Inutilis scientia Spinozana [137] Spinoza in de Colección Clásicos del Pensamiento

 

Bij de Spaanse uitgever Tecnos verscheen in 1966 in de Colección Clásicos del Pensamiento onder redactie van Antonio Truyol y Serra:

Baruch Spinoza, Tratado teológico-político (Selección) & Tratado político. Traducción y estudio preliminar de Enrique Tierno Galván. Tecnos, 1966, 2e 1985, 3e 1996

In ieder geval op de cover van de Tercera edicion (van de eerdere weet ik het niet) verscheen bovenstaande afbeelding van Spinoza.

Via deze site is voor belangstellenden het PDF ervan te downloaden.

Spinoza en het Boeddhisme over 'het Zelf'

Nadat hier al in meerdere blogs waarin Spinoza’s filosofie met het Boeddhisme werd vergeleken, aandacht werd gegeven (u vindt ze wel door Boeddhisme in het zoekvenster in te geven), wijs ik nu graag op een interessant artikel

“Spinoza & Buddhism on the Self” van Soraj Hongladarom, Chulalongkorn University, dat recent, op 29 juli 2015, verscheen op de website van The Oxford Philosopher, A Philosophic Periodical.

Ik neem hier het laatste deel over:

Lees verder...

De God van Spinoza werd wéér eens niet goed begrepen

The Algemeiner had gisteren een aardig artikel onder de titel "The Right and the Good". Het gaat over de opdracht om in concrete situaties tegenover iemand "het goede en juiste te doen" en je niet alleen aan de geboden in strikte zin te houden. Dat is niet genoeg voor een 'moreel leven'. De Bijbel met z'n Tien Geboden en de 613 geboden die de rabbijnen er verder nog voor de joden uit destilleerden, geeft geen aanwijzingen voor elke mogelijk voorkomende situatie, maar geeft ook een algemene opdracht die je zelf moet toepassen.

En dan wordt het volgende beweerd, waar ik hier op wil wijzen:

"This too is the difference between the God of Aristotle and the God of Abraham. Aristotle thought that God knew only universals not particulars. This is the God of science, of the Enlightenment, of Spinoza. The God of Abraham is the God who relates to us in our singularity, in what makes us different from others as well as what makes us the same."

 

     

  

   

   

Hier is het verschil tussen Spinoza en Aristoteles niet geweten. De God van Spinoza kent precies het omgekeerde van die van Aristoteles, n.l. juist alleen maar de bijzondere dingen (alleen die hebben een essentie), en niet de universele noties: universalia zijn abstracties, dingen van de verbeelding en Spinoza’s God heeft geen verbeelding. Wat dat betreft is de God van Spinoza dus precies een joodse God (op het antropomorfische na dan)!

Over dit kennis-verschil tussen de God van Aristoteles en die van Spinoza schreef Yitzhak Melamed een heel duidelijk artikel: “Gersonides and Spinoza on God’s Knowledge of Universals and Particulars”  [cf. op academia.edu]  

[Voor deze illustratie heb ik de cover van And God Spoke to Abraham: Preaching from the Old Testament van Fleming Rutledge even verbouwd. De cover daarboven van The God of Spinoza: A Philosophical Study van Richard Mason, is als een soort contrafactische voorstelling, fraai suggestief bedacht. Wie niet weet dat daar Rembrandts 'Abraham en Isaac' voor is gebruikt, kan denken dat de zeer antropomorf voorgestelde God er Spinoza ernstig toespreekt.]

Spinoza over de jager van leeuw Cecil

Tandarts-jager Walter Palmer verontschuldigt zich alleen voor het feit dat hij niet geweten heeft dat de door hem geschoten leeuw Cecil was en dat hij niet op de hoogte was met de betekenis van Cecil. Maar voor zijn dure jachthobby veronderschuldigt hij zch niet. Hij handelt wat dat betreft naar het adagium van Spinoza die in 4, app, cap 8 schreef:

"Quicquid in rerum natura datur quod judicamus malum esse sive posse impedire quominus existere et vita rationali frui queamus, id a nobis removere ea via quae securior videtur, licet et quicquid contra datur quod judicamus bonum sive utile esse ad nostrum esse conservandum et vita rationali fruendum, id ad nostrum usum capere et eo quocunque modo uti nobis licet et absolute id unicuique summo naturae jure facere licet quod ad ipsius utilitatem conferre judicat."

Wanneer wij iets in de werkelijkheid een kwaad achten, met andere woorden, van mening zijn dat het ons kan beletten een redelijk leven te leiden, mogen wij het op een manier die ons het veiligst lijkt, verwijderen. Wanneer er daarentegen in de werkelijkheid iets is dat wij een goed achten, met andere woorden, waarover wij van mening zijn dat het voor ons zelfbehoud en het leiden van een redelijk leven nuttig is, dan mogen wij het ons van nut laten zijn en op welke wijze dan ook gebruiken. Iedereen mag zonder voorbehoud krachtens het hoogste natuurrrecht [summo naturae jure] doen wat hij in zijn belang acht. [Vert. Henri Krop]

Maar ja, Spinoza schreef ook nog zoveel meer, vooral over mensen die door de rede geleid worden enzo... 

Spinoza in Pier Paolo Pasolini’s Porcile

Porcile uit 1969 (aka Pigsty) is “one of Pasolini’s most enigmatic films. It extends his cinematic obsessions into the realms of cannibalism and bestiality with two interweaving stories of two young men who become sacrificial victims of their different societies. One of them is a soldier and cannibal (Clementi) in a medieval wasteland and the other a son (Léaud) of an ex-Nazi industrialist (Tognazzi) in modern-day Germany. The young German is more attracted to pigs than to his fiancée (Wiazemsky). This rather silly parable, very much a product of the late 1960s, in which the bourgeoisie is caricatured, is filmed with such calm beauty and underlying disgust that it seems to gain in significance. Theorem (1968) and Pigsty were the only films in which the Marxist Pasolini dealt directly with the hated middle classes; thereafter he left the 20th-century behind until his final film, Salo (1975), which looks at even more extreme human actions. [Cf. Worldcinema]

In het voorjaarsnummer 2015 van World Picture verscheen een uitvoerige bespreking van hoe Spinoza in Pasolini’s Porcile voorkomt. Nogal uitgebreid blijkbaar, want het is een lang stuk:

Manuele Gragnolati and Christoph F. E. Holzhey, “Active Passivity? Spinoza in Pasolini’s Porcile” in: World Picture 10 - Spring 2015 [Cf. - PDF]

Lees verder...

"Formele essenties" zijn tóch geen "mogelijkheden"

Het boek van Alan Danagan, waarover ik eerder blogde, had ik in het zicht laten liggen, omdat ik mijn keuze voor zijn benadering van de ‘formele essenties’, n.l. ze als "mogelijkheden” te lezen, waar ik mij achter had opgesteld, bij nader inzien toch niet zo’n gelukkige vind. Ik had gedacht dat die blogs - ik vermeld ze onder - wel de laatsten zouden zijn over dat onderwerp wat betreft “de ideeën der niet bestaande dingen”, maar ik moet die draad nog eenmaal oppakken om hem opnieuw en beter af te hechten.

Het gaat me om het tweede blog. Het eerste had ik toegevoegd om te laten zien dat Donagan ‘mogelijkheden’ bepaald niet in de zin van Leibniz las en dat verleidde mij om in het tweede blog met hem mee te gaan in zijn toelichting over hoe je dingen die nog niet of niet meer bestaan en waarvan volgens 2/8 de ‘formele essenties’ vervat liggen in de attributen, zou kunnen zien als “mogelijkheden.”

Lees verder...

Inutilis scientia Spinozana [136] "Spinoza in a T-Shirt"

Een poosje geleden had ik het al gesignaleerd en in eerste instantie besloten het te negeren. Maar nu ik het nog eens als een tip in m’n e-mailbox ontving, neem ik het dan toch maar in dit blog op, want ja, ik was ooit van plan hier alle spinozana te verzamelen.

Léopold Lambert and Minh-Ha T. Pham schreven onder de titel “Spinoza in a T-Shirt”, een “manifesto for designs that do not know what bodies aren’t.”

Dat begint aldus:

“What can a body do?” is the question Spinoza puts to his readers in the third part of Ethics. For Spinoza, bodies are constituted not by predefined classifications but by encounters with material, social, and spatial forces. That means the body cannot be abstracted into neat categories of description, but exists in relation to broader contexts of power and meaning. Bodies are realized both through individual actions and by being acted upon, but the conditions under which a body can (and can’t) act are nearly limitless. Therefore, contained within Spinoza’s question is the radical idea that we not only don’t know what a body can do, but that we don’t even know what a body is. That Spinoza included this challenging question in his Ethics means that the forces that constitute bodies in a society’s space and time stem from decisions that carry ethical weight. These decisions are what we call “design.”

Een daarna volgt er nog een heel stuk tekst, kennelijk bedoeld voor ontwerpers van kleding. Ik ben gestopt met verderlezen, maar wie geïnteresseerd is: zie hier.   

