Vrije wil als politiek ideaal van Ahmed Marcouch

Het vijfde deel in de serie waarin dagblad Trouw de door neurologen veronderstelde "dood van de vrije wil" aan de orde stelt ('onderzoekt'), bestaat uit een interview met Tweede Kamerlid Ahmed Marcouch.

Aanleiding: voorbije zondag hield hij een gastpreek waarin hij inging tegen het islamitische ’lotsdenken’ en daarna een toespraak tijdens de Spinozadag in Paradiso [zie dit blog]. Daarbij gevoegd het uitkomen van zijn autobiografie: ’Mijn Hollandse droom’ [Contact, 2010] was genoeg reden voor een interview.

De titel van het artikel: ’Zonder kennis geen vrije wil.’ [Hier]

Met een niet-bestaande-vrije-wil kan hij als politicus niet uit de voeten. Sterker: de vrije wil is voor hem een politiek ideaal.

Het stuk valt een beetje uit de toon van de rest van de reeks, daar er weinig wordt ingegaan op het vraagstuk van de vrije wil. Daarvoor is deze politicus te praktijkgericht. Grappig en wel begrijpelijk is zijn idee dat met het groeien van de kennis er meer vrije wil ontstaat. Je zou dan beter onderlegd in staat zijn keuzen te maken. Toch apart om de vrije wil als politiek ideaal te zien.

Voor Spinoza kun je met meer kennis beter de noodzakelijkheden in de werkelijkheid begrijpen en naar je reële conatus handelen en je beter richten naar wat werkelijk in je belang is zodat je je bestaan echt en 'duurzaam' kunt doorzetten en handhaven. Bijvoorbeeld door te doorzien dat je andere mensen nodig hebt - het zonder hen niet kunt redden.
Maar ook de best opgeleide en zelfs grootste wijze heeft geen vrije (onveroorzaakte) wil.

• Zie ook de Spinozalezing 2010 van Ahmed Marcouch.