Nogmaals theatervoorstelling Spinoza [in Exile]
Vandaag ontving ik deze kaart over de komende theatervoorstelling waarop ik eerder op dit blog al wees.
Er staan op de kaart enige uitspraken van Spinoza. Mij intrigeert die laatste. Ik zou wel eens willen weten waar men deze aan Spinoza toegeschreven uitspraak zou hebben gevonden. Mij lijkt het - zo geformuleerd - typisch geen uitspraak van Spinoza - klinkt veel te normatief.
Ik denk dat iemand een poging heeft gedaan om de filosofie die Spinoza in de Tractatus theologico-politicus in hoofdstuk 16 ontwikkelde over hoe hij het natuurrecht zag, op een niet geheel juiste manier heeft proberen samen te vatten.
In dat hoofdstuk betoogt Spinoza dat ieders recht zich even ver uitstrekt als zijn macht. Je hebt recht om te doen waaraan je behoefte hebt en waartoe je in staat bent; om te doen wat je kunt - dat zit in je natuur. Ook al gebruikt hij daarbij de term 'recht' hij bedoelt daar geen normatief-moreel recht, maar een feitelijk recht, conform een naturalistische wetmatigheid. Hij heft niet het vingertje, maar wijst naar hoe de natuur (en dus de mens) in elkaar zit. Het gaat hem om de wetmatigheden van de natuur. Voor we een geregelde samenleving met een overheid hebben, gaat het als bij de vissen: de grote eten de kleine op. En daar staat niemand bij om te zeggen: "jullie hebben gelijk." Het is onzin om moralistische etiketjes te plakken op natuurlijke gangen van zaken.
Als met "de sterkste heeft gelijk" deze feitelijke wetmatigheid bedoeld wordt, is het in orde om wat te prikkelen. Misschien prikkelde ook Spinoza met het wat andere gebruik van de term 'recht', zoals hij wel vaker andere accenten legde en begrippen heel andere betekenissen toekende.
Maar mensen lezen en verstaan déze uitspraak op een andere (normatieve/moralistische) manier, zodat er foutief begrip kan ontstaan.
Ik blijf benieuwd naar de vindplaats.
[van hier]
Toevoeging 13 febr 2009
Toyah Boer (19), die zich voorbereidt op het oriëntatiejaar van de Nederlandse film & Televisie academie, woonde de laatste try out bij op 5 februari 2009, had een gesprekje met de schrijver van het stuk Roel Adam, en zette daarvan dit verslag op YouTube:
Reacties
Jij, Stan, bent ook haast niet bij te houden. Je vraagt naar de vindplaats van "De sterkste heeft altijd gelijk". Die is er niet. Maar terecht veronderstel je dat iemand Spinoza's definitie van recht als (over)macht aldus heeft weergegeven. Ik meen me van Alexandre Matheron de uitspraak te herinneren: "le plus fort a toujours raison". Maar ik kan hem niet in deze vorm terugvinden in zijn boeken of artikelen. In zijn 'Preface' tot Antonio Negri, L'ANOMALIE SAUVAGE. PUISSANCE ET POUVOIR CHEZ SPINOZA (Paris 1981) komt hij er wel dicht bij: "Aucune idealisation de l'etat, meme democracratiqe; j'admets entierement avec Negri que nous sommes la aux antipodes de la trinite Hobbes-Rousseau-Hegel ... Et j'admets avec lui l'immense portee revolutionnaire et l'extraordinaire actualite de cette doctrine: le droit, c'est la puissance, et rien di'autre; le droit qu'ont les detenteurs du pouvoir politique, c'est donc la puissance de la multitude, et rien d'autre: c'est la puissance collective dont la multitude leur accorde et leur reaccorde l'usage a chaque instant, mais qu'elle pourrait tout aussi bien cesser de mettre a leur disposition. SI LE PEUPLE SE REVOLTE, IL EN A LE DROIT PAR DEFINITION" (22). In het artikel "Spinoza et le pouvoir" in zijn bundel ANTHROPOLOGIE ET POLITIQUE AU XVIIe SIECLE (Paris 1986) onderstreept hij de legitimiteit van het eventuele succes van ieders conatus. - Ik kan ook in mijn eigen werken niet alles meer terugvinden wat ik zoek, maar ik weet bijna zeker dat ik ook ergens beweerd heb dat het recht van de sterkste inhoudt dat de sterkste gelijk heeft. Men moet daarbij evenwel bedenken dat men op heel veel manier de sterkste kan zijn; 'sterkste' betekent niet perse fysiek de sterkste. Zie TP 2.10. Een van de manieren om de sterkste te zijn is de ander door weldaden aan je te verplichten en aldus naar je pijpen te laten dansen. Een andere manier is om hem te hersenspoelen en te misleiden door hem te overtuigen van bepaalde pseudo-religieuze normen en waarden. Snap je 'm?