[De illustratie hoort niet bij hun stuk. Om het blog op te vrolijken leende ik een afbeelding met het door Lukatarina PHILOGUERRILLO ontworpen t-shirt - cf. blog "Het betere Spinoza T-shirt"]

George H. Smith: "Spinoza was a mixed bag" [een allegaartje]

George H. Smith, Senior Research Fellow for the Institute for Humane Studies, a lecturer on American History for Cato Summer Seminars, and Executive Editor of Knowledge Products, schreef de volgende boeken:  Atheism: The Case Against God, Atheism, Ayn Rand, and Other Heresies, en Why Atheism? Z’n recentste, vierde, boek is The System of Liberty [Cambridge University Press, 2013]

Wekelijks schrijft hij een essay over de geschiedenis van het libertijnse gedachtegoed op libertarianism.org (een tak van het Cato Institute) en het lijkt wel alsof hij aan een nieuw boek aan het schrijven is onder de titel Freethought and Freedom. De laatste vijf van zijn serie essay's gaan over het denken over vrijheid van Spinoza. Ik heb er al eens eerder in een blog op gewezen, maar nu wil ik er in dit  blog nog eens apart op wijzen.  Om in de gaten te houden.

Lees verder...

David Bidney (1908 - 1987) slotbeschouwing

Vandaag sluit ik mijn reeks over David Bidney en zijn Spinoza-boek af, hoewel er nog veel meer te zeggen zou zijn over: The Psychology and Ethics of Spinoza. A Study in the History and Logic of Ideas (1940, 21962).

Hoewel ik soms een beetje aan het twijfelen wordt gebracht door slordigheden en fouten blijft mijn oordeel naar het positieve overhellen. Ik geniet van zijn beschrijvingen en analyses, juist ook omdat hij er zoveel uit de geschiedenis van de filosofie bijhaalt. Op die manier zet hij je aan het vergelijken en het denken. Ik trek me daarbij niet zoveel aan van zijn wat arrogant overkomende diagnoses over waar Spinoza zich volgens hem allemaal niet van bewust zou zijn geweest; waar hij eclectisch geprobeerd zou hebben tegenstrijdige benaderingen in één visie te verzoenen, terwijl hij dan de daarin binnensluipende interne tegenspraak niet gemerkt zou hebben.

Ik geef een voorbeeld uit het XIIIe hoofdstuk “The Summum Bonum,” waarin hij datgene waar de Ethica op uitloopt behandelt. Ik citeer daaruit de volgende passage die na lange beschouwingen de stand van zaken als het ware als volgt nog eens samenvat:

Lees verder...

De herem (cherem) werd vandaag 359 jaar geleden over Spinoza uitgesproken

Op 27 juli 1656 werd - wegens ‘vreselijke ketterij’ en ‘schandelijke daden’ - de banvloek over Spinoza uitgesproken. En zijn naam werd fors doorgehaald in het ledenregister van Ets Haim:

 

Er zijn geen duidelijke tekenen overgeleverd, waaraan af te lezen is dat hijzelf daar nog erg mee bezig geweest zou zijn. Hij zou, volgens Lucas, in het Spaans een apologie hebben geschreven. Maar die is - als hij al verzonden zou zijn – niet bewaard gebleven. Hooguit wordt door sommigen aangenomen dat delen ervan in de TTP terecht gekomen zouden zijn.

Nee, het lijkt er eerder op dat Spinoza helemaal klaar was met de joodse gemeenschap.

Hoe anders is dat soms (sinds eertijds de maskilim) ook tegenwoordig met joodse gemeenschappen hier en daar op de wereld, die nog wel met Spinoza bezig zijn en hem weer in hun midden willen begroeten.

Zo hield in maart van dit jaar het Stroum Center for Jewish Studies aan de Universiteit van Washington zich met Spinoza bezig. Michael Rosenthal hield een lezing, “Was Spinoza a Heretic or a Theologian?”, nadat de studenten gevraagd was zich uit te spreken over de vraag of ze de ban zouden willen herroepen. [Cf.]

Lees verder...

Spinoza, "an odd Philosopher" volgens Henry Oldenburg

           

In de toelichting bij brief 30 in Spinoza’s correspondentie, blijkt dat twee fragmenten van die brief bekend werden uit brieven die Oldenburg aan anderen schreef (aan Robert Moray en Robert Boyle) en waarin hij grote delen in het Latijn overnam uit een brief die hij recent ontvangen had van "an odd Philosopher”, waaraan hij in de brief aam Boyle toevoegt, “it being Signior Spinoza”. Dat weten we dan. Maar wat weten we dan?

Hubbeling gaat er in zijn toelichting niet op in. Wel kan ik melden dat het eerste fragment van die brief 30 met vertaling en toelichting van W.G. van der Tak in het 40 Jaarverslag (1937) van Het Spinozahuis, p 34-41, waarnaar Hubbeling verwijst, bijna in z’n geheel (op de laatste pagina na) op books.google is in te zien. Ook van der Tak gaat op dat oddity niet in.

Lees verder...

Inutilis scientia Spinozana [135] Spinoza in de Colección: Filosofía para profanos

De Spaanse uitgever in Valencia, Tandem Edicions, die voor zover ik kan nagaan vooral kinderboeken uitgeeft [cf.], begon in het begin van dit Millennium met een Colección: Filosofía para profanos. De boekjes worden geschreven door filosofe Margarita (Maite) Larrauri Gómez [cf. CV] en geïllustreerd door Francesc Capdevila die de pen-name Max voert. In de reeks verscheen ook dit boekje over Spinoza

Maite Larrauri Gómez, La felicidad según Spinoza. Tandem Edicions, S.L.; 1 de noviembre de 2003

Hierna nog enige voorbeelden uit deze reeks: 

Lees verder...

David Bidney (1908 - 1987) over de conatus

Eerst even dit. Inderdaad is er veel waarover je je aan Bidney’s Spinoza-boek kunt ergeren: hij laat zich niets gelegen liggen aan de manier waarop Spinoza z’n filosofie bracht (de geometrische orde): hij grasduint naar het hem uitkomt door de Ethica. Ook citeert hij uit de KV en de PPC, zonder enige restrictie. Zo haalt hij uit de PPC een passage aan over de vrije wil, zonder ernaar te verwijzen dat Spinoza zich via het voorwoord van Lodewijk Meijer juist daarvan expliciet distantieerde. Bidney bestaat het Spinoza doodleuk van tegenspraak t.a.v. de vrijheid van de wil te beschuldigen. Datzelfde doet hij w.b. Spinoza’s standpunt over Gods oneindig verstand, waarover hij 1/17 citeert zonder in de gaten te hebben dat Spinoza daar een contrafactisch betoog heeft opgezet. Er is veel aan te merken op de manier waarop hij Spinoza’s filosofie van de geest behandelt. Op p. 39-40 maakt hij de vergissing niet het onderscheid te zien tussen het zijn en het hebben van een geest. Hij ziet Spinoza een louter passieve geest schetsen (die lichaamsaandoeningen weerspiegelt); maar dan is er ineens het actieve intellect, als een soort ‘brute fact’; en zo ziet hij Spinoza een sterk dualistische conceptie van de geest te hebben samengesteld uit een actief intellect en een passieve imaginatio, waarmee Spinoza tegen zijn parallellisme in zou gaan, want Bidney leest de ‘geest als idee van het lichaam,’ als louter de passieve geest of imaginatio. I.p.v. te veronderstellen dat hijzelf Spinoza wellicht niet goed begrepen heeft, beschuldigt hij hem nogal gemakkelijk van inconsequentie. Hij vindt Spinoza inconsequent met te beweren dat er affecties van het lichaam zijn die geen relatie met de geest hebben (3/59), waar 2/12 toch eerder stelde dat er niets van wat in het lichaam gebeurt aan de geest ontgaat. [In 3/59 gaat het overigens over uitwendige aandoeningen, als zweten, trillen, verbleken e.d.)

Lees verder...

Inutilis scientia Spinozana [134] Spinoza zwaar ingelijst

Spinoza met olieverf op hout geschilderd en flink ingelijst door Danilo Attorresi - gevonden op Facebook van Foglio Spinoziano, 18 juni 2015.

Lees verder...

Inutilis scientia Spinozana [133] Nieuwe ezel van Buridanus

                                  [Cartoon hier aangetroffen en daarna van andere tekst voorzien] 

Hoe David Bidney’s Spinoza-boek als een bom insloeg – een intermezzo

De Tweede Wereldoorlog was al een tijd aan de gang, maar het was de enige oorlog niet – er werden hier en daar ook kleinere guerrilla’s uitgevochten. Ik eindigde het vorige blog met de werkelijk vernietigende kritiek die Majorie Grene over Bidney’s boek schreef.  Er deugde helemaal niets aan. En ik vroeg mij af of er misschien wat achter stak. Was er iets aan de hand? Had ze een bijzondere band met Wolfson en/of diens Spinozaboek? Zodat ze hem en zijn boek meende te moeten verdedigen? Bij Spinoza kunnen we immers in 3/22 lezen dat als wij ons voorstellen dat iemand een geliefd voorwerp met droefheid aandoet, wij hem gaan haten.

In het jaar waarin Harry Wolfson’s Spinoza-boek uitkwam was hij 47 jaar en Marjorie Grene die toen 24 jaar was deed haar M.A. en het jaar erop haar Ph.D aan het Radcliffe College, van waaruit ze colleges volgde in Harvard University (waar vrouwen toen niet konden worden ingeschreven). Daar moet ze colleges bij Wolfson hebben gelopen. {Cf. haar CV] Speelde zich iets af als negen jaar eerder in Duitsland tussen 'Het meisje en de filosoof'? Maar in een interview op 94-jarige leeftijd zei Marjorie Grene over hem niet meer dan: “Wolfson was sort of off on his own somewhere.” [Cf.]   

Lees verder...

