Maximilian Herer (1907 - ?) schreef over Spinoza een "zeer origineel" (Stenzel) "idealistisch" (V.d Bend) boek
Maximilian Herer schreef: Spinoza:
Die Philosophie der Wahrheit und der Erkenntnis. Jerusalem: Israel
University Press, 1971. - 324 pp.
Het aantreffen van een cover van het boek dat op ebay aangeboden wordt, werd aanleiding voor pogingen om iets meer over de auteur te weten te komen. Dat viel nog niet mee: Google geeft – zoals steeds - vooral hits van plaatsen waar over het boek wordt gemeld, maar nauwelijks naar plekken waar iets over de auteur wordt meegedeeld. En die zijn er ook niet veel.
Enige sporen zijn te vinden in het Brunner-boek van Jürgen Stenzel: Philosophie als Antimetaphysik: zum Spinozabild Constantin Brunners [Schriftenreihe der Spinoza-Gesellschaft Band 10. Königshausen & Neumann, 2002 – books.google]. Daaruit blijkt dat Maximilian Herer behoorde tot de Brunner-kring van de arts Lothar Bickel in Boekarest. Toen die kring in 1950 uiteenviel (Bickel ging naar Canada) volgde Herer een ander lid van die kring, Israel Eisenstein, naar Palestina. Daar kwam hij in nauw contact met de Brunnerkring in Tel Aviv. En in Jerusalem verscheen dan een flink aantal jaren later wat Jürgen Stenzel noemt “seinen sehr originellen Buch Spinoza. Die Philosophie der Wahrheit und der Erkenntnis” [p. 440, zie over Bickel ook hier].
Herer’s geboortedatum is hier te vinden. Herer behoorde dus tot de kring van Brunner en zie, in de “Guide to the Papers of Constantin Brunner, 1866-2010 [cf.], is nog een weinig te vinden. Er blijken de volgende stukken bewaard en gedigitaliseerd te zijn:
• Maximilian Herer, “Zum 20-jährigen Todestag Constantin Brunners”
• Norbert Rosenzweig, “Spinoza unter der Beleuchtung von Maximilian Herer”. [Niet duidelijk is wie deze Rosenzweig is en waarom deze handgeschreven indruk over Herer’s boek zich in deze documentatie bevindt.]
• En een notitie van Lothar Bickel (1902-1951) over Maximilian Herer die omstreeks 1941-1943 zou zijn geschreven. Dat moet dan gedaan zijn in Boekarest, waar Bickel gynaecoloog was, z’n werk met de Brunner Kring zo goed en kwaad als dat in die omstandigheden kon, voortzette en op afstand aan de literaire nalatenschap werkte van Constantin Brunner, wiens beste of lievelingsleerling hij was en die voor hij stierf op 27 augustus 1937 die taak aan hem had toevertrouwd. Het is een wat tweeslachtige beoordeling die aan iemand lijkt te zijn gezonden als halfhartige aanbeveling om hem (waar?) als leraar aan te stellen. Ik neem hier het typoschrift (waarin de Umlaut vermeden werd) over om daarmee toch iets over Herer te hebben:
Bickel ueber Herer (1941 - 1943)
Herer geht seine eigene Wege; Er ist, ob auch nur allen von Herzen zugeeigt und von uns allen wegen seiner liebenswuerdigen Eigenschaften aufrichtig geschaetzt, der permanente, alle Rechte geniessende Gast unserer Gruppe. Keiner zweifelt an seinem Ernst, aber nur aesserst [sic] wenigen ist es gegeben, seiner tiefschuerfenden, immer aufs Ganze gehenden, abstracten und terminologisch eigenteumlichen Denkweise zu folgen. Es mag sein, dass wir verblendeterweise seinem Reichtum und sein Koennen unbenuetzt lassen. Dann ist es aber ebenso sicher, dass es Herer an der erforderlichen inneren Beweglichkeit und Elastizitaet mangelt, un an unseren Gedankengaengen vorbehaltlos und ohne Besserwissen teilzunehmen. Besserwissen ist gewiss das letzte, woran wir uns stossen koennten. Doch ist, es eignet, verplichtet, nicht nur den Zipfel seines Goldsaeckels zu zeigen, sondern es ganz hervorzutun, dessen Schnur zu loesen, und all sein Gold vor uns auszuschuetten. Fuehlt Herer in sich Kraft und Berufung uns zu lehren, so moege er uns glauben, wir sind es nicht, die ihn in seiner blossen Mitschuelerstellung gewaltsam und boshaft niederhalten. Die Stelle eines lebendigen Lehrers ist bei uns, soweit ich weiss, frei. Er moege sie sich erobern.
