Spinoza's zoontje: "Houd je van me, Pappie?"
Sommige bewonderaars van Spinoza vinden dat hij te ver ging…
Santayana vond, zo schreef ik in mijn blog van 7 dec. 2009, dat Spinoza te weinig respect heeft voor esthetiek en sociale vereisten. Hij vond Spinoza te eenzijdig gericht op begrijpen van de waarheid van dingen – te intellectualistisch. Te optimistisch ook. Het mag dan mogelijk zijn zichzelf te verliezen in de eeuwige realiteit en er zo geen gewicht meer aan toe te kennen, maar waarom zou men dat doen? Is niet beter naar een voller systeem van idealen te haken, zelfs wetend dat ze niet bevredigend vervuld kunnen worden. Spinoza houdt een nobel ideaal voor maar “it downplays the value of all forms of human fulfilment which are not purely intellectual”. Vooral wat betreft de ‘sense of beauty’.
Ook Jonathan Bennett eindigde een aardig artikel, Glimpses of Spinoza (1983, zie hier), met een samenvatting van het slot van Isaac Bashevis Singer’s verhaal “The Spinoza of Market Street”. Daaraan vooraf schreef hij deze passage: “Be that as it may, I want to say that I finally reject Spinoza’s ideal. An essential part of it is the avoidance not just of sudden downdrafts but of all kinds of suddenness, every sort of inner turbulence. Spinoza thinks, probably rightly, that the only escape from occasional gusts of painful or harmful emotion is to opt right out of the life of the emotions. He does advocate a sort of calm joy which he thinks is intrinsic to the life lived “according to the dictates of reason”; but it is more calm than joyful, and is not what we would ordinarily call an emotion.”Deze bezwaren zien we aardig weergegeven in deze cartoon (door erop te klikken komt u uit bij de betreffende website). Extra aardig is hier dat Spinoza in deze cartoon een zoontje heeft. Misschien hield hij zichzelf ook niet helemaal aan het 'ideaal' net als de hoofdpersoon in het verhaal van Bashevis Singer, dr Fischelson, die na het onverwacht beleven op z'n oude dag van een heerlijk orgastische nacht, aan het nachtelijk raam naar buiten kijkt en zegt: “Divine Spinoza, forgive me. I have become a fool.”



Reacties
De commentaren van Santayana en Bennett brachten mij een passage van Stuart Hampshire in herinnering die mij was bijgebleven en die ik weer heb opgezocht. Ze is het besluit van zijn "Spinoza and Spinozism". Stuart Hampshire schreef het essay tegen het eind van zijn leven, tussen 2001 en 2004, ruim 50 jaar na zijn waardevolle en liefdevolle "Spinoza". 'It has grown out of a lifetime's reflection on Spinoza's thought and the philosophical problems with which he was engaged'
'The missing element'
Metaphysics may prove too much, and may seem too conclusive. There exists also the wilder side of humanity: possibly embodied on the opposite side of the brain from the reasoning part. Spinoza wrote that we know and we feel that we are eternal. But we also know and we feel that we have moments of ecstasy, and momentary aspirations that go beyond reason, and we have obsessions that lead to the making of music, painting, poetry, fiction, sculpture, architecture and dance. The uses of imagination are also paths to freedom, alongside the uses of reason.
henk keizer 29-05-2010 @ 08:14