David Bidney (1908 - 1987) en de analysemethode die hij op Spinoza beweerde toe te passen

Riva Berleant, emerita Professor of Anthropology aan de University of Connecticut, presenteerde op de jaarvergadering van de American Anthropological Association, in november 2011 in Montreal, een paper "David Bidney: Professor, Theorist, and Correspondent". Daarin geeft ze veel informatie uit het cv van Bidney van wie ze in het begin van haar studie colleges had gevolgd. Ze schetst de moeite die hij heeft moeten doen om een universitaire aanstelling te krijgen. Ze vraagt zich af, nadat ze constateerde dat zijn naam niet meer voorkwam in syllabi over de geschiedenis van de antropologische theorie, hoewel zijn boek nog steeds in print is: “I wonder too if anyone talks about David Bidney any more.” [Cf.]

Wel datzelfde kun je je ook afvragen op het terrein van de Spinoza studies, maar er zijn zoals ik in het eerste blog al meldde, uitzonderingen. En dit blog vormt nu eveneens een uitzondering door aandacht aan hem en zijn Spinozaboek te besteden.

Hier wil ik noteren dat ik ontzettend blij ben het boek van David Bidney ontdekt te hebben: The Psychology and Ethics of Spinoza. A Study in the History and Logic of Ideas (1940, 21962. Soms zit hij er naast en maakt hij aperte fouten bij het begrijpend lezen van Spinoza (ik zal er t.z.t. een paar noemen), maar i.h.a. delft hij goud op juist wanneer hij teksten van Spinoza leest tegen de achtergrond van de relevante ideeëngeschiedenis. Soms overdrijft hij en wil hij Spinoza téveel begrijpen vanuit de klassieke of scholastieke filosofie, maar vaker verheldert hij er heel sterk Spinoza’s vindingrijke inzichten mee. Uiteindelijk ziet hij in Spinoza de moderne Renaissance filosoof die z’n theorieën baseert op de natuurwetenschappen zowel als op de menselijke rede, maar tegelijk een filosoof die de grote verworvenheden die de traditie te bieden heeft, in zijn systeem wil incorporeren.

Lees verder...

David Bidney (1908 - 1987) 'a renown Spinoza scholar' die Spinoza als incoherent zag w.b. de conatus

Zo gerenommeerd kan hij nu ook weer niet geweest zijn, als je ziet hoe weinig naar hem verwezen wordt. Weer een voormalige Spinoza-geleerde die geen eigen internetpagina heeft. Daar ga ik dus iets aan doen. Ik stuitte op hem doordat zijn Spinozaboek genoemd wordt in Matthew Kisner & Andrew Youpa (Eds.), Essays on Spinoza's Ethical Theory [2014 – zie blog] waarin gewezen wordt op boeken van LeBuffe's From Bondage to Freedom en Kisner's Spinoza on Human Freedom—in welke rij ze hun eigen boek plaatsen: “the first such books since Bidney's The Psychology and Ethics of Spinoza (1940).” Verderop zal ik laten zien dat recent op Bidney wordt voortgebouwd. Hij is niet helemaal vergeten. Maar nogmaals, er is geen wikipedia of biografische pagina aan hem gewijd - tenzij dan deze archiefpagina van zijn universiteit over de ‘David Bidney papers, 1930-1974’, waar enige gegevens te vinden zijn.

David Bidney werd geboren op 25 september 1908 in een joods gezin in de Oekraïne (toen Russisch). Naar Amerika gekomen volgde hij lessen aan de University of Toronto, waar hij in 1928 z’n BA en in 1929 z’n MA behaalde.  Vervolgens stapte hij over naar Yale University waar hij in 1932 z’n PhD behaalde met een dissertatie over Spinoza. Hierna bekleedde hij verschillende posities. o.a. als Instructor in Philosophy aan de Yale University, a Guggenheim Fellowship in Anthropology in 1950, tot hij in september 1950 verbonden werd aan de Indiana University als Associate Professor in het Department of Anthropology. In 1955 werd hij er Professor en op 1 juli 1974 ging hij met emeritaat. Hij overleed in 1987.

Lees verder...

Spinoza houdt van de natuur

De deelnemers aan de Groningse Summerschool Collogium Spinozanum bezochten op 9 juli 2015 het Spinozamuseum in Rijnsburg. Daarbij werd deze foto gemaakt van Spinoza's buste in het groen (zie door op deze uitsnede te klikken de hele foto van een indrukwekkend groene tuin).

Vandaag internet-voorpublicatie van artikel Henk Keizer in Epoché

Meer dan een jaar geleden kon ik in een blog, getiteld “Henk Keizer helpt het Pancreas-probleem de wereld uit,” melden dat Epoché: A Journal for the History of Philosophy, zijn artikel geaccepteerd had dat gaat over:

Is There a "Pancreas Problem" in Spinoza’s Theory of the Human Mind?

Abstract: This article explores a new reading of an important section of Part II of Spinoza’s Ethics. It recognizes that Spinoza actually differentiates between the human mind conceived from the viewpoint of its cause and the human mind conceived from the viewpoint of its nature. It shows, most importantly, that Spinoza assigns different objects to those ‘minds’. Consequently they represent different knowledge of the body. It will appear that the human mind in respect of its cause represents non-conscious knowledge of the human body and that the human mind in respect of its nature represents conscious knowledge of the human body. It will be shown that knowledge of the inner processes of the human body and of the body per se belongs to the domain of non-conscious knowledge. The same conclusion will be obtained in an analysis that starts from the distinction between the formal and the objective being of the human mind.

Lees verder...

Over de ware requies aeterna [eeuwige rust of Acquiescentia in se ipso]

Bij het vorige blog over de eeuwigheid van onze geest past een Spinozistische hymne op Ethica, PARS IV, propositio 67. Ik heb het – daar het plaatsvervangend bedoeld is – naar ik meen passend getoonzet op het gregoriaanse Requiem.

Het “Requiem aeternam dona eis Domine, et lux perpetua luceat eis” [geef hun eeuwige rust, O Heer, en dat het eeuwige licht hen mag verlichten] is de openings- of intredezang bij de Rooms Katholieke Missa Pro Defunctis (Mis voor de overledenen]. Daarin komt ook de zinsnede voor: In memoria aeterna erit justus [de rechtvaardige zal voor eeuwig in herinnering blijven].

Spinoza’s stelregel, “Homo liber de nulla re minus quam de morte cogitat et ejus sapientia non mortis sed vitae meditatio est,” [De vrije mens denkt aan niets minder dan aan de dood, en zijn wijsheid bestaat niet uit mediteren over de dood, maar over het leven], kreeg hier zijn hymne.

 

Lees verder...

Nog eens over de eeuwigheid van onze geest

      (Zoals nog zal blijken, lijkt dit een typisch zomers onderwerp) 

Een genot vind ik het om een artikel te lezen als van Martha Kneale, “Eternity and Sempiternity.” Het verscheen eerst in 1968-69 en werd vervolgens in 1973 gebundeld in de esseaybundel van Marjorie Grene, Spinoza: A Collection of Critical Essays [Garden City, N.Y.: Anchor Books, 1972], waarvan de tweede druk [Notre Dame, Ind.: University of Notre Dame Press, 1979] sinds kort in mijn bezit is. Het is vanuit zoveel eruditie geschreven, dat het werkelijk een genot is om mee te maken hoe zij laat zien hoe er twee denklijnen bestonden over eeuwigheid: één waarbij eeuwigheid geen enkele relatie met tijd heeft (de lijn Plato, Augustinus, Boëthius en Thomas van Aquino “in his Platonic moods”) en de denklijn waarbij eeuwigheid en altijdigheid elkaar impliceren, waarbij het accent de ene keer op tijdloosheid, de andere keer op noodzakelijkheid werd gelegd (de lijn Aristoteles, Epicures, en Thomas van Aquino “in his more Aristotalian moods”). Ze laat zien hoe beide lijnen bij Spinoza terug te vinden zijn, en zij meent dat hij wellicht van gedachten veranderde: dat hij in het Eerste deel van zijn Ethica op de Aristotelische lijn zat en in het vijfde deel de meer Platoonse opvatting meenam.

Hoe dat ook zij, mij gaat het erom hoe zij vanuit haar voorafgaande analyses, de moeilijke (en door velen als onmogelijk beoordeelde) leer over de eeuwigheid van onze menselijke geest in het tweede deel van het Vijfde deel van de Ethica, tracht te begrijpen. Ik geef hier een vertaling van dat interessante stukje tekst.

Lees verder...

Inutilis scientia Spinozana [132] Hét verschil der Goden

Lees verder...

Een soort Spinozistisch credo?

Van 10 – 12 juli 2015 werd aan de Liverpool Hope University, UK, een conferentie gehouden over “Political Theology—The Liberation of the Postsecular?” [Cf. & PDF-flyer]

De Zweedse Petra Carlsson schreef twee dagen geleden [cf.] over haar ervaringen, vatte samen wat verschillende keynote speakers zoal brachten, maar mij gaat hen om het volgende. De plenaire bijeenkomst, zo schrijft ze, begon met een humoristische zelfreflectie van een Spinoza-fan van de Liverpool Hope University. Hij beschreef hoe zijn kinderen op een dag niet met hem mee wilden naar de kerk, toen ze beseften dat hij niet in alle onderdelen van het Credo geloofde. Ze weigerden gewoon om de auto op de parkeerplaats bij de kerk te verlaten, ze wilden geen deel van zijn hypocrisie uitmaken: "Dus wat geloof je nou, vader?" vroegen ze boos. Hij ging naar huis en schreef de volgende geloofsbekentenis:

 

Lees verder...

