Spinoza Epicurus redivivus?
Dit blog moet mij helpen van een kleine obsessie af te komen die mij al dagen bezig houdt sinds Wim Klever’s tweet van maandag 1 oktober 2012:
“Spinoza is Epicurus redivivus: beiden funderen identieke ethica op identieke fysica. 'Ataraxia' in E5/47s: 'de wijze geniet gemoedsrust'.”Ik ging op zoek naar evidentie voor de juistheid ervan. Om te beginnen werd het aanleiding om het hoofdstuk over “Epicurus, Lucretius en Spinoza” in Wim Klever’s Spinoza classicus te herlezen. Maar ik zocht ook additionele informatie op internet en vond wel wat. Onder meer ontdekte ik dat veel over Epicurus te vinden is op de speciale Epicurus-Wiki-pagina, die nog in ontwikkeling is maar waar al veel van de (weinige) teksten van Epicurus gebracht, vertaald en toegelicht werden. Verder is er van Catherine Wilson, Epicureanism at the Origins of Modernity [Oxford University Press, 2008], waarin een uitoerige paragraaf van 10 pagina’s die in hun geheel bij books.google te lezen zijn; maar er is ook een uitvoerige en gedegen review van Charles Wolfe, die dat boek op veel punten afkraakt (vooral door wat hij allemaal mist), maar ook schrijft dat het “some short, non-controversial sections on Spinoza” bevat.
Ik kan me voorstellen dat je kunt zeggen dat er in Spinoza een nieuwe Epicurus is opgestaan, als je dat maar niet al te letterlijk neemt, want de verschillen zijn niet te veronachtzamen. Als niet meer dan een soort verwantschap dus, een mogelijk globale gelijke stijl van filosoferen en misschien een overeenkomende intentie. Bij Klever is in het genoemde hoofdstuk ook te lezen dat er filologisch geen enkel direct verband van Spinoza met Epicurus aan te wijzen is; geen aanwijzing dat hij iets van hem gelezen heeft. Dat is wel anders bij bijna-tijdgenoot Gassendi die zich uitdrukkelijk met Epicurus heeft beziggehouden en die dan ook zeker terecht als een Epicurus redivivus is getypeerd (ik typte eerst per ongeluk Epicurus recidivus... maar dat mag misschien ook).
Twee keer vermeldt Spinoza Epicurus. In brief 11 van 3 april 1663 aan Oldenburg schrijft hij over Boyle die schreef gebruikt te hebben gemaakt van de ‘beginselen der epicureeërs’ volgens welke de beweging de deeltjes van nature eigen is. Daar moet Spinoza niets van hebben. De tweede plaats is een passage aan het eind van Brief 56 aan Hugo Boxel, waarmee Klevers hoofdstuk aanvangt en waarin Spinoza – zo lijkt het toch - in positieve zin naar Epicurus, Democritus, Lucretius, vel aliquem ex Atomistis, verwijst.Het is, dunkt mij niet zozeer de inhoud (het atomisme: atomen, zelfstandig bestaand en uitzichzelf bewegend en op elkaar botsend in een leegte), maar het principe dat je de menselijke werkelijkheid (en de ethiek) moet bestuderen aan de hand van de (mechanistisch werkende) natuurprocessen. Afwijkend is ook de wilsvrijheid die Epicurus zou zien ontstaan op basis van toevallige loop van atoomdeeltjes, terwijl er voor Spinoza geen contingentie en geen vrije wil bestaat (anders dan in de verbeelding). Je kunt dus niet stellen dat ze een “identieke fysica” zouden hebben. Maar beiden zien de noodzaak in om de menselijke verschijnselen te begrijpen in het licht van natuurprocessen waarin zij gevat zijn – daarin komen ze overeen. Een verschil is verder nog dat Spinoza ook de religie opvat als zo’n natuurgebeurtenis en er positieve aspecten (nuttig voor de samenleving) in ontwaart, terwijl voor Epicurus religieus geloof niets met de natuur en werkelijk nut voor de mens van doen heeft – juist integendeel.