Wim Klever 02-02-2009 @ 12:42
Nog wat over die kaart SPINOZA (IN EXILE), die ik ook in mijn brievenbus mocht ontvangen. Ik had minder moeite met de twee laatste regels (zie boven) dan met de vijf eerste regels. De eerste uitspraak of definitie ( "tolerantie is het dulden van een kwaad') suggereert dat Spinoza daar voorstander van is. Het tegendeel is het geval. In een in de NRC gepubliceerd stukje (23-92008) heb ik (n.a.v. een andersluidende opvatting van de voormalige Spinozahuis-voorzitter en thans minister van staat Kees Schuyt) gewezen op TTP 16/14 (volgens indeling van mijn TTP-uitgave DEFINITIE VAN HET CHRISTENDOM) waarin Spinoza zero-tolerance van het kwaad (nl. wetsovertreding) als wezenskenmerk van een gezond democratische politiek systeem ziet. Alle hedendaagse en hooggeleerde scribenten over Spinoza vergeten (of wisten nooit) dat hij slechts eenmaal over 'tolerantie van het kwaad" spreekt en dan daarbij opmerkt dat dit enkel voorkomt in een corrupte staat (IN REPUBLICA CORRUPTA) , waarin geen orde of rechtvaardigheid bestaat en het met de kracht van de wetten gedaan is. In TTP 7/14 beweert hij "dat dit leerstuk van Christus en Jeremia over het verdragen van onrecht (DE TOLERANDA INIURIA) ... alleen van toepassing is op plaatsen waar het recht geschonen wordt en in tijden van onderdrukking, echter niet in een goede republiek (bona republica)." Als iemand daar anderen slaat (op de wang of anderszins) of de straat onveilig maakt, wordt er tegen op getreden. Dat is voolgens Christus en Spinoza christenplicht en burgerplicht. (Zie toelichting in bovengenoemd boek. De gangbare interpretatie van Mattheus 5 is fout). - Ook had ik moeite met het tweede thema van de kaart: "iedereen moet munnen denken wat hij wil". Niet zozeer omdat Spinoza dit niet zou onderschrijven. Dat doet hij wel, namelijk in de titel van TTP 20, "waarin wordt aangetoond dat het in een vrije republiek iedereen is toegestaan om te denken (sentire) wat hij wil en uit te spreken wat hij denkt". Dit is een citaat uit Tacitus met een interessante herkomst en een lange geschiedenis. Zie daarover mijn SPINOZA CLASSICUS. ANTIEKE BRONNEN VAN EEN MODERNE DENKER (Damon 2005) p. 123-125). Maar omdat zo'n kreet (ik bedoel het eerste deel van het citaat) niet zo relevant is in de discussie van vandaag. Wat iemand voelt of denkt, ligt in principe (niet helemaal, zie boven), ook volgens Spinoza zelf in de toelichtende tekst op dit klassieke dictum, buiten het territorium of de bevoegdheid van overheidsmaatregelen, zelfs kunnen wij daar zelf ook geen macht over uitoefenen en beheersen wij niet zelf wat wij voelen of denken, laat staan de overheid. "Opinies zijn ieders eigen recht, waarvan niemand afstand kan doen" (TTP 18/23). "Als zielen even gemakkelijk als tongen waren te bevelen, zou iedereen veilig kunnen heersen en geen staat geweld hoeven te gebruiken" (TTP 20/1). Ook de andere grote verlichtingsdenker, die zich geheel in Spinoza's spoor beweegt, nl. John Locke, sluit zich hier bij aan in zijn EPISTOLA DE TOLERANTIA (1688). "Niemand kan zijn geloof conformeren aan dictaten van iemands anders" (18). "Dit of dat te geloven hangt niet van onze wil af" (41). Zie mijn uitgave JOHN LOCKE (1632-1704), VERMOMDE EN MISKENDE SPINOZIST. RAPPORT VAN EEN HISTORISCH ONDERZOEK (Vrijstad 2008), 9. 88-89.
Wim Klever 02-02-2009 @ 14:04