Hoe iemand parmantig meesterlijk onzin over Spinoza kan spuien

Frank Meester, auteur van o.a. Zie Mij, Filosofie van de IJdelheid, had gisteren in Het Parool een stukje, waarin hij - o zo ijdel - zijn zgn. kennis van Spinoza etaleert, maar intussen een fatalist van onze filosoof maakt.

Spinoza was zoveel praktischer en pragmatischer dan de loutere theorethicus van het determinisme die Meester van hem maakt.   

“Zoeken naar de schuldige van de aanval op MH17 is niet zo zinnig, schrijft filosoof Frank Meester (1970). Boosheid zit vooral in de weg.” Want, ja, volgens Spinoza “verloopt alles namelijk noodzakelijk zoals het verloopt.”

Alsof we alleen uit boosheid zouden handelen, en niet uit rationele overwegingen over hoe we op de beste manier een samenleving vorm kunnen geven. En dus trachten goed uit te zoeken hoe iets precies is verlopen en wie voor wat verantwoordelijk waren.

Maar ja, we moeten Ieder z’n eigen Spinoza maar gunnen.

Goethe’s zoektocht naar de essentia formalis

Goethe had een levenslange fascinatie om de archetypische plant, de Urpflanze, te vinden – die fundamentele plantvorm, die wel móest bestaan, want hoe zouden we anders weten met een plant te maken te hebben? Vervolgens kreeg hij zijn intuïtie dat de hele morfologie van een plant (en vervolgens ook van larven tot en met gewervelde dieren) te vinden moest zijn in ‘het blad’! De ontstaans- en vormende krachten, de metamorfose van planten zouden juist de fluctuaties van een basisbladvorm zijn.

Fascinerend (en eigenlijk ongelooflijk) vind ik de idee dat hij de door hem ontwikkelde wetenschap van de morfologie, de leer der vormen, als een soort van toegepast Spinozisme zou hebben gezien. Dat met name de scientia intuitiva hem op het spoor van die zoektocht naar de Urpflanze zou hebben gezet.

Twee publicaties over Goethe in hetzelfde jaar, 2012, zonder dat ze van elkaar weten (ik noem ze hierna), menen aan de brief die Goethe op 5 mei 1786 aan Friedrich Heinrich Jacobi schreef te kunnen ontlenen dat hij zijn wetenschap, zijn Zur Morphologie,  als een Spinozistische scientia intuitiva zou zien. Hij schreef:

Lees verder...

Inutilis scientia Spinozana [131] Instituere Bibliothecam Spinozanam

[Van hier geleend en aangepast] 

Ook dit jaar weer twee zondagse excursies: "in de voetsporen van Spinoza"

Het is mogelijk op één dag alle woonplaatsen van Spinoza te bezoeken!

De gids Jossi Efrat, geboren in de Amsterdamse Spinozastraat, woonde als kind op een paar honderd meter afstand van Spinoza's ouderlijk huis.

Op 9 augustus en 6 september 2015 worden door hem twee identieke excursies gehouden waarbij te voet wordt gelopen op de plaatsen waar Spinoza ook heeft verbleven. Aan de hand van 17e en 18e eeuwse plaatjes zal men zich een voorstelling kunnen maken hoe het er toen uitzag, door deze tekeningen te vergelijken met de gebouwen en het straatbeeld van nu. De deelnemers zullen kopieën van deze plaatjes daarbij ontvangen.

Het vervoer geschiedt met eigen auto. Voor degenen die niet over eigen auto beschikken zal een regeling worden getroffen, zodat er meegereden kan worden met anderen. Op zondagen is parkeren relatief gemakkelijk.

 

Lees verder...

Ook Matthew J. Kisner’s "Spinoza on Human Freedom" is gearriveerd

Vanmiddag bracht de post mij

Matthew J. Kisner, Spinoza on Human Freedom. Reason, Autonomy and the Good Life [Cambridge University Press, 2011, paperback 2013.

Hiermee heb ik het stapeltje boeken waarmee ik de komende tijd mijn privé zomercursus over Spinoza's 'ethische project' hoop in te vullen. Ik ben er overigens al flink mee begonnen, zoals mag blijken uit het blog van gisteren: “Niet Kant maar Spinoza bracht een werkelijk copernicaanse revolutie.”

Naast dit boek maken de volgende werken deel uit van mijn 'zomerproject':  

Matthew Kisner & Andrew Youpa (Eds.), Essays on Spinoza's Ethical Theory,

Michael Lebuffe, From Bondage to Freedom: Spinoza on Human Excellence,

David Bidney, The psychology and ethics of Spinoza. A study in the history and logic of ideas (1940, 2e ed. 1962).

 

 

Lees verder...

De kleine fysica en "de meest eenvoudige lichamen"

Aan het eind van het blog van eergisteren over de ‘corpora simplicissima’ wees ik erop dat Karel D’huyvetters binnenkort al toe zou zijn aan zijn vertaling en toelichting van de kleine fysica.

En zie, de volgende dag, gisteren dus, was die er al. Graag wijs ik erop: cf. Spinoza in Vlaanderen. Hij vertaalt ‘corpora simplicissima’ met: “de meest eenvoudige lichamen.” Hier neem ik de volgende passage uit zijn toelichting over:

“Een complex samengesteld individu blijft zichzelf onder de inwerking van allerlei invloeden. Dat geldt zoals we vastgesteld hebben voor lichamen die bestaan uit de meest eenvoudige onderdelen, namelijk fysische elementen of lichamen die enkel van elkaar verschillen qua beweging en rust. Wanneer het echter gaat om complexe individuen die samengesteld zijn uit lichamen van een verschillende natuur, zal dat complex lichaam eveneens zijn natuur behouden, zelfs al ondergaat het talrijke inwerkingen, aangezien de beweging van de samenstellende individuen geen invloed heeft op de natuur van het geheel. Zo zien we een accuraat maar verrassend beeld ontstaan van identieke elementaire deeltjes die op allerlei manieren steeds grotere eenheden vormen tot uiteindelijk het hele universum tevoorschijn komt als een dergelijk geheel van oneindig veel delen en dat ondanks oneindige veranderingen toch zijn eigenheid, zijn natuur of essentie behoudt. Ook dat is een kerngedachte bij Spinoza, die op verscheidene momenten en in verschillende contexten opduikt: het behoud van de eenheid in de complexiteit van de verscheidenheid en de verandering. Het is niet voor niets dat men hem een monist noemt.”

Op de kwestie die ik in het vorige blog uit de secundaire literatuur oppikte, namelijk de vraag of “de meest eenvoudige lichamen” reëel bestaande kleinste dingen of eerder denkdingen zijn, gaat hij niet in, maar uit zijn toelichting, heb ik de indruk dat ook hij ze ziet als werkelijk bestaande meest kleine lichamen, onderdelen van complexe lichamen.  

Inutilis scientia Spinozana [130] Spinoza Oeuvres in Collection Garnier Flammarion

Al eerder heb ik gewezen op de vele uitgaven van de werken van Spinoza die in Frankrijk verkrijgbaar zijn. Behalve de editie van Roland Caillois, Madeleine Francès & Robert Misrahi, Oeuvres complètes de Spinoza. Gallimard (Bibliothèque de la Pléiade), Paris, 1954 [ cf. blog] en de kritische editie bij PUF, waarover ik recent een blog had, is er de Collection Garnier Flammarion van uitgever Flammarion met vertalingen van Charles Appuhn, Oeuvres de Spinoza. Garnier, Paris, 1965 (4 volumes)
{cf. blog over voorafgaande edities]

      [De website van de maker van deze plaatjes is niet meer online]

Lees verder...

Andrea Sangiacomo verwierf VENI-subsidie

Bij het NWO is het volgende nieuws te vinden in de lijst met 161 gehonoreerde Veni-onderzoekers:

Occasionalism and the secularization of early modern science: Understanding the dismissal of divine action during the scientific revolution

Dr. A. (Andrea) Sangiacomo (m), RUG – Filosofie
In de zeventiende eeuw was de wetenschap nog theologisch gefundeerd, in de achttiende eeuw ogenschijnlijk niet meer. Waarom vond deze verandering plaats? Dit project onderzoekt hoe de secularisering van de wetenschap werd gestimuleerd door de reacties van enkele natuurfilosofen op de "occasionalistische" stelling dat God voortdurend in de natuur ingrijpt. [Cf. NWO]

Het eerdere screenshot van zijn Facebookpagina, dat Wim Klever mij stuurde, heb ik op verzoek van Sangiacomo weer verwijderd.  

Niet Kant maar Spinoza bracht een werkelijk copernicaanse revolutie

Meer dan ooit staat sinds Kant de mens centraal in de filosofie. We weten allemaal hoe hij zichzelf in de Kritik der reinen Vernunft (1781) op de borst sloeg door zijn ontdekking van zijn kenniskritiek als een copernicaanse revolutie te typeren. Copernicus had geleerd dat de zon niet om de aarde draait, maar de aarde om de zon. Zo stelde Kant dat onze kennis zich niet richt naar de voorwerpen, zoals altijd was gedacht, maar dat de voorwerpen zich juist richten naar onze kennis. Hij stelde vast dat wijzelf, ‘het moderne subject’, aan de oorsprong staan van onze kennis. Het subject is actief in het kenproces. Wij zijn het zelf die kennis voortbrengen. Kant zag in dat de mogelijkheids-voorwaarden van objectiviteit niet aan de kant van het object gezocht moeten worden, maar aan de kant van het subject. Nog meer dan Descartes, stelde Kant het subject, de mens dus, centraal.