In § 4.3 “The calculated ambiguity of Spinoza” in haar genoemde boek (p. 125-135] laat Catherine Wilson zien dat Spinoza al in de Korte Verhandeling aangeeft dat ethiek en theologie afhangen van een goed verstaan van de natuur en lichamen, die dus eerst doorgrond dienen te worden voor het begrijpen (en bereiken) van ethiek en heil.
Of de intenties van Epicurus en Spinoza gelijk waren, zoals ik hiervoor veronderstelde, weet ik niet en ga ik betwijfelen, daar het volgens Wilson de epicuristen er meer om ging de mensen van hun angsten en zorgen om in ongenade van de goden te vallen te bevrijden door hen de mechanische oorzaken van gebeurtenissen te laten zien; terwijl het Spinoza’s doel meer was de gevaarlijke en verontrustende emoties uit te roeien (nou ja, beperken) door de mechanische oorzaken achter onze oordelen van goed en kwaad te laten zien. Kon voor de epicuristen de vrije beweging van zelfstandige atomen nog een goed model zijn voor het sociale en politieke vrij bewegen van mensen die met elkaar interacteerden en op elkaar botsten maar hun integriteit intact hielden, op deze wijze kon Spinoza niet meer het sociale en politieke benaderen.
Er zijn dus vele en behoorlijk grote verschillen, maar vanuit hun vergelijkbare idee van de juiste ordo philosophandi komen beiden tot vergelijkbare ethische en politieke stellingen als matigheid in het genieten - maar wél genieten. Epicurus’ ideaal van ataraxia (onverstoorbaarheid, kalmte) mag lijken op Spinoza’s acquiescentia animi (gemoedsrust). Alleen over hoe je die bereikt verschillen ze en heeft Spinoza kritiek op het geloof in de wilskracht van de stoïci.Zo, Epicurus behoorlijk ontkleed, zou je Spinoza Epicurus redivivus kunnen noemen: Spinoza Epicurus redivivus nudus.


Reacties
Nou, Stan, waneer je zo uitgebreid zou ingaan op al mijn tweets, zou ik tijd te kort komen om daar met correcties op te reageren. Ik maak voor vandaag een uitzondering. Over de veije wil volgens Epicurus zou je toch anders moeten gaan denken (of je hebt de verkeerde literatuur geraadpleegd. Ik veemeld slecht 1 tweet van onze 'Spinoza ante Spinozam' (niet door mij bedacht): SV 47: "Ich habe dir vorgebaut, du Daemon des reiszenden Zufalls, und dein verborggenes Eindringen ganz eingedaemmt..."
Naar uitg. door Hans-Wolfgang Krautz:Epikur, BRIEFE, SPRUECHE, WERKFRAGMENTE, Griechisch und Deutsch (Stuttgart 1980)" .
Ik sta achter elk woord van mijn tweet en ben staat om dat adequaat te verantwoorden met 'textuelle Unterlagen'. Blaas niet te snel van je hoge toren. Ik sta ook helemaal niet alleen in mijn stellingname dat Epicurus in Spinoza herleeft, als heb ik de Latijnse versie (Epicurus redivivus) wel zelf bedacht.
Wim Klever 06-10-2012 @ 12:37
Wim,
Waarom moeten reacties bij jou altijd gepaard gaan met uitspraken als: "Blaas niet te snel van je hoge toren"? Vanwaar die gigantische irritatie?
Ik begrijp niet waar je dat op baseert (anders dan dat je weer veel te vluchtig las), waar ik het door jou verzonnen Epicurus redivivus toch grotendeels overeind houd, alleen een beetje uitgekleed daar je je bewering over "identieke fysica" echt niet zult kunnen waarmaken of onderbouwen. Je geeft zelf in "Spinoza classicus" al voldoende materiaal dat er anders over moet doen denken.
