Clarice Lispector (1920 - 1977) en Spinoza [1]
Toen ik drie weken geleden tot mijn verrassing ontdekte dat de Arbeiders twee boeken van (resp. over) Clarices Lispector op de markt bracht, heb ik die meteen aangeschaft en begon er op de dag van levering – vrijdag 27 mei - direct in te lezen. In de reeks Privé Domein verscheen (als nr. 286 alweer) haar De ontdekking van de wereld, en in de reeks Open Domein (als nr. 51) van Benjamin Moser: Clarice Lispector. De biografie. De oorspronkelijke titel van het in Amerika verschenen boek luidde: Why this world. A Biography of Clarice Lispector. Ik denk dat het terecht ‘dé biografie’ genoemd mag worden – er zal niet snel nog eens zo’n doortimmerde, uitgebreide en vooral inlevende biografie over deze door velen als grootste geziene auteur van Brazilië geschreven worden. Daarover later meer.
Ik had nog nooit een boek van deze schrijfster gelezen. Waarom nu ineens deze twee aangeschaft? Ik voelde een zekere verbondenheid met haar – had twee blogs aan haar gewijd nadat ik tijdens mijn speurtochten naar ‘Spinoza in de wereld’ ergens tegenkwam dat zij zich met Spinoza had beziggehouden en dat zij de hoofdpersoon van haar eerste boek, Dicht bij het wilde hart, zich eveneens serieus met Spinoza had laten bezighouden. Ik raak dan geïnteresseerd in zo’n auteur. [Cf. blogs van 02-08-2012 met biografische gegevens; en blog van 13-09-2015 n.a.v. de door Benjamin Moser geredigeerde The Complete Stories].
En nu – voor mij volkomen onverwacht - zijn daar ineens deze twee boeken! Een moedige daad van de Arbeiderspers, want naar mijn indruk is Clarice Lispector niet heel bekend in Nederland. Twee boeken slechts zijn van haar in het Nederlands vertaald: haar laatste, Het uur van de ster (1988) en Familiebanden (1989). Beide zijn al lang niet meer verkrijgbaar – de Maastrichtse bibliotheek heeft ze niet en boekwinkeltjes geeft ze niet.
De ontdekking van de wereld
Het was dan ook een goede greep om de biografie te laten
begeleiden door het boek met haar columns die ze gedurende zeven jaar schreef
onder de titel crônicas voor de
zaterdageditie van Jornal do Brasil en
die na haar dood door haar zoon werden verzameld en in 1984 uitgegeven als A Descoberta do Mundo. Het is
fascinerend om die korte verhaaltjes, herinneringen, mijmeringen, obsessies,
overpeinzingen en twijfels (over haar schrijverschap bijvoorbeeld) te lezen.
Hoewel ze het zo waarschijnlijk nooit bedoeld had of gezien zal hebben, geven
die teksten een soort van autobiografie van haar. Ik besloot die eerst te lezen
en daarna pas aan haar biografie te beginnen.
En zie, veel wat ik in het deeltje Privé Domein had gelezen, kwam terug in de schitterende biografie over haar van Benjamin Moser. De biograaf kon goed gebruik maken van deze vaak zo persoonlijke crônicas.
