Spinoza onder ‘Verlichte voorgangers’ van Den Heyer

In juni van dit jaar verscheen van C.J. den Heyer, Verlichte voorgangers. De strijd tussen dogma en Bijbel in Nederland. Meinema, 2011

De uitgever deelt mee: “Na het Calvijnjaar 2009 zouden we het haast vergeten, maar tot de wortels van onze Nederlandse cultuur behoort behalve het calvinisme ook een ruimzinniger stroming, waarvan geleerden als Coornhert, Spinoza en Balthasar Bekker belangrijke vertegenwoordigers zijn. Deze dwarsliggers werden geïnspireerd door bijbelse motieven [Sic. Spinoza? SV] die zij als bevrijdend beschouwden - bevrijdend ook van eeuwenoude kerkelijke dogma’s. De spraakmakende theoloog C.J. den Heyer voelt zich uitgedaagd om ook deze voorgangers opnieuw tot leven te wekken. In twintig portretten, van Erasmus en Hugo de Groot tot Miskotte, Schillebeeckx en Kuitert schetst hij hoe het denken over de Bijbel in de loop der eeuwen veranderd is. Ook in de 21e eeuw is deze traditie onze aandacht meer dan waard.

Dr. C.J. den Heyer was hoogleraar Nieuwe Testament en Bijbelse Theologie aan de Theologische Universiteit te Kampen en docent aan het Doopsgezind Seminarium te Amsterdam. Bij Meinema publiceerde hij boeken over Jezus en Paulus en een theologisch zelfportret onder de titel Ruim geloven.”

Ik kreeg deze tip van iemand die al geruime tijd meedoet in de Ver. Het Spinozahuis en erbij vermeldde: “Het leuke is dat hij [Den Heyer] pas echt Spinoza’s TTP is gaan lezen toen hem door de VHS gevraagd was daarover zijn mening als (uit zijn ambt ontzet) dominee te geven in de zomercursus. Hij was er helemaal weg van (dit vertelt hij ook in zijn boek) en had het veel eerder willen lezen. Grappig is dat in diezelfde zomercursus Spinoza-kenner (want erop gepromoveerd) Rinse Reeling Brouwer een voordracht gaf. Deze was bepaald niet op zijn gemak. Uiteindelijk werd hem door één van de cursisten het vuur aan de schenen gelegd met de op nijdige toon gestelde vraag voor welke God hij nu was, die van Abraham, of die van Spinoza. Het zweet brak hem toen uit en met een nog hogere stem dan gewoonlijk bekende hij dat hij voor de eerste was.”
[Zie op dit blog mijn bespreking van Rinse Reeling Brouwer: De God van Spinoza. Een theologische studie, Kok Kampen, 1998]

 

Reacties

Stan,
Met Den Heyer had ik, plm een jaar voordat hij bij VHS sprak op de door jou genoemde conferentie, een korte discussie over zijn theologie. Hij zei dat wat hij nu publiekelijk verkondigde - de verzoeningsleer is symboliek - bij theologen, en in de theologische keuken, al langer usance was. Ik zei hem dat wat hij nu - en de theologen blijkbaar al langer onderling - verkondigde, 300 jaar eerder, helder en systematisch verwoord is in de TTP van Spinoza. Hij gaf toen geen enkele blijk van kennis van de TTP. Naderhand zag ik tot mijn verbazing dat hij voor de VHS zou gaan spreken, en hoorde ik eveneens dat dat de aanleiding voor hem was om de TTP te gaan lezen.
Het lijkt me eerlijk gezegd geen pretje om theoloog te zijn als je publiekelijk moet verkondigen waarin je privé - en prodessioneel - niet meer gelooft. Jan Knol heeft - blijkens zijn uitlatingen in een eerder blog - in eenzelfde situatie gezeten nadat hij Spinoza ontdekt had. Hij heeft rustig door gepreekt tot zijn emeritaat, maar er intussen een mooie positieve draai aan gegeven door prachtboeken over Spinoza te schrijven, en een zeer gewaarde hertaling van de KV.