En zeker is mij bekend dat jij de enige niet bent die Epicurus in Spinoza terug zag komen, want er zijn Pierre-François Moreau en Omero Proietti. Maar sinds wanneer doen gezagsargumenten er toe?
Maar blijf maar lekker staan achter elk heilig woord dat je tweet.
Stan Verdult 06-10-2012 @ 13:11
Dit keer heb je wel gelijk met je verwijt: ik was onnodig geirriteerd en heb vanwege haast een verkeerde indruk gekregen. Excuus. Nu ik je stuk, na mijn wandeling, eens heb herlezen, denk ik, dat het best een goed uitgangspunt vormt voor een verdere discussie over de fysica zowel als ethica van Epicurus en Spinoza, i..h.b. ook hoe beiden over vrije wil of religie denken. De verschillen die je aanstip, onderschrijf ik niet. En dit niet op basis van gezagsargumenten, maar van tekstmateriaal. Had ik een autoriteit aangeroepen? Dacht het niet, hoewel ik Moreau's opv. ken. Heb alleen gesteld, dat ik niet alleen sta in mijn interpretatie.
Wim Klever 06-10-2012 @ 15:45
Wim, zo kunnen we elkaar weer spreken. Oké, je had geen gezagsargument, maar gebruikte misschien wel het "gelijk van de velen"...
Weer heeft het onderwerp me flink bezig gehouden; er is ontzettend veel te vinden. Maar waar ik ook kijk, blijkt er toch een groot verschil tussen de fysica van Epicurus (die Boyle, via Gassendi volgt) en Descartes (die Spinoza volgt). Spinoza zelf geeft in zijn brief aan Oldenburg kritiek op het epicuristische corporeanisme van Boyle. Die fysica is om maar een paar van vele werken te noemen, uitvoerig te vinden in The Cambridge History of Hellenistic Philosophy en in Tim O'Keefe, Epicurus on Freedom. Uit beide boeken, vooral de laatste, blijkt wel dat het met de toeschrijving van ‘vrije wil’ resp. het voluntarisme bij Epicurus wat ingewikkelder ligt dan in veel encyclopedische samenvattingen wordt geschetst.
Dat zal de sterke overeenkomst tussen de Ethiek van beide filosofen verklaren: beiden stoelen die op de mechanische werking van de natuur, alleen verschillen hun zienswijzen op de werking van dat mechaniek. En dat was mijn punt: je kunt niet volhouden dat ze een "identieke fysica" hadden - wel dat ze een gelijke ordo philosophandi bepleitten: ethiek volgt fysiek.
Stan Verdult 07-10-2012 @ 08:50
Waar kan ik E5/47s vinden? Niet in Spinoza’s Ethica V, want die telt slechts 42 stellingen. Het “acquiescentia animi” (in Klevers tweet als analoog van “ataraxia” gebracht) is in EV op enkele plaatsen vinden, n.l. in 10S, 36S en 42S. Misschien was de laatste plaats bedoeld?
Passant 07-10-2012 @ 10:34
@Passant: in mijn desbetreffende tweet is 5/42s bedoeld. Was vergissing.
@Stan, je hoeft mij niet te voorzien van secundAire literatuur over Epicurus. Ik lees hem in het Grieks en heb bovendien HET gezaghebbende commentaar, Lucretius' DE RERUM NATURA in het Latijn gelezen. Verder kritiseert Spinoza niet 'Boyle's corpuscularisme' {niet corporeanisme! Dat woord bestond niet voor je het uitvond), maar verwijt hij hem dat hij Epicurus ontrouw is. Neem verder van mij aan, Stan, dat de door jou
genoemde peesonen uit de revolutionaire 17e eeuw ondanks hun onderlinge verschillen borduren op hetzelfde Epicuristische grondpatroon.
Wim Klever 08-10-2012 @ 14:46