Spinoza in Marc Poorter's 'De waarheid en het koninkrijk'

Iemand die in het Volkskrantartikel van 8 maart 2014 over "Onder Spinozisten" had gelezen [cf.] dat ik op mijn blog "elke snipper publiciteit over de filosoof" verzamelde, stuurde mij - hoe aardig - de volgende scène toe uit het boek van Marc Poorter, De waarheid en het koninkrijk. Prometheus, september 2013

Marc Poorter groeide op in een gezin van Jehovah’s Getuigen. Hij brak met zijn geloof, werd uitgestoten door zijn familie en vrienden en schreef in deze autobiografische roman in een sobere, heldere stijl over de overtuigingen en ongemakken van zijn personages: Mario, zijn ouders en zijn zuster [van Pauw&Witteman]. De vijftienjarige Mario groeit op in de zekerheid dat de wereld op 1 januari zal vergaan. Op die dag zal God de aarde in een Paradijs veranderen. Naarmate de 31ste december dichterbij komt, moet Mario zo veel mogelijk anderen overtuigen van het naderende einde. Intussen moet hij bovendien weerstand bieden aan de verlokkingen van de slechte wereld. Maar is het denkbaar dat de wereld op 1 januari toch nog bestaat, of is dat een leugen van ongelovigen? Mario zal het zelf moeten ervaren. [Van de achterflap]

Over Spinoza...
Op de bladzijden 190-191 treffen we deze scène aan:

"Verderop in de winkel stond een rij stoelen waar een paar mensen op zaten. Ze keken naar een man die bij een tafel stond en in een microfoon sprak. Ik ging op een van de stoelen zitten en luisterde naar de spreker die een boek aanprees over Spinoza, waar ik niets vanaf wist, want filosofie was werelds.

'Hebben wij een vrije wil?' vroeg hij aan de mensen die voor hem zaten. Een vrouw stak haar hand op. De man liep met de microfoon naar de vrouw. 'Ja, wij hebben allen een vrije wil,' zei de vrouw. De spreker liep terug naar de tafel en zei: 'Bent u uit vrije wil naar deze boekpresentatie gekomen? Volgens Spinoza zit dat anders. U komt hier omdat u belangstelling hebt voor filosofie. Waarom hebt u belangstelling voor filosofie? Omdat u nadenkt over levensvraagstukken. Waarom doet u dat? Wellicht omdat uw ouders u zo hebben opgevoed. En zo kan ik wel een tijdje doorgaan. Alles wat we doen is al bepaald. Spinoza zegt dat vrijheid het vermogen van de mens is om in te zien dat alles bepaald is. Vrijheid is begrijpen waarom bepaalde dingen met ons gebeuren. Het enige wezen dat echt vrij is, is God, want die handelt niet vanuit zaken van buitenaf, omdat God zijn eigen oorzaak is. En wij zijn vrij als wij weten deel te zijn van de vrijheid van God.'

Een man stak zijn hand op. 'Stel dat wij voor een kruising staan en we weten niet welke kant we op moeten. Er is geen enkele aanwijzing die onze keuze kan beïnvloeden. Dan kiezen wij toch uit vrije wil of we links of rechts gaan?' Triomfantelijk keek de man om zich heen.

'Ja,' zei de spreker, 'Spinoza heeft daar een antwoord op. Hij zegt dat wij een keus maken om links of rechts te gaan omdat wij anders, door niet te kiezen, uiteindelijk bij die kruising zouden sterven. De oorzaak van onze keuze is dus overleven.'

Ik stond op en liep de boekhandel uit. Alles wat deze man vertelde stond haaks op wat ik mijn hele leven had geleerd.

Buiten de Passage was het inmiddels donker. Ik liep langs het makelaarskantoor en zag de man in het witte overhemd met een glas wijn in zijn hand achteroverleunen op de bureaustoel. De vrouw tegenover hem had haar jas aan en onze blikken kruisten elkaar even."



Aanvulling. Ik ontving n.a.v. de reacties, tevens nog de laatste alinea uit het boek, met deze toelichting: de naam “God is vreugde” is van een vrouw bij wie de hoofdpersoon in huis is geweest en die de naam Abigaïl heeft, maar liever God is Vreugde hoorde. Appie is een drugsdealer. Blijkbaar heeft de hoofdpersoon, hoewel hij dat in het midden laat, dus de kant van zijn gezin gekozen.
De schrijver eindigt het boek aldus:

"Buiten kon ik linksaf of rechtsaf gaan. Rechts was in de richting van God is Vreugde, die rond deze tijd haar uitkering zou ontvangen en Appie weer kon bellen. Links was in de richting van mijn gezin. Ik dacht aan de lezing over Spinoza en de man die vroeg waar de vrije wil is als je voor een splitsing staat en niet weet welke kant je op moet. Dan zal je een keus maken door links of rechts te gaan omdat wij anders, door niet te kiezen, uiteindelijk zouden sterven, had de spreker gezegd. Even keek ik naar mijn schoenen, daarna telde ik de stoeptegels van de plek waar ik stond tot aan de rand van de straat en koos een kant." [p. 246-247]

Reacties

Mooie toepassing / integratie van een stukje Spinoza, zeg! Deed mij onmiddellijk denken aan CM2/12/10: "... Exemplo asinae Buridani. Si enim hominem loco asinae ponamus in tali aequilibrio positum, homo non pro re cogitante, sed pro turpissimo asino erit habendus, si fame et siti pereat". Zo stupide is de mens dus niet krachtens zijn overlevingsdrang.
Heb dit bericht meteen verder uitgedeeld op FB met de toelichting: "Interesting autobiographical novel of a past-Jehova witness with a role of Spinoza in the story of his process of liberation", uiteraard onder verwijzing naar dit blog.

Wim, leuk je enthousiaste reactie en het doorgeven op je Facebook.
Ik had diezelfde associatie met wat Spinoza zei over de ezel van Buridanus, maar dan uit de Ethica. Ik overwoog aanvankelijk nog om aan het geciteerde nog als commentaartje toe te voegen, dat een auteur die zo over Spinoza kan schrijven hem (of die spreker als hij daarbij aantekeningen maakte) goed begrepen moet hebben om wat Spinoza over de vrije wil stelt zo kernachtig te kunnen samenvatten. Maar ik liet het aan de lezer over dit zelf te beoordelen - net zoals Spinoza in de Ethica de conclusie aan de lezer liet ("Dico me nescire").

O ja, ik heb nog deze associatie. Als de scène zich werkelijk heeft voorgedaan, vermoed ik dat het om een bijeenkomst met Jan Knol ging.

An het eind van het blog is de slotalinea van het boek toegevoegd, waarin Spinoza nog een keer in de gedachten van het hoofdpersonage opkomt.

Misschien aardig om te vermelden dat ik vanmiddag de hier besproken schrijver Marc Poorter op het Beursstation van de RET zag instappen in de trein naar Den Haag. Dat was toeval, hoor, het toeval van de dobbelsteen die wetmatig zus of zo neerkomt.

Bedankt voor de positieve reacties op mijn poging Spinoza in de roman te brengen. Voor de hoofdpersoon - en zeker ook voor mij - was het ontdekken van Spinoza's kijk op God van groot belang om het grote drama van het verlaten van het geloof een plek te geven. Laat ik zeggen: troost.