Spinoza kon nog zo Descartes hebben verweten dat hij aan de verkeerde kant, n.l. bij zichzelf en zijn eigen denken, begon met filosoferen. Volgens Spinoza moet je bij de oorzaak (bij God) beginnen. Alle kennis die de oorzaak vanuit het effect wil begrijpen begint, aldus Spinoza – en dat is typerend voor de verbeelding (imaginatio) - met inadequate, onvolledige, fragmentarische kennis. Beginnen bij het subject en z’n zintuigelijke ervaring en daaruit ontstane imaginatio, loopt het daadwerkelijke gevaar alles in een teleologisch en antropocentrisch perspectief op te vatten.

En zie dan kom ik vandaag ineens deze tekst tegen, lezend in het boek van David Bidney, The Psychology and Ethics of Spinoza (1962, p. 132) – waarover ik binnenkort meer hoop te bloggen:

“Spinoza would agree with Kant that the mind is all too prone to attribute order to the modes or phenomena of nature. But as a Rationalist and realist he maintains that the human reason is able to conceive intuitively the essence and formal relations or connections among things, as they exist independent of the human mind. In fact, far from maintaining that nature is to be conceived through the categories of the human mind, Spinoza criticizes this anthropomorphic view of things. The real "Copernican Revolution" consists precisely in abandoning the relative, anthropomorphic perspective of the human imagination and in conceiving things sub specie aeternitatis from the infinite, absolute perspective of God. (See Note 1, p. 136.)

 

Lees verder...

Spinoza wordt een soort idealist bij Michael Della Rocca

In mijn bespreking van 13 april 2011 van Michael Della Rocca’s Spinozaboek gaf ik al aan er nogal idealistische trekken in aan treffen. Dan volgde het blog van 20 maart 2013: “Mogens Laerke bindt strijd aan met "the PSR movement spearheaded by Della Rocca and Melamed." Nog eens fel deed ik mijn ‘verzetsanalyse’ over in het blog van 2 mei 2014 n.a.v. van het uitkomen van Della Rocca’s lezing voor de VHS. In nog vele reacties op andere blogs zijn deze en vergelijkbare kritieken gespuid.

Verrast was ik dan ook vanmiddag het artikel van Samuel Newlands tegen te komen: “More Recent Idealist Readings of Spinoza” [in: Philosophy Compass 6/2 (2011): 109–119  - PDF]. Graag geef ik dat hier door. Ik heb het met grote belangstelling en instemming gelezen en geef de tip hierbij graag door.

Lees verder...

'Quatorze juillet'-interview met Jonathan Israel in Le Monde

Titel: "1789, une toujours actuelle." [Cf.]

Jonathan Israel krijgt alle gelegenheid om nog eens het belang van de Radicale Verllichting te beklemtonen en vooral zijn overtuiging dat de “geschiedenis van ideeën” een grotere impact op de Franse Revolutie had dan vele geleerden in Frankrijk accepteren. Hij uit zijn klacht dat men in Frankrijk te weinig belangstelling heeft voor de invloed van de Radicale Verlichting, die volgens hem dus bij Spinoza begon. In dit interview legt hij veel accent op het belang van Condorcet (1743-1794).

Lees verder...

Corpora simplicissima

Het menselijk lichaam, zo lezen we bij Spinoza in zijn – wat we hier meestal noemen “Kleine Fysica” en in de Angelsaksische wereld ‘the Physical Interlude’[Ethica tussen 2/13s & 2/14] – is samengesteld uit een groot aantal individuen van verschillende aard, die elk op zich hoogst samengesteld zijn. Die ‘individuen’ die tezamen het lichaam vormen kunnen niet zonder elkaar bestaan en vormen a.h.w. een functioneel geheel.

Spinoza onderscheidt in die “Kleine Fysica” individuen op drie niveaus: [1] de eenvoudigste lichamen (corpora simplicissima), [dat zijn zeg maar de basiseenheden]; [2] complexe, uit vele eenvoudigste lichamen samengestelde, individuen [zeg maar alles wat we dagelijks om ons heen zien] en [3] de gehele natuur is te zien als één individu wiens delen (d.w.z. de individuele lichamen) op oneindige wijze variëren, zonder dat dat totale individu verandert.

Wat zou Spinoza voor ogen hebben gestaan bij die ‘eenvoudigste lichamen’ (corpora simplicissima)? Spinoza zelf zegt er nauwelijks iets over. En je kunt je afvragen of hij het al eens zou zijn met zo’n opsomming die suggereert dat de eenvoudigste lichamen op zichzelf zouden bestaan en apart in de natuur voorkomen. Het heeft, lijkt mij, dan ook weinig zin om er in het enkelvoud over te schrijven, corpus simplicissimum, zoals je b.v. bij Donagan vindt, maar bij Spinoza niet.

Lees verder...

A.G. Wernham’s editie Benedict de Spinoza, The Political Works

Dit blog over Wernham die - volgens Theun de Vries, weet ik inmiddels – “een gehavende editie” van Spinoza politieke werken verzorgde, zou er niet gekomen zijn, als mijn speuractie niet vanuit een misverstand was ontstaan. Alan Donagan, voor wie ik onderhand een almaar groeiende waardering voor zijn Spinozastudie heb gekregen, schreef op blz. 167 van zijn Spinoza, “Spinoza’s use of words like ‘ductus’, ‘dictamen’, and praeceptum in connection with reason is metaphorical, and Wernham has correctly described it as misleading so.” En in de bijbehorende voetnoot: “Wernham’s treatment of Spinoza’s transformation of the language of morals is masterly. [..]” Als ‘mijn meester’ dat zo enthousiast zegt, laat ik mij stimuleren! In de bibliografie van Donagan's boek stond één artikel van Wernham vermeld, “Spinoza’s account of cognition in Ethics Part II, Prop. 9-13” in: J.G. van der Bend, Spinoza on Knowing, Being and Freedom (Assen, van Gorcum, 1974).

Welnu, dat boek bezat ik sinds dit voorjaar toen ik een serie maakte over de vraag of Spinoza als mysticus kon worden gezien, en dit hoofdstuk had ik nog niet gelezen – ging ik nu meteen doen. Een pittig artikel dat ik nog eens rustiger zal nalezen als ik het weer eens over de menselijke geest ga hebben. Maar over moreel taalgebruik gaat het daar volstrekt niet; en ik zag nu ook dat de pagina-aanduidingen niet klopten.

Lees verder...

Most Wanted: Anthems for Spinozism

Anderhalve maand geleden verscheen op de website van The New York Times het Sunday Review van Molly Worthen onder de titel "Wanted: A Theology of Atheism". Ik moet zeggen en heb daarvan al vaak getuigd op dit blog, liever: Most Wanted Anthems for Spinozism.

En dan denk ik niet zozeer aan een verzameling als te vinden is bij: “Could there be an anthem for atheism?” {cf.]

Nee, het liefst zouden componisten voor het Spinozisme nog eens helemaal opnieuw moeten beginnen als bij de – overwegend - kerkmuziek van de Vroege renaissance (ca. 1380-1500) à la de Vlaamse Polyfonie, met componisten als Johannes Ockeghem, Antoine Busnois en de hoogtepunten: Josquin des Prez en Orlando di Lasso [zie hier een playlist]. Of de Hoogrenaissance (ca. 1500-1620) met de Engelse componisten als William Byrd en Thomas Tallis.

Maar dit is natuurlijk een uiterst inadequate gedachte. Daar we geen enkele tijd opnieuw kunnen doen, moeten we de mooie culturele resultaten uit andere tijden ons gewoon toe-eigenen.

Hier dan mijn toe-eigening van vandaag: William Byrd (1540/1543?-1623) -- Mass for Five Voices.-- The Tallis Scholars o.l.v. Peter Phillips  -- opname 1999.

 

Lees verder...

De nieuwe kritische PUF-editie van de Ethica is nu echt op komst

In deze komkommertijd is misschien goed even het volgende in een blog te noteren: de kritische tekstbezorgers en vertalers van de Ethica zijn klaar!

Zoals bekend werd o.l.v. Pierre-François Moreau, de secretaris van de Franse Spinozavereniging, met een team van tien Europese deskundigen, het enorme project opgenomen om te komen tot een nieuwe kritische editie van de werken van Spinoza – mét nieuwe Franse vertaling. In Magazine littéraire N°370 van oktober 1999 staat hierover een interviewtje met Moreau [bij AAS te vinden].

bij PUF verschenen tot heden de delen I, III, en V.

Lees verder...

Nogmaals 2/8, 2/8c en 2/8s over het kennen van niet bestaande dingen

Of: Wat als je "formele essenties" als "mogelijkheden" leest – zoals Alan Donagan deed [2]

 

In het laatste hoofdstuk, “Last Things”, van zijn boek Spinoza (1988) behandelt hij de ‘pijlers’ waarop Spinoza zijn theorie baseert over wat er van de geest overblijft zonder relatie met het lichaam. Die bouwstenen behandelt hij in achtereenvolgende paragrafen. De eerste is: “The Identity of Individual Human Minds.” De volgende, en die neem ik hier in zijn geheel over, is:

Lees verder...

Wat als je "formele essenties" als "mogelijkheden" leest – zoals Alan Donagan deed [1]

In aansluiting op discussies die we hier voerden over “essenties van niet bestaande dingen” (en in dat verband de betekenis van ‘essentia formalis’ en ‘existentia actualis’ enzomeer, wil ik graag mogelijk verhelderende teksten brengen uit Donagan’s Spinoza (1988). Ik doe dat in twee blogs.

