Rikus Koops biedt interessante analyse van "proto-Ethica" uit 1665

Graag wijs ik op een 4e notitie die Rikus Koops op zijn website heeft geplaatst, te vinden in de rubriek "Publicaties" onder "Spinoza notities": “Notitie 4: Hoe zag de Ethica er uit in 1665? versie 1.0.”

Hij toont er eens temeer mee aan dat hij zich met recht ‘Spinozakundige’ noemt.

Hij geeft in die notitie een analyse van de inhoud die de Ethica in 1665 (door hem proto-Ethica genoemd) gehad moet hebben in vergelijking met de Korte Verhandeling uit omstreeks 1660/61 en de uiteindelijke Ethica uit 1677.

Zijn stelling, die hij uitvoerig beargumenteert, is dat Spinoza in 1665 reeds een afgeronde versie van de Ethica had - een voorloper van de uiteindelijke tekst zoals we die kennen.

Los van de vraag of alle zienswijzen kloppen en hoeveel speculatie erin geïnvesteerd is, is het grote nut van het resultaat van zijn studie die hij ons aanbiedt, dat we beter zicht erop krijgen dat de Ethica een ontwikkelingsgeschiedenis had – dat er een zeker ontstaanspatroon van de Ethica te ontdekken is. Koops notitie laat duidelijk zien dat er voor geometrisering een verdergaande systematisering nodig was dan loutere (her)ordening, maar dat die een zoeken van diepgaandere samenhang en veroorzaking vergde, waaruit afleidingen, zoals de Ethica die aanreikt, konden volgen.
Bijvoorbeeld vanwege de gewijzigde opvatting over de rol van de rede voor het bereiken van ons geluk: de Ethica laat zien dat we pas door vanuit de rede ontwikkelde emoties tegenover een slechte emotie te zetten, de invloed van deze laatste kunnen terugdringen. In de KV had hij deze opvatting nog niet en dat vergde aardig wat aanpassing.

Ik beveel deze notie van harte in ieders belangstelling aan.

[Zie het blog van 7 dec. 2012 over eerdere notities van Koops hand.]