen) weerspiegelen niks; ze zijn minuscule veranderingen in de zachte delen van het lichaam. De imaginationes zijn de ideejen van de imagines. Lees 2/17s. 5/1 is een herhaling van 2/7 en gaat dus behgalve over de ordening der lichaamscoderingen OOK over de ideejen daarvan, mar bovenal over hun identieke ordening. - Inderdaad, Henk, slaat de orde van het verstand vlg. 2/18s op de eerste oorzaken der dingen die in alle mensen dezelfde is. Maar waarom zou die 'niet gerelalteerd zijn aan de toestand van het lichaa'?' Die is toch kennis van wat aan alle lichamen gemeen is. Zie 2/38. En verder: we HEBBEN helemaal geen geest; we denken wel ons lichaam en in alle levendigheid vooral wat daarin gebeurt. Die gedachten constitueren onze 'mens' (Latijn). Worden de verhoudingen in ons lichaam een wanboel, dan verkeren we niet in welzijn en vergaat het lichaamsgenot en zijn we ongezond. - Ik geloof da ik een en ander verder heb uitgewerkt in mijn nog steeds verkrijgbare ETHICOM, waarnaar ik kortheidshalve dan ook maar verwijs.

Het gaat niet om de theorie van Wim Klever over de rol van ervaringen maar om de leer van Spinoza. Inderdaad, de 'imagiones' zijn de ideeën van de 'imagines'. De imagiones zijn geordend als de 'imagines'. Voor Spinoza behoren deze ideeën tot wat de mens zich verbeeldt of voorstelt ('rerum imagines vocabimus') (E2p17s). Dat is maar een partje van wat voor Spinoza 'menselijke geest' is. Het is zeker niet wat Spinoza DENKEN noemt. Het is dus onzin om te stellen, zoals jij doet, '' deugt het denken niet, dan is ook het lichaam in het ongerede of althans onontwikkeld". De menselijke geest is voor Spinoza meer dan de 'imaginationes' die in de lichamelijke processen hun correlaat hebben. De menselijke geest is ook deel van het oneindige intellect (E2p11c). Het is ongetwijfeld waar dat de lichamelijke processen en derzelve ideeën het voertuig zijn voor de werking van het DENKEN en de RATIO, maar Spinoza koppelt de werking van het intellect niet direct aan de lichamelijke processen van individuele personen.
Je zegt ook 'Als de verhoudingen in ons lichaam een warboel zijn, verkeren we niet in welzijn .. en zijn we ongezond'. Natuurlijk. Wim Klever zegt dan dat de geest van die mens ongezond is, want zijn lichaam is ongezond. Zou Spinoza dat ook zeggen? De fout die je maakt in de interpretatie van Spinoza is mijns inziens dat je de menselijke geest volledig identificeert met de idee van het menselijk lichaam.

Ja, geachte heer Keizer,'et nihil aliud' (NIETS ANDERS). Gelieve 2/13 zorgvuldig te lezen.

Wim, zou ik jou dan mogen vragen om het BEWIJS van 2/13 zorgvuldig te lezen? Dan zul je begrijpen dat bedoeld wordt dat NIETS ANDERS het object van de menselijke geest is dan het menselijk lichaam. Dat is heel wat anders dan dat de menselijke geest niets anders zou zijn dan de idee van het menselijk lichaam.

Ik kan uw distinctie niet onderschrijven; u hebt ongelijk. Het is wel zo dat wij ons lichaam kennende het wezen van alle lichamen, ja van god, volmaakt kennen. Hier zult u het ook wel weer niet mee eens zijn. Maar dan moet ik u voor verdere uitleg toch opnieuw naar mijn ETHICOM.. SPINOZA'S ETHICA VERTOLKT IN TEKST EN COMMENTAAR (Delft: Eburon, 2e dr 2006) verwijzen.

Hè? Is dit echt een reactie van Wim Klever?
Wim, of mijnheer Klever, zeg nou toch gewoon dat je 2/13 volledig verkeerd geïnterpreteerd hebt en verleg niet de discussie (jij hebt 2/13 aan de orde gesteld). Als je 2/13 niet beter kunt lezen, is er voor mij geen enkele aanleiding om de ETHICOM te gaan raadplegen.

Wim Klever,
Sorry voor de laatste zin, maar ik vond het een erg kinderachtige reactie. Je hebt je vergaloppeerd met 2/13, soit. Belangrijker en kwalijker vind ik dat je meent dat 'als het lichaam gezond is, is "de" geest gezond, als het lichaam niet in orde is, is "de" geest niet in orde (en omgekeerd)' een spinozistische gedachte is. Daar ging de discussie over. Ik heb bezwaar gemaakt tegen deze kleveriaanse interpretatie. Voor de argumenten wil ik je graag verwijzen naar mijn eerste twee reacties bij dit blog. Daar kunnen we het wat mij betreft bij laten.