En passant noteer ik dat ik erg verhelderend vond dat hij erop wijst dat 2/Def2 geen definitie van essentie geeft maar van “wat behoort tot de essentie”:  “What he [Spinoza] defines in Part II is not the expression ‘essence’, but the expression ‘belonging to’ (pertinere) as it applies to an essence.” [p. 59]

Ik vond steeds het moeilijke van de zgn. "essentie-definitie" dat je daarmee nog niet te weten komt wát essentie precies is (en ik ben de enige niet). Maar de valkuil is dus dat we het ten onrechte “essentie-definitie” noemen: het is een definitie van “wat tot de essentie behoort” – wat er de noodzakelijke én voldoende voorwaarde voor is.

Lees verder...

Spinoza, Obra Completa van Braziliaanse uitgeverij Perspectiva

In 1965 richtte Jacob Ginsburg, samen met een groep vrienden, in Brazilië de uitgeverij Perspectiva op. Aanvankelijk stond de vorming van een speciale joodse collectie voor ogen. Maar al snel verbrede de uitgeverij z’n fonds. Vorig jaar, 2014, werd een vierdelige complete uitgave van Spinoza’s werk uitgegeven: Spinoza, Obra Completa.

[Rechts de Spinoza-tekening op de covers]  

 

    

Spinoza, Obra Completa I - Breve Tratado e Outros Escritos: Princípios da Filosofia Cartesiana; Pensamentos Metafísicos; Tratado da Correção do Intelecto; Tratado Político 

Spinoza, Obra Completa II - Correspondência Completa e Vida

    

Spinoza, Obra Completa III - Tradado Teológico-político 

Spinoza, Obra Completa IV - Ética e Compéndio de Gramática da Língua Hebraica

tradução: J. Guinsburg e Newton Cunha 

Editora: PERSPECTIVA, Coleção: textos 29 [Collectie: teksten 29]

Lees verder...

Inutilis scientia Spinozana [129] The Spinoza Chronicles

                   

Gisteren is iemand zonder naam (anoniem dus) een blog onder de titel The Spinoza Chronicles begonnen [cf.]. Ter toelichting lezen we op de openingspagina:

The logo for this web site is the labyrinth of Chartres Cathedral, and The Ethics is a labyrinth. Once we start to understand part 5 of The Ethics we know we are getting to the heart of the matter. But don’t underestimate the task at hand. This is ongoing work – work with no end, and work that will last a lifetime. The aim of this web site is to get readers into the labyrinth – and then the real work begins.

Ik heb zo wel meer initiatieven ambitieus zien beginnen.*) Daarom neem ik het bericht met een korreltje zout en vooralsnog in deze rubriek met ‘klein Spinozistisch nieuws’ op.

*) Ik denk b.v. aan "Spinoza online" [cf. blog]

Resa von Schirnhofer (1855 - 1948) promoveerde op Spinoza – voor de vrouwenrechten!

Zij was een kennis van Malwida von Meysenbug en Elisabeth Nietzsche en bracht enige keren een aantal dagen door met Friedrich Nietzsche. Op zijn uitnodiging bezocht ze hem in 1884 in Nice. Over haar ontmoeting met Nietzsche in Zürich schreef ze in haar herinneringen "Vom Menschen Nietzsche": "Zum letzten Mal sprach ich Nietzsche am 6. Mai 1887 als er zu meiner Freude des Vormittags bei mir erschien." [Cf.]

Resa (Therese) von Schirnhofer was in Oostenrijk geboren, maar ging in 1882 naar Zürich als vrouwelijk pionierend student, daar vrouwen in die stad op de universiteit werden toegelaten. In januari 1889 promoveerde ze aan de universiteit van Zürich op:

Resa von Schirnhofer, Vergleich zwischen den Lehren Schelling's und Spinoza's. Zürich : Zürcher & Furrer [Dr.], 1889. - 85 pp. - Zürich, Univ., Diss., 1889

Haar dissertatie staat op Scholars Portal Books gedigitaliseerd; en is ook te vinden bij archive.org.  

Lees verder...

Inutilis scientia Spinozana [128] Spinoza in "Readings in the History of Philosophy"

Free Press, opgericht in 1947 voor het serieuzere boek (sociologie, religie), werd een publishing imprint van Simon & Schuster en hield in 2012 op als aparte imprint te bestaan. [Cf. en wiki]

Onder redactie van Richard H. Popkin verscheen bij deze Free Press een reeks pockets onder de gezamenlijk serietitel: Readings in the History of Philosophy. Opvallend aan de reeks pockets waren de grappige, enigszins karikaturale covers.

Richard H. Popkin, over wie ik meerdere blogs had [cf., cf., cf. en cf.] schreef zelf

The Philosophy of the Sixteenth and Seventeenth Centuries.  Free Press, 1966

        

Op de cover van rechtsboven met de klok mee: Spinoza, Erasmus, Montaigne, Descartes. Lees verder...

Spinoza zou wel raad hebben geweten met de levensgevaarlijk giftige kamspin in Rijnsburg

Sinds dinsdag kruipt er in Rijnsburg een zeer giftige kamspin (Phoneutria boliviensis) rond, afkomstig uit Zuid- of Midden-Amerika. Hij werd aangetroffen tussen een partij bloemen op de bloemenveiling en door medewerkers van bloemenimporteur Kariflex nietsvermoedend vrijgelaten in een nabijgelegen bosje: een tien centimeter grote spin! De kamspin, die ook nog eens zeer agressief zou zijn, staat in de top 10 van meest gevaarlijke spinnen ter wereld.

Spinoza had de achtpotige exoot graag bestudeerd.

Tekening van Eppo Doeve uit: Max Tailleur, Geloof me, Amsterdam, Becht, 1972

Mijn zomercursus 2015 (zonder collegium)

Momenteel zit men (dat zijn de graduate students & post-docs) in Groningen midden in de Summer School Collegium Spinozanum die morgen afloopt. Op 27 juli, de dag waarop Spinoza in de ban werd gedaan, begint in Barchem de Spinoza zomerweek van de VHS, waaraan ik meestal deelneem. Dit jaar besloot ik niet deel te nemen aan de VHS-zomercursus – hoe jammer ik het ook vind, daar het ook heel leuk en leerzaam is Spinoza samen met anderen te bestuderen. Maar deze keer sprak me de aanpak minder aan en ik meldde mij niet aan. Ondanks mijn afwezigheid is de cursus overigens al enige tijd volgeboekt (men kan zich op een reservelijst laten plaatsen, cf.).

Ik nam mij voor dit jaar mezelf een cursus te bereiden. En daarom besloot ik, hoewel mijn boekenkast al uitpuilt van de spinozana, er nog een aantal aan te schaffen. Met name was ik zeer geïnteresseerd geraakt in de aanpak van Donagan en besloot ik diens Spinoza-boek te bestellen (voor een prijs die ik nu bereid was te betalen, daar ik immers m’n cursus- en verblijfsgeld uitspaarde – ach, je zoekt zo je redenen voor je daden…).

 

Lees verder...

Spinoza’s tuin [4]

Na blogs over Spinoza’s Garden [cf. en cf.] en Spinozas Garden [cf.], rond ik deze korte, typisch zomerse, serie af met een aantal tuinen die zich al dan niet letterlijk als Spinoza’s tuin zien.

Spinozahof Den Haag
Er is de buurttuin Spinozahof in het Centrum van Den Haag. Een initiatief dat enige jaren geleden een braakliggend terrein op de hoek van de Spinozastraat en de Repelaerstraat in Den Haag omtoverde in een tuin, waarin leden-omwonenden naar hartenlust kunnen tuinieren. [Cf op
lusthof.nl en dichtbij.nl)

 

Spinozatuin Utrecht
Een vergelijkbaar initiatief is Spinoza's tuin in het Spinozaplantsoen te Utrecht. Ook daar werd recent een terrein omgezet in een “eetbare” tuin, waarin de buurtbewoners hun groenten kunnen verbouwen. [Cf.
Spinozaplantsoen en cf. Facebook]. Hier heel toepasselijk een afbeelding van de spinazie in Spinoza’s tuin in Utrecht.

 

Lees verder...

Datum, thema en sprekers Spinozadag 2015 bekend

Op zondagmiddag 22 november 2015 zal de achtste editie van de jaarlijkse Spinozadag in Paradiso plaatsvinden, met als titel

                             Spinoza: collectief of individu?

De ASK is verheugd weer interessante sprekers te hebben gevonden die een bijdrage willen leveren.

Prof. dr. Piet Steenbakkers: over de verhouding tussen individu en collectief in Spinoza’s metafysica en politieke filosofie.

Biologe prof. dr. Charlotte Hemelrijk: over gedrag van individuele dieren in het collectief van een school of zwerm.

Voormalig ombudsman prof. dr. Alex Brenninkmeijer: de plaats van individuele rechten in het collectief van de samenleving.

De dag zal geopend worden door voormalig politicus en eurocommissaris mr. Frits Bolkestein, en wordt zoals altijd omlijst met muziek.

Zo blijkt uit de Nieuwsbrief van de Amsterdamse Spinoza Kring.

                                        Spinozadag Paradiso 2014

De muzikale omlijsting zal dit jaar worden verzorgd door Aysha Wills - hier alvast te beluisteren:  

Spinozas Garden [3]

Vorig jaar was Spinozas Garden de titel van een Sommertheater Projekt in der ehemalige Landesirrenanstalt Domjüch - Neustrelitz (Mecklenburg Vorpommern). Na lange voorbereidingen werd het op 1 augustus 2014 opgevoerd in de tuinen en gebouwen van de voormalige psychiatrische inrichting. In de uitvoerige brochure die van het project gemaakt is, worden als thema’s ervan genoemd: Psychiatrie, Weimarer Republik und Heute; Normen, Diagnosen, Kategorisierungen; Baruch Spinoza, Philosophie und Ethik; Rassismus, Euthanasie. [Cf. en PDF]

Het begon ermee dat Svenja Käshammer, Projektorganisatorin und Spielerin, op haar 23e verjaardag o.a. ten geschenke kreeg, Das Spinoza Problem van Irvin D. Yalom, die behalve schrijver ook psychiater is en – op zoek naar een nieuw project - koppelde ze een en ander aan Domjüch.

