Het Spinoza-brevier van Carl Gebhardt [3] Einleitung: Was ist Spinozismus?

Zoals ik in mijn eerste blog schreef over dit opvallende boekje, dat te zien is als het Spinoza-brevier van Carl Gebhardt, Spinoza, Von den festen und ewigen Dingen [Uebertragen und eingeleitet von Carl Gebhardt. Carl Winter, Heidelberg, 1925], vond ik een deel van zijn inleiding enigszins onzin, maar het grootste deel ervan buitengewoon boeiend, subliem zelfs. Ik waardeerde het als zo’n voortreffelijke weergave van de hoofdlijnen van Spinoza’s filosofie, dat ik de moeite nam om dat gedeelte (vier aaneensluitende paragrafen) te scannen en via een OCR-programma in tekst om te zetten; hetgeen best veel werk is daar het 30-gerjaren-Duits vol zit met de lange ‘s’ die dan als ‘f’ wordt gelezen. Maar ik had het er voor over om ’t te doen voor ik het boekje weer naar de bibliotheek moet terugbrengen. En zo kan ik het ook aan de geïnteresseerden onder de bezoekers van dit weblog aanbieden. Ik raad het gaarne ter lezing aan. Ik ondervond het als een van de beste korte inleidingen die ik ooit las. Nergens trof ik een betere uiteenzetting over de begrippen ‘oneindige verstand’ en ook wel ‘idee’, ingebed in een helder verhaal over Spinoza’s leer.

Juist omdat Gebhardt Spinoza wil neerzetten als de filosoof die een alternatieve godsdienst wilde bieden, moet je door zijn cultuurhistorische analyse en zijn vergelijking en contrastering van Spinoza met de Contra-reformatie wat heen lezen (die delen heb ik weggelaten, maar iets ervan komt uiteraard wel terug in de rest van de tekst). Maar waarschijnlijk werd juist daardoor zijn inleiding toch wel erg goed. Daar volgens hem een religie getypeerd wordt door zijn ‘Mythos, Logos, Ethos und Eros’ werd dat de ordening van zijn inleiding in – naast andere – in ieder geval deze vier paragrafen, die ik in hun geheel breng:

Der Mythos der Immanenz.
Der Logos der Immanenz.
Das Ethos der Immanenz.
Der Eros der Immanenz.

Binnen elke paragraaf zet hij het immanente van Spinoza telkens tegenover het transcendente van de christelijke godsdienst.

Hier is de link naar het deel van de Einleitung Was ist Spinozismus? op benedictusdespinoza.nl

         

Toch nog iets over Gebhardt (in afwachting van ooit een blog).
In het 40e jaarverslag van de Ver. Het Spinozahuis 1936-37 is het volgende te lezen:

“In het zelfde tijdschrift [Philosophia / Philosophorum nostri temporis vox universa] troffen wij een In Memoriam Carl Gebhardt aan door A.S. Oko, voormalig bibliothecaris van het Hebrew Union College te Cincinnati in Ohio, waaraan we het volgende ontleenen: 

 
   Gebhardt bemerkt irgendwo, dass es zwei Wege gebe, zu Spinoza zu kommen: den Weg des Historikers, der in ihm das grosse Phänomen erblickt, und den Weg des religiosen Menschen, der von Spinozas Ringen um Gott ergriffen wird — den Weg, den zum Beispiel Schleiermacher ging. Aber wer als Historiker begann, kann dann als Verehrer enden. Das war zweifellos der Weg Gebhardts.
   ...Philosophie ist Religion — oder sie bedeutet sonst wenig. Jedenfalls war dies so für Carl Gebhardt.  Spinozismus war für ihn Religion —die  r e l i g i o  m e t a p h y s i c a.

Voorts deelt de Heer Oko mede, dat drie aanvullingsbanden de vier deelen der door Gebhart verzorgde Heidelberger textuitgave van Spinoza's Opera zullen volgen: een Sachkommentar zum Tractatum Theologico-Politicum und Tractatum Politicum, een Exemplar Vitae en Die Philosophie Spinozas. Het eerste zou reeds gedrukt zijn en had in het begin van 1937 moeten verschijnen; het Exemplar Vitae zal uit door Gebhardt nagelaten aanteekeningen door den Heer Oko worden bewerkt; eindelijk was het de bedoeling verschillende opstellen van Gebhardt, destijds in het Chronicon Spinozanum en elders verschenen, samen te voegen tot eene Philosophie Spinozas." [cf books.google]