Ja, er is plaats voor bidden bij Spinoza [4] "beginnen bij God" en eindigen bij gelukzaligheid
In het citaat uit de 2e brief aan
Willem van Blijenbergh dat ik in het eerste blog citeerde en waarin
hij over het nut van bidden sprak, zag Spinoza zijn filosofie "voor
hen die niet door vooroordelen of kinderlijk bijgeloof bevangen zijn"
als "het enige middel om de hoogste trap van gelukzaligheid te
bereiken."
De Ethica als gebed
Dus
misschien mag je zijn hele Ethica wel als zijn gebed
beschouwen. Een centraal kenmerk van zijn filosofie is dat hij i.t.t.
Descartes (die bij zijn "ik" begon) vond dat je in je
filosofie bij God moet beginnen.
De protestantse dichter Jan Six van Chandelier (1620 - 1695) gaf in 1657 zijn eerste en enige dichtbundel Poësy uit. Daarin zijn gedicht "Begin met God", hetgeen betekende: begin met gebed. Ik denk niet dat Spinoza deze dichter en dichtbundel gekend zal hebben, maar het gezegde "begin met God" zal hem niet onbekend geweest zijn. Dus misschien mogen we zijn opening met 'De Deo' en beginnen met 'causa sui' ook een beetje interpreteren als zijn filosofisch Godsgebed.
Dat is een aantrekkelijke gedachte: bestuderen van de Ethica is dan te zien als: "bidden met Spinoza."
Gebed in deel Vijf van de
Ethica
Maar het gebed van Spinoza zullen we vooral zoeken in
het laatste deel van de Ethica. Daarin behandelt hij volgens het
voorwoord bij dat deel "de manier of de weg die naar de vrijheid
leidt" en "wat de vrijheid van geest ofwel gelukzaligheid
is." In hoeverre hoort bidden tot die weg? Spinoza behandelt er
het vermogen van de geest ofwel de rede om de affecten, de gevoelens
te matigen. Daarin zal wellicht het gebed een rol kunnen hebben? Door
ons ootmoedig te wenden tot de oorzaak van het universum, God dus?
Nee, zo niet.
Gebed in de vorm van
mediteren
Wel door heldere en onderscheiden begrippen zien te
krijgen van onze gevoelens, want zo - door adequate ideeën - zullen
we er minder door lijden. Die bereiken we, zo vat 5/10s samen, door
bezinnen op onze ervaren gevoelens, door nadenken en vaak overwegen
(cogitare, et saepe meditare), kortom onderzoeken en richten van de
aandacht en in de geest a.h.w. situaties vanuit vooraf gekozen
leefregels al vooroefenen.
Gebed als bereiken van kennis
Wie zich en zijn gevoelens beter begrijpt en de ervaren
dingen met God in verband brengt, heeft God meer lief (want God haten
kan niet).
Geen
onderwerpend en vererend gebed
Alles wat Spinoza in dat
best moeilijke 5e deel zegt over de verstandelijke liefde van de
geest voor God blijft hij voortdurend gekoppeld houden aan het
betreffende besef van dit intuïtief kennende 'willekeurige
individuele ding'. Zie bijvoorbeeld stelling 36 van dat deel: "De
verstandelijke liefde van de geest voor God is de liefde van God
waarmee hij zichzelf liefheeft, niet voor zover hij oneindig is,
maar voor zover hij kan worden verklaard door middel van de essentie
van de menselijke geest, beschouwd onder het aspect van de
eeuwigheid. Met andere woorden: de verstandelijke liefde van de geest
voor God is een deel van de oneindige liefde waarmee God zichzelf
liefheeft." [Cursief van SV).
Nergens koppelt Spinoza God (de "oorzaak van het universum" - voorwoord 5e deel) daar los van het intuïtieve besef van deze concrete mens die beseft dat zijn verstandelijke liefde voor God en Gods liefde voor de mensen een en hetzelfde zijn (5/36c). Dit leidt tot tevredenheid van het gemoed (acquiescentia animi) die gloria wordt genoemd. Er is identiteit, er is samenvallen, er is volstrekte immanentie. Er is geen enkele aanleiding tot aanbidding en verering van God als voor 'iets anders' (als de oorzaak van het universum). Er is alleen sprake van het genieten van het gelukzalige besef, het inzicht van het bestaan in, van de innige en immanente eenheid met God die niet - zo interpreteer ik dat - kapot gemaakt moet worden door een zich onderwerpen aan (submissio) en/of eren en aanbidden van (adoratio), of uiten van bewondering voor (admiratio) God, hetgeen teveel weg zou hebben van de traditionele religies. Daar hoor je Spinoza niet over. Misschien dat daarom het woord bidden in dit deel niet meer voorkomt (in andere aanduidingen dan meditatio).