Het project werd verder voorbereid en uitgevoerd door het vrije KünstlerKollektiv „TheaterVision2.0“.  Het werd Spinozas Garden.

 

Lees verder...

Spinoza’s Garden [2]

Arnold Skolnick, Amerikaans kunstenaar, vooral bekend van zijn Woodstock poster uit 1969 (met de witte duif op de hals van een gitaar) maakte vele tekeningen, schilderijen en foto’s. Daarnaast zette hij een uitgeverij op, Imago Imprint Inc., later  Chameleon Books, die vooral kunstboeken uitgeeft. [Wiki]

Spinozas Garden
Hij vervaardigde ook een aantal schilderijen die hij de titel meegaf Spinozas Garden. Van
Elizabeth Moss Galleries,  bij welke gallerie verder nog Spinozas Garden 9  en Spinozas Garden 8 aangeboden worden, hier Spinozas Garden 10 - Oil on Canvas 20" x 24" (50.8 x 61 cm.) [
Cf.].

Ik heb geprobeerd of ik de titelgeving kon begrijpen, maar dat is iets wat je bij moderne kunst misschien beter kunt laten.  

Lees verder...

Spinoza’s Garden [1]

Ineens komt de titel Spinoza’s Garden op mijn weg en die blijkt een wegwijzer die verschillende kanten op wijst. Een boeiende lijkt me die in de richting van architect en architect-filosoof Raoul Bunschoten. Raoul Bunschoten is architect te Londen, stichter van CHORA- instituut voor architectuur en stedenbouw in Londen en met vestigingen in Berlijn en China; hij was o.m. visiting associate professor aan de Columbia University in New York. Ter verdere introductie wijs ik op de site van CASS waaruit blijkt dat hij sterk met het Smart City-concept bezig is en met stadsecologie.

In 1985 had hij een artikel in de AA Files, “Spinoza’s Garden”, waarvan een afbeelding op de cover kwam:

Raoul Bunschoten, 'Spinoza's Garden', AA files. Annals of the Architectural Association School of Architecture, Number II, Published Spring 1986 (London: The Architectural Association, 1986), page 54–57. [Cf.]

In een inleiding van Joost Meuwissen, op The Architect as an Exile, is te lezen:

“The garden, in Spinoza's Garden (1985), “represents the genetic process of the Flevo polder", the last land reclamation of the Zuider Zee.” [Cf. en cf.; daaruit ook onderstaande afbeelding]

Uit een beschrijving van iets (een dia) dat de Laval University Library in Quebec over dit project bewaart, blijkt dat het ging om een `Installation. Jardin démontable et transportable. Illustre la modification de la surface de la terre par les hommes. [Cf.]

Daarna heeft er nog eens een artikel over gestaan in: Künstliche Landschaften, Stadtplätze - Industrieparks - Visionäre Environments.  S. Lyall, Birkhäuser Verlag; 1991,  page 164–169 [Cf.]  

Lees verder...

"Word wie je bent" – is dat van Spinoza?

Gisteren wees ik in een blog op een boekje over Spinoza, dat als ondertitel draagt (in het Italiaans dan): “Zijn wie we zijn en worden wie we in staat zijn te worden is het enige doel van het leven.” Dat zou Spinoza zo ongeveer samenvatten?

Rob van der Hoeden wees mij er van de week op dat in een al wat ouder interview (uit 2005) van Albert de Booij met Jan Foudraine de volgende passage te vinden is waarin Foudraine enig commentaar geeft op een uitspraak die van Spinoza zou zijn.

[Albert de Booij:] Spinoza zegt: “Word wat je bent. Hoe beschouwt u deze uitdrukking?”

[Jan Foudraine:] “Uiteraard kan deze uitspraak niet juist zijn. Worden – en dus ook zoeken – verhindert, blokkeert juist, dat je bent wat je bent. Worden is nog deel van de hoop en van de tijdstroom. Daarom kun je nooit ‘worden wat je bent’. Want, zoals ik het net heb gezegd, worden is in tijd en daarmee deel van het gordijn. Met dit Ontwaken wordt een fase ingeluid – soms zijn er etappes – die kan voeren tot een ultieme realisatie. Dat laatste noemen we Bevrijding. Vaak is er gedurende lange tijd nog een alterneren tussen, zoals weleens wordt gezegd, ‘me-ing’ en ‘be-ing’. De kramp van het ik-bewustzijn herstelt zich dus weer, er is een terugtrekken uit die tijdloze oceaan van het lichtloze Licht dat daarnet ‘awareness’ werd genoemd en dan is er weer het terugvloeien van die ik-druppel in de oceaan. Totdat de ik-kramp zich definitief en totaal oplost.” [PDF]

Lees verder...

Als de Griekse banken morgen al opengaan...

Spinoza

Un blog serissimo.

Meestal negeer ik deze satirsiche Italiaanse site die onder Spinoza's naam al jarenlang loopt. Maar deze keer haal ik hun treffende illustratie naar hier. De crisis als een klassieke tragedie in beeld gebracht. Zo dapper "Nee" gezegd en dan dus de automaten zo leeg aantreffen.

Inutilis scientia Spinozana [127] Spinoza toegevoegd aan de reeks "Filosofia e salute"

Of de Italiaan Maurizio Zani de enige is die aan de reeks Filosofia e salute [Filosofie en gezondheid] schrijft, weet ik niet, maar ik heb wel de indruk. Aan een hele serie van die boekjes die hij in die reeks van uitgeverij Riza op zijn naam bracht, is nu deze maand een boekje over Spinoza toegevoegd. Als ik de ondertitel zie, weet ik het niet…

Maurizio Zani, Spinoza. Essere ciò che siamo e divenire ciò che siamo capaci di divenire è l'unico scopo della vita [Zijn wie we zijn en worden wie we in staat zijn te worden is het enige doel van het leven]. Edizioni Riza, 2015-07-01 - 4,49 € [cf. en cf.]
books.google 

Het blijkt trouwens al eerder op 1 juli 2008 te zijn uitgekomen [cf.].   

 

 

Lees verder...

Homines cogitant bij 'Mundo pensante'

Morgenavond heeft in Sao Paulo in Brazilië weer*) een bijeenkomst bij “Mundo pensante” plaats met als thema: Corpo, pensamento e liberdade em Spinoza, Nietzsche, Bergson e Deleuze. Net als twee jaar geleden heeft dit weer plaats in vier parallelle bijeenkomsten. Je zou toch denken dat een cursus over de vier denkers achter elkaar vruchtbaar zou zijn. Nu moet men kiezen… [Cf].

Sympathiek klinkt dat men af zou willen van de klassieke tweedeling lichaam - geest, zodat we eindelijk de kracht die gemeenschappelijk is voor 'beide' kunnen begrijpen.

Spinoza zou zich daarin goed kunnen vinden; niet in de omschrijving “Corpo pensamento” maar wel in het benadrukken van de lichaam-geest-eenheid die de mens is. Hij heeft het over ‘homo cogitat’ nooit over ‘corpus cogitat’.

Lees verder...

Inutilis scientia Spinozana [126] Over een "Schitterende recensie"

Stomtoevallig (doordat #Spinoza Now naar mijn boekbespreking uit april 2015 verwees)*  herlas ik zojuist mijn leeservaring met het boek van Wouter Kusters Filosofie van de waanzin [Lemniscaat, 2014]. En wat zie ik tot mijn verrassing wanneer ik aan het eind gekomen ben: dat net eergisteren de auteur zelf, Wouter Kusters, het commentaar ingaf: "Schitterende recensie, of eigenlijk: mooi verslag van een leeservaring, of tekstervaring :-) Ik zou bijna nader reageren, maar wellicht een andere keer.."

Daar "Laatste reacties" op oudere blogs jammer genoeg niet meer worden doorgegeven, doe ik dat bij dezen. Met deze links naar de drie blogs over het boek, zodat u alsnog zelf kunt lezen waar de auteur zo content mee was (ondanks mijn behoorlijk pittige kritiek):

Blog van 26 april: Filosofie uit waanzin: de openbaring van een waanzinnige profeet [1] [met inleidende algemene informatie]

Blog van 27 april 2015: Filosofie uit waanzin: de openbaring van een waanzinnige profeet [2] [de eigenlijke bespreking]

Blog van 28 april 2015: Filosofie uit waanzin: de openbaring van een waanzinnige profeet [3] een slotevaluatie

Lees verder...

E.G. Kolbenheyer’s "Amor Dei. Ein Spinoza-Roman" waarin Spinoza volksideologisch werd gebruikt

Erwin Guido Kolbenheyer (1878 - 1962) was een succesvol Oostenrijks-Duits romanschrijver, toneelschrijver en dichter. Zijn hoofdwerk Paracelsus verscheen als trilogie van 1917 – 1926, maar hij begon met Spinoza.