Spinoza kom je niet direct in De ontdekking van de wereld tegen. Zijn naam wordt nergens genoemd. Maar wel proef je dat je in De ontdekking van de wereld van doen hebt met een schrijfster die iets bij Spinoza heeft gevonden – of die duidelijk verwante ideeën over de wereld ontwikkelde. Zo lees je bijvoorbeeld in de column van 28 september 1968 onder het tussenkopje
“Force majeur volgen”
“Het is determinisme, jawel. Maar
als je je eigen determinisme volgt ben je vrij. Gevangen zou je zijn als je een
bestemming najoeg die niet de jouwe is. Er schuilt veel vrijheid in het hebben
van een bestemming. Dat is onze vrije wil.” (p. 127)
Hier is een schrijfster aan het woord die Spinoza heel goed begrepen heeft – hem heeft opgezogen. Zo zou ik meteen ook de daarop volgende passage kunnen overnemen, maar ik volsta met haar opmerking dat ‘de waarheid geen goed en kwaad kent.’ Nog een: op 23 november 1968 onder het kopje
“Volmaaktheid”
Wat me geruststelt is het feit
dat alles wat bestaat, bestaat met absolute preciezie. Wat de omvang van een
speldenknop heeft, overschrijdt de grenzen van een speldenknop met geen fractie
van een millimeter. Alles wat bestaat kent een grote nauwkeurigheid. Jammer
alleen daty het grootste deel van wat met die nauwkeurigheid bestaat, technisch
onzichtbaar is voor ons. Goed daarentegen is dat de waarheid tot ons komt als
een geheime betekenis van de dingen. Uiteindelijk raden wij verward de
volmaaktheid.” (p. 143)
Een langere tekst van 19 september 1970 draagt de titel “Vergiffenis aan God.” Een schitterende vertelling die zeer authentiek aandoet en die begint met beschrijven van de intensiteit van haar waarneming van de wereld tijdens een vroege ochtendwandeling. Ze had de “indruk dat ik tevreden was over wat ik zag.” Zo intens, dat ze zich ineens de moeder voelde van al wat bestaat.” Ja, de moeder van God. Tot ze ineens op een dode rat trapt. De gigantische schrik – wat er vervolgens allemaal aan gedachten en gevoelens door haar heen gaat: over liefde en zelfkennis. Werkelijk een schitterend verhaal over a.h.w. haar Jacob-achtige gevecht met de engel. Het verhaal eindigt met: “Zolang ik God verzin, bestaat hij niet.” (p. 327)
Eerder hadden we al gelezen: “want enige angst hoort erbij: wat leeft krimpt ineen omdat het leeft.” (p. 144). Ik zou nog een hele poos door kunnen gaan: zoveel citeerbare, aforistische zinnen! Een paar nog;
Je aard kun je niet genezen, je angst voor die aard wel. (153)
Ik wil geen vorm geven aan het leven, want het bestaan bestaat al. (191)
Overleven is strijd voeren tegen het leven, dat sterfelijk is. (197)
Trouw zijn is tegelijkertijd ontrouw zijn aan al de rest.” (201) [Hoor je daarin ook: determinatio negatio est?]
Over haar meisjestijd: “er was de hoopvolle dreiging van de zonde.” En: “ik deugde in mijn geheel niet: geboren-zijn zat vol fouten die gecorrigeerd moesten worden.”(265)
“Wat essentie heeft, bevindt zich ergens in het zijn.” (391)
Ik heb zomaar enigen pareltjes opgedoken – om een indruk te geven. Tot meer dan dat ben ik niet in staat. Het boekje staat zo vol betekenisvolle verhaaltjes: over dingen die ze meemaakt, over mensen die ze ontmoet, over moeilijkheden met het schrijven, over dieren (over kip en het ei). Soms lijken het zomaar opgekomen onzinstukjes, lijkt ze wat met haar lezers aan het babbelen; maar meestal zijn het sterk ontroerende stukjes, soms met haast mysterieuze betekenissen; hoewel ze van spiritisme of obscurantistisch gezweef niets moet hebben. Ze gaat af en toe naar waarzegsters, om daar dan achteraf heerlijk kritiek op te kunnen hebben.
In een volgend blog ga ik in op de biografie.
_____________________________
Alle blogs over Clarice Lispector
02-08-2012: Clarice Lispector (1920 - 1977) hád iets met Spinoza [met biografische gegevens]
13-09-2015: 13-09-2015: Inutilis scientia Spinozana [157] De waarheid openbaart zichzelf of: een keurige correctie [n.a.v. de door Benjamin Moser geredigeerde The Complete Stories]
12-06-2016: Clarice Lispector (1920 - 1977) en Spinoza [1] [Over De ontdekking van de wereld]
13-06-2016: Clarice Lispector (1920 - 1977) en Spinoza [2] [over de biografie]
15-06-2016: Clarice Lispector (1920 - 1977) en Spinoza [3 en slot] [Dat ze méér moet hebben gelezen dan de Spinoza-anthologie van Arnold Zweig]