De Duitse Spinozabibliografie laat zien dat Herer’s Spinoza: Die Philosophie der Wahrheit und
der Erkenntnis gerecenseerd is door
S.
Haltmayer in: Wiener Jahrbuch für Philosophie 10 (1977), 307-309
J.G. van der Bend in Amersfoortse
stemmen 59 (1978), 147
Van der Bend, die directeur was van de ISVW, waarvan Amersfoortse stemmen het orgaan was, noemt het “een typisch en onverbeterbaar voorbeeld van idealistische interpretatie van Spinoza’s filosofie.” Het doet hem denken aan Bierens de Haan. In de eerste 120 bladzijden bespreekt Herer allerlei dingen in Spinoza die hem inconsequent lijken. “Daarna is het boek een en al getuigenis voor de Substantie, die is: het denkende Denken, dat door middel van het gedachte denken, waarvan het menselijk bewustzijn deel uitmaakt, zichzelf manifest maakt.” Al wat wij met ons bewustzijn waarnemen en kennen is, volgens Herer, een spiegelbeeld, een ‘tanquam’, een Als-of…”
Zo hebben we dan enig beeld van dit boek.



Reacties
Stan, bedankt voor de hint in de titel.
“de Substantie, die is: het denkende Denken, dat door middel van het gedachte denken, waarvan het menselijk bewustzijn deel uitmaakt, zichzelf manifest maakt.”
Inderdaad, mooi gezegd. De Idee van de idee die aansluit bij de Substantie.
En indien niet, leg eens uit Stan hoe jij tot een adequaat begrip of een adequate formulering komt.
Graag met duidelijk voorbeeld, geen theorie met verwijzingen naar de idee in God of de cirkel bij Spinoza en wat nog. In TIE §46 zegt Spinoza dat hij liever geen voorbeelden geeft omdat hij dan ‘vele ongewone dingen’ moet vermelden die de mensen toch maar ‘als onwaar verwerpen’.
Maar dat mag ons toch niet tegenhouden?
ed 14-01-2016 @ 23:32
Ik volsta met Augustines' uit zijn Belijdenissen te citeren: "Wanneer maar niemand het me vraagt, weet ik het; wil ik het echter uitleggen aan iemand die het vraagt, dan weet ik het niet."
Hij had het over 'tijd', maar het geldt net zo voor de relatie taal, denken en werkelijkheid. Hoe dat zit? Als niemand mij ernaar vraagt, weet ik het; maar als ik iemand erover moet antwoorden...
Stan Verdult 15-01-2016 @ 12:11
Ik begrijp het, maar toch mooi ‘rond de pot gedraaid’.
Spinoza lezen is niet alleen kennis vergaren maar de taak uitvoeren die hij iedere lezer opdraagt.
Slijp je denken zoals ik mijn lenzen slijp en polier je gedachten zodat ze glimmen in adequaatheid zoals ik de sferische aberratie wegslijp in dit glas. Creëer de ‘Idee van de idee’ roept hij ons na.
En zelfs de Spinozisten weten niet wat te doen.
ed 15-01-2016 @ 12:36