              


                                    [hier de uitgave uit 1912]  

Na zijn drama Giordano Bruno uit 1903, was zijn eerste roman Amor Dei. Ein Spinoza-Roman, die in 1908 bij Verlag Georg Müller in München verscheen. Er volgden meerdere drukken; tot 1939 werden er meer dan vijftigduizend exemplaren van gedrukt. Theun de Vries vertaalde het boek van E.G. Kolbenheyer, van wiens  nationaalsocialistische activiteiten De Vries geen vermoeden zal hebben gehad, als Amor fati, Levensroman van Spinoza (1937).  

Kolbenheyer geloofde sterk in fundamenteel biologisch onderscheid tussen de volkeren, en deed z’n best in z’n werk allerlei kenmerken van het ‘deutschen Volkstums’ aan te wijzen. Tussen 1933 en 1944 ondersteunde hij het nationaalsocialisme in redevoeringen en teksten. In 1940 trad hij toe tot de NSDAP en in 1944 werd hij door Hitler op een “Sonderliste der Gottbegnadetenliste mit den sechs wichtigsten Schriftstellern” gezet wat hem meerdere privileges opleverde. Na 1945 kreeg hij vanwege zijn actieve ondersteuning van het nationaalsocia-lisme een schrijfverbod voor vijf jaar.

Je kunt het ook mooi zeggen: Kolbenheyer "suchte Probleme der deutschen Vergangenheit und Gegenwart von einem „biologischen Naturalismus“ her neu zu deuten." [Cf.] Alsof hij Spinoza en diens naturalisme achter zich had...  

Terug naar zijn Spinoza-boek.

Lees verder...

Inutilis scientia Spinozana [125] En Kongelig Affære – zal iets van een Spinozaconnectie merkbaar zijn?

Vanavond wordt op NPO 2 om 22:35 uur deze Deense romantische kostuumdramafilm uit 2012 uitgezonden [regie Nikolaj Arcel; scenario gebaseerd op de roman Prinsesse af blodet (2000) van de Deense auteur Bodil Steensen-Leth. Niet te verwarren met de documentaire Eine königliche Affäre die Wilfried Hauke in 2010 maakte en die in 2011 door Arte-tv werd uitgezonden].

'En Kongelig Affære' vertelt het verhaal van koningin Caroline Mathilde (Alicia Vikander) die op 15-jarige leeftijd trouwt met de gestoorde koning Christian VII. In 1769 wordt Johann Friedrich Struensee (Mads Mikkelsen) aangenomen als dokter van de koning die onder andere aan schizofrenie lijdt. De jonge koningin wordt verliefd op Struensee en de twee houden er een geheime affaire op na. De ''verboden liefde'' blijkt een revolutie, die de Natie voor eens en altijd zal gaan veranderen. [Cf.]

Ik deed het verhaal waar het om gaat (en dat er in de film zeker niet uit zal komen) in het blog van 5 februari 2012: “Johann Friedrich Struensee (1737-72) martelaar van het Spinozisme? Of alleen van de beschuldiging ervan?” dat ik baseerde op het artikel van John Christian Laursen “Spinoza in Denmark and the Fall of Struensee, 1770-1772.” Hij concludeerde: “the fact of his Spinozism is not as important as the fact that he was widely accused of being one in the Danish pamphlet literature.”

Ik vermoed dat van een Spinozaconnectie niet ook maar iets merkbaar zal zijn. Toch denk ik, als ik niet te uitgeput van de warmte zal zijn, dat ik misschien wel ga kijken of wellicht mijn verwachting wordt geloochenstraft (normaal táál ik niet naar zulke films).

Lees verder...

Alan Donagan (1925-1991) was een groot Spinoza scholar

Toen ik zijn artikel "Spinoza’s Proof of Immortality" waarover het vorige blog ging, had bestudeerd, wilde ik meer van hem te weten komen en toen ik zag hoe serieus hij met Spinoza is bezig geweest, werd het tijd voor een blog over hem. Aan zijn Spinoza-boek dat in 1988 verscheen, waren diverse artikelen en lezingen vooraf gegaan. In dat boek schreef hij in de inleiding (p. xiv):

“The number of possibly true philosophies there is some reason to believe is very small indeed, and the philosophical interest of every one of them is correspondingly great. Spinoza's is of that number.”

Volgens wikipedia was hij een invloedrijk 20e eeuws filosoof vooral vanwege zijn theorieën over de geschiedenis van de filosofie en de aard van de moraal. Zijn bekendste boek was The Theory of Morality (1977) waarin hij zich hard maakte voor de Hebreeuws-christelijke traditie, zoals die door Thomas van Aquino en Kant gedeeld werden. In het herdenkingsartikel van Curley, dat ik aan het eind van het blog noem, is te lezen dat hijzelf in een transcendente God geloofde. Des te opvallender is het dat hij zich zo met Spinoza heeft verstaan en daarbij Spinoza volstrekt in zijn waarde laat. Als hij Spinoza kritiseert over onduidelijke en/of niet-overtuigende plaatsen in zijn werk, doet hij dat niet om Spinoza te bestrijden, maar om hem zo diepgaand mogelijk te begrijpen. Zo eindigde hij zijn 1987-paper voor de Hebreeuwse Universiteit van Jerusalem met: “It is not discreditable to Spinoza that he himself now and then lost sight of what he was doing, and fell back into familiar and accepted ways of thinking. What matters is that the structure of his thought is clear enough to reveal his lapses from it.”

Lees verder...

Inutilis scientia Spinozana [124] SPINOZA Oeuvres trad. É. Saisset 2 vol. 1842 op ebay

Oeuvres de SPINOZA.-traduite par Émile SAISSET, avec une introduction du traducteur.-Paris : Charpentier, 1842.-2 vol. plein cuir 11 x 18 cm, dos lisses ornés plats encadrés de filet dorés, estampés "Lycée Monge", 352 + 436 pages. [cf. ebay]

Zie blog  Émile Edmond Saisset (1814 – 1863) "Les origines du panthéisme de Spinoza"

Lees verder...

Over Alan Donagan's "Spinoza’s Proof of Immortality"

Dit artikel verscheen in 1973 in Marjorie Grene (Ed.), Spinoza: A Collection of Critical Essays [Garden City, N.Y.: Anchor Books, 1973] en is in zekere zin een klassieker in de Spinoza-kunde. Het werd dus tijd er kennis van te nemen en erover te bloggen.

Niet zozeer vanwege het onderwerp zelf, hoewel zeker ook interessant en wat dat aangaat alleen jammer dat hij de term ‘onsterfelijkheid’ gebruikt i.p.v. ‘ eeuwigheid van de geest’. Hij wil zelfs laten zien dat ‘persoonlijke onsterfelijkheid’ niet strijdig is met Spinoza’s systeem. Dat laatste maakt hij wat mij betreft bepaald niet waar, zeker niet waar dat ‘persoonlijke’ dan uit blijkt. Het schijnt dat Diane Steinberg in “Spinoza's theory of the eternity of the mind” (1981) zijn aanpak en conclusie geloofwaardig weerlegd heeft (volgens de Cambridge Companion to Spinoza, p. 141), maar dat artikel heb ik nog niet.

Het gaat me enigszins om zijn heldere en interessante behandeling van begrippen tijd, duur en eeuwigheid en waarin hij wat mij betreft overtuigend laat zien dat Spinoza, ondanks zijn  stellingname dat eeuwigheid geen relatie heeft met tijd, hij toch – zo blijkt op diverse plaatsen – van uitgaat dat eeuwige waarheden te allen tijd (altijd) gelden. Een visie waarop Jonathan Bennett tien jaar later voortbouwde.

Maar ook dat is het nog niet waarom ik dit artikel ter lezing aanraad, met name aan degenen die zich serieus met de recente tekst van Mogen Laerke hebben bezig gehouden, waarover hier flink is gediscussieerd. Het gaat me om de heldere wijze waarop Donagan Spinoza’s gebruik van de noties van essentia formalis en essentia actualis, alsmede uiteraard in dat verband de “ideeën van niet bestaande dingen” toelicht. Dat alles zoveel helderder dan Laerke! Misschien bedoelde Laerke het ook wel zo; maar had hij dat even duidelijk verwoord dan zou er minder aanleiding voor tegenspraak zijn geweest. Die behoefte tot tegenspraak heb ik hier niet bij Donagan.

Lees verder...

Inutilis scientia Spinozana [123] Spinoza Colectia Texte Filosofice in Roemenië

Vanwege de warmte alleen deze cover van het in Roemenië in 1952 verschenen boek:

Spinoza Colectia Texte Filosofice. Editura de Stat - Pentru Literatura Stiintifica, 1952, 235 pagini

     

            [Hier nu aan geboden; en een paar jaar geleden hier]  

Spinoza, ETICA, Ed. ªtiinþificã ºi enciclopedicã; Bucureºti; 1981

Zie ook blog 15-11-2014: Inutilis scientia Spinozana [55] TIE in Roemenië

"Spinoza is best read as a B-Theorist of Time"

Als dit je nieuwsgierig maakt, neem dan kennis van de BA Thesis, de thesis voor de degree van Bachelor of Arts in Philosophy van

Raul M. Inesta, Spinoza on Time: Applying Modern Theories in the Philosophy of Time to Spinoza’s Ethics. BA Thesis Ohio University, May 2014, pp 58 [PDF]

Table of Contents
Chapter 1: Introduction
Chapter 2: Eternity and Sempiternity
Chapter 3: Contemporary Debates
Concerning the Nature of Time
Chapter 4: Spinoza on Time
Chapter 5: Conclusion
Bibliography

Misschien handig om een overzicht bijeen te hebben wat diverse filosofen zoal gezegd hebben over Spinoza's begrippen inzake tijd, duur en eeuwigheid.