We horen hem hier dan ook niet meer over "geest en lichaam aanbieden aan God" zoals hij het in die 2e brief aan van Blijenbergh aanduidde. Maar dat heeft hij op een subtielere manier verder uitgewerkt in dit 5e deel.
Spinoza eindigt dan ook met waar het hem om ging (niet om een nieuwe religie van godsverering te vestigen), maar met te laten zien hoe affecten te bedwingen zijn door het verstand, waarmee de goddelijke liefde ofwel gelukzaligheid bereikt kan worden. En met het bereiken van die gelukzaligheid zijn we in staat de gevoelens te matigen, niet omgekeerd. Dat was zijn opzet - verder ging hij niet.
Ik heb het vermoeden dat Spinoza bewust niet over bidden in de zin van submissio en adoratio e.d. aan de eeuwige oorzaak van het universum sprak, daar hij heel goed besefte hoe groot het risico was dat dan aan antropomorfisering niet te ontkomen is. Misschien ging hij precies tot aan wat hij als filosofisch mogelijk en zinvol zag. Wellicht wist ook hij, zoals later Heidegger het formuleerde: tot de causa sui kun je niet bidden.* Daarom, dat net zo beseffend vermoed ik, stopte Spinoza bij het besef van de gelukzaligheid. Bidden in de zin van submissio en adoratio of admiratio vind je bij Spinoza niet (Einstein en Klever ten spijt).
_______________
*) "Dies ist die Ursache als die Causa sui. So lautet der sachgerechte Name für den Gott in der Philosophie. Zu diesem Gott kann der Mensch weder beten, noch kann er ihm opfern. Vor der Causa sui kann der Mensch weder aus Scheu ins Knie fallen, noch kann er vor diesem Gott musizieren und tanzen." Martin Heidegger in “Die onto-theo-logische Verfassung der Metaphysik,” in Identität und Differenz. Pfullingen: Günther Neske (Hrsg], 1957 [PDF]
* * *
Om deze reeks blogs af te sluiten:
J. S. Bach - Kantate "Wachet auf, ruft uns die Stimme", BWV 140
* * *
Aanvulling. Deze dag ontving ik deze mail (afzender laat ik weg):
"Bidden kan ook te maken hebben - los van religie of filosofie - met tot stilte komen, zonder tot stilstand te komen.
Kwestie van tempo, pauze; maar het gebeuren gaat door.
De door jou gekozen cantate Wachet auf is voor mij een mooi een symbool.
Wachet auf, is op zich een diepzinnig „gebed”. Die Stimme ruft.
Behalve in de oorspronkelijke bezetting voor orkest en stemmen, is deze muziek ook bewerkt voor piano.
Verschillende versies, verschillende uitvoerenden.
Meestal is het tempo vrij snel.
Eentje gaat langzaam, daarin is het „gebed” naar mijn gevoel goed te horen.
De uitvoering van Solomon (Cutner), voorbij woorden, gedachten, concepten, misschien tot in de ongrond, dwz voorbij de bodem van de taal:
Solomon plays Bach-Busoni's 'Wachet Auf'
Alle blogs: Ja, er is plaats voor bidden bij Spinoza
16-02-2014: Ja, er is plaats voor bidden bij Spinoza [1]
16-02-2014: Ja, er is plaats voor bidden bij Spinoza [2], maar...
17-02-2014: Ja, er is plaats voor bidden bij Spinoza [3]
17-02-2014: Ja, er is plaats voor bidden bij Spinoza [4] "beginnen bij God" en eindigen bij gelukzaligheid
18-02-2014: Ja, er is plaats voor bidden bij Spinoza [5] een gebed tot slot

